<~R,yóóenóe 0udkeden Rijssen buiten de wallen Nicuw-Guinea opnieuw als twistappel op het Binnenhof BUITENLANDS OVERZICHT PREDIKBEURTEN 111# Grote gift voor Herv. Bejaardencentrum Jaargang 38 No. 5 (Tweede Blad) VRIJDAG 5 FEBRUARI I960 Weekblad voor Rijssen JAN ONTWAAKT UIT EEN MOOIE DROOM. Dromerig zat Jan de meester-poortwach- ter in een gemakkelijke stoel. Een weinig soezerig dacht hij nog na over wat de Jonker daar straks gezegd had van die freule Von Hamerstadt, die schele Juf fer met die grote tanden, die tegen de heer van de Stoevelaar niet onder stoe len of banken gestoken had, dat zij die Meister-poertwachter schön vond. Tot groot vermaak van de tuinbaas had de kasteelheer zijn poortwachter beloofd een goed woord voor hem te zullen doen. Hij, de Vrange, was wel gek als knappe Rijs- sense jonge man, zich met zo'n ordinaire naaister, af te geven. Het rijtuig kraakte in het grint. De tuinbaas Peters riep: pssst! En de heer van de Stoevelaar en de tuinbaas vluchtten de kamer uit. Heer Jacob vluchtte zijn werkkamer binnen en boog zich ijverig over een aantal re keningen, die nog onbetaald waren. En Peters, de tuinbaas, schikte de bloemen in het vertrek van mevrouw. De deur vloog open en de huisknecht boog als een knipmes. Daar was mevrouw, en dat be tekende: strenge handhaving van de orde. Zij liep haar kamer binnen en zag haar tuinman bezig met het schikken der bloe men. Haar vader had destijds niet misge zien, toen hij haar Peters tot bruidschat gaf. Waar is mijnheer? vroeg ze haar tuin man. Hij wist het niet. Daarop liep me vrouw de herenkamer binnen daar zat prinsheerlijk de man, die zij zocht, Vran- gen-Jan, de meester-poortwachter, flink in de olie. Ze liep verder en kwam op het kantoor, waar ze haar echtgenoot aantrof met een vuurrood hoofd van de wijn, druk in de rekeningen kijkend. Dat je je niet schaamt, riep zij, om met een knecht te gaan wijn drinken, als ik weg ben. We spreken elkaar nader! En met een wierp ze de deur dicht. Daarop haal de ze een karwats, en sloeg de meester- poortwachter het huis uit, en naar de plaats waar hij hoorde. De tuinbaas Pe ters kreeg geen standje. HET DAGBOEK SPREEKT Hedenmiddag kwam mijne huisvrouwe thuis. Er vielen zware woorden. Vrangen- Jan afgeranseld, en ikke stilgezwegen, want mijn vrouw is een Ripperdase. Wind West! De volgende morgen te negen ure moest de meester-poortwachter op het appèl ko men. Hij had twee extra borstrokken aangetrokken, maar dat had weinig ef fect. Want toen hij voor mevrouw ver scheen zag hij twee geladen pistolen op tafel liggen. Jan prevelde inderhaast nog een gebed. Want streng boorden me- vrouws ogen door hem heen. En spelend met een geladen pistool vroeg zijn mees teres hem, wat er de vorige middag was voorgevallen. En Jan biechtte alles op, ook dat meneer gezegd had, dat hij ge lijk had, Janna, de naaister, te laten schieten. Handen hoog!, gebood me vrouw en richtte het pistool op Jans borst. En op dat ogenblik deed Jan, wat hij zelden gedaan had, hij plaste van angst in de broek. Op de vraag van me vrouw, of hij Janna in de steek zou la ten, riep hij luidkeels: nee! Ik beloof het plechtig, mevrouw, ik trouw haar, hoe eer hoe liever, en zal altijd goed voor haar zijn. En toen kwam het pistool dich ter voor zijn borst, en met een: zul je haar dit vanmiddag in mijn bijzijn ver klaren? Ja, mevrouw. Het pistool zakte en de meester-poortwachter kon gaan. Des middags zat Jan bij de koetsier op de bok en mevrouw en meneer