FILM - nieuws
De ridderslag op de Bevervoorde
DE MOTORRACES TE TUBBERGEN
OP 2e PINKSTERDAG
VEEMARKT RIJSSEN
RUSTIG EXAMEN
Geef mij maar een miljoen
The Royal Ballet
R.V.-junsoren krijgen met
Pinkstermaandag bezoek
Op weg naar Hollywood -
VRIJDAG 19 MEI 1961
WEEKBLAD VOOR RUSSEN
Pagina 5
Mijnhardt's Zenuwtabletten
Maandag (2e Pinksterdag) de film:
Woensdag de film:
p.i.m margarinefabriek-Bols ward
Vrijdag de film:
1U—
RIJSSEN buiten de
Groot was het feest, dat Rijssen mee
maakte tijdens de ridderslag van de Jon
kers van Bevervoorde. De Jonge Plagge was
nu de geschiedkundige van Rijssen, want
de Oude Plagge was dood. De Tipkop was
een grijsaard geworden, maar toch leefde
hij mee met het gebeuren op Bevervoor
de. De bisschop van Utrecht was zelf over
gekomen, om te Rijssen twee nieuwe rid
ders te slaan. De drost van Salland, die nu
als oud man op de Arkelstein woonde, was
nog per extra rijtuig, waarin vele zachte
kussens lagen, voor het stoten, naar Rijssen
gekomen. De bloem van de Twentse adel
begaf zich naar Rijssen. Heel Rijssen stond
langs de straat geschaard, om de intocht
van de ridders te zien. Op de Grimberg
woonde nu een andere Jonker, die in de
volksmond te Rijssen „De Sloffe" ge
noemd werd, omdat deze Jonker platvoe
ten had. De ridder van de Grimberg, Fre-
derik met de boord, was een deftige ver
schijning. Verder woonde in een der pias
gebouwen Soep Ale. Zij was de vrouw ge
worden van de Jonge Bolle. Agata had ge
commandeerd, dat Ale en de Bolle met el
kaar moesten trouwen. En dat hadden ze
toen maar gedaan en Agata de Vrouwe
van Rijssen had zich aan de Bolle en zijn
vrouw veel gelegen laten liggen, omdat dit
echtpaar zo gehoorzaam was. De Bolle was
voor de ridderslag in een nieuw pak gesto
ken. Dit laatste was ook wel nodig, want
zijn buik nam formidabele afmetingen aan.
De Jonge Plagge was ook op het kasteel
ontboden. Hij moest de grote visite uit de
doeken doen waardoor de Grimbergse oor
log ontstaan was. En verder moest hij een
hele rist van Langens opnoemen, die zich
voor Rijssen of voor zich persoonlijk dienst
baar hadden gemaakt. De beide Jonkers Hu-
go en Rudolf Eggerich, hadden een maand
lang in de buurt van de Bevervoorde moe
ten blijven. Want de Schere, de opperkleer-
maker van Rijssen, had met twee knechts
gezwoegd om de ridderkostuums voor elkaar
te krijgen.
Maar nu op deze zonnige morgen glansde
alles in feestdos. Het was zelfs alsof de
spreeuwen en vinken zich hadden opgepoetst
om het grote festijn mee te maken. Het
was elf uur in de morgen: ongeveer der
tig rijtuigen waren de Bevervoorde opge
reden, want dit was het bisschoppelijk pa
leis. Alles was gereed. Reinold een gezet
te dikke vijftiger gaf de Jonge Bolle be
vel, als heraut den volke kond te doen van
de grote gebeurtenis die op handen was.
Daar kwam de eerste huisknecht, De Pru-
me, de grote zaal vol ontsteltenis binnen
Stormen en riep dat Jonker Hugo was ver
dwenen. Het raam van diens kamer was
opgeschoven en een achterzeel, een touw
dat bij de hooioogst wordt gebruikt, hing
van het raam tot op de grond. Groter bla
mage had men op de Bevervoorde niet kun
nen hebben. De Jonker met de wapperoren
had de plaat gepoetst. Eén was er te Rijs
sen die wist waar Jonker Hugo was, dat
was de Jonge Plagge. Jonker Hugo had aan
de Plagge meermalen verteld dat hij here-
boer wilde worden en anders niets.
