Hartelijk dank
Holtenaren!
„Ik heb mogen bloeien in
deze Holter gemeenschap"
Afscheid
Scheidende Mr. Enkiear in laatste raad:
HOLTENS
NIEUWSBLAD
Abonnementsprijs f 21per jaar. Losse nummers 40 cent.
Uitgeversmaatschappij Van der Loeff B.V. in samenwerking met de Stichting „Holtens Nieuwsblad"
Vrijdag 4 mei 1979
31e jaargang - no. 18
Hoofdredacteur J. Wiggers
Kolweg 14, tel. 05483-1356
Red.medewerker D J. Mondeel
Verzetstraat 70, tel. 05483-2699
Stichtingsbestuur:
Kozakkenstraat 5, tel. 05483-3022
Advertenties Schouwburgplein 7
Almelo, tel. 05490-16666
De ambtsketen als teken
van de hoogste waardig
heid van het gemeente
lijk ambt is voorgoed
neergelegd, de voorzit
tershamer zal door een
ander worden gehan
teerd. Burgemeester Mr.
W.H. Enklaar is oud-bur
gemeester geworden en
het zou water naar de zee
dragen zijn indien we nog
eens zijn verdiensten, zijn
inzet voor „zijn" gemee
nte zouden releveren.
Tijdens de grootste af-
scheidsdagen is dat im
mers in alle toonaarden
gereleveerd. Wat is toch
het geheim van de grote
populariteit van burge
meester Enklaar. Dat ge
heim ligt o.i. niet alleen
besloten in de „bestuur
der" Enklaar, niet minder
in de mens Enklaar! Zijn
eigenschappen zijn be
kend: vriendelijkheid,
gemoedelijkheid, gevoel
voor humor, waarin im
mers de erkenning van de
betrekkelijkheid der
aardse dingen ligt beslo
ten, aandacht zowel voor
de hooggeplaatsten als
voor de gewone man, die
bescheiden aan zijn deur
tikte, om raad te vragen.
Emotioneel reagerend als
hem onrecht werd aan
gedaan; ook vergevens
gezind als men eerlijk
fouten erkende, zoals hij -
dat is uit zijn rede geble
ken - zelf ruiterlijk te
kortkomingen niet ver
bloemde.Wat een wonder
als men in de top van het
glazen huis zit. Zijn totale
houding, zijn gevoel voor
stijl sproot niet voort uit
een pose, want pose ver
raadt schijn; het was
kenmerkend voor zijn
gehele wezen. De door
gaans gemoedelijke Hol-
tenaar heeft genoeg le
venswijsheid om schijn
van zuiverheid te onder
kennen. Juist zijn joviali
teit, kenmerkend voor
zijn wezen, zijn eerlijke
aandacht, heeft hem
dicht bij de medeburger
gebracht. In hetgeen hij
in de loop der jaren in
Holtens Nieuwsblad pu
bliceerde, ter gelegen
heid van bijzondere ge
beurtenissen, of in het
zicht van hoogtijdagen,
onderkende men zijn le
vensbeschouwelijke in
stelling. Hij heeft ons
nieuwsblad steeds gezien
als een belangrijke bron,
een medium bij uitstek
om aan het veelzijdige lo
cale gebeuren een zo
breed mogelijke pubbli-
citeit te geven. Het was
tenslotte „zijn" gemee
nte, waaraan dat alles ten
goede kwam. Het is men
selijk, maar het ware
egoïstisch te zeggen, dat
men hem nog gaarne als
burgervader in het ge
meentehuis - had willen
houden. De burgervader
blijft hij echter toch wel.
Maar wie de levensavond
in gaat heeft recht op
rust, zonder de binding
van de dagelijkse taak te
voelen, die de mens moet
verrichten. Die rust gunt
men hern en de zijnen
graag, in Dijkerhoek. In
een huis waarvan een
dichter - zij het in een an
der verband - eens ge
schreven heeft: „Dit is
het huis waar uw lied be
gon en gij uw grote liefde
won". Liefde in tweeërlei
opzicht: tot zijn echtge
note, tot het Holtense
land, waarin hij blijft. Het
moge hem en de zijnen
goed gaan in het land dat
hem zoveel geluk heeft
geschonken De zegen
van Hem, die 't Al regeert,
moge hem ook in de
nieuwe jaren gegeven
worden!
Van harte! Redactie.
