Fokveedag Notter, Rijssen, Holten e,o.
RIJSSEN buiten de wallen
KWALITEITSVERBETERING ZET
STIJGENDE LIJN VOORT
DE SPAANSE DROST BINNEN RIJSSEN
yO
Vooral jongvee
voortreffelijk
HtMIIJTM
Prcieht heiden
Spit, Spierpijn
Vrijdag 15 september 1961
WEEKBLAD VOOR RIJSSEN
Pagina 5
Coöp. Boerenleenbank „Notter
S2
Dat het werk van de fokverenigingen Not
ter en omstreken, Rijssen en omstreken en
Holten en onstreken van belang is geweest,
n.l. het propageren van goed lokvee en het
nemen van maatregelen, die het doel kun
nen dienen, is zaterdag tijdens de fokvee
dag weer eens duidelijk tot uiting gekomen,
Toen men 10 jaar geleden voor het eerst
een fokveedag organiseerde. Was er minder
belangstelling en minder enthousiasme te con_
stateren, dan de laatste jaren het geval
is en wat vooral duidelijker spreekt, de
kwaliteit van het vee is belangrijk voor
uitgegaan. De stijgende lijn, die de laatste
jaren kon worden waargenomen, werd ook
nu weer bevestigd, en hetgeen vooral hoop
geeft voor de toekomst, is aldus enkele ju
ryleden het feit, dat in de gelederen van het
jongvee dieren van uitstekende kwaliteit wer
den opgemerkt, zodat in de niet al te verre
toekomst wellicht een vergelijking met aan
merkelijk betere fokgebieden kan worden
gemaakt.
Duidelijk is vast te stellen, dat de fok
verenigingen met het propageren van de
K.I. uitstekend resultaat hebben gehad.
Thans heeft men de beschikking over goe
de kernen in het grote merendeel der groe
pen, waardoor de fokveedag een goede in
druk bij de jury heeft achtergelaten. Bij
het Fries Hollands veeslag (zwartbonten)
beschikt deze streek over een groot aan
tal uitstekende koeien, er is een goede kern
aanwezig en er konden b.v. in de rubriek
oudere koeien 5 le prijzen worden toege
kend.
Wat betreft het jongere vee, aldus de ju
ryleden kan voor wat betreft het F.H. vee
slag de toekomst veelbelovend worden ge
noemd. Vooral de kalveren hebben een bij -
lijn van het F.H. veeslag is ruim voldoende
zonder goede indruk gemaakt en ook gehele
te noemen.
De rubriek eigen gefokte volbloeden was van
zeer goed gehalte. Jammer aldus de jury
is het feit, dat slechts een klein aantal
groepen waren vertegenwoordigd. De belang
stelling hiervoor vergroten werd van groot
belang geacht.
Ook het M.RJJ. veeslag (roodbonten) is
goed vertegenwoordigd geweest. Typisch was
wel het feit, dat de oudere koeien van be
tere kwaliteit waren dan de jongere exem
plaren hoewel wel een typische kop werd
waargenomen. Van de melkvaarzen was de
kop goed, de dragende vaarzen vrij goed
en de pinken werden als goed gekwalifi
ceerd.
De heer Post, assistent van het veeteelt-
consulentschap te Zwolle, die als arbiter op
trad, had een goede indruk van de fokvee
dag in Rijssen meegenomen. Er zit hier een
zekere fokkersgeest, er is hier aldus spre
ker een duidelijker vooruitgang te consta
teren, vooral de toekomst voor het F.H.
veeslag aldus spreker liet zich goed aan
zien. Ook de heer Post was van mening, dat
veel meer bedrijven zich moeten bepalen
bij de eigen gefokte volbloeden.
Over de organisatie was zowel de, heer Post
als de juryleden zeer enthousiast. Men had
de beschikking over een voor dit doel
prachtig terrein,(de weide nabij de villa de
Eschhorst) en mede door het gunstige weer,
werden de dieren zeer goed getoilletteerd
in de ring gebracht.
De heer B.G. Eerdmans directeur van de
N.V. Omefa sprak aan het einde van de
dag een dankwoord aan allen, die er aan
hadden meegewerkt, waardoor deze fokvee
dag zulk een geslaagde gebeurtenis was
geworden.