Hij had maling aan alle ridders en aan
alle freules. Maar intussen moest het feest
doorgaan. Na heel wat heen en weer ge
praat werd de plechtigheid uitgesteld tot na
de middag. Veertig flinke jonge Rijssena-
ren verklaarden zich bereid op zoek te gaan
naar Jonker Hugo. De Jonker had echter
de Bevervoorde ongemerkt kunnen verla
ten, in boerenkleren was hij gedost.
Het paard van de Plagge stond voor hem
gereed. En hij had de plaat gepoetst naar
het kasteel Weleveld bij Borne. Daar woon
de op zijn sterk slot de zonderlinge rid
der Berend van Weleveld. De man die van
de Utrechtse bisschoppen niets moest heb
ben en net zo min als Hugo van Langen
tot Ridder geslagen wilde worden. Berend
van Weleveld had een assepoes van een doch
ter.
De freule had werkhanden gelijk een boe
renvrouw, maar was een meisje met een
hart van goud-
Hij had haar leren kennen op de Alme
lose kermis. En het was een vaste verken
ring geworden. Moeder Agata had niet on
der stoelen of banken gestoken dat de freu
le Barbara van Weleveld niet de schoon
dochter was, die zij zich gedroomd had.
Freule Barbara van Weleveld, sprak bij
voorkeur over koeien en kippen, verder over
de schapenfokkerij en over de stand van
het verbouw. Reinolt van Langen, Hugo's
vader, noemde het een manwijf. Maar dit
nam niet weg dat Hugo er zich ziek aan
liet praten. Barbara was zijn keus en niet
anders. Op het Weleveld hadden ze al een
paar dagen uitgekeken, zij verwachtten hem.
Maar al zijn kleren waren op zijn kamel
en men geloofde niet dadelijk aan een vlucht
Toen tegen drie uur nog niets naders be
kends was, ging de ridderslag van Rudolf
Eggerich door.
En daarna was er een uitbundig feest
maal dat klonk als een klok. Berend van
Weleveld had Hugo bevolen een andere
schuilgelegenheid te zoeken en Barbara ging
Aangevoerd 1290 stuks vee, runderen 142
varkens 1148.
Prijzen: 13 vette koeien, eerste kwali
teit van 3,20 tot 3,40 per kg. slacht-
gewicht.
52 melk- en kalfkoeien van 1075, tot
1200 per stuk.
51 pinken van 675 tot 800 per stuk.
11 graskalveren van 400 tot 525 per
stuk.
15 nuchtere kalveren van 60 tot f 80
per stuk.
13 drachtige zeugen van 375 tot 450
per stuk.
27 loopvarkens van 95 tot 120
per stuk.
1108 biggen van 68 tot 85 per stuk.
Overzicht handel:
Rundvee: Handel goed, prijzen hoger.
Biggen: Handel redelijk, prijzen iets hoger.
Zeugen: Handel redelijk, prijzen onveran
derd.
met hem mee, Ook zij was gekleed gelijk
een boerin. De beide jonge mensen, vrij
van elke conventie, genoten in eikaars bij
zijn van hun jonge liefde.
Drie dagen na de plechtigheid stapte Hu-
go de poort van de Bevervoorde weer bin
nen, net of er niets aan de hand was.
Bittere verwijten kreeg hij te horen, omdat
hij zijn gehele familie voor schut had laten
staan. Maar Hugo bleef het antwoord niet
schuldig. Hij wilde onder geen beding tot
ridder geslagen worden. Nog liever woonde
hij met Barbara op de Biesterij. Agata de
deftige drostendochter trok de hand van haar
oudste zoon af.
Onterven zouden ze hem niet. Al hadden
ze dat gedaan, dan had dat weinig uit
gewerkt, want Barbara van Weleveld was
een rijke erfdochter. Rudolf Eggerich was
als cornet in het bisschoppelijk leger geko
men. En na anderhalf jaar sneuvelde de
jonge Rudolf Eggerich, in een veldslag te
gen de hertog van Gelder. De verslagenheid
was groot. Heel Rijssen was ervan onder
de indruk, alleen Jonker Hugo niet. Nu is
mijn broer tot ridder geslagen vertelde hij
te Rijssen. Nu wordt hij met roem en eer
begraven!
