In memoriam Dinah Washington HÜIiEK uil vele windstreken MENS MAAKT MUZIEK ALS HIJ FEEST VIERT Nieuwe Selvera's Vrijdag 28 februari 1964 WEEKBLAD VOOR RIJSSEN Pagina 6 JOHNNY HORTON NIEUWS VAN DE PLATENMARKT DIGNO GARCIA en z'n trio JOHNNY CASH Welke muziek men ook hoort, altijd zijn duidelijk Europese invloe den te onderkennen. Wat Zuid-Ame- rika betreft zijn het vooral de Spaanse klanken, die de latere muziekvormen bepaalden. De Spaanse klanken, zoals die te horen zijn op de voortreffelijke langspeler „Guitarra Flamenca" (Audio Fidelity FBL 145030). Het ritme van de castagnetten, zoals het later overgeno men door alierlei soorten ritme-instru menten de basis zou vormen voor „La- tin American". Fernando Sirvent be speelt de gitaar in deze flamenco's, waarin men voorts de stem hoort van Manola Leiva. Sfeerbepalend zijn de dansers met hun handgeklap, vinger- geknip en stampende voeten. En nu we toch weer terug zijn in fiet oude Europa nog zo'n dansfeest. Een echt spontaan feest, waarin het muziekmaken hoofdbestanddeel is. Merkwaardig, hoe de volksaard van een bepaalde streek zich manifesteert in dergelijke bijeenkomsten op hoogtij dagen. De spaanse flamencodanser on derscheidt zoih in vrijwel alle op zichten van de jongelui van de Schotse hooglanden, die in hun kleurige kilts gestoken, samenkomen. Maar ook hun musiceren is een feest van uitgelaten- alleen van de negers. Dat bewijzen de New Christy Minstels van Randy Sparks, die na enkele kleine plaatjes nu met een verrassende lp voor de dag komen (CBS BPG 62175). De plaat is in Amerika al een poosje topsucces, wat geen wonder is, want dit groepje jongelui - ze gaan er prat bp, dat nie- door K. ELHA heid en blijheid. Ze gebruiken echter andere instrumenten, de gitaar is hier de trom; accordeon en viool zorgen voor de melodie. De schat aan Schotse volksliedjes - allemaal pittige wijsjes - ademt diezelfde geest van voornaam heid, waarmee de Schotten zich over de dansvloer voortbewegen. Een goede gelegenheid voor kennismaking biedt Scottish Country Dances", gespeeld door Jimmy Blair and his TV jigtime Band (Fontana TFL 5166). Over naar Noord-Amerika, toch nog altijd de grootste leverancier van stof voor onz platenmarkt. Eerst een bijzonder plaatje, twee nummers die historie gemaakt hebben, namelijk „We shall not be moved" en „We shall overcome", strijdliederen, die ge zongen werden bij de grote mars naar Wahington, waarmee de Amerjkaanse negers in augustus j.I. hun eisén voor opheffing van de rassenscheiding kracht bijzetten. De televisiecamera's registreerden deze historische demon stratie en ook het gemengde koartje, dat bij deze gelegenheid optrad. Ze noemden zich de Freedom Singers. Hun twee liederen zijn nu op de plaat gebracht (Mercury MJF 12907). Nog een plaatje van Amerikaanse volksmuziek van het zuiverste water: „Odetta Sings Folk Songs". We hebben in het verleden al eens de loftrompet gestoken over deze charmante vrouw, die indertijd ontdekt werd door Harry Belafonte en die ongetwijfeld een der grootste vertolksters van het Ameri kaanse negerlied is. Vier met bijzon der veel gevoel gezongen liedjes op een épetje waaronder „Shenandoah", dat een zeer speciaal tintje kreeg. Sinds het vermaarde „Gat in de em mer" hebben we niet veel van Odetta gehoord. Jammer, maar dit plaatje maakt veel goed <RCA EPA 2643). -'Amerikaanse volksmuziek komt met mand nog de dertig heeft bereikt - zingt met een uitzonderlijk enthousi asme de volksliedjes van z'n land. Lei der Randy Sparks (29) noemde z'n groepje zingende en musicerende vrienden naar Edwin P. Christy, die goed een eeuw geleden de volksmuziek eigenlijk voor het eerst op het podium bracht. Alle leden van het gezelschap bespelen een of meer instrumenten en ze willen