hubo SLAVENBURGS BANK Leren leven met kleine klachten ALLERLAAGST PARADIJSVOGELS Opruiming Tapijt KNAL PRIJZEN Mooie aanwinsten voor „Het Nijenhuis" 15.- Vrouwen moeten zich niet laten wegcijferen riÖLTÈNS NIEUWSBLAD - 3 AUGUSius xais» - rAu. 6 KAMER TAPIJT 29.95 OPRUIMING MASSIEF GRENEN EETSET OPRUIMING MAHONIE HOUTFINEER LEGPLANK 8.95 OPRUIMING m MAANDAGS DE GEHELE DAG OPEN Elsenerstraat 70-72 Rijssen v.h. les de Lange. 4 mtr. breed normaal van en 59.- voor 39.95 Originele Finse tafel met twee banken Bladmaat 120x65 cm van 219.- 1 JQ Compleet voor I Dikte: 18 mm. 250 cm lang en 20 cm breed van 18.95 voor ALLES MOET WEG al onze tuinstoelen nu of nooit haast u Opheikens De Joncheerelaan 18 Nijverdal - Tel. 05486-15591 De open dag van de Stichting Hannema-de Stuers Fundatie in het kasteel Het Nijenhuis en in de bijgebouwen, heeft meer dan dui zend bezoekers getrokken. In het linkerbouwhuis bij de zeven doe ken van Jan Sluyters, die de Stich ting bezit, werden voor het eerst 80 kleurendiapositieven getoond van de oude kunstwerken in het kas teel, vervaardigd door de heer T.H. van Osch van de provinciale grif fie, met de stem van de conserva tor dr. D. Hannema als begeleiding en uitleg erbij. Velen volgden de gehele voor dracht, die een uur duurt en waren enthousiast. De bedoeling is dat men elke dag ook kan zien en horen wat in het kasteel aan kunst aan wezig is. Er konden de laatste tijd vele kunstwerken verworven wor den, voor het merendeel geschen ken, die een verrijking van de ver schillende afdelingen van de Stich ting betekenen. Enkele worden hier vermeld. Gekocht konden worden een zilve ren brandewijnkom, in 1742 door de zilversmid Acronius te Harlingen vervaardigd, en een stoel in eiken hout door de architect dr. H.P. Ber- lage vervaardigd voor een Rotter damse familie, onder invloed van de Egyptische meubelkunst. Beide kunstwerken kwamen uit de kunsthandel Karei Citroen te Am sterdam. Op de expositie van de internatio nale kunsthandel in de Eurohal te Maastricht konden in de kunst handel Nystad-Lochem- Amsterdam verworven worden een meisjes portretje in profiel, zeld zaam Hollands werk in palmhout uit omstreeks 1630, benevens een miniatuur portret in ivoor van Prins Willem IV van Oranje door J B. Xaverij in 1733 vervaardigd. Zij zijn afgebeeld in de catalogus „Schulptures" van de firma Nijstad op de bladzijden 16 en 17. Geschonken werden met gelden van vrienden van de Stichting vier bronzen, die samen de vier jaarge tijden voorstellen, van de Haagse beeldhouwer Rein Draayer. Deze bronzen, boeiend van compositie, konden verworven worden in de De meeste lezers van dit artikeltje zullen zich wel eens hebben afge vraagd, waarom het in de schep ping toeh veelal zo verkwistend toegaat. Waarom leggen bijvoor beeld sommige vissen en insekten vele duizenden eieren, terwijl daaruit tenslotte toch maar enkele jongen het tot de volwassen staat brengen? Bij enig nadenken ech ter, is die vraag nog wei te bean twoorden, want omdat er van de jonge visjes en insekten zo buiten gewoon veel verongelukken, moe ten er ontzettend veel geboren worden om er tenslotte toch nog enkele over te houden en aldus de soort voor uitsterven te behoeden. Moeilijker wordt het al, als we ons afvragen, waarom we zo vaak zien, dat manlijke dieren uitgerust zijn met fraaie wapens als hoorns, ge weien, grote slagtanden e.d., ter wijl de voor de instandhouding der soort zoveel waardevollere vrouwelijke dieren van die wa pens gespeend blijven. Daar zyn ook wel spitsvondige re denen voor aan te wijzen, bijvoor beeld deze, dat de best gewapende en dus sterkste mannetjes de ver wekkers van het nageslacht moe ten worden, maar als we die kwes tie eens wat nauwkeuriger