Fotograferen geweldig populair in Nederland Selectieve groei Egalisatiefonds voor de electriciteitstarieven ANGLICISMEN Schaakclub Holten Midden-en kleinbedrijf Taaipraatje Pt VLOGT Ff, AN HOL TEN HOLTENS NIEUWSBLAD - 9 DECEMBER 1977 - FAG. 9 Slechts twee mensen heb ben in groep I maar een half verliespunt, dit zijn Henk van Beek en J. E. Scheper man, wat meer zegt in de ex terne competitie tegen an dere clubs hebben zij nog geen steekje laten vallen, een score tot nu toe van haast 100%!! Dick v.d. Knaap volgt hen op de voet met zegge en schrijve één ver liespunt in de interne competitie. Op de vierde plaats komt onze longe dr. Euwe (Erik Gervedink Nijhuis) met 2 verliespunten, ter wijl Wayne Klaassen op de vijfde plaats zit met drie verliespunten. Deze vijfde plaats is tevens de laat ste plaats om zich te kwalificeren voor een plaats in het eerste team aa 1 januari 1978. Maar Wayne is nog niet zeker van kwalificatie, daar de strijd hierom zal gaan tussen Wayne en de pas uit dienst teruggekeerde Jan van Da len. Wayne zal dus Jan moeten ver slaan om zijn plaats enigszins veilig te stellen. De rest van groep 1 is kansloos om zich te plaatsen en moet dus na ja nuari tesamen met de uitvallers uit groep n gaan vechten om de schaakbeker uit de tweede groep. Deze beker wordt verdedigd door Tonny Brands, die bij de uitreiking daarvan gedacht moet hebben „lang gewacht en stil gezwegen, nooit gedacht en toch gekregen". Door omstandigheden werd deze beker pas afgelopen week uit ereikt, terwijl dit al begin juni j.l. had moeten gebeuren. In ae-?is de situatie enigszins on duidelijk door een scheefgetrokken competitie. Daar J. W. Middeds geplaatst heeft, komen er nog maar vier spelers in aanmerking voor promotie. Hier van hebben drie de beste papieren n.l. B. Beijer, W. G. Blits en B. van Beek. De strijd om de vijfde plaats zal gaan tussen Th. van Lindenberg en Dinant van Beek, die zich weer enigszons hersteld heeft van een zeer slechte start. De rest van het peloton kan onde ling de aruimels verdelen en probe ren de kopgroep af en toe een stok tussen de (schaak)benen te steken. Onderschatting van een tegen stander is altijd een heel slechte raadgever. De externe competitie kan voor het eerste team niet beter, nog onge slagen vertoeft het op de eerste plaats, terwijl het kampioenschap haar haast niet meer ontgaan kan, omdat alle sterke clubs reeds bij Holten I op d kfïïe zijn gekomen. Bewezen is dat de middenmoot van net eerste team in kwaliteit steeds oeter gaat spelen een van de rede nen van het steeds sterkere spel van Holten I. Alleen zakt de staart wat af, hier worden regelmatig verliespunten geïncasseerd. Zaak voor de weds trijdleiding om volgend jaar dit gat x dichten omdat in de eerste dasse op nog sterkere tegenstand gerekend kan worden. Het tweede team is na de ongeluk kig verloren wedstrijd tegen Borne II afgezakt naar de zevende plaats. Toch speelt dit team t.o.v. verleden jaar stukken beter, een bewijs dat de spelers meer wedstrijdervaring opdoen. Daar het „Zwarte Paard" net Raalte heeft verslagen zijn er nog allerlei mogelijkheden om zich een betere positie te veroveren. De club beschikt eigenlijk over te weinig leden om een zeer sterk tweede op de been te brengen, omdat de bes ten naar het eerste overstappen. Holtense schakers kom de gelede ren versterken! G. R. Klaassen heeft zich aange meld als nieuw lid, hierdoor heeft de familie Klaassen de Van Beek's overtroffen, althans in kwantiteit, in kwaliteit zal het nog lang vdat het zover is. Morgen speelt Erik Gervedink Nij huis zijn eerste wedstrijd in de fi nale zeskamp om het jeugdkam pioenschap van Overijssel. Erik, veel sterkte en succes! Uitslag interne competitie: B. Beijer-A. M. Klaassen 1-01 Kannibalisme bij pluimvee Het