wBÊÊ FILM- nieuws ENORME CAISSONS VOOR DE AFSLUITING YEERSE GAT m RECHTS IS TOCH ALTIJD V LANDBOUWVEILING 1960 Mil Last van zenuwen? Kiom Zeven maal 22.500 kubieke meter - ,'7222 Mil Jonker van Bevervoorde op vrijersvoeten Sportclub Rijssen ontvangt DETO „Echt iets voor Conny" „In naam van het onrecht" U KUNT VRIJDAG 17 FEBRUARI 1961 Pagina 5 Ppr' 3 PiP I Mijnhardt's Zenuwtabletten helpenU eroverheen k Da\AROM; HOUDT RECHti. DAT IS VÉÉL VEILIGFR RIJSS EN buiten de tv allen Netjes in het gelid staan de doorlaat- caissons, die dezt maand gereed kwa men, nu nog in de bouwput bij Vrouwe polder. Deze gevaar ten van staal en be ton gaan drijven, zo dra er in de bouw put meer water staa dan 5.20 meter, de diepgang van de cais sons. ilallBllI Een week lang had jonker Berend van Be vervoorde gewikt en gewogen. Hij was nu een goede vijftiger en als hij nu eens een geschikte vrouw kon krijgen dan was hij van veel soesha af. Maar dan bedacht hij dat hij dan niet meer alleen baas op de Bevervoorde was. Hij wist het, want op de Oosterhof speelde de hoge vrouwe de eerste viool. Op de Grimberg niet. Maar als hij eens een vrouw kreeg, geheel naar zijn hart? Maar ja, hij was een heer op leeftijd en vrouwen waren vrouwen. Hij had niemand om er mee over te spreken. Hij was bang dat men hem om zijn reeds vergevorderde leef tijd zou uit lachen. Na tien dagen geprakkizeerd te hebben kwam de Balg zijn goederen brengen en bracht meteen de boodschap van de freule van Lan gen mee, wat of meneer van Langen uit Rijs- scn van plan was. De baron deed de kamer deur op de knip en had een onderhoud onder vier ogen met de Balg. Het gesprek duurde twee uur en zij spra ken af dat de schipper de boodschap mee zou nemen voor de freule van Langen, dat de heer van Bevervoorde over een week een bezoek zou brengen aan de Averenk bij Eng- den aan de Vecht. De freule van Langen was geen jong meis je meer. Voor de wereld was zij nog altijd achtentwintig jaar, maar in werkelijkheid was ze de dertig al gepasseerd. Iedere dag na de eerste boodschap van de Balg had ze zich 's morgens flink gekapt. En de daghuur ders op de hof Averenk hadden tegen elkaar gezegd dat er met de juffer Agnes ook iets loos was. Maar ze wisten natuurlijk nog van niets. Dat werden ze een dag of tien later gewaar toen de Auslaender kwam. De meneer in de gele sjees uit het steenrijke Holland! Een der daghuurders die Rijssen kende had er om gelachen. Steenrijke Holland, had hij gesmaald. Dat is een jonker van Riessen, en Ries- sen is een plaats als Schuttdorf. Alleen in Schuttdorf is de toren veel hoger. In Ries sen stroomt de AA; en in Schuttdorf de Vecht. Dat kon dan allemaal goed en Wel zijn ver telde de werkbaas, maar de schipper met de dikke buik had hem verteld dat in Rijssen alles veel groter was dan het was. De landgoederen waren er groter en er was meer geld. En de jonkers in Rijssen eten elke morgen geen roggebrood met spek. En hun huizen lijken meer op heren huizen dan op boerderijen, zoals in het Bent- heimse. Nu viel dit bij de Averenk nog best mee. Daar stond tenminste nog een dakkapelle tje op het voorhuis. Maar de daghuurder Lau rens, die 's zomers naar Holland ging gras- maaien en bij de Hoppe in Rijssen voor een kwartje logies en 's morgens pannekoek als ontbijt kreeg had in Rijssen geen kastelen gezien. Het volk was er aardig, vertelde hij, en vooral Siene, de dienstbode in de Hoppe. Maar daar op een middag verscheen Jon ker Berend van Bevervoorde in vol ornaat in de gele sjees met zijn Koetsier Bats op de bok op de Averenk in Engden. Floeps, reed Bats de oude vervallen poort door en daar stond het paard op de heren- brink. Een goedmoedige oude Pruis, de jon ker Van Langen begroette de Rijssenaar zo hartelijk alsof het zijn zoon was, die hij in geen jaren had gezien. Hij gaf de heer van Bevervoorde beide handen tegelijk. De nuchtere Rijssenaar