in het rij tuig. Ze had haar gemaal meegenomen, die ging naar de Oosterhof, anders deed hij nog meer gekke dingen. Op de Ooster hof werd hij met grote onderscheiding ontvangen, hij was immers luitenant stadhouder der Overijsselse lenen. Het rij tuig werd gestald en in het eenvoudige huisje in het voorste deel der Haarstraat hield het rijtuig stil. De koetsier bleef op de bok en mevrouw gebood Jan voorop te gaan. Men viel er met de deur in huis en toen Jan als eerste in de keuken-woon kamer-atelier verscheen, verschoot Janna van kleur. Maar daarachter verscheen hoogg'ekapt en ruisend in zijde de om- Ned. Herv. Gemeente. Grote Kerk. 9.30 u. (Bed. H. Doop) Ds. Vos en 3 uur de heer Renger. Westerkerk 9 en 10.45 uur Ds. Vergunst; 7 uur (Bed. H. Doop) Ds. Vos. Elzen geen dienst. Notter geen dienst. Geref. Kerk (Boomkamp). 9.30 en 3 uur Ds. Goede van Aalten. Geref. Gem. (Noorderkerk). 9.30 en 7 u. Ds. Blok; 3 uur Leesdienst. Woensdag 7.30 uur Ds. Blok. Oud-Geref. Gem. (Bevervoorde). 9.30 en 2.30 uur Leesdienst; 7 uur de heer Vos man. Woensdagavond 7.30 uur de heer Vos man. Oud-Geref. Gem. (Walkerk). 9.30 en 3 u. Leesdienst. Woensdag 7.45 uur Ds. Du Marchie van Voorthuizen. Geref. Gem. in Nederland (Eskerk). 9.30, 2.30 en 6 uur Leesdienst. vangrijke figuur van de Vrouwe van de Stoevelaar. Na de gebruikelijke groet sprak mevrouw tot de naaister: Janna, hier is uw Jan terug. Hij zal u nooit weer verlaten, is wel, Jan? Neen! Nooit! riep de meester-poortwachter. Hij voelde de striemen nog en dacht met afschuw aan de dreiging met het pistool. Jan mocht die avond bij Janna blijven en mevrouw beloofde Janna een deel van haar uitzet te geven. Een naaister als Janna vond men maar zelden en zolang mevrouw van de Stoevelaar leefde kon Janna op haar bescherming rekenen dat wilde heel wat zeggen. EEN HUISELIJK ONDERHOUD Toen de volgende morgen het ontbijt op den huize Stoevelaar afgelopen was, hadden de heer en de vrouw des huizes in een gesloten kamer een min of meer hartelijk onderhoud, waarvan wij alleen weten dat de heer des huizes er wel wat bekaaid afkwam. Want het dagboek ver meldde, dat de Jonker omtrent twee uur in de middag een twist had met zijn mees ter-poortwachter, die zo hoog liep dat heer Jacob Vrangen-Jan een kanis noem de en wanneer hij weer iets aan mevrouw vertelde, zou hij hem in de gracht ver zuipen. U ziet het: herenknecht zijn op een kasteel was bepaald ook altijd geen rozengeur en maneschijn. Maar voor de meester-poortwachter braken weldra be tere dagen aan. Janna de naaister kwam op de Stoevelaar en zij prees Jan zeer om zijn goedheid en dat viel bij mevrouw in goede aarde. Op een dag ging ze naar de van Ittersums en naar de van Voersten op de Grimberg en overlegde daar met de kasteelvrouwen wat men moest doen om Janna in Rijssen te houden als naai ster. Gelukkig had zij haar echtgenoot meegenomen. Hij kon weliswaar bij haar afwezigheid met het personeel de bloe metjes wel eens buiten zetten, maar dat moest je een man vergeven, maar als lui tenant-stadhouder van de lenen had hij op de hoge huizen grote invloed. Uitdruk kelijk bond hij de heer van de Ooster hof op het hart, dat de aanstaande man van Janna de naaister een baan moest hebben. Het was bepaald geen boom van één houw, maar er moest uitgekeken wor den. Drie maanden later had van Itter- sum iets op het oog. De koster-school meester van Rijssen was tot op de draad versleten. En wanneer men dit voor drie honderd jaar en langer geleden