onder de loupe gaan nemen, voelen we ons met die oplossing al belangrijk minder tevreden gesteld en krijgen we het gevoel op glad ijs te zijn. Maar nog veel minder kunnen we begrijpen, waarom er toch zulke overdadig gekleurde en op de meest bizarre wijze versierde schepselen zijn onststaan als de pa radijsvogels. Helemaal onbegrijpe lijk wordt de zaak zelfs als we zien dat vele dezer vogels staarten dra gen die de vogel bepaaldelijk tot last moeten zijn en een hinder in de strijd om het bestaan. Wat toch kan het nut. of de bedoeling zijn van het creëren of ontstaan van zulke uit zonderlijke fraaie, in de hoogste mate opvallende en vaak door sierdraden in hun bewegingsvrij heid gehinderde vogels? Kwam er toch laatst een dame ons met een onthutst gezicht mededelen dat er in een van de volières van de tropi sche serre een prachtige vogel rondvloog met een stuk IJzerdraad door zijn achterste en of we het irme dier maar direkt wilden hel den! Terplaatse gekomen bleek de bezoekster, zoals wij reeds ver moedden, de twee gedraalde siers- chachten van de WILSON PARA DIJSVOGEL VOOR IJZERDRA DEN TE HEBBEN AANOEZIEN. Nadat we de nodige explicatie hadden gegeven, verklaarde de dame dat ze niet kon Inzien wat die draden nu eigenlijk voor nut had den, waarop we. tot onze spijt en schande, moesten verklaren datwy dat ook niet precies begrepen, doch dat we ons al lang hadden afge wend in zulke gevallen altijd naar het „nut" te vragen. Dat dergelijke luxueuse en uitbundig uitgedoste wezens zich in de wildernis toch kunnen handhaven, komt mis schien, omdat ze in hun VER SPREIDINGSGEBIED weinig na tuurlijke vijanden (buiten de mens) schijnen te hebben. In elk geval zijn er in Nieuw Guinea en naaste om geving geen apen en geen echte eekhoorns, noch marters en dat be tekent voor de vogel-bevolking na tuurlijk een belangrijk voordeel. Na het voorafgaande BEHOEFT het ons niet meer te verwonderen DAT WE bij deze paradijsvogels allerlei merkwaardigheden aan kunnen treffen, die we anders in het vogel rijk NIET TE zien krijgen Zo heb ben verschillende soorten fraaie blauwe poten, zowel DE MANNE TJES ALS DE wijfjes. En dan heb ben vele hunner een merkwaardig gekleurde mondholte namelijk groengeel, een als het ware oplich tende KLEUR, het beste te verge lijken met lichtgevende verf, welke vaak op de wijzerplaat van horlo ges is aangebracht. A!s we zo'n pa radijsvogels zijn mond open zien doen, moeten we altijd denken aan het „sperren" van onze zangvogel tjes. Die hebben namelijk veelal hel rode of hel oranje keeltjes en de snavelrand is afgezet met een fel gele streep. Algemeen wordt nu aangenomen dat dit felgekleurde centrum een prikkel bij de ouder vogels opwekt, c.q. een signaal voor hen betekent om de Jongen te voe ren. Zodra echter die jongen voor zichzelf gaan zorgen, verdwijnen die kleuren snel; hun funktie is dan voorbij. Bij vele paradijsvogels blijft die LICHTENDE groengele kleur echter ook in volwassen toe stand bestaan. Men zou kunnen DENKEN dat zulks iets met de balts (het pronken - het liefdesspel) te maken zou kunnen hebben, maar dan blijft het toch vreemd dat dit atribuut ook by wfifjes voor komt, die aan de opgewekte en uit bundige balts der mannetjes niet meedoen. Naast een groot aantal uitbundig uitgedoste soorten be staan er ook eenvoudige VOR MEN, NIET ZO BONT GE KLEURD EN ZONDER OPVAL LENDE VERSCHIJNSELEN. Zij dragen een eenvoudig, doch ftaai staalglanzend pakje met groene en paarse weerschyn. Ze gelijken ei- geniyk nog het meest op kleine kraaien, ook in hun gedragingen. Ze bezitten niet de zo kenmerken de. als fosfor glanzende mondholte. Maar toch genieten ze de eer bU de familie der paradijsvogels te zyn ingedeeld. „Biydorp" bezit