t^yóóenóe Gudkeden
Rijssen buiten de wallen
5to"o I,
Kou
0
p
Vreemd geld en
reischèques f
Coop. Boerenleen
bank Hotter
Kleding van Lichtenberg
zit beter staat beter
t
t
t
Koop nu iVOROL
Rivo-nieuws
Aanbesteding
FILM NIEUWS
t is ieder joar hetzelfde leed
Huid
genezing
Jaargang 38 No. 11.
VRIJDAG 18 MAART 1960
De abonnementsprijs van dit blad bedraagt 1.00 per kwartaal
voor post-abonnees 1.25 per kwartaal.
Zakenreis?
VRAAG TIJDIG UW
REISDEVIEZEN AAN
Dubbele tuben: Voordeliger prijs.
Uw tanden vragen het beste.
HUTTENWAL 31
RIJSSEN
en
wrijven mei
DAHPQ
Minder verkeersongevallen
in België
Ned. Ver. van Huisvrouwen
afd. Rijssen
VAN DER STOUW voor vulpennen
Puistjes verdrogen door Purol-poeder
WEEKBLAD
VOOR
RUSSEN
Administratie en Redactie:
Enierstraat 10. Rijssen Telej 2303 (05430)
Advertenties 10 ct. per m.m. Bij contract korting. Inzending van
advertenties tot uiterlijk donderdagmorgen 12 uur
Het beloofde een stralende dag te wor
den, de dag van de Rijssense kermis. Reeds
vroeg in de morgen zette de Rijssense
koopmanschap tonnen en schragen klaar,
men legde er planken overheen en stalde
de waren uit. Om negen uur bliezen de
bakkers op hun horens, ten teken dat ze
gereed waren met hun koekbakken. De
herbergen hadden flinke voorraden bier
ingeslagen. De handelaren in landbouw
gereedschappen hadden uitgestald. En de
winkeliers in laken maakten hun kramen
klaar. Janna, de vrouw van de Vrange,
spreidde ook haar werkproducten ten
toon. Tussen negen en tien uur stroom
den in groot aantal de eerste bezoekers
binnen. Het waren de Entersen, die met
volgeladen zompen, met veel drukte en
veel geld, als eersten de kermis kwamen
opluisteren. Zij probeerden, om zo te zeg
gen, om zich meester te maken van de
kermis. Maar dat lukte niet. Want tus
sen tien en elf uur was het rechte uur,
vóór de aanloop der kermis. Van alle kan
ten kwamen ze aangereden in de deftige
carossen van de adel, in de jachtwagens
der Almelose, Goorse en Deldense koop
lieden. Bijna zouden wij Deventer verge
ten. Dan kwamen de kermisgasten van de
omliggende dorpen en buurtschappen.
Mannen en vrouwen, luid pratend en la
chend, de boter- en eiermanden dragend.
Op opvallende pleintjes in de lommer van
de lindebomen had zich Sigfried de Hon
gaar, die nooit Hongarije had gezien, een
keurige standplaats gekozen. Hij was de
bekende wonderdokter, die middelen had
voor alle kwalen. En het eenvoudige plat
telandsvolk geloofde hem en de edelen
ook, want die waren in dit opzicht even
naïef.
PRACHT EN PRAAL
Zonovergoten lag op deze morgen de
Oosterhof. Dagen te voren hadden dag
huurders, tuinlieden en huisknechten al
les opgeknapt. De oude Jonker van Itter-
sum werd om half tien al in zijn stijve
statiekleren geholpen. Het viel niet mee,
zijn rheumatische botten kraakten er van.