Hartelijk dank Holtenaren! Hierbij wil het alsc.helds-
comité ter gelegenheid van de pensionering van bur
gemeester Mr. W.H. Epklaar zijn dank uitspreken aan
al die verenigingen, die op zo'n enthousiaste en voor
treffelijke wijze hebben medegewerkt om de af-
scheidsmanifestatie op 28 april jl. te doen slagen. Zon:
der enige vereniging te kort te doen, wil het comité
„MAC de Holterberg" noemen, die belangeloos de hele
dag veel en goed werk heeft verricht. Bovendien gaat
onze dank uit naar de gehele Holtense bevolking die,
ondanks de minder gunstige weersomstandigheden,
in grote getale naar de kern van Holten is gekomen,
om door hun aanwezigheid blijk te geven van hun
grote waardering voor de scheidende burgemeester.
Het comité, G.J. van 't Holt, voorz. M.G. Eggink-ten
Velde, secr. J.H. van Engbrink, penn. F.A. van der
Wijk-Oomkens, M. Reilink-Kers, G.J. Nikkels, G.J.
Aaftink (Broer Aaftink) H.J. Koopman.
Advertentie-adviseur:
W. FREDERIXS
Prins Hendrikstraat 18
Nijverda!
telefoon 05486-13264
Advertenties en abonnementen
kunt u in Holten opgeven bij
G. W. KNAPEN
Larenseweg 3, tel. 1224
tot 's woensdags 15.00 uur
In Bathmen bij:
H. VOOGSGEERD
Deventerweg 34 - tel. 1665
tot 's woensdags 12.00 uur
gebaseerd op wederzijds vertrou
wen. „Gij zult nu samen de kar
moeten trekken en gij ruit daar
zekkn slagen", aldus de burgemee
ster. „Door wijsheid wordt een
huis gebouwd, door verstand
wordt het bevestigd", zegt de
Spreukendichter. Die wijsheid en
het verstand zijn bij u ten volle
aanwezig. Gebruik deze om onze
gemeente verder te bouwen en te
bevestigen. Het is u ten voile toe
vertrouwd zo te handelen.
Lof voor secretaris
Lof had Mr. Enklaar voor de ge-
meentesecreatris, met wie hy in
groot vertrouwen en bijzondere
vriendschap 25 jaar mocht optrek
ken op het gemeentelijk erf. Raads
leden gingen, wethouders verdwe
nen, maar wij, secretaris en ik, ble
ven de laatste 25 jaar op de plaats
waar wij geroepen waren.
Dat geeft een bijzondere band,
waarvoor u en ik zeer dankbaar
ben.
Plicht - jiiet meer
31 CM PORT T.V.
Diep onder de indruk
zijn mijn Vrouw en ik en mijn lieve
kinderen voor de wijze, waarop
Holtens bevolking ons wil uitwui
ven, vervolgde de raadsvoorzitter.
„Wat vraagt het licht
gereed ter kim te dalen?
of iets op aard
gewrochzd by zijn stralen?
Het gaf zyn glans en deed zyn
plicht!
„Wat vraagt de bloem
Wanneer haar bladen welken
cf honing werd gedronken
uit haar kelken?
Zy heeft gebloeid,
dat was haar roem!
Zo zeide het de dichter Aiiard
Pierson. Ik zeg het hem na. Ik heb
getracht, gelijk de bloem, myn
plicht te doen en helemaal niets
meer.
Door te bloeien op die goede Hol-
ter akker heb ik slechts proberen
tesx, wat van mij mocht worden
■verwacht en niets meer. Een mens,
die zijn plicht doet, behoeft geen
klop op de schouder, de voldoe
ning deze te hebben gedaan vindt
in haar zelve haar beloning. Ik heb
mogen bloeien in deze goede Hol-
ter gemeenschap; dat is mijn
roem! Na 34 jaren, aan het einde
van mijn ambtstermijn, kan
slechts de conclusie zijn, dat het
een voorrecht is geweest burge
meester van Holten te km zijn en te
mogen blijven.
Myn vaste overtuiging, dat een
mensenleven door Gods hand
wordt geleid, doet my zeggen: God
heeft het goed met my voor gehad!