Het is een schandaal! Reinolt van Lan
gen en Agata kwamen de slag moeilijk te
boven. De Plagge noteerde: In een geweldi
ge slag tegen de Geldersen in de maand
mei van het jaar 1340 sneuvelde de Jonker
Rudolf Eggerich v. Langen Zone op de Be
vervoorde te Rijssen. De steen lag vroeger
in de kerk te Rijssen. De Rijssenaren lie
pen er echter zo lang overheen, dat er van
Rudolf Eggerich niets meer te zien was.
En Hugo? De oudste met de ver uitstaan
de oren? De naamdrager van de schrik van
Rijssen in Teerkenland. Hij woonde niet
op de Bevervoorde, maar op een huis dat
men brandlicht noemde. Daar op dat huis,
binnen de stad, daar leefde hij als boer on
der de Rijssenaren.
Zijn vrouw was weliswaar geen boerin
als andere Rijssener vrouwen, daarvoor was
Advertentie
Gegrond op 1O-tallen jaren ervaring
zij een dochter van het Weleveld. Maar graag
werkte zij in haar tuin, voerde eigenhandig
haar kippen. Zij was een goede huishoud
ster en had negen kinderen, waarvan de oud
ste, weer Reinold geheten, later weer heer
zou worden van Bevervoorde. Tot voor een
dertig jaar zat in een huis in de buurt van
de Watermolen nog een oude schouw met
de wapens van van Langen. Dat was het
huis waar Hugo van Langen met Bar
bara van Weleveld woonde. De Rijssenaren
noemde Barbara de Joffer van Rijssen,een
titel7 die zij met ere droeg. Haar hart en
beurs stonden voor elkeen open. En Agata
de drostendochter? Zij werd na de dood
van haar jongste zoon spoedig weduwe. En
na de dood harer ouders werd zij een stroe
ve weduwe. Haar huis de Bevervoorde staat
met de achtergevel naar de stad ge
keerd en zij groeide met het huis mee.
Haar kleinkinderen kwamen soms op Be
vervoorde. Soms met de buurkinderen met
nummer elf onder de neus, zonder gou
vernante. Dit laatste vond Hugo gekken
werk. Een goede Rijssense Jonker moest
tussen de Rijssenaren opgeroeien. Dan pas
werden hetkerels van stavast. Doch het
was alsof het spel sprak, van de vijf zo
nen van Hugo van Langen zouden er later
vier ridder worden. Ook de dochters wer
den echte freules, die toen de jaren des
onderscheids kwamen,niet meer te Rijssen
thuis hoorden.
Angstig klepperde de klok van de toren.
De Geldersen deden een inval in Rijssen.
Jonker Hugo van Langen riep de mannen
van Rijssen bij elkaar. De Jonker boer,
die nooit tot ridder geslagen had willen
worden, toonde nu wat hij waard was.
De families op de Oosterhof en de Grim
berg, poetsten de plaat, naar het voor
hen veiliger Almelo. Hugo, stuurde een
stein, waar een neef van hem drost was.
En tevens ging er een boodschap om hui-
naar Deventer. In de haast bracht hij
het kasteel Bevervoorde ih staat van ver
dediging. Het volk van Rijssen vertrouwde
op hem. Zijn naam, Hugo, had een goede
klank. De Rijssenaren verwonderden zich
erover de koelbloedigheid van de Jonker,
hereboer van Langen.
Hij haalde het voorvaderlijke zwaard van
de kruisridder Hugo voor de dag en Piet
jes Dieks, een daghuurder, moest de slijp
steen draaien Hugo maakte het zwaard zo
scherp als een scheermes. Dit werkte aan
stekelijk, overal begon men allerlei wa
pentuig in orde te brengen en toen wacht
te men af of de Geldersen zouden komen.
VAN COEVERDEN,
Sid Gibson (Sidney James) heeft gepro
beerd een nieuw wasmiddel te verkopen aan
een publiek, dat heden ten dagen evenwel
niet geïnteresseerd is in een nieuw arti
kel waarvoor op de televisie geen reclame
is gemaakt.