consta teerde, geloof dan maar, dat er veel van aan was. Maar ja, de Jonkers hadden weliswaar de beroeping in de hand, maar de burgemeesters spraken ook een woord je mee. Als het niet anders was, vond de vrouwe van de Stoevelaar, dan was er wel een oplossing voor, dit zou zij wel klaren. Maar eerst moest er een geteken de verklaring zijn, dat de schoolmeester onbekwaam en versleten was. De Vrouwe van Stoevelaar ging op stap, bezocht de eenvoudige Rijssense burgemeesters, die haar zeer voorkomend tegemoet traden. Maar ja, wie moest de twee-en-tachtig ja rige schoolmeester onderhouden als men hem aan de dijk zette. Mevrouw van de Stoevelaar dacht diep na, en bezocht de oude schoolmeester en diens vrouw. De vrouw was nog uitstekend bruikbaar om tin te schuren en de meester kon nog wel lichte boodschappen doen. Ze zou eens met haar man praten. De heer van de Stoevelaar sprak wrevelig van: allerlei oude rommel aanhalen, maar het eind van het liedje was, dat de oude Rijssense schoolmeester pluimgraaf zou worden op de Stoevelaar. Dus opzichter over het pluimvee. VAN COEVERDEN. De meningsverschillen over de „wilde staking" van. de buschauffeurs, mogen regering en parlement aanvankelijk ver deeld hebben gehouden, in Nederland vergeleken bij de muiterij, welke zich in Algiers tegenover generaal De Gaulle heeft voorgedaan zijn zij toch maar van ondergeschikt belang. Bij de behan deling van de begroting van buitenlandse zaken kondigde de socialistische woord voerder dr. Patijn zelfs nadrukkelijk aan, dat zijn partij óók in de oppositie, voor zover mogelijk, het buitenlands beleid van minister Luns wilde volgen, al werd dit z.i. meer bepaald door eng-Nederland- se belangen dan door een brede nationale visie. Het voornaamste van meningsver schil tussen de z.g. regeringspartijen en de oppositie bleek hier als vanouds de Nieuw-Guinea-kwestie, welke volgens de P.v.d.A. onze positie in de Verenigde Naties bemoeilijkt. Zij wilde derhalve dit gebied onder internationaal beheer stel len, met dien verstande, dat het nog tien jaren maar dan in opdracht van de Verenigde Naties door Nederland zou worden bestuurd. Dit plan vond meteen al weinig bijval. De liberale mevrouw Stoffels betwijfelde of Nederland door de V.N. wel als zodanig zou worden aan gewezen en de pacifistisch-socialistische dominee achtte de termijn van tien jaren niet houdbaar, gelet op het feit, dat een termijn van dertig jaren, welke aanvan kelijk voor de onafhankelijkheid van de Belgische Kongo werd aangehouden, plot seling tot drie maanden moest worden teruggebracht. DUITSE ONDERHANDELINGEN Druk informeerde de Tweede Kamer ook naar het verloop van de onderhande lingen met West-Duitsland, waarbij naar verluidde overeenstemming zou zijn bereikt over een schadevergoeding van 275 miljoen Mark en over een ge meenschappelijk regime in het Eems- Dollargebied. Ds. v. d. Veen was echter verontwaardigd over de teruggave van Elten en Tuddern, zonder dat er een volksstemming is gehouden en de com munist Bakker haalde zich een standje van de voorzitter op de hals door de Duit se minister Oberlander voor een „Hitier- knecht" uit te schelden. De socialistische dr. Patijn was verontrust voor het geval het meningsverschil inzake de Rijnvaart inderdaad buiten dit accoord zou zijn ge houden. Hij vreesde, dat de positie van onze Rijnvaarders in de toekomst hier door benadeeld zou kunnen worden. Dan heeft Nederland immers niets meer om aan te bieden? ZWARTE DAG? Al