Na een rust van een kwartier was hij ech
ter de oude weer. Deftig gepruikt en be
poederd, keurig afgestoft. De tekenen zij
ner waardigheid op de borst gespeld, zo
keek hij uit op het voorplein vanuit zijn
kamer, die ter linkerzijde van de hoofd
deur lag. Het meubilair dezer kamer was
zeer oud en zeer sterk. En voor hem, de
oude Jonker, was aan ieder meubelstuk
een herinnering verbonden. In de zaal
rechts van de hoofddeur heerste reeds ge
zelligheid. Daar ontving de jonge Vrouwe
van de Oosterhof haar kermisvisite. Fa
milieleden en bekenden, die voor één dag
haar gasten zouden zijn. Ook vele Rijsse-
naren, welgestelde en eenvoudige, had
den hun kermisvisite. De jonge heer Ernst
van Ittersum had het bezoek binnen, al
leen wachtte hij nog op oom en tante van
de Stoevelaar.
HEER JACOB EN DE VRANGE
Keren wij nog een ogenblik terug naar
de Stoevelaar, waar wij eindigden op die
gedenkwaardige morgen, toen de koster
schoolmeester van Rijssen met de door de
Jonker verloren geldbuidel kwam aandra
gen. Heer Jacob schoof de hoed met de
o
voor alle landen kunnen bij onze
bank worden aangevraagd.
Naast KOSTBARE DEVIEZEN
verstrekken wij gaarne
KOSTELOZE ADVIEZEN!
Wendt U voor alle bankzaken
tot de
veder naar achteren, en vroeg op hoge
toon: waarom breng je die nu pas? De
Vrange werd woedend, smeet de geldbui
del voor de voeten van de Jonker en wilde
aanstalten maken, om snel terug te rijden
naar Rijssen. Maar een ijlings toelopende
huisknecht hield hem tegen. Of hij even
op het kasteel wilde komen. De Vrouwe
van de Stoevelaar had nog een boodschap
voor zijn vrouw. Heer Jacob raapte woe
dend de geldbuidel op. Daar moest wat
aan gedaan worden. Die schoreme school
meester had hem zwaar beledigd, daar
moest wat aan gedaan worden. Men moest
toch weten wie hem het geld voor de voe
ten gooide. Hij stapte met de buidel naar
zijn kamer, ruimde de tafel en schudde
het geld uit de zak. Hij legde zijn nieuwe
hoed op een naast hem staande stoel en
begon het geld te tellen. Daarna greep hij
zijn dagboek en keek na, hoe groot het
bedrag de vorige dag was, dat hij mee had
genomen naar de bruiloft. Nee, het bedrag
dat ontbrak moest te groot zijn, dat kon
onmogelijk kloppen. Daar moest diefstal
in het spel zijn. Daar zou hij werk van
maken en ook zo gauw mogelijk.
Terwijl heer Jacob plannen maakte om
de Vrange voor het gerecht te slepen, zat
deze in de andere zaal te luisteren naar
de kasteelvrouwe, die in een koffer als
maar kleren inpakte, als verstelgoed voor
de Vrange's vrouw. En zij bond hem op
het hart, er toch vooral voor te zorgen,
dat de noodzakelijkste kledingstukken nog
voor de kermis gereed moesten zijn. De
heer des huizes had intussen opnieuw brok
ken gemaakt. Hevig verontwaardigd had
hij na telling het geld weer in de buidel
gestopt en had woedend met de buidel op
tafel geslagen en deze was gescheurd en
de geldstukken vlogen de kamer door.
Verbaasd liet de Jonker zich op de stoel
vallen en zat zijn mooie hoed, waar hij
zo trots op was, plat.