Dankbaar en gelukkig zyn myn
vrouw en ik, dat wy hebben mogen
leven en werken binnen en voor die
Holter gemeenschap, wier taal wy
spreken, wier gedachten wy ver
staan, gesproten uit diezelfde
Overysselse stam als wy. Daarom
leden van de raad, beleef ik dit oge
nblik, waarop ik als Uw voorzitter
uit Uw ryen treed, met een bewo
genheid des harten. Myn levens
taak is ten eir.de, een ander zal bin
nenkort in mijn plaats treden. Hy
zal het andera doen - dat ware al
thans te wens- hy zal andere accen
ten leggen, andere prioriteiten stel
len. Treedt hem met dezelfde wel
willendheid tegemoet, als u my
hebt gedaan, geeft hem dezelfde
mogeiykheden zich te ontplooien,
als welke u rr.y geschonken hebt.
Donk san echtgenote
Myn leven overziende, kan ik
slechts zeggen, dat het rijk is ge
weest. Ryk door de zegenlpgen,
welke mijn vrouw en ik in elkaar en
in onze kinderen mochten ontvan
gen. Ryk door de voldoening in het
werk, dat ik hier in Holten mocht
verrichten.
Dank lieve vrouw voor alles, watje
in al die jaren voor my bent ge
weest, de wyze vrouw, die zichzelf
steeds wegcyferde, die in opoffe
rende liefde begreep, dat ik naast
jou, ook de gemeente Holten had
getrouwd, die veel meer tyd en
aandacht van my mocht eisen, dan
waarop jy weliswaar recht had,
maar nimmer kreeg.
In mijn ogen ben je een Ideale bur
gemeestervrouw geweest, zeker
die van mij! Leden van de raad, 34
jaren burgemeester zijn van Hol
ten betekent voor mijn vrouw en
mij dat gouden stralen over ons le
ven zijn gegleden.
Ik wil myn woord tot u besluiten,
zoals ik dat ook by myn zilveren
ambtsjubileum deed, de woorden
van Guido Gezeile tot de myne
makende
„Daarom zyn de gouden stralen
U des zomers niet ontzeid,
maar gy zult ze God betalen
met een gouden dankbaarheid".
Dat doe ik!, zo eindigde Mr. En
klaar zyn afscheidsrede.
De eerste afscheidsfase van Mr. Enklaar als hoofd der gemeente Holten,
vrijdag, en die heeft plaats gehad in de aula van de scholengeenschap,
stond in-het teken van de laatste raadsvergadering en van afscheid dat
autoriteiten van de burgemeester hebben genomen. Dat waren er veien
en in hun woorden is waardering en erkentelijkheid verklant voor het
geen Mr Enklaar niet alleen voor de gemeente, doch ook voor instellin
gen en instituten heeft gedaan. De raadsvergadering kende sic s één
punt, dat voor kennisgeving werd aangenomen: het Koninklijk Besluit
inzake toekenning van eervol ontslag, met dank voor bewezer ienstèn
(K.B. 18 oktober 1978).
Afscheidsrede
Raadsvoorzitter voor de laatste
maal, Mr. Enklaar, met aan zijn
rechterzyde mevrouw Enklaar,
hield daarna een afscheidsrede,
waarin hy aan het einde van zijn rit
zoals hy het noemde, iets wilde
zeggen over wat by kans 34 jaren
burgemeester zyn van Holten hem
heeft gezegd en gedaan.
Vierendertig jaren Ho! tens burge
meester zijn is op zichzelf niets by-
zonders. Voorgangers van my, de
heren Van der Eorch van Verv/olde
en Vincent, dienden deze gemeente
langer dan mij gegeven is geweest,
aldus spreker.
Myn ambtstermyn echter geeft
misschien toch wel aanleiding om
my op een dag als vandaag met
Henriétte Roland Holst af te vra
gen:
„Wat is de winst, wat wrocht ge, gy9
Wat hieuwt ge uit de makeiy
van geest en lichaam? Welke
kracht
houdt hoog u, nu verruist het ty?
Het is niet aan my om daarop een
antwoord te geven, het is wei aan
my om de zelfkritiek niet uit de weg
te gaan, om te erkennen, dat ik in
menig opzicht te kort ben gescho
ten, dat ik het vaak anders en vaak
beter had behoren te doen, dat ik
meer soepelheid van geest had
moeten tonen, om mede te groeien
met de tyd waarin ik leef.