vond dit aanstel lerij. Het was bij en om de hof stoffig en ook pluizig vond Jonker Berend. Hij droeg een blaulakens pak en daar sto ven spuisjes op. Bats schoot toe om zijn mees ter te reinigen. De oude dikke Duitse baron met een snor als een handstoffer liep luid pratend en zwaai end met de armen voorop een soort vestibu le binnen. Bats knipoogde zijn meester toe. Wat een Duitse drukte. Ze kwamen in een grote keu kenachtige kamer en met een brede arm zwaai bood de heer Van Langen de jonker van Bevervoorde een zetel aan, riep met veel lawaai zijn familie bij elkaar en stelde eerst zijn vrouw aan de Rijssenaar voor, toen zijn zoon Lammert, de schoondochter Sophie en dan juffer Agnes. De juffer was flink opgedirkt en zag er lief uit. Ze kirde als een duif. En de oude baas vertelde dan dat het zeer schön was dat Herr van Langen naar Averenk gekomen was. Bats was moed willig. Hij was door de oude Prins naar het knechtenappartement gestuurd, en dacht bij zichzelf; Zo'n smerige oude rotmof! Bats was steeds gewoon in de nabijheid van zijn mees ter te zijn, en nu dit. Afijn, hij zou zijn heer en meester wel waarschuwen wat voorzich tig te zijn. Maar jonker Berend was niet voorzichtig want tegen de korenblauwe ogen van Agnes was niets bestand. Niets, volgens Berend van Langen dan. Een onervaren man met vrouwen. Het werd aan tafel zo geregeld dat Berend Agnes toe vallig naast elkaar zaten. Maar Berend was meer weg van Agnes dan zij van hem. Toen tegen de avond Bats ingespannen had en de zweep geducht over de trouwe merrie legde vertelde hij zijn heer en meester dat hij in het vervolg met de moffenpruttel niets meer aan de pet had. Zij hadden hem op de Averenk lelijk De eerste editie van Sportclub Rijssen wacht zaterdagmiddag een zware strijd. Om vier uur ontvangt men n.l. op eigen terrein de Deto-reserves uit Vrlezenveen. Dit elftal beschikt over enkele goed© spelers en de thuisclub zal dan ook de handen vol krijgen aan de Westeinders. Sportclub Rijs sen verschijnt in de volgende opstelling; Doel; W. J. Steenbergen; achter: G. J, Kosterbok en M. Ruiterkamp; midden: J. Lohuis, A. J. Ruiterkamp en G. Grevelink; voor: P. Miiller, J. Schellevis, J. Rutter- karop, H. ten Bolscher en Joh. F ^g^man. voor schut laten staan, tussen die knechten en meiden die om hem gelachen hadden. De jonker liep rood aan en Bats ook. En ofschoon Bats anders voor de merrie zorgde als voor zichzelf gierde nu de zweep door de lucht. Maar de Jonker van Bever voorde was totaal weg van Agnes van Lan gen. De oude jonker Van Langen van de Ave renk zat na het vertrek van de Rijssenaar met zijn gezin aan tafel. Juffer Agnes was nog niet zo best te spreken over de man die naar haar was komen vrijen. Zij had er nog al kritiek op. Zijn leeftijd, nou ja, daar wil de zij niet over praten. Hij was voor zijn ja ren nog kras genoeg. Maar zij vond dat het een dikkop was en dat hij geen nek had. Maar de oude snor veegde haar de mantel uit. Zij moest zich schamen om over zo'n goede par tij te praten. Wie er op den duur mee naar bed? Ik of pa? De oude heer draaide met zijn beide vuisten tegelijk zijn snor op en riep Agnes. Ik ben je vader! Goed pa, ik zal het doen, maar als er binnenkort een ander komt doe ik het niet. En er kwam geen ander. Agnes schreef een brief naar Rijssen en de Balg kreeeg het druk met het lezen en schrijven van liefdesbrieven. Na verloop van een half jaar kwam Agnes van Langen op de Bever voorde. Zij bekeek het vertrek van haar aan staande en dacht bij zichzelf: Was hij maar zo. Het kwam precies uit zoals Bats voor speld had. Bats hoorde niet bij de jonker in de he renkamer. Maar toen vertelde de jonker haar dat hij heer en meester was op de Bever voorde en zich door niets en niemand de wet ten liet stellen. En toen begon zij te huilen en reisde af. En de jonker dacht dat de ver kering af was. Maar Bats zei: Stille