beslist geen koor zonder meer zijn. ,„We voelen ons als de re presentanten van een lang vergeten traditie", zeggen ze. Een traditie van., wat al die andere ulaten ook typeer de. het gezamenlijk musiceren en zin gen. Blijmoedig, feestelijk en spon taan. Op deee langspeelplaat een hele reeks oude successen w.o. „This land is your land", „Weilingbrook well", „Californio", „Railroad Bill", enz. En zo belanden we weer bij de Country and Western. In vele gevallen ook een feest van muziek. Bewijs: een complete country-show op de plaat, 't Gelach is niet van de lucht op „Live it up and laugh it up". Johnny Bond and his Friends spelen, zingen en klet sen twee kanten van deze in de States zeer populaire lp vol. Bond houdt een lange conference, waarin hij een loopje neemt met vele al te romantische wild west verhaaltjes. Er tussendoor zingen Justin Tubb, Comboy Copas en een handjevol anderen liedjes in de coun- try-stijl. De plaat verscheen op Star- day. Nog enkele andere bijzondere platen in het C and W genre. In de Wat Amerika betreft ten slotte nog een plaat. „3 Country GentlemenDat wil zeggen opnamen van Hank Lock- lin, Hank Snow en Porter Wagener, mannen met een gevestigde reputatie in Nashville en omstreken. Een plaat met melodieuze liedjes, zoals „Ivory Tower" (van Locklin), ,,I went to your wedding (Snow) en „Keeper of the Key" (Wagoner). Goede liedjes, uit stekend gezongen. De een komt uit Califomië, de ander uit Missourri en de derde uit Nova Scotia (Canada); wel een bewijs, hoe verbreid deze muziek in de nieuwe wereld is. Het nummer van deze werkelijk voortreffelijke plaat - populaire muziek in de coun try and western stijl - is RCA LPM 2723. Ten slotte toch nog even Nederland. Niet omdat ons land zo rjjk is aan eigen muziek - Johnny Hoes dan bui ten beschouwing gelaten - maar omdat er nu toch een plaatje is uitgekomen dat de voile aandacht verdient. „E e n volk dat alngt(Philips P 60070SR). Het plaatje is het resultaat van het streven van de Nederlandse Vereniging Voor de Volkszang en het Algemeen Nederlands Zangverbond om het lied van eigen bodem te propage ren. En kjjk. we hebben toch eigen lie deren. Die van Annemarieke, het Maseurken van De Schutters en Pier lala, van Mama 'k wil een man hè en 't meisje dat van Scheveningen kwam. Tien nummers, zorgvuldig uitgekozen, even zorgvuldig gearrangeerd (men koos moderne arrangementen uit de amusementssektor) en ten slotte door de beat mogelijke uitvoerders tot le ven gebracht. Daar zijn bij Ton van Duinhoven, Jasperlna de Jong, Conny Stuart, Jenny Arean en Jacco van Re- nesse, het kinderkoor van Paula van Alphen en het Shell Mannenkoor. De plaat is vergezeld van een boekske met muaiek en tekst en met commentaar. Een initiatief, dat valt toe te juichen. In de laatste maand van het vorig jaar verloor de jazzwereld een van haar meest-begaafde blues vertolksters: Dinah Washington. Slechts 39 jaar werd ze. Een grote vrouw, die zich helemaal gaf voor haar muziek en die met een enor me persoonlijkheid een nokvolle zaal aan haar voeten bracht. We hebben het genoegen geahd, haar zelf enkele jaren geleden in een groot New Yorks theater te zien optreden. Ze was een van de grootsten onder de groten; ook laar in het mekka van de neger- <azz, Harlem. Dinah Washington werd in Tusca- 'oosa, Alabama, geboren als Ruth Tones. Zoals zoveel van haar col- zga's ontving ze haar muzikale DINAH WASHINGTON m#t Brook Benton opleiding in een kerkkoor. Nauwe lijks vijftien jaar won ze in Chi cago een wedstrijd voor amateurs en een jaar later begon ze haar carrière als beroepszangeres. Bij het orkest van Lionel Hampton 1943-1946 maakte ze haar naam als Queen of the blues. Sedertdien trad ze met groot succes op als soliste. Haar platen