Hij gaat om advies bij Sally (Sally Bar
nes), een kennis van hem, die cheffin is
in een wasserij. Daar wordt hij voorgesteld
aan Arthur Ashton (Arthur Askey), waar
van zij weten, dat hij werkt in de studio
van de Nationale Televisie, echter, zoals
Arthur zich haast uit te legeen, slechts als
grimeur. Maar Sid ziet allerlei mogelijkhe
den en hij weet Arthur te overreden om
naar een mogelijkheid uit te zien een ad
vertentie voor zijn wasmiddel voor de ca
mera's te brengen gedurende een belang
rijk nummer van de Nationale T.V. Als dit
gelukt, verwekt deze stunt natuurlijk een
enorme reactie door het gehele land. Zo
wel de Nationale als de Commerciële T.V.
hebben er belang bij te weten of dit inter
mezzo slechts een grap is of het werk van
een groep handige reclameagenten. Het duurt
echter niet land of Arthur wordt ontmas
kerd als de schuldige en krijgt zijn ont
slag.
Maar voor Sid heeft zich een nieuwe we
reld geopend. Deze enkele advertentie heeft
tot resultaat, dat zijn voorraad van het
nieuwe wasmiddel binnen recordtijd is uit
verkocht en dat hij het onmogelijke moet
doen om aan de overstelpende vraag te vol
doen. Bovendien stellen alle grossiers de
conditie, dat de T.V.- reclame voor dit ar
tikel moet doorgaan. Sid is niet meer te
stoppen - en zo wordt het idee van de eer
ste piraten-televisie geboren.
Sid komt tot de conclusie, dat Arthur
de juiste persoon is voor de exploitatie van
deze nieuwe onderneming. Met de hulp van
enige vrienden gelukt het ook inderdaad om
krijgen gedurende het televisie verslag van
de Ascot-paardenrennen en later nog tij
dens hoogtepunten van het Edinburg Festi
val.
Arthur is nu een nationale persoonlijk
heid geworden wiens durf en vindingrijk
heid de harten heeft gewonnen van het ge
hele Britse publiek.
Vol vertrouwen besluiten Arthur en Sid
tot een nog gewaagder wapenfeit. Er moet
een advertentie worden tussengeschoven ge
durende de televisie-uitzending van ontmoe
ting van de Eerste Minister en de Presi
dent op London Airport.
Deze keer hebben zij hun installatie in
gebouwd in een postauto, waar Athur bin
nenin de apparaten zal bedienen. Doch onge
lukkigerwijs worden zij op de weg naar de
vlieghaven overvallen door een misdadigers
bende, die menen een lading ongemunt goud
te hebben buitgemaakt.
De aanwezigheid van Arthur wordt door
de bende niet opgemerkt en met zijn T.V.
installatie binnenin de auto kan hij een bood
schap aan de politie doorgeven. Met zijn
hulp gelukt het de 'politie de auto aan te
houden en de bende gevangen te nemen,
die al lang door hen werd gezocht. Arthur
neemt hen gelukwensen in ontvangst, maar
zijn moeilijkheden zijn nog lang niet voor
bij, want de politie zit hemzelf ook op de
hielen en voor hij het weet is hij onder
arrest.
Maar de televisie-kijkers van heel het
land heben Arthur tot Publieke Held Nol.
gemaakt en Sid aarzelt niet dit tot hun voor
deel uit te buiten. Voor hemzelf aanvaardt
hij een baantje als Directeur van de Com
merciële Televisie en voor Arthur bewerkt
hij niet alleen zijn vrijlating, maar zorgt
voor een prachtig contract met de Nationa
le Televisie, waarin hij zijn eigen Ster-Pro
gramma krijgt.
Beide keuringen: alle leeftijden.
De zwanenmeisjes dansen in het maan
licht. Prinses Odette en haar lotgenoten zijn
de slachtoffers van een boze tovenaar, die
hen in zwanen veranderde. Alleen 's nachts
kunnen zij hun menselijke gestalte weer
aannemen, bewaakt door de tovenaar die zich
als uil vermomd heeft.
Prins Siegfried is verliefd geworden op
Odette en komt met zijn vriend naar het
woud om haar te bevrijden. Zij bekennen ul-
kaar hun liefde, maar tevergeefs tracht Sieg
fried haar tegen te houden, als zij tegen
de morgen weer als zwaan terug moet ke
ren naar het meer.
