Voorz. Landbouwschap
over tankmel kr egeling
1
Gerard Baardman
maatjes met Joop
goede
de Tijger
Landbouwschap sprak
met min. Van der Stee
Hunebedden-expositie op
stenenruilbeurs in Arnhem
Weet
je wetje,
je rijden
FOTO
STRIP.
VER
HAAL
Bomen snoeien-
wanneer en hoe
Landbouwpenkelen
,Dor/é winster
Ook 's winters
hebben planten
voedsel nodig
-sSsésST i
HOLTENS NIEUWSBLAD 22 OKTOBER 1976 PAGINA 11
In zijn openingswoord bij de aanvang van de openbare
bestuursvergadering op woensdag 6 oktober jl. heeft de voor-
i zitter van het Landbouwschap, drs. P. Bukman, er op gewezen
dat ons land weer een paar regelingen rijker is. Een regeling
die er op gericht is ook melkveehouders met kleinere bedrij-
1 ven de kans te geven over te stappen op tankmelken en een
.regeling voor de verplaatsing van bedrijfsgebouwen buiten
ruilverkavelingen. „Ons oordeel over deze regelingen en de
gang van zaken er omheen is niet onverdeeld gunstig. Het is
voor een gewoon mens niet te begrijpen, dat er zo'n lange
tijd moet voorbijgaan, voordat Brussel het groene licht geeft.
Dat geldt voor beide regelingen. Je zou bijna vergeten dat ze
in de pijplijn zitten", aldus de heer Bukman. (Zie Hollens
Nieuwsblad van 8 oktober jl.)
De Europese Commissie heeft getracht de tankmelkregeling
in verband met de actuele zuiveiproblematiek met de ban
vloek te treffen. Dat dit niet is gelukt, stemt tot tevredenheid.
De voorwaarden echter waaronder de regeling nu mag wor
den toegepast, zijn zodanig dat hier eigenlijk niet van een
beleidsinstrument mag worden gesproken dat past in een
evenwichtig opgebouwd pakket. Daarvoor is de werkingsduur
veel te kort.
Wat de verplaatsingsregeling be
treft is de kritiek vooral gericht
op het uitsluiten van de pluimvee
houderij. Het beginsel dat Brussel
aanhangt inzake het uitsluiten van
de pluimveehouderij van elke vorm
van structuurbeleid, wordt hier
even fanatiek als verkeerd doorge
voerd. Ook minister Van der Stee
is het met deze Brusselse aanpak
niet eens. Het geeft echter opnieuw
irritatie in deze veel geplaagde
sector.
Uiteraard heeft ook de cautierege
ling met haar nadelige gevolgen
voor de pluimveehouders de nega
tieve stemming ten aanzien van
het overheidsbeleid versterkt. Te
recht. Het is niet te verteren dat
de Europese Commissie weigert
opening van zaken te geven aan
gaande de gestorte cauties. Zoiets
wekt op z'n minst de indruk dat
er veel meer is binnengekomen
aan cauties dan nodig is om 400.000
ton mager melkpoeder in het vee
voer te verwerken.
Het is naar zijn mening bijzonder
noodzakelijk de belangen van de
pluimveehouderij als sector, waar
voor in EG-verband eigenlijk al
leen een beleid bestaat met een
negatieve inhoud, goed in het oog
te houden. In dat verband zal ge
zocht moeten worden naar uitwe
gen om bedrijfsverplaatsing buiten
ruilverkavelingen toch mogelijk te
maken. Tevens zal er op moeten
worden toegezieni dat bij de dis
cussie in Europees verband over
de landbouwregeling in het kader
van de btw de grondloze bedrijven
niet opnieuw worden gediscrimi
neerd.
In deze vergadering heeft het be-
bestuur zijn oordeel gegeven over
de miljoenennota en de begroting
van het ministerie van Landbouw.
Na de eerste reacties op de mil
joenennota zijn de negatieve gelui
den over de Landbouwbegroting
niet van de lucht. In de fiscale eB
sociale sfeer is er voor de agrari
sche sector nauwelijks iets nieuws.
De beperkte begrotingsruimte laat
blijkbaar niet toe om iets nieuws
aan te pakken.