werden de laatste jaren steeds beter. Want Dinah Washington was een vrouw, die al haar emoties in haar zang legde. Met het orkest van Fred Norman maakte ze niet lang voor haar overlijden een langspeler met een aantal bluesstukken en dyna misch gezongen ballads: Dinah '63 Niet hooggegrepen, maar levende muziekbewogen, muzikaal en vol overgave tot klinken gebracht. Een verdiende hommage aan een grote vrouw (Roulette MGRL 9421 Muziek is in onze westerse wereld eigenlijk maar een bijkomstigheid. We gaan op gezette tijden naar 'n concert; we zetten thuis als we zin hebben een plaatje op, luisteren als het uitkomt een keertje naar de radio en verder., meestal lopen we door als het draaiorgel op een grachtje onze weg kruist. We hebben er geen tijd voor, te blijven staan. Er zijn landen, waar dat anders is\ Waar de muziek niet minder bij het leven hoort dan eten en drinken. Het komt tot uiting in de feesten van een volk. Neem Mexico: een heerlijke langspeelplaat, getiteld „Fiësta en Mexico" getuigt ervan (Audio Fidelity FBL 145031). Opzwe pende muziek, die uitnodigt tot de al even opzwepende dans. Kleurig als het door de zon overgoten land; kleurig als de kleding van de Mexicanen met hun grote hoeden en nauwsluitende pakken. Een merkwaardig land, dat Mexico. De oorspronkelijke bevolking de Indianen - bestaat nauwelijks nog, maar de Spaanse overheersers hebben dan al mogen proberen, hun levensstijl over te plaatsen, helemaal zijn ze daar nooit in geslaagd. H^t oorspronkelijke melan cholische timbre van de fluit is altijd bewaard gebleven. Er kwamen later de (van Spanje overgewaaide) gitaren bij en de vele slag- en schud-instrumenten, die het Zuidamerikaanse ritme bepalen. De Mexicaanse muziek is trouwens ook niet voor andere invloeden gespaard gebleven: niet voor de Europese, na dien niet voor de modern-Amerikaanse. De orkestjes van rondtrekkende muzi kanten ontlenen hun specifieke klankkleur aan de trompet - Willy Schobben heeft de „Mexicaanse trompetstijl" hier sinds enkele jaren bijzonder populair gemaakt - met op de achtergrond violen en gitaren. Een hele reeks bekende nummers („La Bamba", „El Rancho Grande", „Cielito Lindo") spelen de Ma- riachi van Miguel Dias. Mariachi is de Mexicaanse naam voor muzikanten. Het woord is afgeleid van het Franse „marriage". Als de Fransen - die een belangrijke rol hebben gespeeld Jn de ontwikkeling van het land - voor een trouwpartij inheemse muzikanten wilden vragen, maakten ze gebruik van ge barentaal, zeggende „marriage, marriage...." De Mexicanen dachten dat mu ziekmaken „marriage heette. Sindsdien heten muzikanten Mariachi. vera's ging niet 2e heeft zich de zachte g aangemeten en ze is gaan repeteren. Het eerstie resultaat is er: ,,Ik zie de maan", een Nederlandse bewerking van het bekende „Over the mountains". En we moeten zeggen, het klinkt verrassend. Net alsof de oude Selvera's zijn terug gekomen. Net wat ik zocht, zei Zus. We kunnen het ons indenken, dat ze gelukkig is met Jenny. (Artone DR 25212). Op de foto links Zus, rechts Jenny. De Zuidamerikaanse muziek die de laatste jaren in Europa erg populair is geworden, komt uit de nogal zuidelijk gelegen streken. Vroeger - in de voor oorlogse jaren - ging de belangstelling niet verder dan Cuba of hoogstens de echt westelijk georiënteerde vermaaks centra van Brazilië. Van Cuba kwamen de vermaarde Lecuona Cuban Boys, genoemd naar Ernesto Lecuona, com ponist van tientallen bekende Zuid- amerikaanoe muziekstukken, die de wereld veroverden. Hij kreeg een klas sieke opleiding en schreef ook enkele klassieke werken. Zijn naam werd evenwel onsterfelijk door z'n Cuban Boys. Toen Castro zijn regiem op Cu ba vestigde, verhuisde Lecuona naar de Canarische Eilanden, waar hij on langs 68 