Wanneer dar. desondanks toch zo
veel warme gevoelens, zo veel bUj-
ken van waardering en genegen
heid in deze dagen op me afkomen,
zoals dat ook by myn zilveren
ambtsjubileum het geval was, dan
wordt het hart van myn vrouw eri
my vervuld van een ootmoedige
dankbaarheid en ryst de vraag
waaraan wy dat allemaal te danken
hebben.
Toen ik in de eerste na-oorlogse
maanden trachtte - de stem van
myn hart volgende - in het Overijs
selse dienstbaar te mogen worden,
mocht ik, terugkerende naar het
land van myn vaderen, daartoe als
waarnemend burgemester van
Holten geroepen worden Myn
vrouw en ik zyn hier met onze kin
deren gelukkig geweest, wy heb
ben hier wortel geschoten, wy zyn
vergroeid met deze gemeente en
haar bevolking, welke een stuk van
ons zelf, een stuk van ons hart is
geworden
Thans 34 jaren nadien valt het
doek Is het ons lang gevallen?
Neen, integendeel wy hebben, om
met de psalmdichter te zeggen,
onze jaren doorgebracht als een
gedachte. Dit getuigende denk ik
aan het verhaal uit de Bijbei over
Jakob en Rachel.
Jakob, die, om Rachel te mogen
trouwen, zyn oom L^tban 7 jaren
móest dienen. Dan stapt daar „Alzo
diende Jakob om Rachel 7 jaren en
die waren in zijn ogen als enkele
dagen, omdat hij haar liefhad". Dit
verhaal op myn vrouw en my
transponerende zouden wy kunnen
zeggen
Jaren ais dagen
Alzo dienden wij om Holten 34 ja
ren en die waren in onze ogen als
enige dagen, omdat wy Holten,
ornaat wy het werk dat wy daar te
doen hadden, omdat wy de Holter
leu liefhadden.
Waar is de tyd gebleven, zo vraag ik
my af en dan word ik bepaald by
het gedicht van Guido Gezeile:
De n'avond komt zc stil, zo stil,
zo traagzaam aangetreden,
dat geeneen weet, wanneer de dag
cf waar hy is gebleven.
,tis avond, stilleen my omtrent,
is iets of iemand, onbekend,
die, zachtjes my beroerend, zegt:
,,'t is avond en 't is rustens recht.
Afscheid nemen en zyn levenstaak
beëindigen betekent, dat het
avond is geworden, betekent, dat
de garven van de gouden jaren, die
my als burgemeester van Holten
geschonken waren, op myn akker
staan, ,,'t is avond en 't ls rustens
recht". In myn aard ligt het veeleer
om te zeggen, ,,'t is rustens plicht".
Ik heb my er in de laatste maanden
herhaaldelyk op betrapt dat ik na-
uwelyks heb toegeleefd naar het
ogenblik, waarop ik als burgemee
ster zou moeten defungeren, naar
die le mei 1979. welke in het leven
van myn vrouw en nuj zulk een be
palend moment is. Traagzaam is
voor my inderdaad de avond aan
getreden, zo traagzaam, dat my In
derdaad toch nog de dag van van
daag, dit afscheid van u en van myn
werk in deze gemeente, heeft over
vallen.
Is het een wonder, dat juist in deze
dagen mijn gedachten zich verme
nigvuldigen, dat zij teruggaan
naar juli 1945, toen ik, als jong en
onervaren burgemeester, in de
zelfde, door de oorlog wat ontred
derde gemeente aantrad, dat zij
mij voeren door al die jaren die se
dertdien zijn verstreken.
„Ik oog mijn dagen na, die zfjn ver
zonken,
„bevracht elk met zijn lading hoop
en moed, om met Henriétte Roland
Hoist te spreken.
Ik zal u niet medenemen op deze
tour d'horizon ik zal u ook niet de
Leden van de raad, op grond van de
grondwet, hoofd der gemeente!
Vandaag neem ik dan afscheid als
voorzitter van dit hoogste bestuur
sorgaan van de gemeente Holten.
Negenmaal heb ik gedr~ende myn
Holter burgemeesterstyd afscheid
genomen van raadsleden, welke op
grond van gehouden verkiezingen
niet weer terugkeerden. Thans is
het de beurt aan my om afscheid té
nemen van u, niet als gekozen -
Gode zy dank -, maar als benoemde
voorzitter, wiens ambtstermyn ex
pireert.
Ditmaal zyt u het, die bUjft en ben
ik het, die uit uw ryen treedt. Het
functioneren van de raad is in der
jaren loop onderhevig geweest aan
de veranderingen, welke onze sa
menleving vertoont.
