Verordening bescherming bodem en grondwater Overijssel „Nirvana"Flevohof-roos 1978 Ter gelegenheid van wereldspaardag Europese gemeenschap in geur en kleur Van het erf der kerk door Pro f. Dr. W. Eizinga HOLTENS NIEUWSBLAD - 13 OKTOBER 1978 - PAG. 13 I. Bedoeling van de verordening Ter wille van de bescherming van het bodemmilieu hebben provin ciale staten van Overijssel de Ver ordening bescherming bodem en grondwater Overijssel (B.BG.) vastgesteld. De bedoeling van déze verordening is de bodem en het grondwater tegen verontreiniging te beschermen. De verordening verbiedt daarom een aantal hande- i lingen en toestanden, waarvan mag worden aangenomen, dat zij tot verontreiniging van de bodem en het grondwater kunnen leiden. Men kan echter van ieder verbod een ontheffing aanvragen. II. Voor wie geldt de verordening Een ieder die op het grondgebeied van de provincie Overijssel schade lijke stoffen op of in de bodem en/of het grondwater brengt, valt onder de werking van deze verordening. Met name valt hier te denken aan vuilstortplaatsen, recreatieve con centraties (zoals campings en bun galowparken) die hun afvalwater in of-op de bodem brengen en bedrij ven die door morsen bodemveront- reining veroorzaken, zoals autos loperijen, reconditioneringsbedrij- ven en dergelijke. III. Verbod. De verordeningzegtletterlijk: „Het is verboden: a. schadelijke stoffen op dan wel in de bodem en/of het grondwater te brengen, te doen geraken of te heb ben; b. wérken daartoe tot stand te brengen, te hebben, uit te breiden of te wyzigen". Onder deze stoffen vallen onder meer: aardolie, aardolieprodukten. kleur- en smaakstoffen, vergiften waaronder ook giftige ontsmettings-. en bestrijdingsmid delen, hüishoudelijk afval (huis vuil), afvalwater, kadavers, mesto verschotten, enz. Het betreffen in hét algemeen stof fen die bij het op of in de bodem ljiomen op enigerlei wijze de kwali teit van het natuurlijk milieu, het grondwater of de delfstoffen nade lig kunnen beïnvloeden. Het verbod geldt niet voor: a. handelingen en werken ten be hoeve van de normale bodemex ploitatie; b. handelingen en werken ten be hoeve van het bij mijnbouw werk zaamheden brengen van stoffen in de ondergrond die noodzakelijk zijn om het proces voortgang te kunnen doen vinden; c. schadelijke stoffen in vloeibare vorm van huishoudelijke herkomst indien de lozing op eigen erf plaats vindt en geen mogelijkheid tot aansluiting op een riool aanwezig is; d. schadelijke stoffen in vaste vorm van huishoudelijke herkomst, af komstig van één gezin, voor zover verwerking op eigen erf plaats vindt; e. stalafval, opslagen als mestvaal ten op eigen erf, f. middelen ter bestrijding van gladheid van wegen; g. handelingen en werken ten be hoeve van geologisch en hydrolo gisch onderzoek van de bodem en ten behoeve van de grondwater- winning. IV. Ontheffing Ontheffing van de gestelde verbo den kan schriftelijk worden aange vraagd bij gedeputeerde staten van Overijssel, Luttenbergstraat 2, 8012 EE Zwolle. Bij deze aanvraag moeten de vol gende bescheiden meegezonden worden: een kadastrale tekening, aange vend het perceel waarop het. ver zoek betrekking heeft (voor een kadastrale tekening kan men te recht op het gemeentehuis); - één of meer kaarten, aangevend de plaats van handeling of de toe stand, waarvoor de ontheffing wordt gevraagd: - een beschrijving enfof tekening van de toestand of de handeling, waarvoor de ontheffing wordt ge vraagd; - een opgave van de hoeveelheid en van de samenstelling van de stoffen die op of in de bodem