afbranden of op andere wijze verkorten van snavels van pluim vee en het ontnagelen van dieren dient strafbaar gesteld te worden. In een PPR-voorstel tot wetswijzi ging wordt hiervoor gepleit. Het Landbouwschap is tegen het be treffende voorstel omdat het uit een oogpunt van dierenbescher ming onverstandig is. Het Landbouwschap heeft zich in een brief van 30 november jl., ge richt aan een bijzondere Kamer commissie, gekeerd tegen het strafbaar stellen van snavelbran- den en ontnagelen van dieren. Snavels van pluimvee afbranden of op andere wijze verkorten wordt toegepast om zgn. kannibalisme te voorkomen. Kannibalisme is een verschijnsel dat al lang in de pluimveehouderij bekend is Het doet zich dan ook niet specifiek voor bij de huidige intensieve be drijfsvoering. De oorzaken van kannibalisme, waarbij de dieren meestal bezwijken ten gevolge van het onderling pikken, zijn nog niet bekend. Het Landbouwschap meent dat door het kortbekken van dieren het verschijnsel kanniba lisme kan worden voorkomen. Uit een oogpunt van dierenbescher ming is het strafbaar stellen van de minst kwade methode zonder meer onverstandig. Het ontnagelen van hanen wordt toegepast om het natuurlijk leefpa troon (het leven van hanen en hen nen) niet te verstoren en zelfs te be vorderen. Een verbod tot ontnage len zal volgens het Landbouw schap averechts werken op het die- rengedrag. (Men hoeft niet hypergevoelig te zijn om geen vrede te hebben met het snavelbranden van jonge kui kens, zoals dat onlangs nog voor de televisie werd getoond. Het ligt o.i. meer in de rede, zo snel mogelijk de oorzaken van het kannibalisme bij het pluimvee op te sporen en te be strijden. Red. H.N.). Regelmatig komt in publi- katies - ook in de kring van midden- en kleinbedrijf - deze kreet naar voren. Dat de betekenis ervan in het algemeen bekend is, zou te veel gezegd zijn. Selectieve groei betekent: niet de on beperkte economische groei is enig doel, maar re delijke groei met inhoud van volledige werkgele genheid, waarbij rekening gehouden moet worden npet maatschappelijke overwe gingen ten aanzien van mi lieubehoud, ruimtelijke ordening, etc. Daarin zit de selectiviteits-, de priori teitsgedachte. Wat de in vloed ervan kan of zal zijn op de qua omvang niet te grote ondernemingen is onduidelijk. De Raad voor het Midden- en Kleinbedrijf heeft aan de rege ringsnota selectieve groei meerma len aandacht besteed. We gaan daar wat verder op in. Voorop staat dat deze nota het tijdperk afsluit waarin economische groei, men zou kunnen zeggen als doel van de ontwikkeling wordt gesteld. Het besef dat naast de welvaart het welzijn van de mens voorwaarde is voor een gezonde opbouw van de maatschappij, ook op langere ter mijn, dwingt de overheid ertoe zich op de struktuur daarvan te oriënte ren. Die gedachtevorming leidt tot het onderscheiden van structuur- doeleinden: het bevorderen van werkgelegenheid bij gematigde groei en van selectiviteitsfacetten: op welke wijze kan met behoud van de leefbaarheid en gegeven het niet onuitputtelijk zijn van grondstof- Anglomanie is een blinde ingeno menheid met alles wat Engels is, dus ook met de taal. Iemand die met anglomanie behept is noemt menk een anglomaan, of wat min der sterk en nglofiel. In een oud boekje „Taalzuivering" van het Al gemeen Nederlandsch Verbond (aan sch kan men zien dat dit Ver bond al jaren oud is) lazen we hier over een aardig artikel onder de kop „anglicismen Het klakkeloos gebruiken van anglicismen wordt er scherp in veroordeeld. Als voor beeld de volgende zin: Je moet het maar niet ernstig nemen, dat hy dikwijls afwezig is. je moet realise ren dat hy doorlopend meer of minder vermoeid is. Hoewel deze zin helemaal niet zo gek klinkt, zit ten er vier anglicismen in verbor gen. In