Een ander punt van kritiek is het
gebrek aan visie op de verdere
voortgang van het land- en tuin-
bouwbeleid, nationaal en in EG-
verband. Los van de vraag of men
van de overheid een duidelijke
visie verlangt, probeert het land
bouwbedrijfsleven de problemen
voor de land- en tuinbouw zoveel
mogelijk in een samenhang te be
naderen. Het Landbouwschap hééft
dat in het verleden telkens gedaan
met actie- of jaarprogramma's. De
laatste tijd hebben zich voortdu
rend nieuwe ontwikkelingen voor
gedaan waarop het Landbouwschap
direct reageerde. Als voorbeeld
noemde drs. Bukman de nota In
komensbeleid, de drie groene no
ta's en onze reacties daarop. Om
al deze ontwikkelingen nu opnieuw
in een samenhang te bekijken en
de discussies over het toekomstige
beleid te stimuleren, heeft het se
cretariaat van het Landbouwschap
op verzoek van het dagelijks be
stuur een discussienota samenge
steld, die binnnkort aan de orga
nisaties zal worden toegezonden.
„Het is geen gemakkelijk stuk.
maar biedt wel de goede grondstof
voor een nadere gedachtenbepa-
ling. Het is te hopen dat de orga
nisaties zich het komende winter
seizoen intensief met deze materie
bezighouden", aldus besloot de
voorzitter van het Landbouwschap
zijn toespraak.
RHENEN Dierenverzorger Ge
rard Baardman heeft al vele jaren
een sterke binding met Ouwehands
Dierenpark. Vooral de laatste tijd
was hij in zijn nopjes, toen er een
tijgerhoek werd gebouwd, waarin
alle soorten, die er op de wereld
bestaan, zijn te vinden. Baardman
is speciaal bevriend met één van
de mannelijke Siberische tijgers,
een nog vrij jong dier. Hij haalde
hem zelf op in Hamburg en sinds
die eerste ontmoeting, is de vriend
schap gebleven. Gerard stapt zo
maar de buitenren binnen en ravot
met de jonge tijger dat het een
lieve.lust is. Maar plotseling werd
Baardman vrij ernstig ziek. Hij
kreeg last van een nieraandoening
en verhuisde naar een Utrechts
ziekenhuis. Gelukkig knapt hij al
weer wat op, hoewel hij nog steeds
niet mag werken. Wel is hij dage
lijks tijdens een rondwandeling op
het dierenpark te vinden.
Tijdens de maandelijkse bespre
king die het Landbouwschap op 6
oktober jl. had met de minister
van Landbouw, zijn o.m. de navol
gende onderwerpen aan de orde
geweest: het EG-beleid, de Rijks
begroting en de Landbouwbegro
ting 1977, dc zg. cautieregeling en
het energiebeleid.
EG-beleid
De minister van Landbouw heeft
uitvoerig verslag gedaan van de
op 4 en 5 oktober gehouden raads
zitting van de EG-ministers van
Landbouw. Naar aanleiding van
het beraad over de monetaire
moeilijkheden (het pond en Italië)
heeft het Landbouwschap zijn zor
gen kenbaar gemaakt over de
Europese samenwerking, die door
het leggen van noodverbanden be
dreigd wordt.
De minister heeft medegedeeld,
dat de EG-raad van Landbouwmi
nisters besloten heeft de cautiere
geling (het bijmengen van mager
melkpoeder in veevoer) te beëin-
digén en alleen te verlengen als ei-
onvoldoende cauties gesteld zijn.
De beslissing over een eventuele
verlenging wordt genomen op 25
of 26 oktober op basis van dan
beschikbare gegevens. De regeling
zal in elk geval niet langer mogen
gelden dan nodig is om de ge
wenste cauties (400.000 ton mager
melkpoeder) te bereiken.
HetN Landbouwschap is geïrri
teerd over de geheimzinnigheid
van de Europese Commissie rond
de juiste gegevens van de bijmen
ging. De heer Van der Stee wijst
erop, dat de mogelijkheid van spe
culatie een reden kan zijn om de
cijfers niet vrij te geven. Het
Landbouwschap blijft op het stand
punt, dat de regeling vóór 31 okto
ber a.s. beëindigd moet worden zo
dra de gewenste cauties gesteld
zijn.