jaar oud - is overleden. Een berinnering: vier van Lecuona's beste nummers, gespeeld door zijn vermaar de orkest op ABC Paramount EP 5516. Niet vlekkeloze opnamen, maar juist daardoor doortrokken van de sfeer, die deze grote naam eigen was. Z'n traditie wordt overigens voort gezet. Bijvoorbeeld door het uitste kende orkest van Tito Rodriguez, die vijftien Zuidamerikaanse stukken vast legde op Tropicana (Unit. Artists60116) Een groot orkest van het genre Ma- liando, met veel - goed gebruikte - rit me-instrumenten en een negroide vo calist, die heel sterk doet denken aan onze eigen Juan Serrano. Een minder persoonlijke „sound" dan die van Le- euona, maar ja, die deed er dan ook vele tientallen jaren over. Ten slotte toch nog even zuidwaarts, naar de streek, waar de thans zo ge liefde Zuidamerikaanse klanken van daan komen, die de harp stellen in plaats van de trompet en die met min der volume meer melodie voortbren gen. Goede vertegenwoordigers: Digno Garcia en z'n trio, die twee vriendelijke liedjes zeer welluidend vertolken, „Sa- foeline" en „Viego tango" van harpist Garcia zelf (Palette PB 40153). eerste plaats Done Revln' London HA- U 8096), 'n herinnering aan een van de grootsten uit de wereld van de kamp vuren en de cowboys: Johnny Horton, wiens naam verbonden is aan tien- allen liedjes („We shall overcome" van de Mars naar Washington was >ok van hem). Johnny werd geboren >p 30 april 1935. Hij was een geboren .werver, die ook nog niet kon stil- •itten, toen hij als zanger naam had :emaakt. Een van zijn bekendste lied- :e« was „North to Alaska", waarmee \ij overal ter wereld op de hitparade ersoheen. Op 5 november 1960 kwam üj om het leven bij een autobotsing in Texas. Amerika zal hem niet licht ver- ;eten, getuige ook de oprichting van n Johnny Horton Memorial Fan Club. ïn ons land was Horton niet zo heel •rg bekend. Wat men daaraan gemist leeft, bewijst deze langspeler. Men komt de naam Horton trouwens log vaker tegen. Bijvoorbeeld op de erie „The big country and western lits". die CBS uitgeeft (EP 5577). Be- lalve'Lefty Frizell, Carl Perkins en 'ohnny Cash vinden we daarop ook lem met zijn eigen compositie „Battle of New Orleans". Die Johnny Cash is overigens ook 'n ;naap om in de gaten te houden en ;eus niet alleen door zijn vertolking /an „Bonanza" en „Piek a bale of Cotton', waarmee hij op het ogenblik loog genoteerd staat (CBS CA 281109). lij schrijft z'n eigen liedjes, dat wil /eggen, noteert ze in z'n hoofd en peelt ze dan zo vaak z'n collega's voor, dat die ze ook kennen. Op die manier! bereikte z'n eerste plaat „Cry" een verkoop van honderdduizend. „I walk the line" volgde, „The Ballad of a een-age queen" en zo meer. In totaal 'onden zijn liedjes nu de weg naar /neer dan tien miljoen platenkopers. Johnny is filmster geworden en er is nog veel van hem te verwachten, ge tuige zijn successen op concerten in de Carnegie Hall in New York en de Hol lywood Bowl in Los Angeles. Zus Bekking de donkere stem van de Selvera's) heeft geen gemakkelijke tijd ach ter de rug. Mieke Bos heeft al een hele poos geleden be sloten, voortaan als soliste door het leven, te gaan. En daar zat Zus, die alleen toch moeilijk een Selvera kon blijven. Ze heeft lang ge zocht naar een nieuwe partner. Greetje Mona leek het te zullen worden, maar die verkoos toch maar liever de Ramblers. Alle hoop van Zus viel weer in duigen, want ze had met Greetje al een heel nieuw nummer op gebouwd. Maar nu kan ze weer lachen. Jenny Donker, een allerliefst Amsterdam-s meisje, dat bovendien als so liste al echt iets te beteke nen had, heeft de openge vallen plaats ingenomen. Ze heeft haar haar laten blon deren twee donkere Sel-

Erfgoed Rijssen-Holten

Weekblad voor Rijssen | 1964 | | pagina 6