en/of grond water worden gebracht. Men moeter rekening mee houden dat, zo dit noidg is, nadere gege vens gevraagd zullen worden Gedeputeerde staten sturen de aanvrager daarna een ontvan gstbevestiging. V. Procedure Gedeputeerde staten vragen, voordat zij een beslissing op het verzoek om ontheffing nemen, ad vies aan burgemeester en wethou ders van de gemeente, waarin het perceel, waarop het verzoek be trekking heeft geheel of in hoofd zaak is gelegen en de inspecteur van Volksgezondheid, belast met het toezicht op de hygiëne van het milieu in de provincie Overijssel, dé Zuidelijke IJsselmeerpolders en de gemeente Dronten in Zwolle. In voorkomende gevallen, dit naar het oordeel van gedeputeerde sta ten, kan ook advies gevraagd wor den aan: - gedeputeerde staten van nabu rige provincies; - bestuur van een waterschap op zuiveringschap. - directeur van een waterleiding bedrijf; - burgemeester en wethouders van nabuurgemeenten. Burgemeester en wethouders van de gemeente, waarin het perceel is gelegen, leggen een afschrift van het verzoek om ontheffing en de be scheiden gedurende een maand voor een ieder ter inzage. Dit wordt in de krant bekend gemaakt Gedurende deze maand kan ieder een schriftelijke bezwaren indienen bij burgemeester en wethouders. De eerder genoemde adviseurs kunnen ook bezwaren bij gedepu teerde staten van Overijssel indie nen. Gedeputeerde staten moeten bin nen 8 maanden op een verzoek om ontheffing beslissen. Gedepu teerde statep verlenen de onthef fing als aannemelijk is dat de stof fen of de handelingen het natuur lijk milieu, het grondwater of de delfstoffen niet nadelig beïnvloe den. Gedeputeerde staten kunnen als dit voor de bescherming van de kwaliteit van het natuurlij milieu, van het grondwater of van delfstof fen gewenst is, de ontheffing wijzi gen of aanvullen Gedeputeerde staten kunnen een ontheffing intrekken als: - de ontheffing is verleend tenge volge van het verstrekken van on- juiste of onvolledige gegevens; -^de aan een ontheffing verbonden voorschriften en/of' beperkingen niet of niet behoorlijk worden nage leefd; - gedurende een aaneengesloten periode van meer dan drie jaren geen gebruik van de ontheffing is gemaakt. - dit in het belang van de bescher ming van het natuurlijk milieu, van het grondwater of van delfstoffen gewenst is. VI. Beroep Tegen een besluit waarbij de ont heffing is: - geweigerd, - verleend, - gewijzigd, - aangevuld. kan in beroep worden gegaan door: - de aanvrager of de houder van de ontheffing; - de onder V genoemde adviseurs; - degene die tijdig bezwaren heeft ingediend. Tevens kan de aanvrager of de houder van de ontheffing in beroep gaan tegen het besluit tot niet- ontvankelijk verkjanng van zijn verzoek, tegen het intrekken van de ontheffing en tegen het uitblij ven van een beslissing (na acht maandenHet beroep moet binnen een maand worden ingesteld bij de Kroon en gericht, worden aan de voorzitter van de Afdeling voor ge schillen van bestuur. Binnenhof 1, 's-Grayenhage. VII. Schadevergoeding Gedeputeerde staten kennen - op verzoek - een naar'billijkheid te be palen vergoeding toe, als tenge volge van deze verordening schade wordt geleden, die redelijkerwijs niet of niet geheel voor eigen reke ning dient te komen en waarvan de vergoeding niet of niet voldoende op andere wijze is verzekerd. Een verzoek om schadevergoeding wordt meestal om advies voorge legd aan een schadebeoordelings- commissie van drie deskundigen. Binnen drie maanden na ontvangst van dat advies moeten gedepu teerde staten op het