Rijks- en
landbouwbegroting 1977
Het Landbouwschap heeft uit
voerig met de minister gediscus
sieerd over de beleidsvoornemens
van de overheid. Het is van me
ning, dat er in het kader van het
fiscaal beleid voor dc zelfstandigen
weinig nieuws is voor hel komen
de jaar. Door het Landbouwschap
wordt erop gewezen, dat de groei
van de Landbouwbegroting achter
blijft bij de algemene stijging van
de Rijksbegroting. Overigens ver
toont de Landbouwbegroting 1977
na aftrek van het Landbouw Ega
lisatie Fonds A (LEF/A, een ver-
rekenpost met Brussel) een stij
ging van ruim 6 pet., aldus de
heer Van der Stee. De minister
stelt daar tegenover, dat de bud
gettaire ruimte door dc 1 pet.-be
zuinigingsoperatie van de overheid
zeer gering is. Volgens de bewinds
man wordt het beleid voor de
land- en tuinbouw ook mogelijk
gemaakt via de begrotingen van
andere ministeries.
Het Landbouwschap wijst op het
bedrijfsontwiivkelingsbeleid. Het
vreest dat de extra gelden uoor
het Ontwikkelings- en Sanerings
fonds nodig zijn om de aangegane
verplichtingen na te komen, zo
dat er geen ruimte blijft voor nieu
we aktiviteiten. De minister meent
dat nieuwe akiviteiten zoveel voor-
bereidingsijd vragen, dat werke
lijke kasuitgaven pas na een jaar
gedaan worden. Deze aktiviteiten
hoeven volgens hem dan ook niet
op deze begroting tot uitdrukking
te komen.
Het Landbouwschap meent, dat een
extra inkrimping van de voorlich
tingsdienst voor de Bedrijfsontwik
keling strijdig is met de voorrang
die de minister aan het ontwikke
lingsbeleid geeft. Minister Van dei-
Stee deelt mee, dat de in de Me
morie van Toelichting genoemde
inkrimping opgevangen wordt door
gebruik te maken van de reserves
voor de zogenaamde niet toege
deelde personeelsformaties.
Het Landbouwschap wijst op de
vertragingen in de voorbereiding
van ruilverkavelingen. Het vreest,
dat, gelet op het overheidsstreven
om in vier jaar tijd 160.000 ha in
uitvoering te nemen, het bedrag
voor de uit te voeren werken in
de komende jaren aanzienlijk moet
worden verhoogd. Minister Van
der Stee meent, dat de begrotings
post voor ruilverkavelingen geba
seerd is op een reële raming van
de in uitvoering te nemen werken.
De overheid blijft streven naar
160,000 ha in vier jaren, maar ze
kerheid daarover is niet te geven.
Het Landbouwschap heeft de mi
nister gevraagd opnieuw de moge
lijkheid open te stellen voor de
aanvragen van particuliere cul
tuurtechnische werken. De minis
ter wil eerst de ingediende aan
vragen afwerken, maar is bereid
om te overleggen over de aanvra-
gemogelijkheid.
Naar aanleiding van een vraag
van het Landbouwschap óver de
richtlijnen voor beheersovereen
komsten, deelt minister Van dei-
Stee mee binnenkort met 't Land
bouwschap te overleggen over deze
richtlijnen.
Bedrijfsverplaatsing
Het Landbouwschap betreurt 't,
dat de pluimveehouderij uitgeslo
ten is van de onlangs afgekondig
de regeling voor verplaatsing van
bedrijfsgebouwen buiten ruilver-
kavelingen. De heer Van der Stee
is het met het Landbouwschap
eens, dat deze uitsluiting te betreu
ren is. De Brusselse structuur-
richtlijnen laten voor de pluimvee
houderij echter geen mogelijkheid.
De minister vindt ook dat de
pluimveehouderij stiefmoederlijk
door Brussel behandeld wordt. Het
Landbouwschap komt met de mi
nister overeen om op korte termijn
gezamenlijk een onderzoek te doen
naar mogelijkheden om de pluim
veehouders tegemoet te komen.
Belastingen
Het Landbouwschap is bezorgd
over het feit, dat Brussel over
weegt de veredelingsbedrijven te
te sluiten van de landbouwrege
ling in het kadér van de btw. De
minister deelt deze zorg en vindt
eveneens dat dit voorkomen moet
worden.