loatn snottern, dan koomp ze wal wier! En zo was Vrijdag en zaterdag de film KORTE INHOUD: Conny is al vroeg wees geworden. Haar oom leidt voor haar de grammofoonplaten zaak, welke haar ouders haar hebben nage laten en heeft daarvoor zijn carriere als schlager-zanger opgegeven. Hij vindt het niet goed, dat Conny voordat zij meerderjarig wordt, ook zangeres gaat worden. Conny zelf denkt daar echter anders over en laat zich door enkele vrienden voor een talentenjacht inschrijven. Haar oom die aanvankelijk van plan was eveneens deze wedstrijd te bezoeken om daar zijn vroegere verloofde weer eens te ontmoe ten, moet echter door ziekte het bed houden en stuurt in zijn plaats zijn pers-chef. Conny doet aan de wedstrijd mee vermomd als Margot Muller en heeft daarbij zoveel succes, dat de pers-chef van haar oom haar uitnodigt voor proefopnamen, notabene bij haar eigen grammofoonplaten-firma. Wat nu volgt is een aaneenschakeling van complicaties, verkleed-partijen en achtervol gingen, waar zelfs nog een detective aan te pas komt, het geheel rijkelijk doorweven met vrolijke en vlotte schlagers. De film eindigt met een grote show, waar bij de ontknoping plaats vindt. Hoe, zullen wij U hier niet uit de doeken doen, maar ook U zult zeggen: dit was weer écht iets voor Conny! In naam van het onrecht Woensdag de film: Wij citeren regisseur Wolfgang Staudte: veel ongeluk wordt in deze wereld veroorzaakt door de burger, die men het beste „Untertan" kan noemen. Want de „Untertan" moet leven van de Overheid. En daar hij absoluut wil leven, schept hij zich een Overheid. De „Untertan" heeft geen ge weten, hij kent alleen het bevel. Maar hij is beslist niet alleen Duits. Hij is internatio naal maar niet in elk klimaat ontwikkelt hij zich even voorspoedig. De „Untertan" komt voor in Oost en in West. Hij draagt het masker van de recht schapen mens. Maar men dient hem te allen tijde te bestrijden Ook en speciaal dan, wanneer men hem bij zichzelf ontdekt - of in eigen land. Want pas dan zal wellicht de Overheid beseffen tot hoever zij met ambtelijke en andere bevelen kan gaan Een „Untertan" van vandaag, in het hui dige Duitsland, te tonen, is het doel ge weest van Wolfgang Staudte met zijn film „In Naam van het Onrecht". Deze onderdaan is de officier van justitie Dr. Schramm, voor malig lid van een Duitse Krijgsraad te vel de. Dr. Schramm, een der moordenaars, die nog steeds onder ons zijn Een thema, dat niet vaak genoeg behandeld kan worden en dat door Staudte opnieuw in een raak en schril licht wordt gezet. Staudte brengt zijn verhaal echter tegen de achter grond van vele menselijke emoties en span ningen zoals wij die allen kennen. Strijd voor eigen recht, eigen belangen, maar ook eigen liefde. De officier van justitie, achtenswaardig en geëerd, tyranniek heerser in eigen gezin, ontmoet jaren na de oorlog opnieuw de man, die hij eens aan het front in Neder land, even voor de capitulatie, voor een klein vergrijp, een chocoladediefstal, ter dood ver oordeelde. In naam van het „Recht" Maar de kleine man, Rudi Kleinschmidt, kon ontkomen, dankzij een geallieerde luchtaan val. Ook de aanklager, Dr. Schramm, ont kwam Opnieuw staan zij tegenover elkaar - de vroegere „Todeskandidat" én de vooraan staande staatsburger. Maar Kleinschmidt kan Advertentie het. Aan het einde van de week moest Bats de Balg ophalen, want er was weer een brief uit Engden. Of de Jonker haar vergiffenis wilde schenken? O ja, dat wilde hij wel. Maar aan de briefschrijverij van de Balg kwam een einde. Berend van Bevervoorde liet zich door Bats het paard zadelen en reed naar de Averenk. Ten Hengelo en Oldenzaal stopte hij om zijn paard te voeren en kwam laat in de avond te Engden aan. Evenals vroeger stond de oude heer jovi aal te zwaaien met de armen. Er was voor Agnes geen andere kandidaat gekomen en daarom had ze er zich maar bij neergelegd dat