Kampioen bij het F.H. veeslag werd Bouk-
je .7 van G.H. Spekenbrink een mooi ge
lijnde koe van goed type. Reserve kampi
oen werd Anna 3 van H. Pluimers, die
iets ruimer was, dan haar rivale maar wat
arm gespierd.
Bij het M.R.IJ. veeslag werd kampioen
Coba 6 van de Wed. G. Paalman, een
zeldzaam mooie le kalfs koe van goed ty
pe.
Reserve kampioen werd Annie 2 van J.
ter Steege een zwaar behangen koe, mooi
ruim, doch die het nadeel had dat zij een
een beetje slijt vertoonde.
Hieronder vermelden wij een gedeelte van
de uitslag.
FRIES HOLLANDS VEESLAG.
Rubriek 1: Oudere stieren: la. Jan Wouter
3 van Wed. H. ter Avest.
Rubriek 3: Koeien ingeschreven in het N.R.S.
geb. voor 1-1-54.
la Anna 3 van H. Pluimers, la Anna 2
van J. Nijland, lb: Reintje van B. Ezen-
dam lc Antje 3 van G. Vruggink ld Bertha
7 van B. J. v.d. Riet.
Rubriek 4: Koeien ingeschreven in het N.R.S.
geb. na 1-1-54 en voor 1-11-56
la Jet van J. Mokkelencate, lb Maatje 4a
van B. J. v.d. Riet, lc Janke 20 van J.
Muihof, ld. Jeltje 3 van E. H. J. Altena.
Rubriek 5: Koeien ingeschreven in het N.R.S.
geboren na 31-12-55 en voor 1-9-56
la Anna 4 van G. J. aan de Stegge, lb Sjouk-
je 3 van G. H. Spekenbrink lc Roza van
J. Mokkelencate.
Rubriek: Koeien ingeschreven in het N.R.S.
geb. na 1-9-56 en voor 1-4-57
la Boukje 7 van G. H. Spekenbrink, lb
Gerda 7 van J. Stegeman, lc Anneke 4
van Wed. H. Meilink, ld Boukje 11 van G.
Kuipers ld Naatje van J. Kamphuis.
Rubriek 7 Koeien ingeschreven in het N.R.S.
geb. na 31-3-57 en voor 1-4-57.
la Dora 14 van D. Klein Spekenbrink, lb
Aaltje 3 van H. J. Lammertink lc Hinke
19 van H. J. Lammertink.
Rubriek 8: Koeien ingeschreven in het NRS
geb. na 31-1-58 en voor 1-9-58 la Geertje
20 van H. Wolves, lb Jetje 8 van J. Mok
kelencate, lc Jel 4 van J. Nijland.
Rubriek 10 Melkgevende koeien ingeschr.
in het NRS geb. na 1-9-58 la Boukje 3 van
J. Mokkelencate, lb Hovinga 53 van H. van
Pijkeren lc Naatje 7 van L. J. Klein Spe
kenbrink.
Rubriek 11, Melkgevende vaarzen idem:
la Rika 5 van G. Kuipers, lb Sjoukje 7
van G. H. Spekenbrink, lc Dora 15 van
D. Klein Spekenbrink.
Rubriek 12: Dragende vaarzen ingeschr.
in het NRS geb. voor 1-11-59 la Boukje
15 van de Wed. H. Slag, lb Boukje 27
van H. van Pijkeren.
Rubriek 13 Pinken ingeschr. in het NRS geb.
na 31-10-59 en voor 15-1-60 la Toosje 7
van B. J. v.d. Riet lb, Boukje 8 van G. H.
Spekenbrink, lb Anna 6 van J. Stegeman,
'lc Anneke 6 van Wed. Meilink, ld Bertha
7 van A. H. Dekkers, le Hanna 4 van A. J.
ter Avest.
Rubriek 14 Pinken ingeschr. in het NRS geb.
na 15-1-60 en voor 1-3-60 la Dinie 6 van
H. J. Lammertink, lb Beitske 11 van J. A.
v.d. Vegte lc Corpulentie 53 van D. Lub
bers, ld Gonda 7 van G. Vruggink le Co-
ba 4 van J. Mekenkamp.