De prins blijft treurend achter en zint
op een manier om zijn geliefde toch te be
vrijden, terwijl hij treurig de vlucht zwa
nen nakijkt.
DE VUURVOGEL
De Vuurvogel danst rond een betoverde
boom, beladen met gouden appels. Kroon
prins Iwan bespiedt haar en raakt geheel
onder haar bekoring. Als de Prins de vogel
gevangen heeft, laat hij haar slechts gaan,
nadat zij hem één van haar veren geschon
ken heeft, met de belofte hem voor eeuwig
te zullen dienen.
De nacht ebt weg. De schone Keizersdoch
ter, begeleid door twaalf van haar volge
lingen, vertelt de Prins, dat hij zich be
vindt voor het kasteel van de onsterfelijke
Kostchei, een boze tovenaar, die onschuldi
ge reizigers betovert en hun in steen ver
andert.
De Keizersdochter en de Prins worden
verliefd op elkaar, maar de ochtend breekt
aan en de meisjes moeten terug naar het
kasteel.
De prins besluit hen te volgen maar zo
dra hij de poort aanraakt klinken er bellen
en vreemde gestalten springen te voorschijn.
Als laatste verschijnt Kostchei, die dreigend
op de Prins toetreedt om hem in steen te
veranderen. De Prins haalt de veer van de
Vuurvogel te voorschijn - zij verschijnt en
brengt Kostchei en zijn dienaren onder be
tovering.
Zij doemt hen te dansen totdat zij uitge
put in slaap vallen. Op aanwijzing van de
Vuurvogel, steelt de Prins het ei, dat de ziel
van de tovenaar bevat. Hij laat het vallen,
en zó sterft Kostchei, de onsterfelijke tove
naar. Na de dood van de tovenaar herkrij
gen alle gevangenen hun vrijheid en vieren
feest.
Dit is de geschiedenis van Palemon en
Ondine. Zij vertelt u, hoe Palemon trouwde
met een waternymph - wat er daarna ge
beurde - en hoe Palemon tenslotte stierf, na
het verbreken van zijn belofte.
Palemon, teruggekeerd van de jacht, maakt
Berta het hof. Enigszins uitdagend weigert
zij op zijn attenties in te gaan en hij blijft
alleen achter.
Een vreemd wezen - Ondine - een water
nymph, verschijnt. Palemon vangt haar en
zij is verrukt een menselijk wezen te ont-
Advertentie
„Spaar de Pimmetjes
voor geschenkartikelen
zij blijven altijd geldig"
De strijd tijdens de internationale motor
races op het circuit van Tubergen zal
zich dit jaar in hoofdzaak toespitsen in de
zware klasse, omdat niet minder dan vier
nationale kampioenen elkaar de eer van
de eerste plaats zullen betwisten. Rudolf
Glaser, de snelste man van Duitsland, Ladi
Richter, de kampioen van Oostenrijk, Ray
mond Boogaardt, die in België alles en
iedereeen achter zich liet en Hugh Ander
son, de Nieuw Zeelander, kampioen van
zijn land en de schrik van alle circuits waar
hij de laatste tijd zijn rondjes heeft ge
draaid, alle vier komen ze naar Tubber-
gen om in een uiterst harde strijd te po
gen het eerste de finish te bereiken.
Dit snelle kwartet kan men beschouwen
als de grote rivalen van Frank Perris,
meerdere keren winnaar in de zware klasse.
Buitengewoon verheugend is, dat ook Ernst
Hiller weer van de partij zal zijn. Aan
vankelijk had de Duitser laten weten, dat
hij met de racerij zou ophouden, maar
blijkbaar heeft Tubbergen een dermate gro
te plaats in zijn hart, dat hij de verleiding
niet heeft kunnen weerstaan toch weer een
machine - een Matchless? - race-klaar te
maken. Hij komt in elk geval naar Tub
bergen en wie zich in vroegere jaren de
adembenemende duels in herinnering roept
tussen hem en Frank Perris, weet, dat
er iets bijzonders te zien zal zijn.