verzoek om een schadevergoeding beslissen. De aanvrager kan in beroep gaan tegen de beslissing op zijn verzoek om schadevergoeding en tegen het uitblijven van die beslissing, (na drie maanden). Di t beroep moet binnen een maand worden ingesteld bij de Kroon. VIII. Algemeen De Verordening bescherming bo dem en grondwater in Overijssel is vastgesteld bij besluit van provin ciale staten van 24 augustus 1977. nr. 43. De volledige tekst van de verordening is gepubliceerd in het provinciaal blad nr. 1977-130. De verordening is op 1 november 1977 in werking getreden. Alle activitei ten waarvoor op grond van deze verordening een ontheffing nodig is en die voor deze datum regelmatig plaatsvonden, mogen tot 1 novem ber 1978 zonder ontheffing nog plaatsvinden. Na deze datum moet men over een ontheffing beschik ker, of kunnen aantonen een aan vraag daartoe te hebben ingediend Men doet er verstandig aan de ont heffing tijdig aan te vragen. IX. Informatieadressen Inlichtingen kunt u krijgen bij Pro vinciehuis, Luttenbergstraat 2. 8012 EE in Zwolle, tel 05200- 7 71 77; over technische zakenafdeling mi lieubeheer, provinciale waterstaat (toestel 21 77); over administratief-juridische za ken; afdeling 4, provinciale griffie (toestel 23 39). Cp Flevohof heeft de keuring plaats gevonden van de rozen in het rosarium. Uit de 150 soorten rozen die. be halve in het rosarium van Flevo hof ook in de rosaria van Winscho ten, Oploo en Den Haag (Wester- broekpark) voorkomen, werd dit jaar de roos „NIRVANA" van kweker Meilland uit Frankrijk gekozen tot Flevohof-roos 1978. Bij deze jaarlijkse keuring, die on der auspiciën van Vereniging „De Roos" en de Koninklijke Maat schappij voor Tuinbouw en Plant kunde door een vijftal keurmee sters wordt gehouden, worden de rozen op een aantal eigenschappen beoordeeld: belang) Bloeirijkheid Kleur Kwaliteit van het blad Geur Met name de resistentie tegen ziekte wordt de laatste jaren steeds belangrijker, omdat de consument steeds minder geneigd is, uit toe nemende milieu-bewustheid of uit gemakzucht, bestrijdingsmiddelen te gebruiken. Zodra een roos een optimale resis tentie heeft, behoeft er niet meer te worden gespoten en is de roos ster ker; hij houdt langer zijn blad en de kleur blijft langer mooi. Dertig rozen zijn dit jaar door de keurmeesters voorzien van het predicaat „Toproos". Alle in Nederland voorkomende toprozen zijn hiermee in het rosa rium van Flevohof vertegenwoor digd. Het is een goede zaak om jaarlijks Wereldspaardag te vieren. Een dergelijke dag- immers noodt om stil te staan bij de betekenis van spared, zoveel voor de af zonderlijke groepen van de bevolking als voor de ge meenschap als geheel. Wat de grote lijn betreft is het alle reerst opmerkelijk dat. wat Neder land betreft, de nationale spaar quote. de besparingen als percen tage van het nationale inkomen, alsook een aantal belangrijke com ponenten daarvan, niet onaanzien lijk zijn gedaald Zo bedroeg de na tionale spaarquote die bijvoor beeld in 1968 nog bijna 21% beliep in 1977 nog slechts 1577 Deze ach teruitgang was in belangrijke mate toe te schrijven aan twee bestand delen van deze spaarquote, name lijk de besparingen van de overheid en die van bedrijven (in de ven nootschapsvorm). De oorzaak van de ontwikkeling van deze laatste categorie van be sparingen ligt bij de onrustbarende teruggang van de winstgevendheid van het Nederlandse bedrijfsleven, hetgeen vanzelfsprekend een aan zienlijke daling van de besparingen van bedrijven tengevolge heeft. Met het opdrogen van deze bron van bedrijfsbesparingen werd de mogelijkheid tot investeringen en daarmee de creatie van arbeid splaatsen op de tocht gezet Het is in dit verband verheugend te constateren, dal de derde belang rijke bron van besparingen, name lijk de besparingen van gezinnen, de laatste jaren ten volle in tact is gebleven en zelfs enigermate in omvang is toegenomen (1968: 10,87< 1977;. 