„Die Siberiër heb ik genoemd
naar Joop Bovenschen, de journa
list die al bijna twintig jaar elke
week verhalen schrijft over de
dierentuin hier op de Grébbeberg,"
zegt Gerard. „Zonder dat mijn di
recteur er iets van af wist speelde
ik 's ochtends heel vroeg al met
Joop de Tijger in diens buitenver
blijf. De tijger vond het fijn al die
stoeipartijen. Toen ik uit het zie
kenhuis kwam en naar Joop toe
liep zoende hij me van blijdschap.
Hij likte met z'n grote tong over
m'n wangen. Dat was een ontroe
rend moment in mijn leven. Ik
heb wel een traan weggepinkt. Ik
ben nu erg voorzichtig, omdat m'n
been nog in verband zit, dus kan
ik helaas niet de ren binnen. Joop
wil wel dat ik bij hem kom. Dat
kan je gewoon aan hem merken.
Er zijn er trouwens nog wel meer.
Ik had ook nog een afdeling apen
te verzorgen. En al heb ik dan
m'n zondagse pak aan en geen
werkkleding, als ik op een afstand
nader, vliegen de apen hoog in de
bomen om me van verre al te be
groeten."
Gerard is een echte dierenlief
hebber. Toen hij nog gezond was
gebeurde het meermalen dat hij bij
zomerdag 's ochtends al om vijf
uur op het park was. Dan liet hij
de ijsberen en andere roofdieren
buiten, na eerst de terrassen al
schoon te hebben gespoten. Wan
neer kan Baardman niet meer met
z'n lievelingstijger Joop stoeien'.'
„Ik ben geen studiehoofd," zegt
Gerard, „voor mij is het een kwes
tie van, aanvoelen. Ik kan gewoon
zien hoever ik kan gaan. Net zo
goed als toen ik in Hamburg zag
dat Joop mijn beste vriend zou
worden toen hij nog zo klein was.
Joop is beslist één van de liefste
beesten van het dierenpark."
Gerard Baardman h^&ft veel op
met tijgers, maar ook met de ver
pleegsters in Utrecht, die hem zo
fijn verzorgd hebben tijdens zijn
verblijf in het ziekenhuis. Ook
daarover spreekt hij met net zo
veel liefde als over zijn Siberiër,
al is het verschil wel erg groot.
Op de Internationale Hondenten
toonstelling te Amsterdam behaal
de mevr. Nieuwenhuyzen met haar
Hovawart kamp. „Dorlé van de
Witte Berk W 73" de kampioens-
prijs, beste teef en „Winster 1976".
Het ls opmerkelijk, dat vooral
in de wintermaanden, in tegenstel
ling tot het voorjaar en de zomer,
de planten voor wat voeding be
treft dikwijls worden vergeten.
Men denkt dat in de winter de
kamerplanten geen voeding nodig
hebben omdat het rusttijd is en de
groei dan stil staat. Dit geldt ech
ter alleen voor sommige kamer
planten zoals bv. de cactus. Andere
planten, zoals bijvoorbeeld vinter-
bloeiende planten als cyclamen,
azalea, begonia, etc. hebben dan
juist veel behoefte aan voeding.
Ditzelfde geldt voor praktisch alle
bladplanten (ficus, philodendron,
hedera, etc wat in feite tropische
planten zijn en geen rustperiode
kennen.
Plantenvoedsel moet zuiver en
volledig oplossen, zoals bv. bij Po-
kon het geval is. Het moet een
hoge voedselkoncentratie bevatten,
waardoor het voordelig wordt in
het gebruik. Het bemesten met een
goed plantenvoedsel is goedkoop,
het resultaat is altijd goed: mooie
planten en veel bloemen.
Paddestoelen, te mooi en
dit jaar te zeldzaam om mee
te nemen.
De meeste bomen kunnen het beste gesnoeid worden in
oktober/november. Maar het snoeien van een boom blijft een
noodzakelijk kwaad! De kunst van het snoeien is dan ook om
zo weinig mogelijk te snoeien - namelijk alleen de boom te
helpen bij het ontwikkelen van zijn natuurlijke vorm en om
problemen op latere leeftijd te voorkomen. Door veel snoeien
ontstaat namelijk het gevaar, dat de boom juist wordt gesti
muleerd tot het vormen van extra takken, waardoor de kroon
te zwaar wordt en kan uitbreken.