Er zijn meer merkwaardige figuren dit
jaar in Tubbergen,
Neem de Nederlander, Jan Huberts. Hij
heeft het met de importeur van de Japanse
Honda's op een akkoordje gegooid en in
de lichte klasse gaat hij zich met een 2-
pittertje van Japanse makelij meten met
o.a. Willy Scheidhauer, de Saarlander, die
een vast abonnement heeft op de eerste
prijs in de 125 cc-klasse. Veel sensationeler
wordt echter het deelnemen van Jan Hu
berts in de 250 cc klasse, want ook hier
heeft hij weer een Honda, die zijn inhoud
van 250 cc. verdeeld heeft over liefst 4
cylinders. Het motortje moet zo ontaard
snel zijn, dat Huberts aangevraagd
heeft met dezelfde machine te mo
gen inschrijven in de 350 cc en halve liters
klasse. Het lijkt haast onmogelijk en het
valt ook nog te bezien of de KNMV haar
goedkeuring zal hechten aan dit experiment.
Het is wel eens voorgekomen dat men met
een machine heeft gereden in een hogere
klasse dan de cylinderinhoud rechtvaardig
de, maar dat Jan Huberts het aandurft met
een 250 cc-machine mee te rijden in de hal-
moeten.
Zij vlucht in het woud, achtervolgd door
Palemon, die onder haar bekoring kwam.
Tirrenio, koning der waternymphen, is hier
over zeer ontstemd. Hij wacht de geliefden
op en tevergeefs tracht hij hen te schei
den; hij waarschuwt Palemon, dat hij met
z'n leven zal moeten boeten, indien hij On
dine ooit ontrouw wordt.
Ondanks alle bedreigingen worden zij door
een kluizenaar voor het leven verenigd -
hierdoor verkrijgt Ondine een menselijke
ziel.
Berta en haar vrienden zijn Palemon gaan
zoeken in het woud maar worden door de
waternymphen verdreven.
De geliefden schepen zich in. Zonder dat
zij het weten is Berta hen gevolgd. Ondine
probeert vriendschap te sluiten met de ja
loerse Berta. Palemon geeft zijn amulet aan
Ondine, maar Berta beweert, dat het haar
toebehoort. Zij danst er uitdagend mee, tot
dat Tirrenio het haar ontrukt.
Ondine, die Berta wil troosten, buigt zich
over de reling en brengt uit zee een schit
terend halssnoer te voorschijn.
Berta weigert het en beschuldigd Ondine,
bovennatuurlijke krachten te bezitten.
De bemanning in bijgelovige angst, kiest
de zijde van Berta en geeft Ondine de schuld
van de naderende storm. Palemon bepleit
Ondine's onschuld. Als de zeelieden dreigen
Ondine over boord te zullen gooien ver
schijnt Tirrenio en verdwijnt met
haar in de diepe zee. De storm breekt los.
De boot slaat stuk en de scheplingen vech
ten voor hun leven. In deze hel van de dood
vernietiging vinden Palemon en Berta elkaar
terug. Vandaag is de trouwdag van Berta
en Palemon. Berta onthult hem haar huwe
lijksgeschenk, 'n geschüderd portret. Aleen
achtergebleven voor het schilderij, verbleekt
Berta's beeltenis om plaats te maken voor
Ondine. Op het hoogtepunt van het feest
verschijnen ongenode gasten. De bruid en
haar gasten worden als door een wervel
storm opgenomen - en verdwijnen. Wenend
verschijnt Ondine om het vonnis te voltrek
ken aan Palemon. Treurig ontwijkt Ondine
zijn kus, zij herinnert hem aan zijn ver
broken belofte. Als hij jaar kust moet hij
sterven. Maar beiden kunnen de verleiding
niet weerstaan en Palemon sterft na haar
omhelsd te hebben.
ve literklasse, lijkt een beetje op zelfover
schatting.
In elk geval zit er dit jaar weer volop
„muziek" in Tubbergen. Duizenden, komende
van heinde en verre, zullen vol welbeha
gen de geur van verbrande olie en ben
zine opsnuiven. Ret is met geen moge
lijkheid te zeggen wie er precies gaat win
nen; daarvoor zijn de rijders te veel af
hankelijk van factoren die buiten hun wil
om van invloed kunnen zijn. Maar spannen
zal het er in elk geval.