Terwijl hij rondkeek naar de glinste
rende geldstukken, ging de deur open en
de kasteelvrouwe stond in de deurope
ning. Maar Jacob! Jacob! wat betekent
dat? Als door een wesp gestoken wipte
Jacob van de stoel, keek om zich heen en
gaf een schreeuw van schrik. Zijn mooie
nieuwe hoed was totaal uit het fatsoen en
de veder gebroken. Zijn vrouw raapte twee
geldstukken op en sloot de deur. Zij wilde
geen verdere scènes, liep naar haar kamer
en gaf de Vrange een fooi voor tenminste
drie maanden salaris. Deze keek haar een
ogenblik verbouwereerd aan. Het is in
orde, hoor!, riep de Vrouwe. De Vrange
wilde zich wegspoeden, maar de deur van
de herenkamer ging open. En heer Jacob
stond in de deur. Alle wraakgevoelens had
hij laten varen en hij riep de Vrange. Of
hij wel zo goed wilde zijn de hoed mee te
nemen naar de hoedenmaker. De Vrange
bedacht op dat ogenblik dat hij beter vlie-
gen kon vangen met stroop dan met azijn
en wilde er wel voor zorgen dat zijn hoog
edele op het spoedigste zijn hoed weer in
orde had. De hoed werd in de daarbij pas
sende doos geborgen en heer Jacob stopte
hem twee muntstukken in de hand. Dat
was weer de waarde van twee maanden
loon. De koster-schoolmeester haastte
zich naar buiten en geholpen door een
koetsier werden de koffers op het paard
gegespt. En voort ging het in galop naar
Rijssen. De Vrange was in een beste stem
ming, dat waren nog eens gulle mensen
daar op de Stoevelaar. Heel anders dan
die schraperige Van Voerst van de Grim
berg. Of de vrekkerige Van Langens. En
dat juist voor Rijssense kermis, kon het
mooier. Een mooi kleed zou er voor Janna
op overschieten. Maar Janna had andere
plannen. Zij had haar oog laten vallen op
dat mooie vrije huisje in de Tabaksgaar-
den. Dat huisje met die lange tuin en
mooie appel- en perebomen. Nog een paar
jaar zuinig zijn en dan! De Vrange liep
even naar de maandschepen, de burge
meester, die het voor het zeggen had. En
hij kreeg het gevraagde verlof om nog
even naar de Stoevelaar te rijden. Dan
ging hij nog even naar de predikant en
vroeg of hij nog voor een rit naar de Stoe
velaar gebruik mocht maken van het
paard. Ook dat mocht. En toevallig was
de jonge mevrouw van de Oosterhof ook
bij de dominee en zij vroeg hem, een invi
tatie te willen meenemen voor de Stoeve-
laars, die zou ze met de kermis graag zien.
En de Vrange kweet zich uitstekend van
zijn taak. De hoedmaker gaf hem alle
drie hoeden mee, weer als nieuw. En hij
gaf de invitatie over en het was allemaal
best.
DE KERMIS IN VOLLE GANG
Het was een fleurige kermis, die kermis
in Rijssen. Er was veel meer variatie in
de kleren. Bont was jhet gewemel. En
vrolijkheid heerste alorri.
Van de Borkeld vani Holten was een
arme daghuurder met gijn vrouw op de
kruiwagen naar Rijssen-gekomen om Sig
fried de Hongaar te consulteren. Met heel
veel drukte werd de half verlamde vrouw
op een verhoging en daarna in een ge
makkelijke stoel gehesen. Onder de vele
belangstellenden keken ook de jonge Jon
ker Ernst van Ittersum en zijn jonge
vrouw toe. Zij waren in gezelschap van
een grote visite, die die dag op de Ooster
hof zouden eten. De jonge Vrouwe van de
Oosterhof verkeerde in de gelukkige om
standigheid, dat zij bekwaam keukenper-
soneel had. Toen de gebrekkige vrouw
van de Borkeld onder veel poeha van de
Hongaar naar boven werd gehesen, kneep
zij haar man in de arm, maar na een
kwartier wachtens zou er in Rijssen de
verrassing van de dag komen.
VAN COEVERDEN.