mo menteel zeven soorten van deze prachtige vogels, welke het in de Rotterdamse diergaarde uitste kend maken. kunsthandel M.L. de Boer te Am sterdam. Dank zij deze vrienden van de Stichting kon eveneens aange kocht worden een liggende vrou wenfiguur in terra-cotta van R. Ca- rasso, door hem gesigneerd en ge dateerd 1942. Het beeld komt uit de Galerie Leeman in Toldijk. Als le gaat ter nagedachtenis kon ver worven worden een zeldzaam brons kruisje, Frans werk, uit ongeveer 1300. Mevrouw Dr. Cora Vreede-de Stuers schonk een zelfportretje in crayon door Walter Vaes, in 1918 vervaardigd en door deze Ant werpse kunstenaar geschonken aan haar moeder, Suze de Stuers- Teding van Berkhuot, toen in Veere woonachtig. De heer en mevrouw Groeneveld uit Delft schonken een landschap in Zuid-Limburg door Floris Arnt- zenius (1864-1925) geschilderd. Een tekening in potlood, een bokje, door André van der Vossen werd door de heer en mevrouw Schaalma uit Groningen geschon ken. Dr. W.L. Ladenius te Haarlem, die reeds meerdere malen schilder ijen en tekeningen aan de stichting schonk, verrijkte thans de collectie met twee werken van Melle (Ol- denboerrigter). landschappen met mensen en beesten, door de verza melaar indertijd in de kunsthandel Margaretha Sothman te Amster dam gekocht. Verder schonk deze vriend van de stichting twee aquarellen, tafere len uit Benares, vroege werken van Marius Bauer, benevens een teke ning, twee meisjes voorstellend, in 1926 vervaardigd door de Belgische kunstnaar Rassenfosse (1862 Luik 1934;. Ook schonk Dr. Ladenius een bronzen, maskerachtige kop, door Hendrik Chabot, in de dertiger ja ren gekocht bij LeendertvanLierin Amsterdam, uit welke kunsthan del ook afkomstig zijn enkele oude houten Afrikaanse beelden en het beschilderd expressief masker uit Dogon aan de Ivoorkust. De oud burgemeester van Meppel de heer A. Kleyn, schonk het portret van diens vader A. Kleyn, hypotheek bewaarder te Haarlem, dat Matt- hieu Wiegman schilderde. Tenslotte schonk dr. D. Hannema een groot stilleven met chiantifles door J.H. van Ieperen, benevens een staande Apollo-figuur in lood, 66 cm. hoog, omstreeks 1730 door de bekende Weense beeldhouwer Raphael Donnpr vervaardigd, die de beroemde fontein op de Hooi- markt te Weenen eveneens creëer de. Dit beeld komt uit Engels bezit door bemiddeling van de kunst handel F. van der Veen te Eefde. Nadat het bezoek aan de kunstver zamelingen van de Stichting Hannema-de Stuers Fundatie ge durende de koude winter en het voorjaar, evenals bij andere musea slecht is geweest, komen de laatste weken wederom vele belangstel lenden de kunststichting bezoe ken, ook uit het buitenland. Dergelijke Instellingen op het land zijn" nu eenmaal zeer van het weer afhankelijk. Thans bedraagt het aantal bezoekers gemiddeld 250 per dag. Vele enthousiaste brieven komen binnen. ,Ik zou er naar willen streven, dat mensen een iets hogere drempel opbrengen om medische hulp in te roepen. Ze gaan vaak met kleine klachten naar de huisarts en deze can daaraan vaak weinigdoen. Een nens zal met een aantal kleine klachten moeten leren leven". Dit zegt dr. M.J. Hartgerink, directeur van het TNO-Instituut voor Prae- ventieve Gezondheidszorg, dat dit jaar vijftig jaar bestaat. Hartgerink is van mening dat mensen minder gauw naar de huisarts zullen gaan als ze beter geïnformeerd zijn over wat ze aan kleine klachten kunnen verwachten. „Geen opgelegde drempelverho ging (zoals b.v. het „tientje" eigen risico, red.), maar een beter oordeel van de mens zelf over wat hem in het kader van zijn gezondheid te wachten staat. De reden waarom nen vaak naar de huisarts gaat, is iat men zekerheid wil hebben, dat »r niets ernstigs aan de hand