Rubriek 15 Pinken ingeschr. in het NRS
geb. na 28-2-60 en voor 1-10-60
I a Koosje 6 van B. J. v.d. Riet, lb Boukje
28 van H. van Pijkeren lc Tietje 2 van D.
Lubbers, ld. Alida 25 van H. van Pijkeren.
Rubriek 16 Kalveren ingeschr. in het NRS
geb. na 30-9-60 en voor 15-12-60 la Boukje
9 van G. H. Spekenbrink, lb Aaltje 5 van
H. J. Lammertink lc Nellie 6 van G. Kui
per, ld Hovinga 56 van H. van Pijkeren,
le Sjoukje 9 van G. H. Spekenbrink, lf
Caatstke 13 van H. J. Huzen.
1G Hinke 31 van H.J. Lammertink, 1H Ho
vinga 57 van H. van Pijkeren.
Rubriek 17: kalveren ingeschr. in het NRS
geb na 14-12 en voor 10-2-61.
IA Aafke 14 van H. Wolves, IB Hovinga
58 van H. van Pijkeren, IC Rika 6 van
G. Kuipers, 1D Boukje 19 van G. Kuipers,
IE Gerda 9 van J. Stegeman, 1G Ida 4 van
B. Ezendam, 1H Nellie 7 van G. Kuipers,
II Koosje 14 van A.J. ter Avest, IJ Boukje
30 van H. van Pijkeren.
Rubriek 18: Kalveren ingeschr in het NRS
geb. na 9-2-61.
IA Rika 7 van G. Kuipers, 1B Boukje 20
van G. Kuipers, IC Maatje 7 van B.J.
v.d. Riet, 1D Pietje 6 van J. Muihof.
Rubriek 19: Koeien, niet ingeschr. in het
NRS.
IA Nellie van F.H. Kenkhuis, 1B Koosje 4
van A.J. ter Avest.
Rubriek 20: Pinken niet ingeschr. in het
NRS.
TA: Sietske 1 van H.J. Bloemendal.
Rubriek 21: Produktieklasse voor koeien,
die in totaal 30.000 KG melk of meer heb
ben opgebracht:
IA: Bertha van A.H. Dekkers, 1B Trijntje
29 van D. Lubbers. IC Anneke 3 van Wed.
W. Meilink.
Rubriek 22: Produktieklasse voor koeien
die in totaal 20.000 KG melk of meer heb
ben opgebracht:
IA: Sjoukje 2 van G.H. Spekenbrink. 1B
Boukje 22 van H. van Pijkeren, IC Toosje
3 van B.J. v.d. Riet.
Rubriek 23: Bedrijfsgroepen:
IA Aaltje, Aaltje 3 en Hinke 19 van H.J.
Lammertink, IB Anna 39, Maatje 4A, Toos
je 3 en Elsje 5 van B.J. v.d. Riet. IC Bouk
je, Jeltje 6, Roza Boukje 3 en Jeltje 8 van
J. Mokkelencate. 1D Jetta, Jetta 4, Doetje
en Nellie van F.H. Kenkhuis.
Rubriek 24: Eigen gefokte volbloeden:
IA Sjoukje 2, Sjoukje 3 en Sjoukje 7 van
G.H. Spekenbrink. 1B Boukje 22, Boukje
Roza 9 van G. Kuipers.
23 Lijsje 4 en Hovinga 53 van H. van Pij
keren. IC Roza 6, Boukje 11, Rika 5 en
Rubriek 25: Moeders mret dochters:
IA Anneke 3, Anneke 4 en Anneke 5 van
Wed. G. Meilink. 1B Boukje 7, Boukje 8 en
Boukje 9 van G.H. Spekenbrink. IC Hinke
19, Hinke 30 en Hinke 31 van H.J. Lammer
tink.
M.R.IJ. VEESLAG. (ROODBONT):
Rubriek 27: Melkgevende koeien ingeschr.
in het NRS geboren voor 1-1-56:
IA Mientje van Wed H. Rotman, 1B Truus
5 van A.E. ter Haar, IC Doortje 61 van
Wed G. Paalman, 1D Emma 4 van A.E.
ter Haar. IE Dinie 15 van A.E. ter Haar.