ze binnen niet al te lange tijd vrouwe van de Bevervoorde zou worden. Jonker Be rend werd op de Averenk in de watten ge legd. Nog ettelijke reizen ging het naar de Graafschap en toen kwam mei in zicht. Tim merlieden en metselaars kwamen, want Ag nes verordineerde. Zij deed dit niet opval lend. Neen, zij maakte er haar aanstaande op attent dat dit zus veel beter leek en het an dere zo. En Jonker Berend begon het te gelo ven. Intussen was de Vrouwe van den Oos terhof begonnen het personeel op de Bever voorde op te stoken. Het zou heel anders worden op de Bevervoorde. Bats wilde er het zijne van hebben en vroeg op de man af of er grote verandering zou komen. Na tuurlijk zou er wat veranderen. Wanneer in de huishouding een vrouw kwam verander de er altijd wat. Als meneer dan maar weet dat ik niet blijf. Watte? Vroeg de jon ker ontsteld. Bats, wij zijn van jongsaf bij elkaar geweest. Dat zijn we meneer, maar nu is het mooi geweest. Ik spring nog lie ver in de Munsterkolk dan me door een uit- landse juffer te laten ringeloren. VAN COEVERDEN. spreken. De vele anderen, die onder de aar de liggen als slachtoffers van een misdadige régime, niet meer. En Kleinschmidt wil spre ken, ook al riskeert hij daarmee een bot sing met de „groten" en een conflict met Lissy, de vrouw, die hij liefheeft. Want Lis- sy, eigenares van een café met pension, is afhankelijk van de „groten", Lissy is daar om bang voor een schandaal. Maar de kleine man zwijgt niet! Ditmaal hoeft hij niet te praten alsof zijn hoofd ervan afhing, zoals dat vroeger tegen over Dr. Schramm het geval geweest zou zijn. Dit maal wordt de Openbare Aankla ger aangeklaagd. Kleinschmidt zal weer kunnen leven en Klein schmidt zal de ware liefde leren kennen. Aangrijpend van vorm, realistisch in de beste zin van het woord, onconventioneel en gedurfd - dat zijn de kwaliteiten van Wolfgang Staudte's ,„In Naam van het On recht". Maar Wolfang Staudte's grootste verdienste is het wellicht met deze film een menselijke „thriller" over het valse licht van deze tijd te hebben gemaakt! Hieronder laten wij de uitkomsten volgen van de landbouwtelling, december 1960: Rundvee: De rundveestapel bleef ook in 1960 in omvang toenemen. Het aantal melk en kalfkoeien steeg in vergelijking met de cember 1959 met bijna 45.000 (3 pet) tot rond 1.592.700 stuks. Ook in de categorie drachtig jongvee valt een belangrijke stijging waar te nemen (4pct), zodat een verdere uitbrei ding van de melkveestapel te verwachten valt Varkens: Ofschoon het aantal mestvarkens wederom blijkt te zijn gestegen, waardoor het ongeveer 39.000 stuks hoger ligt dan in december 1959 wijzen de cijfers omtrent het aantal fokzeugen, dat met 65.700 stuks te rugliep, op een duidelijke kentering, welke de verdere ontwikkeling van de varkenssta pel in de nabije toekomst ongetwijfeld zal beïnvloeden. Paarden: De paardenstapel wordt steeds ver der ingekrompen. In totaal werden 177.000 landbouwpaarden geteld d.i. 13.700 minder dan een jaar geleden. Sedert 1954 is het aan tal werkpaarden (3 jaar en ouder) met ruim een kwart (50.000) teruggelopen, nl. van 197.000 tot 147.000. Schapen: Ook de schapenteelt vertoont we derom een aanzienlijke teruggang. In totaal werden 263.000 schapen geteld d.i. ruim 31.000 (IIpet) minder dan in december 1959. Hoenders en eenden: Het aantal kippen steeg met 8pct tot bijna 33 miljoen stuks, voornamelijk als gevolg van de sterke toe neming van het aantal slachtkuikens. Dit steeg t.o.v. december 1959 met 60 pet tot ruim 6 miljoen stuks. Tegenover een daling van 690.000 stuks in de categorie kuikens bestemd voor de leg en jonge hennen staat een toeneming van het aantal oudere leghen nen van 868.000 stuks. De eendenstapel nam toe met 492.000 stuks (ruim 65pct) en bedraagt thans 1.238.300 stuks. Het aantal slachtkuikens is in vergelijking met december 1959 verdubbeld. In de groep