11,6% van het natio nale inkomen.). Dezevooruitgang treft temeer daar de ontwikkeling van de koop kracht. van de besparingen en de fiscale behandeling van de spaar der in de afgelopen door inflatie ge kenmerkte jaren toch niet al te gunstig zijn geweest. Symptomen die wijzen op verbetering op deze punten zijn pas sinds de laatste ja ren te constateren. Het zal duidelijk zijn dat door deze ontwikkeling het belang van de be sparingen van de gezinshuishou dingen relatief is toegenomen, en dat door de financiering van de wo ningbouw en zelfs van de collec tieve voorzieningen deze besparin gen noodzakelijker zijn geworden dan ooit tevoren Of de terugval van de nationale spaarquote een permanent karak ter draagt of dat a fortiori deze on gunstige ontwikkeling zich nog verder zal voortzetten zijn vragen waarvan de urgentie moeilijk kan worden overschat Een hoogst be langrijke factor hierbij is allereerst het extra beroep op besparingen dat nodig is ter financiering van de investeringen teneinde het prodktie- en exportniveau van ons landd to handhaven, wanneer in de naaste toekomst de opbrengsten van aardgas minder omvangrijk zullen worden Daarbij dienen wij ons te realiseren dat de aardgasba ten tot nu toe hun weg voorname lijk hebben gevonden naar con sumptieve bestedingen. Voorts kan worden gewezen op de noodzaak tot investeringen in de exportindustrieën teneinde tot modernisering te komen en op de investeringen verband houdend met de bestrijding van de milieu verontreiniging, welke eveneens doelstelling van het regeringsbe leid vormen. Tenslotte is van belang de forse uitbreiding van de beroepsbevol king welke voor de periode 1980 tot 1990 wordt verwacht, zulks mede tengevolge van de verwachte aan zienlijk toegenomen belangstelling van de vrouwen om te participeren in het arbeidsproces Het tewerk stellen van deze groei van de be roepsbevolking vormt een additio nele reden waarom extra investe ringen nodig zijn en dus ook extra besparingen. Uit het voorgaande blijkt wel welk een aanzienlijke bijdrage een toe name van de besparingen kan leve ren voor de handhaving van de na tionale welvaart en werkgelegen heid. Spaarbankkalender 1979 Rond de derde dinsdag in oktober - Wereldspaardag - plegen de Bondsspaarbanken aan hun cliën ten de Spaarkalender uit te reiken, 'n Sterke traditie, hetgeen blijkt uit het feit dat de kalender voor 1979 als no. 30 verschijnt in een onon derbroken reeks. Deze specifieke spaarbankuitgave draagt het thema „Dominant in stad en land". Daaronder worden 13 fraaie foto grafische opnamen gepresenteerd van monumentale bouwwerken uit alle provincies, welke in een vaak lange historie bewaard zijn geble ven. Een bijzonderheid van het calen darium is, dat de gebruiker daar tussen tal van historische feiten aantreft. Het totale spaartegoed dat de spaarbanken, leden van de Neder landse Spaarbankbond, is toever trouwd. heeft inmiddels de mijlpaal van 18 miljard bereikt. De Europese Gemeenschap wordt te vlug gekoppeld aan het beeld van ploeterende boeren die hun zweet omzetten in melk- en wijnpiassen of vlees- en suikerbergen. Ten on rechte wordt de Gemeenschap afgeschilderd als een agrari