Rubriek 28:HMelkgevende koeien ingeschr.
in het NRS geb. na 31-12-55 en voor 1 sept.
56:
IA Mientje 2 van Wed H. Rotman, 1B Gonda
3 van G.J. Stevens. IC Minie 2 van J.J.
a.d. Stegge.
Rubriek 29: Melkgevende koeien ingeschr.
in het NRS geb na 31-8-56 en voor 28-4-57.
IA Dinie 3 van J ter Steege, 1B Mina 8
van Wed. H. Rotman.
Rubriek 30: Melkgevende koeien ingeschr.
in het NRS geb na 27-4-57 en voor 1-2-58:
IA Frieda 21 van R. Kempe, 1B Jeanette
9 van J. ter Steege. IC Neeltje van H. ter
Steege.
Rubriek 31: Melkgevende koeien ingeschre
ven in het NRS geb. na 31-1-58 en voor 1-10
1958.
la Coba 6 van Wed. G. Paalman, lb Dora-
tha 8 van H. ter Steege lc Mientje 4' van
Wed. H. Rotman.
Rubriek 32: Droogstaande koeien ingeschre
ven in het NRS.
la: Annie 2 van J. ter Steege, lb Irma van
J. J. a.d. Stegge lc Marie 1 van J. ter Steege.
Rubriek 33: Melkgevende vaarzen ingeschre
ven in het NRS geb. na 1-10-59:
la Neeltje 8 van H. ter Steege. lb Paula
2 van J. J. a.d. Stegge lc Liene 2 van F.
Wolters.
Rubriek 34: Dragende vaarzen ingeschreven
in het NRS geboren voor 1-10-1959. la Dora-
tha 11 van H. ter Steege lb Bertha 8 van
J. H. Roelofs, lc Roosje 11 van H. ter Stee
ge.
Rubriek 35: Pinken ingeschreven in het
NRS geb. na l-10-'59 en voor l-4-'61 la Antje
8 van J. A. Eggerink, lb Marie 17 van J.
ten Dam, lc Bontje 3 van J. H. Roelofs.
Rubriek 36: Pinken ingeschreven in het
NRS geb. na 1-4-60 en voor 1-10-60.
lb Koosje 4 van Wed. G. Paalman, lc Mar
tha 11 van H. W. van Schoten.
Rubriek 37: Kalveren ingeschreven in
het NRS geb. na 1-10-60 en voor 1-1-61:
la Claartje 9 van J. H. Roelofs, lb Claar-
tje 10 van J. H. Roelofs.
Rubriek 38: Kalveren ingeschreven in het
NRS geb. na 31-12-60.
la Roosje 5 van J. H. Roelofs, lb Bertha 10
van J. H. Roelofs.
Rubriek 39: Produktieklasse eisen gelijk
aan die voor het Keurstamboek.
la Bontje van J. H. Roelofs.
Rubriek 40: Koeien niet ingeschreven in het
NRS:
la Truus 13 van E. A. ter Haar, lb Mop 6
van G. J. Stevens, lc Annie van E.'A. ter
Haar,
Rubriek 41: dragende vaarzen niet inge
schreven in het NRS.
la Leidi van J. J. a.d. Stegge, 1 b Coba 8
van Wed. G. Paalman la Janna 10 van
J. H. Roelofs, lb Mop 10 van G. J. Stevens.
Rubriek 43: Kalveren niet ingeschreven in
la Grada 5 van Wed. G. J. Bouwhuis, lb
Irma 2 van J. J. a.d. Stegge lc Dora 5
van G. J. a.d. Stegge.
Rubriek 44: Bedrijfsgroepen:
la Annie 2, Dinie 3, Jeanette 9 en Marie 1
van J. ter Steege lb Koosje, Doortje 61, Co
ba 6 en Coba 5 van Wed. G. Paalman lc
Truus 13, Truus 11, Dinie 15 Emma 4 en Truus
5 van E. A. ter Haar.
Rubriek 45: Eigen gefokte volbloeden:
la Mientje Mina 8 en Mientje 4 van Wed.