De junioren van de voetbalvereniging Rijssen
Vooruit krijgen Pinkstermaandag bezoek van
voetbalvriendjes uit Rotterdam en wel van de
junioren van de Rotterdamse voetbalclub DRZ,
Er zullen 's middags een drietal wedstrijden
worden gespeeld en wel de volgende:
12 uur: Pupillen.
2—3 uur: R.V. bD.R.Z. b.
34 uur: R.V. aR.D.Z. a.
Steve Wiley, een New Yorkse gokker, is
in een innige omhelzing met een knap meis
je gewikkeld, terwijl de radio de uitslagen
van de laatste paarderennen uitzendt. Plot
seling verschijnt er een hand, die de radio
afzet en Steve onzacht overeind trekt. De
indringer is Bookie Benny, een potige book
maker. Benny stuurt het meisje weg en
beveelt Steve dreigend de 3000.dollar die.
deze het syndicaat nog schuldig is, te be
talen of anders
Steve vraagt Benny om kalm te blijven
en verzekert hem, dat hij het geld de vol
gende morgen zal hebben, 's Avonds zal
er nl.) in een bepaald theater een loterij
gehouden worden met een dure, nieuwe
wagen als hoofdprijs. Steve is er zeker van,
dat hij die zal winnen, want de drukker
van de loten, een vriend van hem, heeft
hem een compleet stel duplicaatloten gege
ven.
Die avond arriveren Steve en Benny in
het theater, gewapend met een koffer vol-
loten. Ze staan in de rij achter Malcolm
Smith, die een schoenendoos onder
zijn arm draagt. Steve ontdekt tot zijn ont
stemming, dat ook deze doos vol met lo
ten zit, zij het dan ook dat die van Malcolm
écht zijn.
En wat gaat er nu gebeuren? Zowel Ste
ve als Malcolm hebben het winnende lot en
zij eisen beide de hoofdprijs op. De leider
van de verloting lost het probleem op door
de auto aan hen beiden toe te kennen!
Steve stelt voor de auto te verkopen, doch
Malcolm heeft andere plannen. Hij wil
met de auto naar Hollywood rijden om de
filmster, die hij aanbidt, Anita Ekberg,
te zien, Steve stemt daarin toe, doch neemt
zich voor om er bij de eerste de beste ge
legenheid met de wagen vandoor te gaan.
Gelukkig doorziet „Mr. Bascom", Malcolm's
kolossale en intelligente Deense dog, ken
nelijk Steve's plan en steekt dus telkens
een spaak in het wiel.
In Pennsylvania geven ze een lift aan
Terry Roberts, een knappe revue-girl, die
een auditie in Las Vegas heeft en daar
een baan kan krijgen. Het duurt niet lang
Terry en Steve worden verliefd op elkaar.
Het kan Malcolm niet schelen: Hij wacht
wel op Anita Ekberg....
Er gebeuren natuurlijk alle mogelijke on
zinnige dingen tijdens de lange tocht dwars
door Amerika. Het drietal raakt zonder geld
en benzine; hun auto wordt (tijdelijk ge
stolen door een oud dametje; „Mr. Bascon"
neemt het stuur over; en Malcolm heeft
een zeer opwindende ontmoeting met een
woedende stier.
Eindelijk arriveren zij in Las Vegas. Mal
colm krijgt zijn speciale „geluksgevoel" en
wint een hoop geld aan de goktafel. Be
langrijker nog, hij ontmoet Anita Ekberg!
In zijn opwinding 'duwt hij haar per
ongeluk in een zwembassin en verdrinkt
bijna zelf in zijn poging haar te redden.
Zijn eerste kennismaking met Anita is dus
niet erg fortuinlijk.
Tenslotte arriveren Malcolm, Steve en
Terry in Hollywood. Steve, Malcolm en „mr.
Bascon"" gaan naar de Paramount Studios
op zoek naar Anita. Er volgt een wilde
jacht dwars door de studio's, maar alles
komt op zijn pootjes terecht. Terry en Ste
ven besluiten goed bij elkaar te blijven en
ook al doemen er voor Anita Ekberg en
Malcolm nog allerlei complicaties op, ook
die worden tot een goed einde gebracht.