legeenden zijn het de jonge dieren, welke in aantal zijn toegenomen, nl. met 73.600 stuks (36pct) terwijl de oudere eenden eer een achteruitgang vertonen. Stoppel- en enkele wintergewassen: Ook met betrekking tot de stoppel- en winterge wassen zijn enkele gegevens bekend gewor den. De oppervlakte stoppelknollen liep t.o.v. 1959 met 10.700 ha terug. Daar stond een uitbreiding van de overige stoppelgewassen (w.o. klaver en stoppelwortelen) van ruim 3.000 ha tegenover, zodat in totaal 5.000 ha minder stoppelgewassen zijn geteeld dan in 1959. Een opmerkelijke uitbreiding vertoont de teelt van karwijzaad; in totaal werd 4105 ha ingezaaid tegen 1946 ha in 1959, een uit breiding derhalve met 2.159 ha. Na Gronin gen met 1945 ha (v.j. 792). komt thans als belangrijkste provincie Zeeland met 648 ha (v.j. 191). (Van onze correspondent) Vlissingen - Vorige maand zijn de zeven reusachtige doorlaat-caissons gereedgekomen, die over enkele maanden het Veersegat tus sen Walcheren en Noord-Beveland voor goed zullen afsluiten van de zee. Bijna een jaar is aan deze caissons, die 1.600.000 gulden per stuk kosten, gewerkt. Keurig in het gelid als flatgebouwen staan ze thans nog in de bouwput tussen Veere en Vrouwe polder. Inderdaad zijn ze groot als flatblok- ken: 45 meter lang, bijna 25 meter hoog en 20 meter breed. In 1957 was het Veersegat nog ongeveer drie kilometer breed, maar in de zomer maanden van 1958, 1959 en 1960 werden er zowel aan de Walcherse, als aan de Noord- Bevelandse kant massieve, zware dammen naar elkaar toegebouwd. Tussen die naar elkaar gerichte dammen gaapt nu nog slechts een opening van 320 meter, het zogenaam de sluitgat, dat met de doorlaat-caissons wordt dichtgegrendeld. Het systeem van deze doorlaat-caissons is even simpel als ingenieus. De 45 meter lange zijwanden zijn namelijk volkomen open en als ze eenmaal keurig op een rij in het sluitgat zijn geplaatst, kan de eb- en vloed- stroom nog ongehinderd door de kruiselings getraliede zijwanden vloeien. Maar op een gunstig moment - het moment tussen eb en vloed bijvoorbeeld - laat men enorme stalen schuiven in één van de zijwanden van iedere caisson zakken. En daarmee is het gebeurd: de afsluiting is een feit. De gehele afsluiting door middel van de caissons zal echter niet zo simpel zijn. In tegendeel: het laten zinken van zeven cais sons naast elkaar zal een spectaculair ge beuren worden. Het werk begint in feite als in maart de zeedijk langs de bouwput door gestoken wordt en de caissons min of meer „te water worden gelaten". Natuurlijk zijn op dat moment de schuiven gesloten, ter wijl een zware wand van balken de zijde tegenover de schuiven waterdicht maakt. Aan koolzaad dat voor 86pct betrekking heeft op Oost Flevoland, werd 3.825 ha uit gezaaid, d.i. 900 ha meer dan in 1959. Cijfers zijn geduldig. Ook de cijfers, die in alle nuchterheid bijna dagelijks in de krant staan over het aantal doden of gewon den dat op de weg gevallen is. In zulke berichten wordt over de oorzaken, die bij het ongeval een rol speelden, meestal het zwijgen toegedaan. Dikwijls staan die oorza ken (nog) niet vast. Dikwijls ook zullen ze nooit vaststaan De statistieken van de verkeersonveiligheid leren ons meer over de verschrikkelijke ge volgen dan over de vraag; hoe gebeurde het. Maar één ding is zeker: dat bij heel veel ongelukken op de weg het niet voldoende rechtshouden een belangrijke - soms zelfs beslissende - invloed op de afloop van het ongeluk heeft. In West-Duitsland heeft men enige tijd ge leden 7437 verkeersongelukken, waarbij onvol doende rechtshouden de directe aanleiding vormde, uitvoerig bestudeerd. Daarbij bleek onder meer het volgende: - de meeste ongelukken door niet rechts houden gebeurden in dorpen en op buitenwe gen, namelijk 28,2 resp. 34.8 pet. In de drukke steden was de „verleiding" om niet goed rechts te rijden veel minder groot; - in