Inspraak, openheid en openbaar
heid, terugkoppelen naar de ach
terban, het zijn zo maar enkele
voorbeelden, welke aan de werk
wijze ook van uw raad niet zijn
voorbijgegaan.
De stroomlijning van onze demo
cratie, gevolg van een mondiger
worden van de burgerij, ligt in de
rede, stelt vanzelfsprekend daar
door ock de bestuurders voor gro
tere problemen, een hypotheek
leggend op hun besluitvaardig
heid.
Ik heb het er - u weet dat - wel eens
moeilijk mede gehad, dat waar
den, die in mijn ogen onaantast
baar waren, werden aangetast, dat
normen, die in stand dienden te
blijven, werden overschreden. In
de baaierd van deze naoorlogse
tijd, waarin de smaakmakers,
pers, radio en televisie vaak zo in-
doctrinerend op ons afkomen, is
het niet eenvoudig een eigen zelf
standig oordeel te vormen en
overeind te houden en je te wape
nen tegen de waan van de dag. Van
mijn onvrede daarover heb ik
vaak in uw midden getuigd.
Aan u thans de opdracht om in
wijsheid en in eigen verantwoor
delijkheid uw koers uit te zetten,
aldus de burgemeester,
Mr. Enklaar herinnerde aan het
feit, dat hij negenmaal met een
raad van andere samenstelling
hseft moeten werken en dat het
negen keer aan elkaar wennen is
geweest. Negen keer ook telkens
weer eikaar herkennen in een ge
voel van saamhorigheid. Zo was
het met u, met de raden, die u
voorgingen, ook met de colleges
van B. en W. Steeds weer is de sa
menwerking uitgemond in onder
linge genegenheid, waardering en
vertrouwen.
Dankbaar was Mr. Enklaar jegens
al die raadsleden en wethouders,
die ih zijn tijd met hem de goede
gemeente mochten dienen, voor
hun vriendschap, hun steun, hun
lankmoedigheid, wanneer hij
faalde, voor hun begrip voor de
wijze van handelen.
Mr. Enklaar waardeerde ook de
wethouders van het jongste colle
ge, met wie nog maar acht maan
den is samengewerkt. Wij hebben
elkaar leren kennen, respecteren
en waarderen, en zonder proble
men is het huidige college tot een
hechte samenwerking gegroeid,
Burgemeester en mevr. Enklaar
werden in een antiek koetsje van
de „Bergrijders" vanaf hun wo
ning aan de Oude Stationsstraat in
Dijkerhoek naar Holten gereden.
namen noemen van de velen, die in
der jaren loop myn ambteiyk pad
hebben gekruist of daarop een ein-
dweegs met my mede z!jn gegaan,
die als wandelaars op het pad van
myn gezin en my, ons ten zegen zyn
geweest,
Het zyn er zo velen geweest, die my
tot steun zijn geweest, die bewezen,
dat op hen te bouw;en was en dat
men zich op hen kor. verlaten.
Ik heb in de iaren, waarin ik in Hol
ten mocht dienen deze bereidheid
tot samenwerken, deze construc
tieve solidariteit in rijke mate mo
gen ervaren
Ik denk in dir verband in het by-
zonder aan de gemeenteambtena
ren, aan de leidinggevenden by hei
onöerwys, een categorie apart in
het gemeentelyk apparaat, en aan
hen, die als externe adviseurs de
gemeentelijke beiangen dienen.
Veilig zijn by elkaar, weten datje op
elkaar kunt rekenen, bepaalt de
verhouding, waarin je met elkaar je
werk verricht, is ook kenmerkend
voor de solidariteit, waardoor je
arbeid gedragen wordt, brengt met
zich mede, datje tegen elkaar kunt
zeggen; „dat is één van ons".
Welaan, het gemeentepersoneel
van Holten gaat, evenals ik, met
vallen en opstaan zyn weg, maar
het ls een korps, toegewijd aan zyn
taak, waarvan ik altyd het gevoel
heb gehad te zeggen - het is wat
paternalistisch gezegd, maar het zy
my vergeven, gezien myn gryze ha
ren, - het zyn myn jongs en myn
meisjes.
Burgemeester Enklaar tijdens zijn
afscheidstoespraak in de buiten
gewone vergadering van de raad
in de aula van de Scholengemee
nschap.