is. Een heel respectabele behoefte overi gens". Volgens dr. Hartgerink zou een goede gezondheidsvoorlichting, waar vooral op scholen nog veel meer aan gedaan zou kunnen wor den, de mensen leren hun proble men te aanvaarden. „We moeten er wel voor zorgen dat deze voorlich ting leidt tot een gevoel van onaf hankelijkheid en zelfvertrouwen en niet de mensen allerlei angsten aanpraat". De tendens van de laatste Jaren was Juist, dat de mensen de ver antwoordelijkheid voor hun ge zondheid geheel bij de artsen leg den. Ze werden als het ware levens lange patiënten, die de arts ver trouwden in ziekte én gezondheid. De preventieve geneeskunde heeft als uitgangspunt dat voorkomen beter is dan genezen. Haar grootste succes boekte ze in de bestrfiding van besmettelijke ziekten zoals pokken, tuberculose en kinkhoest, die nu nauwelijks nog voorkomen in ons land, maar tot in deze eeuw nog vele slachtoffers maakten. Hoewel preventief geneeskundige HOGE RENTE Een interessante aanbieding kunnen wij U geven voor bedragen die voor een termijn van 1 maand 3 maanden maanden 12 maanden bij ons worden gestort. Wij zijn gaarne bereid samen met U de rente en andere belangrijke voorwaar den te bespreken in een persoonlijk gesprek SLAVENBURGS BANK RUSSEN BOOMKAMP 2 TIL. 0J4 «0-5755 NU ZIJN DE PRIJZEN HET KOM KIJKEN HET IS DE MOEITE WAARD Zowel dames, kinder, als herenkleing. maatregelen, zoals inenting van zuigelingen en bevolkingsonder zoek op tbc, veel tot de bestrijding van ziekten hebben bijgedragen, zijn ook andere zaken van belang geweest. Bij een nadere beschou wing blijken de sterftecijfers van veel besmettelijke ziekten al te zijn gaan dalen, voordat antibiotica, vaccins en „long-wagens" beschik baar waren. Die teruggang is te danken aan de verandering van de leefomstandigheden: betere huis vesting, betere voeding, hygiëne. Een onderzoek in Engeland wees uit dat voor de verbetering van de gezondheidstoestand de oorzaken in volgorde van belangrijkheid zijn: beperking van gezinsgrootte, ver betering van voeding, gezondere leefomgeving, preventief genees kundige maatregelen en genees kundige behandeling. Hargerink: „De artsen zouden het zich moeten aantrekken dat de behandelende geneesekunde in dit rijtje op de laatste plaats staat". Volgens Hartgerink komen voedingsstoor nissen bij zuigelingen niet alleen nauwelijks meer voor, omdat art sen een beter inzicht hebben ge kregen in de condities waaraan voeding moet voldoen maar ook omdat de koelkast in ieder huis houden aanwezig is. „We hebben geen halfbedorven melk en etensresten meer. Ik heb wel eens gezegd dat zo bekeken de koelkastenfabrikanten de grootste bijdrage hebben geleverd aan de voedingshyglëne. Hartgerink is overtuigd van de preventieve waarde van een goed leefpatroon. Op dit moment staat in zijn alge meenheid wel vast, dat meer bewe gen, minder eten en drinken en geen schadelijke dampen inhale ren (o.m. van sigaretten) onder dit leefpatroon vallen. Dr. Hartgerink is echter wel van mening dat het niet te gek moet worden, door elke keer wanneer men weer wat nieuws vindt, de mensen een nieuwe leefs tijl op te drlneen Het werken van vrouwen van la ten we zeggen middelbare leeftijd of wat jonger, is een groot pro bleem, dat ten opzichte van jeugdwerkloosheid nog al emotio neel ligt. Gesteld dat moeder on derwijzeres is. Zij heeft een doch ter, die net klaar is met de pedago gische akademie en geen werk kan vinden. Moet die moeder plaats maken voor de dochter? In een in dividueel geval zou het zo kunnen zijn. Maar wat zou er moeten ge beuren, als bijvoorbeeld de moe der les gaf aan een school voor moeilijk opvoedbaare kinderen, waar zij door haar inzicht en ma nier van werken het beste de