plaats van ernstig nemen (van het Engels to take serious) is „ernstig opnemen" beter. In plaats van afwezig kan men in deze bete kenis beter „verstrooid" gebruiken en realiseren vervangen door „be seffen" of „inzien". Tenslotte is meer of minder (more or less) een rasecht anglicisme. Be ter: min of meer. Een ander veel voorkomend angli cisme is het woord „boeke.,Dit werkwoord is goed Nederlands in de betekenis van: een post in een koopmansboek schrijven of een bedrag op iemands rekening boe ken. Een plaats in een trein, vlieg tuig of op een boot boeken is al zo ingeburgerd, dat de goede werk woorden bespreken en reserveren erdoor worden verdrongen. Soms leidt anglomanie tot slappe taal. „Hy wachtte de meest gun stige gelegenheid af om zyn slag te slaan" Dit is beslist niet duidely- ker dan het goed Nederlands „gun stigste". Ook het veelvuldig foutief gebruik van nauwelyks (hardly) verdient geen aanbeveling. In plaats van nauwelijks is het beter „bijna niet, weinig, maar, moeihjk of byna niets" te gebruiken. Hij verdwaalde, omdat hy er nauwe lijks één keer was geweest (maar). De betekenis van zyn woorden kan nauwelyks worden overschat (mofcilyk). Zijn oordeel is nauwe lijks van waarde (van weinig). Die auto heeft me nauwelyks iets aan onderhoud gekost (byna niets). Nauwelyks is goed als men het kan vervangen door: pas, juist, net of nog maar net. Nauwelyks waren we thuis, of het begon te regenen. An dere veel voorkomende anglicis men zijn „leven" in een huis of een hotel (wonen, logeren). In navol ging hiervan spreekt men in make- laarstaal van een ruime living voor een flinke woonkamer. Een „uit puttend" ver uitvoerig verslag. Dat neemt veel tyd. Moet zyn: veel tyd in beslag, of vergt veel tyd. „Over- laphn" voor gedeeltelijk bedekken. „Gedood worden" by een ongeluk. Bij dat vliegtuigongeluk werd de bemanning gedood. Beter: kwam de bemanning om. Als regel (as a rule) kwam hy te laat (meestal, in de regel). We moeten eens „uitvin den" wie altijd anglicismen bezigt. Er wordt jammer genoeg mets uit gevonden. Daarom beter: te weten zien te komen, ontdekken. We zul len het hier maar by laten, er zijn er wel meer te bedenken. Wat denkt u van „fillingstation" voor een ge wone benzinepomp. (Nadruk Verboden» fenvoorraden, ook gezien op het ni veau van de wereld, aan die doels tellingen worden voldaan? Prachtige woorden alleen? Wat hebben ze te maken met de kleine onderneming? Daar komen we nu op. De produktie én de distributie, het maken of bewerken van iets en het doorverkopen aan de consument is, zo zegt de overheid, onderne mingsgewijs georganiseerd, parti culier initiatief. Maar behalve het streven naar kostendekking zijn er meer nastrevenswaardige zaken, die de prioriteiten wel eens zouden kunnen verschuiven. De nota gaat niet of nauwelijks in op de rol die het kleine of middelgrote bedrijf is toebedeeld. Er is sprake van in het beleid ten aanzien van de ruimte lijke ordening. Ook dat is een prio riteitsvraagstuk. Moeten de steden in het westen de ruimte opslokken of moet er gespreid worden? Moe ten kleine woonkernen mee in de vaart der tijden of moeten ze ge remd worden? En wat betekent dat dan voor het voorzieningenniveau? Een aantal plannen wordt naar vo ren gebracht: - er moet een mogelijkheid komen om vestigingsplannen te toet sen aan de behoefte - in kleine dorpen vooral moet ge streefd worden naar het niet wegtrekken van ambacht en handel - de beunhazerij moet bestreden - de opkomst van het „paracom- mercialisme" met name in de horecasector moet tegengegaan worden en oneerlijke concur rentie zo veel mogelijk uitge bannen. Voornemens die, daar isieder het over eens, van belang zijn. Niet al leen voor de „winkelier", maar ook voor de consument, die vaak niet alleen het „ding" koopt, maar