H. Rotman, lb Neeltje 7, Neeltje 8, Doratha
8 en Doratha 11 van H. ter Steege.
Rubriek 46:
Moeder met dochter en familiegroepen:
la Coba 5, Coba 6, Coba 8 eig Wed. G.
Paalman.
F. H. veeslzag: Jet van J. Mokkelencate.
M.R.IJ. veeslag: Line 2 van F. Wolters.
De jury bestond uit J. Koning en J. Hof-
F. H. veeslag J. Mastenbroek, J. W. Veld-
meijer voor het M.R.IJ veeslag en voor het
huis, J. G. Löwik en G. J. Hemmink.
Advertentie
V— hVy.V v/'Y ''y
J- v -jf
§mm -y -
Laai er dun ook iets van naar
Qrue.Spaarbank vliegen.
U v*ordt er beier van!
HUTTI5NWAL 31 RIJSSEN
De jonker Mulerd, was de drost van
Spaanse zijde. Hij vertegenwoordigde' de ko
ning van Spanje. Een potentaat, die hij zelf
nooit persoonlijk gezien had. Hij kreeg van
Spaanse zijde opdracht het rebellenvolk van
Enter en Rijssen goed te straffen. De Rijs-
sener rebellen moesten uitgeleverd worden.
En de stad een grote geldboete opgelegd.
Liever zou het de koning van Spanje nog
zijn wanneer Rijssen en Enter totaal werden
platgebrand en uitgemoord. Er waren arme
lieden genoeg die het land van de Rijsse-
naren en die van Enter konden bebouwen.
Maar de jonker van de Grimberg was een
neef van de Spaanse drost. En hij was de
aangewezen man om met de Spaanse over
heid te onderhandelen.
Om kracht bij te zetten, waren er met
de drost Mulerd honderd strijdbare man
nen van Goor meegekomen, onder leiding
van de kopman Hegeman.
De laatste was een raszuivere Twentenaar
maar in dienst van Spanje.
Dat kon in die dagen, want overal in
Twente bleven zelfs, rasechte Spanjaarden
zich metterwoon Gabriël Davina, de Spaanse
officier, die een vermogende burger dochter,
te Oldenzaal aan de haak sloeg en in En
schede was het jonker Bernardo Cerniago,
soldaat in het leger van de kapitein Mario
Martinengo Bernardo Cerniago werd in Boe-
kelo een welgesteld man. De Twentse meisjes
waren niet vies van knappe Spanjaarden.
Maar in Rijssen daar kregen de dwinge
landen geen been aan de grond. In Enter
was het iets anders, daar vermaagschapte zich
plus, minus twaalfhonderd de bevolking zich
met Portugezen. En nu was de drost Mulerd
naar Rijssen gekomen. De jonker van de
Oosterhof, die had het vertrouwen der Rijs-
sense rebellen. Beter nog dan de jonkers van
Langen die te meegaand waren. De Rijsse-
ner Oranjemannen hadden hun kwartier
opgeslagen in de Bouwstraat. De Bouwstraat
was in de oorlog tegen Spanje, feitelijk de
korenschuur van Rijssen. En nu was de jon
ker Mulerd wel in Spaanse dienst, maar hij
was tevens van een oud en ordentelijk Over
ijssels geslacht. En eenmaal zou de oorlog
toch ophouden en dan moest de drost Mu
lerd, of zijn nakomelingen in vrede kunnen
leven en niet de kans lopen om ieder
ogenblik aan het mes gestoken kunnen wor
den. Dus de drost Mulerd wilde en moest
met de burgemeesters onderhandelen. Het
Tube 95 ct
betrof hier twee zaken die geen uitstel
konden lijden. De lieden die het land onvei
lig maakten, en waarvan een zekere Plakke
de hoofdman was. En verder moest Rijsssen
een schatting opbrengen in natura, wanneer
er geen geld was. De bijeenkomst duurde
een hele dag. De Spaanse drost ging eten
bij zijn neef op de Grimberg. En aan de
soldaten uit Goor was voorgespiegeld, dat
het in Rijssen een royale boel was, het zou
de bezetting van Goor aan niets ontbreken.