orde bewaart van de hele school en bo vendien nog populair is ook, zowel bij de lievertjes als bij de ouders? Anders ligt hij bij een journaliste, om nog een enkel voorbeeld te noemen, die op free lance basis, part time de redactie van een huis aan huis blad verzorgt. De directie geeft de voorkeur aan een jonge kracht voor hele dagen in vaste loondienst. Nadat haar eerst is ge vraagd of zij het wil doen, wordteen jongere kracht aangenomen, als duideiyk is, dat een volledige dag taak te veel is voor de journaliste, die ook nog huisvrouw is. Waar denkt u aan by het woord ar beid? Het antwoord zou kunnen zyn: arbeid is werk, dat wordt be taald. Het gaat niet altyd om be taalde arbeid. Vroeger was alleen wat werd betaald arbeid. Er is ook arbeid, die als maatschappelijk nuttig wordt ervaren. Eigeniyk zijn er drie soorten arbeid huishoude lijke arbeid onbetaald, vrijwillige arbeid, ook onbetaald; beroepsar beid, betaald. De arbeidsverdeling tussen man nen en vrouwen is er altyd geweest. De man ging op jacht en haalde het vlees binnen. Nu haalt hij het loon binnen. De vrouw blijft in huis. De vrouw zorgt voor het huis, haard en hof, welzijn van kinderen en be jaarden. In het salaris van de man is ingecalculeerd; hyzelf, vrouw en twee kinderen. De vrouw is in dit geval geen kostwinner, is financieel afhandkelyk van de man. 'Zou er een soort huisvrouwenloon moeten komen? Nee, zeker niet, hoe zou dat uitbetaald moeten worden. Wel zou zij recht moeten hebben op een deel van het geld. Een wettelijk huweiykscontract is technisch mogelijk. Overigens is het wel zo, dat de hele arbeidsverdeling doorbroken moet worden. Maar heeft terugtrekking van de gehuwde vrouw van de ar beidsmarkt zin? Zeker niet als de werkzaamheden strikt gescheiden zyn. Er is eerder een tendens dat mannen in het vrouwenwerk doordringen. De man verdringt vaak de vrouw van de arbeid smarkt. Werkgevers kiezen voor mannen. Van capabele vrouwen wordt verwacht dat ze toch wel zul len trouwen. Gaan mannen om an dere redenen nooit eens by een baas weg? Niet terugtrekken Het is zaak dat vrouwen zich niet wegcyferen Terugtrekken onder economische druk is discrimine rend De vrouw is geen „wegwerp- werkkracht", die men naar huis kan sturen by een krappe arbeid smarkt. Vrouwen zyn bovendien vaak in heel andere beroepen werkzaam dan mannen. De diens tverlenende sector, gezondheids zorg, winkels, horeca, administra tie. Daar komt nog by, dat lang niet alle arbeid met plezier wordt ge daan. Huishoudeiyke arbeid wordt heel verschillend ervaren. De een geniet ervan en vindt er grote vol doening in, de ander aanvaardt het als noodzakelijk. De vrouweiyke beroepen zyn tot nu toe vaak afgeleid van het huishou- delyk werk. Er is een tijd geweest, dat werken voor vrouwen een bit tere noodzaak was, maar toen werd het uitsluitend belast zijn met het goed voeren van de huishouding en het opvoeden van kinderen als ideaal gezien. Veel jonge vrouwen zien dit nog zoDus zyn zij tevreden met een leuk baantje, tussen school en huwelijk. En het zyn juist deze jonge vrouwen, die de oudere vrouwen by het solliciteren becon curreren Dit kan voor de onge huwde oudere vrouw grote pro blemen opleveren. Het is al met al een probleem, dat tot nadenken stemt. Maar hoe men het ook be kijkt, voorop staat dat de arbeid sverdeling doorbroken dient te worden, dat oudere vrouwen niet gedwongen mogen worden zich te rug te trekken. Dat het op vrijwil lige basis, in sommige gevallen wenseiyk is, als het byvoorbeeld gaat om een man, die een gezin moet onderhouden.Maar nog maals. oudere vrouwen, gehuwd ol ongehuwd, moeten zich niet in een hoekje laten duwen.

Erfgoed Rijssen-Holten

Holtens Nieuwsblad | 1979 | | pagina 6