Zaterdagmiddag werd in Rijssen de wed
strijd RIVO-Achilles gespeeld. Zeer dui
delijk bleek nu de stijgende lijn in het
spel van RIVO. Het in degradatiegevaar
verkerende Achilles vocht voor alles wat
het waard was, doch kreeg geen kans. De
eerste twee sets was het RIVO-overwicht
nog niet zó duidelijk, 15-9 en 15-8, doch in
de derde set ging het anders. Met open
spel, zuiver geplaatste serves en keiharde
smashes werd Achilles volkomen over
speeld. Dat na een 13-1 voorsprong de
eindstand toch nog op 15-4 werd bepaald,
was slechts een toegift van een (te) rus
tig spelend RIVO. De einduitslag werd
dus 3-0.
Op 19 maart speelt RIVO in Rijssen te
gen de kampioenen 3e Ulo en het op de
derde plaats staande Kateekers 2. RIVO-
leden, -donateurs en -supporters, dit is
een unieke gelegenheid om volleybal van
hoge klasse te zien. Laat het dus niet aan
belangstelling ontbreken. Aanvang der
wedstrijdenhalf vier en half vijf.
Voor rekening van H. Klumpers, Tel-
gendijk 2, werd een nieuw te bouwen
woonhuis aanbesteed, onder architectuur
van J. ter Haar.
Er werd ingeschreven als volgt:
Metsel- en timmerwerk:
Wolterink en Ten Brinke f 15850.
Van Berg f15625.-
Jansen f 15215.
Ter Stege f 15200.-
Loodgieterswerk
Siemerink f 1310.
Griepink f 1290.
Elektrisch
Wolters f 450.
Siemerink f 450.
Schilderwerk
Ten Berge f 1476.
Brinks f 1383.
Het werk is aan de laagsten gegund, over
perceel 3 (elektriciteit) zal het lot beslis
sen.
Geboren: Hermina Maria Josephina, dv.
H. J. Embsen en G. G. Janssen, Wierden-
sestraat 52. Willemina, dv. G. Bakker
en M. Ruiterkamp, Dannenberg 20.
Engelbertus Hendrikus, zv. J. Niks en G.
B. van den Berg, J. ter Horststraat J.H.-
znstraat '1. Gerrit, zv. G. Thijs en J.
Tijink, Zuiderstraat 34. Janna Hendri-
ka, dv. G. J. Knol en J. van den Berg, Hag-
weg 20. Hendrika Berendina, dv. G. J.
Stegeman en J. Lohuis, Haarstraat 107.
(geboren te Almelo).
Ondertrouwd: Derk Jan Egberts, 29 jr.,
Rijssen, Middeldijk 4 en, Berendina Janna
Voortman, 27 jr., Enter, Ypeloweg 33.
Overleden: Gerrit Tijhuis, 87 jweduw
naar van A. Vos, Blinde Banisweg 42.
In België is het aantal verkeersongeval
len teruggelopen. In 1959 bedroeg dit aan
tal namelijk 48.586, tegen 48.663 in 1958.
Dit verheugende verschijnsel wordt onder
meer toegeschreven aan de snelheidsbe
perking van 80 km per uur, welke in 1959
gedurende de weekends van kracht is ge
worden op de grote wegen voor door
gaand verkeer. Het aantal ongevallen tij
dens de weekends daalde namelijk van
8591 in 1958 tot 7997 in 1959.
Voor de afdeling Rijssen van de Ned.
Vereniging van Huisvrouwen hield de
heer P. van Roijen uit Emmen een cau
serie over het onderwerp: „De kunst van
het reizen".
Het op reis gaan, aldus de heer Van
Roijen, betekent niet alleen de dagelijkse
sleur ontvluchten in een mooie omgeving,
maar ook het contact opnemen met 's
lands bevolking en cultuur.
Goed reizen, aldus spreker, betekent ge
nieten met de ogen (van de schoonheid
van de steden en dorpen en van de na
tuur), genieten met de oren (van de taal
en van de muziek) en in niet mindere
mate genieten van de tong (van nationale
gerechten en dranken).