bij al liep de strijd echter niet op. Dr. Patijn voorzag zelfs, dat mr. Luns, die voor de achtste maal de begroting van buitenlandse zaken heeft ingediend, wel eens de recordhouder onder onze mi nisters zou kunnen wordenindien het kabinet-De Quay zijn zittingsperiode ten minste volledig zal kunnen uitdienen. Op de Kaderdag, welke de P.v.d.A. vorige week zaterdag bijeen riep, was tegen over ministers als mr. Van Rooy bepaald wel minder vleiende taal gebruikt. Men Een week van grote spanning in Al giers en Parijs heeft tenslotte geleid tot de capitulatie van de oproerlingen in de stad Algiers, waarvan de ene leider, Ortiz, verdwenen is, en de andere, Lagaillarde, in een ge vangenis te Parijs op zijn berechtiging zit te wachten. Acht dagen hebben de oproerlingen zich gehandhaafd, nadat zij op 24 januari ge poogd hadden bevolking en leger aan hun zijde te krijgen ter verdediging van Frans- Algerije. De opstand was gericht tegen president De Gaulle, wie zij verwijten de Algerijnen zelfbeschikking te willen toe kennen, hetgeen volgens hen gelijk staat met onafhankelijkheid van de mohamme- WM. SiEiii «ÏSKirilSi! moet echter bedenken, dat diens hou ding in het busconflict toen ook de antirevolutionaire fractieleider, dr. Bruins Slot, .aanleiding gaf van een „zwarte dag" voor het ministerie te spreken. De A.R. minister Van Aartsen had het er bij de verdediging van de begroting van Volkshuisvesting in de ogen van het parlement beslist beter afgebracht. Moties, welke op een opvoering van de woning- wetbouw tot een gelijk peil als dat van de particuliere woningbouw aandrongen waar de P.v.d.A. en de K.V.P. vóór waren geweest, wist hij zich van het lijf te houden. Helemaal zonder kleerscheu ren kwam hij er toch niet af. De twee grootste Kamerfracties namen een motie- Van Vliet aan, waarin werd verlangd, dat ook de woningbouwverenigingen van de aantrekkelijke subsidieregeling voor de particuliere bouwers in de sector van de volkswoningbouw zouden mogen profite ren. ZUID-FLEVOLAND Minister Korthals van verkeer en wa terstaat wist zich bij de begroting van het Zuiderzeefonds een motie van de so cialistische afgevaardigde Posthumus van het lijf te houden, waarin op voortzet ting van de werkzaamheden aan de dijk Enkhuizen-Lelystad werd aangedrongen. In het verleden is met die dijk begonnen omdat in 1955 aan de Markerwaard voor rang werd gegeven boven de indijking van Zuid-Flevoland. Gelet op de gerin gere kosten en de betere wegverbindin gen met het Noordoosten van ons land, welke Zuid-Flevoland aan Amsterdam in uitzicht stelt, heeft minister Korthals de volgorde omgedraaid. Over het algemeen kon de Tweede Kamer hiervoor wel be grip opbrengen. Maar zij had ook oog voor het feit, dat er in de kop van Noord- Holland verwachtingen waren gewekt. Ir. Posthumus wees er bovendien op, dat voorrang voor Zuid-Flevoland te zijner tijd gevaar voor wateropstuwing bij Am sterdam zou opleveren, als niet éérst de dijk Lelijstad-Enkhuizen zou zijn aange legd. Uiteraard maakte dit argument op de andere Kamerleden, die zich de water ramp Tuindorp-Oostzaan nog best herin nerden, indruk. Zij overwogen echter, dat de beslissing nog wel even kon worden uitgesteld totdat minister Korthals een overzicht zal hebben van de financiële mogelijkheden in de toekomst. Van die schatting heeft hij immers óók de uitvoe ring van het Lauwerszeeproject afhanke lijk gemaakt! De stichting, die tot doel heeft te komen tot de bouw van een Herv. Bejaardencen