ook „de dingen achter de dingen". Met het invullen of uitvoeren van de plannen is een schuchter begin gemaakt: bedrijfsontwikkelings hulp, garantiekrediet, de Rijks groepsregeling Oudere Zelfstan digen. Op gemeentelijk niveau hebben Hilversum en Bussum de pers gehaald met hun besluit om via vergunningen overbewinke- ling tegen te gaan, andere gemeen ten bevechten de weidewinkel. Vergeten moet ook niet worden de uitspraak dat mogelijk garanties voor een minimuminkomen voor zelfstandigen gewenst zouden zijn, opdat daardoor het niveau van de voorzieningen behouden kan blijven. Vanwaar die interesse voor het midden- en kleinbedrijf? In de eerste plaats om zijn economisch gewicht. In bedrijven met minder dan 100 werknemers zijn anderhalf miljoen mensen werkzaam, dat u een derde van het totaal! In de tweede plaats ömdat de meeste van die bedrijven vaak heel direct betrokken zijn bij de consument - een deel van zijn levenspatroon vormen - en bij de werknemer, ter wijl hier het omgekeerde even waar is. En tenslotte is het zo, dat het Met ingang van 1975 is een nieuw inkooptarief van kracht geworden voor de inkoop van electrische stroom van de N.V. „IJssel- centrale" voor de gemeen ten, welke een eigen stroomdistributiebedrijf exploiteren.Dat nieuwe in kooptarief gaf een aanmer kelijke verhoging voor de berekening van een be paald onderdeel van het ta rief te zien en anderzijds een verlaging in verhou ding tot de te berekenen brandstofprijs. De verho ging werd door de N.V. IJs- selcentrale voor het G.E.B. berekend op f. 146.000.- of wel 12.1%. De centra e besloot echter deze stij ging (verhoging), uitslui tend voor 1975, te beperken tot 5- en af te topen met 7.1%, waardoor f.98.786.- zou worden terugbetaald. By de vaststelling van de G.E.B.- verbruikerstarieven voor 1975 is echter uitgegaan van een eenma lige uitkering van f. 50.800.-, n.l. be rekend op grond van exacte basis gegevens. In het overleg, dat he aats gevonden tussen de N.V. „IJs- selcentrale" en de contactcommis sie van de afdelingen Drente en Overijssel van de Vereniging van Ned. Gemeenten is onder meer aandacht geschonken aan de metr hode, welke toegepast dient te worden om een tarief per 1 januari 1977 vast te stellen dat kostendek kend is en mede gelet op het advies van deze commissie, dient, volgens B. en W„ te wordep gestreefd naar het op korte termyn bereiken van een gelyke tariefsstructuur en zo mogelyk tariefsniveau met o.a. de IJsselcentrale. Aangezien het college indertyd reeds heeft voorzien, dat gestreefd zou worden naar verdere egalise- ring van de electriciteitstarieven heeft het gemeend een „egalisatie fonds tarieven" te moeten instel len, om te voorkomen, dat be paalde verbruiksgroepen in enig jaar aanzienlyk meer dan een nor male jaarlykse verhoging van de tarieven zouden krijgen te verwer ken. Het college is dan ook van mening, dat het noodzakelyk is om over zulk een fonds te kunnen beschik ken om stroom te kunnen leveren aan verbruikersgroepen, die eerst na enkele jaren een kostendekkend tarief kan worden berekend. oorts zyn B. en W. van mening, dat fondsvorming voor het verkrijgen van een gelyk tariefsniveau gebo den is, temeer omdat de N.V. IJs selcentrale nog steeds aan de kleinverbruikers elektriteit levert voor een tarief dat niet kostendek kend is. (De IJsselcentrale levert n.l. zelf ook stroom aan kleiver- bruikers, Red. H.N.) Over 1975 zou aan dit fonds toege rekend kunnen worden f. a &- - f. 50.800.- is f. 47.968.-. Over 1976 kan ten laste van de exploitatie worden toegevoegd f. 100.000.- De stand van het fonds zal dan per 31 december 1976 bedragen f. 147,968.-. B. en W. stellen voor, overeenkom stig het bovenstaande, te besluiten tot het instellen van een „egalisa tiefonds elektriciteitstarieven". De energiecommissie kan zich met dit voorstel verenigen. 