Nu was het wel zo, dat men te Rijssen
nog niet op een houtje hoefde te bijten.
Kelders, zolders en schuren waren goed
gevuld, maar in de Bouwstraat was men
niet van plan er vijandelijke kostgangers op
na te houden.
Op aanraden van de drost, besloten de
burgemeesters voor de honderd man uit Goor
een stamppot van knollen te koken. Op
het plein bij de kerk werden vuurgaten ge
graven en daar zouden twee kookketels ge
stookt worden. Maar de bezetters uit Goor
roken in de Bouwstraat, de heerlijke geuren
van raapolie en gebakken spek. En zij zou
den voor de knollen met niets er bij, dat
ngmen zij niet. Hadden zij voor een pot vol
knollen met levensgevaar het hele land ver
overd. En moesten zij er voor in de hou
ding staan in zo'n mestgat als Rijssen?
Nee de commandant Hegema, voerde zijn
mannen naar de Bouwstraat, om ze over de
hele Bouwstraat te verdelen, aan iedere ta
fel twee, om te eten wat de pot schafte.
In het eerste huis het beste was de Klappe
ondergedoken, hij waakte over de bonen met
spek gelijk een hond.
Toen twee Spanjaarden de deel opstapten
en zich meldden voor bonen met spek, werden
zij in minder dan geen tijd met de blaaspijp
van de deelgeslagen, En zo ging het verder.
Toen de klok op Rijssens toren twaalf uur
luidde, was de strijd in de Bouwstraat in
volle gang.
De bezetters van Goor waren in het
nadeel, wel hadden ze goede geweren,
maar de mogelijkheid om te laden ontbrak
hen. Zij werden gewoonweg de Bouwstraat
uitgeslagen.
Op de Haar hadden de bezetters beter de
ruimte, maar de Rijssenaren ook. Hegeman
stuurde een ordonnans naar de Grimberg om
de drost te waarschuwen. Maar de ordonnans
werd door twee toffe jongens voor een
boom gebonden, maar de drost kwam toch
naar stad Rijssen. Toen hij op het raadhuis
ankwam was de stad zeer rumoerig. Van
plundering zoals Hegeman bevolen had kon
geen sprake zijn.
Je kreeg te Rijssen de botten in de zak
waren zijn eigen woorden. Hij had vijf
mannen naar Goor gezonden om minstens
honderd man te halen, teneinde Rijssen in
brand te steken en plat te branden.
Lang was de conferentie en hard waren
de voorwaarden die de drost en Hegeman
de stad Rijssen oplegden. Minstens twintig
deugnieten moesten opgehangen worden, 't
waren vijanden van de bezetter. De heer
van de Grimberg zat er lelijk mee in. Maar
de oude Oelenwapper niet. Hij ging naar
Rijssen naar de jonker van Langen op de
Bevervoorde en op voorspraak van de Oe
lenwapper mochten alle zware jongen uit
Rijssen naar de Bevervoorde komen. En de
Spanjaarden zouden knap zijn als ze de
keur van Rijssen te pakken zouden krijgen.
Niet voor niemendal had de oude jonker
Schele van Weleveld gezegd, dat men nog
een gruwzame tijd zou beleven. Maar in
ieder geval de brandstichters kwamen en een
kwart van Rijssen ging in vlammen op.