De heer Van Roijen liet de aanwezigen
op humoristische wijze genieten van zijn
ervaringen als reisleider en van voorval
len op zijn privé reizen. Het gesprokene
kreeg een interessant cachet door de om
lijsting met muzikale en getekende im
pressies.
Vrijdag en zaterdag de spannende avon
turenfilm
„ODYSSEE"
Lang woedt de Trojaanse oorlog in volle
hevigheid. De Grieken hebben een ijzeren
ring rondom de stad geslagen, maar toch
lukt het hen) niet het Trojaanse verzet
te breken. Dan verzint de Griekse aan
voerder Odysseus een list: hij laat een
groot paard van hout bouwen dat van
binnen hol is. Zelf verstopt hij zich in de
holte, terwijl zijn troepen zich terugtrek
ken. De Trojanen denken dat de Grieken
het beleg moe zijn geworden en halen
juichend het houten paard als oorlogs
buit binnen. Des nachts echter verlaat
Odysseus zijn schuilplaats en/ opent de
poorten van de stad voor de terugkeren
de legers. De Trojanen worden volledig
verrast en de Grieken behalen een ge
makkelijke overwinning. In zijn over
moed vernietigt Odysseus het beeld van
Neptunus, de beschermgod van Troje.
De legers keren terug naar hun land,
vorsten en soldaten, doch Odysseus' ge
malin, Penelope, wacht vergeefs. Neptu
nus heeft de hem aangedane belediging
niet kunnen vergeven en maakt dat Odys
seus met zijn getrouwen de weg naar
huis niet kan terugvinden.
Odysseus lijdt aan geheugenverlies en
zwalkt met zijn schip over de zeeën. Na
een schipbreuk spoelt hij aan op een
strand. Hier wordt hij gevonden door de
koningsdochter Nausicaa, die hem naar
het paleis van haar vader brengt. Hier
wordt Odysseus als gast ontvangen en hij
wint aller symphatie door zijn voorko
mendheid en zijn moed. Ondanks alle
zorgen van de Koning en zijn omgeving
keert zijn geheugen niet terug. Niette
min geeft de Koning tenslotte zijn toe-
stemming voor het huwelijk van Nau
sicaa met Odysseus, maar op de dag van
de bruiloft is Odysseus plotseling ver
dwenen. Neptunus doet zijn invloed op
nieuw gelden en Odysseus zet zijn zwerf
tocht voort. Na een avontuurlijke reis
waarbij het hem maar nauwelijks ge
lukt aan de verleidingen der sirenen te
ontkomen, belandt hij op het eiland van
de Cycloop, de moordlustige, éénogige
zoon van Neptunus,
Het wordt een strijd tussen brute
kracht en sluwheid, die Odysseus ten*-
slotte wint.
Woensdag de geestige film
„De MUILKORF"
De kleine stad staat op stelten. En er is
alle reden toe, want het standbeeld van
Zijne Majesteit, dat op het marktplein
staat, is gesierd met een muilkorf. Nu
juist de wet is afgekondigd, dat laat
dunkende uitingen tegen het staatshoofd
en de regering strafbaar zijn, moet men
achter de muilkorf het gebaar van een
opstandige vermoeden. Die man moet
gevonden worden. Zijne Majesteit die
de nieuwe wet in het leven riep om bij
zijn talrijke liefdesavonturen ten minste
enigszins tegen smalende uitingen in de
pers gedekt te zijn eist het. En
Staatsraad Von Treskow is de man, die
hem moet vinden.
Van Treskow vindt op die zondagmor
gen alleen de muilkorf, een knoop van een
zomerjas en een hondehaar. Dat is al
veel, gerekend het feit dat genoemde
heer uit bed stapte met een formidabele
't Gegooi in de glazen det is wier begunn,
't Is 'n heeln dag mear poetsen en wriewn,
De kükn en de kamers dee lignt
ouwenhoop
Iej kuent 't met igin penne beskriewn.