het bijzonder bromfietsers, motor- en scooterrijders bleken het niet zo nauw te ne men met de plicht om rechts te houden; in 55,2 pet. resp. 47,1 pet van de aan deze categorieën overkomen ongelukken werd uit gesproken links gereden bij een gemiddelde van 35,1 pet. van de gevallen; Eén voor één worden de caissons in de loop van april naar het sluitgat gesleept. Vanzelfsprekend: de N.V. Dijksbouw, die het werk uitvoert onder supervisie van rijkswa terstaat, heeft deze kostbare gevaarten tij dens het transport verzekerd. Vorig jaar reeds is de bodem in het sluitgat (de drem pel) effen gemaakt door het uitspreiden van nylonmatten, die afgedekt werden met grind, en stortsteen. Op deze drempel worden de caissons, die drijvend een diepgang van 5.20 meter hebben, tot zinken gebracht. Op een diepte van 11 meter min. N.A.P. is hun „laatste rustplaats". Neen, de caissons worden niet tot zinken gebracht door simpel de schuiven op te trek ken. Vrijwel zeker zouden de gevaarten dan kantelen.... Als alle normale caissons wor den deze doorlaat-caissons dan ook op hun bestemde plaats tot zinken gebracht door het opendraaien van afsluiters, waardoor het water de caisson binnenstroomt. De door laat-caissons tellen 20 afsluiters, waardoor het mogelijk is ze uitgebalanceerd tot zin ken te brengen. In verband met de enorme waterdruk, die de caissons in het sluitgat te verduren zul len krijgen, is er niet één schuif over de volle lengte van de caisson, maar acht klei nere, die alle bediend worden door een apar te lier en een aparte electro-motor. Pas wanneer de eerste caisson stevig op zijn plaats staat, worden de acht schuiven omhoog getrokken en de tegenoverliggende wand van balken verwijderd. Het water kan dan vrij door de getraliede wanden stro men en pas. dan wordt de volgende caisson op zijn plaats gezet. Zeven maal is dit „ritueel" dus te aanschouwen. Wanneer al le caissons keurig op een rij in het sluit gat staan - eind april of begin mei - kan het gunstige moment voor afsluiting worden afgewacht. Voordat dit laatste gebeurt, worden de cais sons overigens eerst nog „ingepakt", zoals het in vaktermen heet: lichte en zwa re stortsteen, loodslakken en eventueel mijn- steen worden tegen en tussen de caissons- bakken op iedere caisson met zand gevuld. Een ballast van ruim 3000 ton zand zal ie dere caisson stevig op de bodem duwen. Pas daarna gaan de schuiven en daarmee het Veersegat voor altijd dicht. Het drie-eiland plan is dan uitgevoerd. - van de 7437 onderzochte ongevallen was er slechts in 8,8 pet, van de gevallen een aanvaardbare reden om van de grondregel af te wijken. In 56,1 pet. van de gevallen werd zonder noodzaak midden op de weg, in 35,1 pet. geheel links gereden; - vooral in onoverzichtelinke bochten bleek onvoldoende rechtshouden een belangrijke oor zaak van ongevallen, in 34,2 pet. van de on derzochte gevallen; in 84,9 pet. van de gevallen onststond een botsing met het tegemoetkomend verkeer of werd dit in de berm gedreven; - in 5.2 pet van de gevallen was er sprake van niet voldoende rechtshouden bij het in gehaald worden; 24 pet hiervan gebeurde op de Autobahn; - in 3,5 pet. van de ongelukken bleek de rijder onder invloed van alcohol te zijn wat tezamen met 4,7 pet. bij ongelukken door te hoge snelheid ver ligt boven de percentages bij andere gevonden ongevals oorzaken waar gemiddeld in 0,5 pet. van de gevallen alcohol een rol speelde. Ook al mag men aan deze cijfers slechts tot op zekere hoogte conclusies voor Neder land verbinden, ze spreken niettemin duide lijke taal. Veel van de erin tot uiting komende omstandigheden, waarbij niet-rechtshouden fa taal werd, hebben oorzaken die ook op onze wegen dagelijks voorkomen. Cijfers mogen dan geduldig zijn, ze onderstrepen ook hier ons uitgangspunt: rechts is véél veiliger.

Erfgoed Rijssen-Holten

Weekblad voor Rijssen | 1961 | | pagina 5