Dat Rijssen niet helemaal in de soep ging
hadden ze aan de Oelenwapper, de Klappe
en anderen te danken. Zij grepen Hege
man en sleepten deze in het kasteel de Be
vervoorde. Toen zij de kopman eenmaal had
den, werd deze het vuur zo na aan de sche
nen gelegd, dat hij order gaf, om het plat
branden van Rijssen» te staken. De Oelen
wapper spiegelde Hegeman zulk een ontzet
tende marteling voor. Hij zou met spelden
worden doodgestoken. Dat hij dringend order
gaf het blaken en branden te staken. De
bezetters wisten intussen waar de schoen
wrong. Hegeman zat op de Bevervoorde ge
vangen. Nu zou er een stormloop op de
Bevervoorde plaats vinden. De jonker van
Langen was er gerust op. Hij had knapen
op zijn kasteel, die voor geen klein gerucht
vervaard waren. En ook aan het nodige ge
reedschap ontbrak het niet. Zij zouden qver-
winnen of ondergaan. Maar zover kwam
't niet. Want van de zijde van Borkulo kwam
een strijdmacht om Goor te ontzetten. De
Spaanse krijgers moesten Rijssen verlaten. En
nu konden de burgemeesters met de bezet
ters onderhandelen. Het ging nu om het le
ven van de kopman Hegeman. De drost
Mulerd deed ook een beste duit in de zak. In
de eerste plaats hoefde de oorlogsschatting
niet betaald te worden. En Hegeman kwam
vrij wanneer^men verder de Rijssenaren on
gemoeid liet. En zo trok ook deze keer de
vijand af, met vliegende vaandels en slaande
trom. En nu nog iets wat inwoners van Rijs
sen zelf aangaat. Wij hebben de naam He
geman genoem. Het is ons bekend dat er
thans nog een achtenswaardige familie He
geman te Rijssen woond. De door ons be
doelde Hegeman zal wel niets met deze fa
milie te maken hebben. Wel komt hij meer
malen voor in het ouderslief van Goord, en
ook geschiedschrijvers maken melding van
hem. De naam duidt aan dat hij een land
zaat was. Maar het is niet waarschijnlijk
dat hij uit het richterambt Kedingen afkom
stig is.
Na de slag!
Och, het ging vroeger net als nu. De Rijs
senaren staken als steeds de handen uit
de mouwen. En de Jonkers zorgden voor het
vierkante werk in eikenhout, voor de ver
brande huizen.
En de burgemeesters beloofden een feest
zodra de tijd daarvoor gunstig was. En die
tijd kwam. Terwijl men te Rijssen druk
Sint Japik hield kwam de Oelenwapper
van de kant van Goor. Hij schreeuwde luid
zwaaide met zijn stok en gooide zijn hoed de
lucht in. Er moest wel iets bijzonders zijn,
want de Oelenwapper was een man op ja
ren. En dat was het inderdaad. Hij ver
telde niets meer of minder, dan dat Goor
was ingenomen door prins Maurits. Wij
mensen van dezen tijd herinneren ons maar
al te best wat een vreugdevol gevoel zich
van ons meester maakt wanneer de bevrij
ding in zicht is. De prins had de vijand uit
Goor geslagen. Dat was des morgens om
elf uur, dat men dit in Rijssen hoorde.
En des middags trok de Rijssense onder
grondse naar Goor om te zien of het waar
was.
En het was waar, maar aan feestvieren
was men in Goor nog niet toe. Dus gingen
de Rijssenaren terug naar hun stad om daar
een week lang de boel op stelten te zetten.
Pas was Rijssen voorlopig dan van vijan
delijke druk bevrijd of men ging weer heer
lijk aan het krakelen. De Jonkers eisten de
eer voor zich op, dat zij de leiding van
de feestelijkheden op zich namen. De Klappe
en aanhang zouden er wel voor zorgen dat
er gevochten werd. En Ganze Willem zat nog
altijd in het kok onder de toren van Be
vervoorde. Na rijp beraad besloot men
hem naar Goor te brengen. En zo geschiedde.
Goor gereden, een stoet van vijfentwintig
Vastgebonden op een stortkar werd hij naar
man vergezelde hem. Zij wilden getuige
zijn van de straf die de Gans zou krijgen.
Men leverde hem af bij het stadhuis te Goor.
De staatse commandant vroeg aan Willem
wat hij de laatste maanden had uitgevoerd.
Willem verklaarde de laatste maanden ge
vangen te hebben gezeten onder in de toren
van het kasteel Bevervoorde. Waarom hij
daar gezeten had, wist hij niet meer. De
Rijssenaren konden gaan. Willem werd weer
opgesloten. Maar de volgende dag vrij ge
laten. Maar op het volgende uitbundige vrij-
heidsfeest dat men te Rijssen de volgende
dagen zou vieren verscheen Willem niet. Hij
had er genoeg van. Van Coeverden.
Advertentie
en reumatische pijnen
■wrjjft U eveneens weg- met