De vrowwe lüp 'n heel tied met 'n kop
in nen dook,
Aans krig ze de heure vol stof,
Iej hebt ginnen stool mear woer 'j
rustig kuent zitn,
De bedn en de dekns hangt in 'n hof.
Iej weet 'disse dage neet woer oj 't mun
zeuknig
Want ouwera zeent ze an 't plearn,
Ze skrobt en ze vaelt mear, ze skildert,
ze plakit,
Wiej moggen ook aans ees versmeam.
En 't slimste van als is daw vake ook zelf
iGedueh 'an de pinne mun roëkng,
Iej weet nog neet hallef, woervuur of
ze oons
Met 'n skoonmaak al neet kuent
gebroekng
En vroag iej de vrowwe ees ouwer te
Sloan
Umdet 't noig wal metvaalt met 'n smear,
Dan zeg'nt ze: van skoonmaak heb iej
gin verstaand,
En doarumme doow' det neet mear.
Wiej mun mear berüssen, want 't is een
keer zo,
Dus l'oaw dr' -oons neet drok ouwer
maakng,
As non alle vrowleu in 'n boond warn,
joa dan,
Dan koew' z' allemoa wal 's loatn staakng.
Rijssen.
J. ROZENDOM
P.S.
Effen nog een klaen berichje,
Miskien hej 't al wal éhuerd,
Mear het kan gin kwoad wonmeer det
Nog ees wier wodt an eruerd.
't Mooie koor van Bartimeus
Det kuemp 'n öoojdagoawnd wier hier,
Hooit den oawnd non vriej want aanders
Kriej derek de kaans neet wier.
J. R.
H u idzuiver
heid-Huidgezondheid
kater „omdat het gisteravond nogal laat
was geworden". Dat was het en het was
gezellig ook. Bij Tigges stroomde de wijn
en werd er heftig gedebatteerd over de
nieuwe zwijgwet. Veel herinnert zich Van
Treskow er niet meer van, eigenlijk ge
zegd niets. Indien de kater in enjige ver
houding staat tot ,het aantal geledigde
wijnflessen, dan moeten dat er nogal
wat zijn geweest.
Een jaloerse juffrouw komt vertellen
dat de schilder Rabanus de wandaad heeft
zien begaan. Deze Rabanus verwondert
zich aanvankelijk als hij Von Treskow
ontmoet, maar als hij diens dochter ziet,
die midden in het pnderhoud komt
binnenstormen, slaat zijn verwondering
om in vreugde en kennelijk neemt hij zich
ter plaatse voor, van deze jongedame wat
meer werk te gaan maken.
Het voor Von Treskow onbegrijpelijke
resultaat is een onontwarbaar verhaal
waar hij niets mee opschiet. Dan heeft de
politie gelukkig al meer houvast. Het
komt onomstotelijk vast te staan, dat de
wandaad is begaan door degene, die de
vorige avond als laatste het lokaal van
Tigges heeft verlaten. Ha, daar heeft
Van Treskow wat aan. Al zijn vrienden
roept hij als getuigen op, maar allen kun
nen ze aantonen, dat zij het niet zijn
geweest, want na hen is Von Treskow
zelf nog gebleven.
Dan maakt een bang vermoeden zich
van de Staatsraad meester. Langzaam
dringt het tot hem door, wat voor zijn
vrouw en ondernemende dochter reeds
lang tot verschrikkelijke zekerheid was
geworden. De muilkorf van zijn buldog is
bij hem thuis niet te vinden; aan zijn zo
merjas ontbreekt een knoop en Von Tres
kow zelf was de laatste, die Tigges ver
liet, al durft hij te bezweren, dat hij er
niets meer van weet.
Dat Rabanus, de enige die de dader
kent, veel werk maakt van zijn dochter,
kan hij nu ook moeilijk verhinderen.
Weer is het echter de schilder, die uit
komst brengt.