trum heeft een gift ontvangen van f 1000. In het Herv. Kerkblad schrijft Ds. E. F. Vergunst voor deze gift zeer dankbaar te zijn. Het is goed, aldus Ds. Vergunst, dat wij hierdoor nog eens weer aan deze zaak waaraan nog steeds gewerkt wordt herinnerd worden. Ambtelijke molens malen nu eenmaal JOSEPH ORTIZ heeft eveneens een werkzaam aandeel ge had in de inmiddels bedwongen rebellie in Algiers. Hij is thans voortvluchtig. daanse bevolking, temidden waarvan zij, blanke minderheid, zich ten zeerste be dreigd zouden gevoelen. Het leger volgde hen niet, maar in de uitvoering van de bevelen de opstand te onderdrukken en de opstandelingen te iso leren was het uitermate slap. Het leger bleef passief en dat klopte niet met de opvatting van trouw die De Gaulle heeft. Premier Debré bracht een geheim ge houden bezoek aan Algiers om poolshoog te te nemen en kwam met de indruk te rug, dat er in geen geval bloed mocht worden vergoten. Dit leidde tot een verschil van mening in de regering, want De Gaulle wenste desnoods met harde hand de orde te her stellen. Donderdag vertrokken Delouvrier en generaal Challe, respectievelijk de re geringsgevolmachtigde en de opperbevel hebber, in opdracht van De Gaulle uit Parijs naar een geheim hoofdkwartier bui ten de stad om zich aan de druk van de rebellen te onttrekken. Hoe men het ook draait, deze beide gezagsdragers zijn niet tegen, hun zware taak opgewassen geble ken, anders hadden zij zich ook te Algiers tegen de druk van de rebellen kunnen ver zetten. Challe heeft er zich vermoedelijk tegen gekant troepen te gebruiken om de rebellen tot de orde te dwingen, ook om dat hij meende dat het leger zijn bevelen niet zou opvolgen. Dit ogenblik leek het hoogtepunt van de rebellie, maar daarna is het hollend achteruit gegaan. Vrijdagavond heeft pre sident De Gaulle, in uniform gekleed, voor radio en televisie een dwingend be toog gehouden tot het leger te gehoor zamen en de orde te herstellen. Hij voelde zich ongetwijfeld gesterkt door het feit, dat in Frankrijk zelf, talloze be- j PIERRE LAGAILLARDE één der opstandelingenleiders uit Algiers, die zich thans in de strafgevangenis te Parijs bevindt. langzaam, aldus Ds. Vergunst, maar in elk geval malen zij nog. Enige positieve mededeling over het Hervormd Bejaardencentrum wordt ver der niet gedaan. tuigingen van trouw op het paleis van de president waren binnengekomen en dat ook in Algerije bevelhebbers van diverse sectoren hun trouw aan generaal Challe en generaal De Gaulle betuigden. De Gaulle sprak fel omdat het voor hem niet zozeer een opstand tegen zijn gezag was als wel tegen het gezag van Frankrijk. Plij herhaalde met kracht zijn politieke standpunt, dat neerkomt op de toeken ning van het recht van zelfbeschikking. Te zijner tijd zal een referendum moeten worden gehouden met als keuze: 1. ge hele aansluiting bij Frankrijk, 2. interne autonomie met hechte banden, met Frank rijk dus en 3. onafhankelijkheid (zij het onder bepaalde voorwaarden, welke nog nader bepaald moeten worden). Hij zeide, en dat heeft de rechterzijde enige hoop gegeven, dat hij „de meest Franse oplos sing" met blijdschap zou begroeten, het geen volgens deze rechterzijde de aan sluiting bij Frankrijk, dus het behoud van de huidige toestand zou betekenen. Maar dat wil niet zeggen, dat hij de uitspraak in deze richting zou willen dwingen.. Een andere geruststelling voor de rechterzijde is, dat hij het leger het toezicht op de ver kiezingen wil