sche boedel. Men kan de Europese samenwerking ook door een andere bril bekijken. Dat levert een boeiend en mis schien ook verrassend beeld op. Het moderamen van de hervormde synode heeft met spijt, geconsta teerd, dat nog altijd veien zich de mening veroorloven dat. het Spe ciale Fonds van het PCR, het Pro gramma ter Bestrijding van Ra cisme van de Wereldraad van Ker ken, kerkegeld krijgt. Zoals bekend kan zijn: de Her vormde Kerk maakte een speciaal gironummer bekend, waarop ge meenten en persoenen, die dat wil den. een bijdrage konden storten. Uit de algemene middelen of ge meen tebijdragen werd geen geld aan het speciale fonds gegeven De brief hierover aan de hervormde plaatselijke kerkeraden.luidt: „De gift die door het Programma ter Bestrijding van het Racisme van de Wereldraad van Kerken is gege ven aan het Patriottisch Front in Rhodesié, heeft in vele gemeenten vragen opgeworpen Een aantal kerkeraden heeft hét moderamen om opheldering gevraagd en in een enkel geval zelfs verzocht om aktie te nemen. Het moderamen heeft gemeend eerst aan de Wereldraad meer in formatie te moeten vragen. Wy stu ren u hierbij het antwoord dat de staf van het programma ter Be strijding van het Racisme aan de leden-kerken ter beschikking heeft gesteld met het verzoek om deze feitelijke gegevens bekendheid te geven in uw gemeente. Hét moderamen heeft met spijt ge- konstateerd. dat nog altijd velen menen dat het Speciale Fonds van het Programma ter Bestrijding van het Racisme van de Wereldraad van Kerken wordt gevoed uit de al gemene middelen der kerk. Wij herhalen nog eens. dat alleen gelden, die voor dit doel vrijwillig worden gegeven, het Speciale Fonds ten goede komen.Binnen de Nederlands Hervormde Kerk is voor dit doel van 1971-1978 aan vrijwillige giften f50 000 - bijeen gebracht en aan dit Fonds overge maakt. (vanuit de Gereformeerde kerken f 500.000.-). Ook over de motivatie van het Programma ter Bestrijding van het Racisme om het Patriottisch Front en andere bevrijdingsbewegingen in hun hu manitaire werk te steunen, blijkt steeds opnieuw misverstand te ontstaan. Wij menen, dat, een zake lijke en inhoudelijke diskussie over onze betrokkenheid bij de nood en de strijd van anderen alleen goed gevoerd kan worden, ais wy ons zorgvuldig laten informeren. In Rhodesié is veel onschuldig bloed gevloeid sinds de blanke minderheid zich van het Engelse moederland heeft losgemaakt en de aspiraties van de zwarte bevol king heeft bestreden Het gevaar dreigt dat nu na jaren van grote zelfbeheersing de natio nalistische bewegingen meer en meer terreur met terreur vergelden. Dat daarbij de zwarte bevolking zo onderling verdeeld is. maakt het lyden van de burgerbevolking gro ter. Wij hopen, dat de gemeenten zich in hun voorbede en verschillende vormen van daadwerkelijk hulpbe toon zullen laten leiden door de ge rechtigheid, die ons is geopenbaard en de barmhartigheid waar wij zelf van leven". (Hervormd Persbureau) West-Europa is een bont wereldje waar bijna miljoen mensen wonen. Amerika dat groter en uitgestrek ter is telt 215 miljoen inwoners. Eu ropa lijkt op een „mensenhoop", waar de boeren vaak in het nieuws zijn. hoewel zij naar aantal geme ten duidelijk in de minderheid zijn. Van de 100 miljoen Europese kost winners werken bijna 9 miljoen mensen (dat is ongeveer 8%) in de landbouw Zoals in alle Westerse, hooggeindustrialiseerde, landen is de werkgelegenheid in de tertiaire en kwartaire sectoren het grootst. Ruim 50 miljoen Europeanen ver dienen hun boterham in het on derwijs. de