'Zoals voorgaande jaren hebben wij weer volop KERSTARTIKELEN KERSTBAKJES KERSTSTUKJES WANDDEKORATIES ENZ. ENZ. Bestel uw grafwerk voor de kerst vóór 23 December TUINCENTRUM HOLTENS HÖFKE MARKELOSEWEG 1 - TEL. 2890 In opdracht van de Stichting Ama teurfotografie werd door het NIPO (het Nederlands Instituut voor Publieke Opinie en Marktonder zoek) een onderzoek ingesteld naar het bezit en gebruik van fototoe stellen in Nederlandse gezinnen. Dit onderzoek heeft voornamelijk plaatsgevonden in het kader van de NIPO weekpeilingen. Dat zijn mondelinge vraaggesprekken bij aselekte steekproeven van Neder landse huishoudens. In totaal wer den van de ca. 4 523.000 huishou dens, welke Nederland op het mo ment van deze enquête telde, 1492 huishoudens benaderd en onder vraagd. Deze 1492 huishoudens vormen een voor geheel Nederland representatieve steekproef. De opzet en uitvoering van dit on derzoek, waarvoor het veldwerk in maart 1977 plaats vond, zijn vrijwel indentiek aan het nationale onder zoek, dat door het NIPO in novem ber 1974 werd gehouden. Hierdoor kan op veel plaatsen een vergelij king worden gemaakt. Deze verge lijking wordt - waar mogelijk - aan gevuld met de gegevens uit een marktonderzoek dat in 1970 plaats vond. Uit de talrijke gegevens die dit on derzoek oplevert valt af te leiden, dat fotografie in Nederland (we derom) sterk in populariteit is toegenomen. In elke 100 huishou dens zijn op dit moment 95 foto kamera's, waarvan er in de afgelo pen 12 maanden ruim 3,6 miljoen aktief zijn gebruikt. Met name tussen 1974 en 1977 heeft een sterke uitbreiding in gezinnen plaatsgevonden. Mede ten gevolge van deze stijging en de toename van het totaal aantal huishoudin gen zijn er in deze periode ca. 500.000 gezinnen met één of meer fototoestellen bijgekomen. Deze uitbreiding voltrok zich in alle la gen van de bevolking. De populariteit van fotografie komt niet alleen tot uiting in het grote kamera-bezit. Ook het kamera-gebruik neemt toe. Het ak- tieve kamerabestand is ten op zichte van 1974 met bijna 19% uit gebreid. Steeds meer mensen ge bruiken steeds vaker hun fototoe stel. Om te kunnen fotograferen behoeft in 1977 de zon niet meer te schijnen 78% van de kamerabezit- ters heeft een flitsapparaat en is daardoor in staat binnen en buiten, overdag en 's avonds te fotografe ren. Voor veel kamerabezitters is het fo tografie seizoen ook steeds minder gebonden aan de zomer. 37% van alle kamerabezitters fotografeert het gehele jaar door evenveel. Al dus blijkt uit „Fotografie in Neder land". Het zal best nodig zijn in het kader van de waterbeheersing en zo maar dit is een typisch staaltje van Nederlandse keurigheid, alles recht toe, recht aan. Wij zijn nu eenmaal een rechtlijnig volkje. kleinere bedrijf relatief weinig grondstoffen gebruikt en het milieu nauwelijks verstoort. Overwegin gen die logisch leiden tot een her waardering ten aanzien van de plaats die dit soort bedrijven in nemen in het totaal van de natio nale economie. Als de zelfstandige ondernemer wil en kan inspelen op de constant in beweging zijnde maatschappe lijke wensen dan zal het zeker niet nodig zijn - zoals vroeger vaak ge hoord - hem voor 1985 in het mid denstandsmuseum op te bergen. (Nadruk verboden) V j, Ter gelegenheid van de opening van ons nieuwe bedrijfspand aan de Keizersweg (industrieterrein "De Haar") te Holten houden wy op WOENSDAG 14 DECEMBER DONDERDAG 15 DECEMBER VAN 10 - 21 UUR VRIJDAG 16 DECEMBER ZATERDAG 17 DECEMBER VAN 10 - 15 UUR Wij nodigen U uit voor de bezichtiging van ons nieuwe pand met showroom, waarin ons komplete programma gepresenteerd wordt. Import landbouwmachines

Erfgoed Rijssen-Holten

Holtens Nieuwsblad | 1977 | | pagina 9