toevertrouwen. De moham medaanse opstandelingen, die nu al vijf jaren de strijd volhouden, willen hiervan niets weten omdat zij, niet ten onrechte, ervan overtuigd zijn, dat het leger geen genoegen zal nemen met een andere uitslag dan de algehele verfransing. Nadrukkelijk stelde De Gaulle, dat hij niet van plan is politieke besprekingen over het einde van de oorlog met de mo hammedaanse opstandelingen, de F.L.N. te voeren, terwijl dezen er geen genoegen mee nemen, dat er alleen over een staken van het vuren gesproken zal worden, wat volgens hen een net woord voor capitu latie is. De Gaulle heeft het leger dus wel enige geruststellende woorden toegevoegd en dat zal zeker een rol hebben gespeeld bij het trouw blijven van het leger in -Alge rije, nadat het eerst een door De Gaulle veroordeelde passieve houding tegenover de Europese opstandelingen in Algiers had ingenomen. De Gaulle is versterkt uit de strijd ge komen, dat is onmiskenbaar, maar de tijd zal moeten leren of het leger ook in de toekomst niet een eigen oordeel over de politiek zal blijven hebben en zijn trouw min of meer van die politiek zal laten afhangen. Van de versterking van zijn gezag maakt De Gaulle onmiddellijk gebruik om van het parlement op bepaalde, nog niet nader omschreven terreinen, vol machten te krijgen. Men neemt aan, dat het de bedoelipg is alle gevaar voor de staat af te wenden en vooral om middelen te krijgen met vergrote kracht tegen rechts-extremistische elementen op te tre den, die, zoals nu is gebleken,, ook in Frankrijk zelf, weer enige complotistische arbeid hebben gedaan. Een aantal arres taties is verricht, maar te velen zijn toch nog de dans ontsprongen, te velen, die te dicht bij bepaalde ministers staan. Daarom schrijft men De Gaulle ook het voornemen toe een aantal ministers, die zich in deze affaire als pieitvoerders van de opstandelingen in Algiers hebben ont popt, door anderen te vervangen.. Men noemt al de namen van de ministers Soustelle en Guillaumat (defensie) die het veld zullen moeten rui men. De Gaulle moet vertrouwde mensen om zich heen hebben, als het een volgende keer tot een, krachtmeting komt. En die krachtmeting zal komen, als de dwin gende loop van de gbeurtenissen er hem tenslotte toe zal brengen het contact met de F.L.N, op te nemen, ook wanneer het niet alleen om het staken van het vuren zal gaan. Men zal ook niet vreemd moeten, op kijken wanneer Delouvrier en Challe zul len moeten verdwijnen, die te zeer bereid waren op de eisen van de rebellen in te gaan. De gebeurtenissen in Algiers en Parijs hebben de aandacht van de gehele wereld in beslag genomen, hoewel zonder op zienbarende gebeurtenissen in alle landen het leven toch gewoon is doorgegaan. Wij willen nog een staking van 24 uren van de Belgische vakbonden vermelden, die op deze manier hun eis tot hoger loon en betere sociale voorwaarden (meer va kantie e.d.) kracht wilden bijzetten. Voor al in het socialistische Wallonië is Let stakingsparool opgevolgd. Op de conferentie met de vertegenwoor digers van de Kongo is het besluit ge vallen, het gebied op 30 juni volledige vrij heid te verlenen,, wat door buitenlandse waarnemers een slecht voorbereide soe vereiniteitsoverdracht geoordeeld wordt. Incidenten tussen Syrië en Israël ves tigen weer even de aandacht op het Mid den-Oosten, maar veel dreiging zit er nog niet in, al zendt Egypte troepen naar de grens. (Nadruk verboden)

Erfgoed Rijssen-Holten

Weekblad voor Rijssen | 1960 | | pagina 3