gezondheidszorg, de administratie, de culturele en maatschappelijke organisaties. De groene of agrarische kleur van West-Europa is de laatste jaren flink verbleekt Dat zal wel weer veranderen als de Gemeenschap drie nieuwe landen (Griekenland. Spanje en Portugal) opneemt. In Griekenland werkt liefst 35% van de beroepsbevolking in de land bouw. In Spanje en Portugal zuilen- die percentages niet veel minder zijn. Wat is welvaart Binnen de Europese Gemeenschap komen veel welvaartsverschillen voor. Als men de verdiensten per hoofd in guldens omrekent komt de Deen het best uit de bus In Dene marken verdiende men in 1975 bijna f 18.000 - per jaar. Dé door snee Ier moest het met. minder doen. namelijk ruim een derde deel van de Deen of f6.500.- De Neder lander schaarde zich in 1975 op de' zesde plaats achter de Luxembur ger en was goed voor een jaarinko men van f 15.275.- Het plezier van verdienen wordt vaak door de fi scus getemperd. Er zijn landen (Denemarken en Nederland) waar een derde deel van het inkomen aan de fiscus gegeven moet wor den. In andere landen (Italië en Frankrijk) neemt men het niet zo nauw met de fiscale plicht. Wat be tekent welvaart van het individu? Men kan eindeloos stoeien over de juiste definitie van welvaart. De Italiaan besteedt het geld anders dan de I°r of de Deen. In Italië rijden per 100 inwoners meer auto's dan in Nederland De Italianen hebben meer vaatwasmachines dan in Engeland, waar de huis vrouw liever eigenhandig de vaat doet. En toch zou je verwachten dat de Noord-Europeaan het keuken- comfort hoger aansaat dan de mensen in Italië en Frankrijk. Even merkwaardig is het met de diep- vriesinstallaties. In het koudere Denemarken komen per 100 gezin nen 53 diepvriezers voor, in het warme Italië tellen we er nauwe lijks 15. De Ieren hebben weinig behoefte aan telefonisch kontakt. In dat land bedraagt het aantal aansluitingen slechts een kwart van het telefoonbestand in Dene marken of in Luxemburg. Welvaart vindt men ook terug in eten en drinken. Het Ierse gezin „inves teert" meer in alcoholische dran ken (13% van het inkomen) dan de ogenschijnlijk Belgische bierdrin kers (1.7% van het inkomen». De Belgen zijn ook niet de Europese aardappeleters maar wel de groente-eters. Er lopen trouwens grilige consumptielijnen over West-Europa. De Fransen zijn vleeseters, de Duitsers fruiteters. de Ieren aardappeleters. Douane-leger De Gemeenschap heeft grote moeite de slechte economie op te vijzelen. Dat proces verloopt niet in alle landen succesvol. De Duitsers hebben na enkele jaren zwoegen het grootste resultaat bereikt. In dat land is de wekloosheid - in te genstelling met andere EG-landen gedaald. Italië heeft de grootste moeite met het inflatiespook, dat de prijzen opdrijft en de geldwaarde aantast. In alle andere Europese landen blijkt het inflatie-tempo af te nemen. Men zou wel eens denken dat het Euro pese beleid voornamelijk betrek king heeft op de landbouw en de boeren. Hoewel het EG-budget voor een belangrijk deel aan het landbouwgebeuren besteed wordt, begeeft Brussel (het Europese Mekka) zich ook op het pad van de werkgelegenheid, sociaie voorzie ningen, energie, handel, defensie en andere beleidsvelden. Wat denkt men overigens van de 68000 douane-ambtenaren die binnen het verenigd Europa de kost verdie nen? Ondanks de 20-jarige samen werking blijft het douane-leger aardig op peil. Men zou twijfelen aan de Europese integratie, of is het Europese werkverschaffing? B Schouwing

Erfgoed Rijssen-Holten

Holtens Nieuwsblad | 1978 | | pagina 13