Verantwoord snoeien kunt u dus
alleen, als u met de natuurlijke
vorm van de boom, de zg. habitus^
vertrouwd bent. Wanneer u zo een
jonge boom in de eerste 10-a 15
jaar in zijn groei begeleidt, dan is
snoeien later praktisch niet meer
nodig en zult u een mooie, even
wichtig uitgegroeide boom krijgen.
Voor elke vorm van snoei geldt
overigens, dat de takken glad bij
de vertakking moeten worden af
gezaagd, zodat er geen takstomp
overblijft, die zou kunnen gaan
in rotten.
Alle snoeiwonden. maar in ieder
geval die groter zijn dan 2 cm in
doorsnede, moeten altijd worden
afgesmeerd met een boomwond-
afdek- of ontsmettingsmiddel, zo
dat ze niet geïnfecteerd kunnen
worden door schimmels, bacteriën
of insekten.
1976 zwaar jaar
voor bomen
Wij kunnen nu al zeggen, dat 1976
voor veel bomen een zéér zwaar
jaar is geweest. Het begon al in
mei en juni met nachtvorst, net
toen de jonge blaadjes waren uit
gelopen. Tot in de zomer bleven
de bevroren blaadjes als kleine
bruine vaantjes aan de bomen han
gen. De bladeren die net iets min
der ver uit waren en nog gedeel
telijk beschermd in de knop zaten,
bleven klein en raar verfrommeld
van vorm. En toen de droogte
Water is nu eenmaal de voornaam
ste en absoluut onmisbare schakel
in het ingewikkelde levensproces
van de boom, en een zo lange
droogteperiode als dit jaar heeft
dan ook veel bomen extra achterop
geholpen. De werkelijke balans van
de droogte zal pas in de zomer
van 1977 kunnen worden opge
maakt.
Intussen kan er ook dit najaar nog
van alles gebeuren- denk maar aan
de zware najaarsstormen van de
afgelopen jaren!
Waar bomen allemaal
niet tegen kunnen
De Bomenstichting heeft een in
formatieblad uitgegeven onder de
titel: „Waar bomen allemaal niet
tegen kunnen". Het bevat een op
somming van natuurlijke oorzaken
en menselijke activiteiten, die stuk
voor stuk (of in combinatie) een
boom ernstig kunnen schaden.
Onder de natuurlijke oorzaken
worden 13 punten behandeld; de
andere 26 komen voor rekening
van mensenwerk. Een treurig
stemmend overzicht van A (aard
gaslekkage) tot Z (zout).
Belangstellenden kunnen dit Infor
matieblad bestellen door overma
king van 2 gulden op postgiro
218755 t.n.v. de Bomenstichting te
Zeist. Vermeld s.v.p. ^formatie-
bi ad 15".
Op zondag 17 oktober 1976 van
10.00 tot 17.00 uur houdt dc Neder
landse vereniging „De Verzame
laar" voor de elfde maal een
grote internationale verzam el-
beurs van stenen, mineralen, fos
sielen, schelpen en koralen in Mu
sis Sacrum, Vclperplein, Arnhem
(C).
Zoals gebruikelijk is ook aan
deze "beurs weer een expositie ver
bonden, welke is verzorgd door de
heer A. van Steijn uit den Hoorn
bij Delft. Dit keer koos hij als on
derwerp: „Hunebedden en graf
giften" uit de cultuurperiode van
ruim genomen 3000 voor Chr. tot
500 na Chr. Uit zijn verzameling
toont hij diverse stukken, welke
verschillende perioden en culturen
vertegenwoordigen. Zoals uit
Egypte een vogelmummie, een
Ushabti of dienarenbeeldje van
aardewerk wat als funktie had om
de overledene ook in het dodenrijk
te dienen en een votief arm met
schaal waarop destijds goud werd
meegegeven. Uit Mexico enige
Pre-Columbfaanse terra-cotta dan
sers en aardewerk armband. Van
Denemarken vuurstenen bijlen en
uit ons eigen Limburg een aarde
werk urn waarin nog crematie-
resten zitten. Een zelfgemaakt
schaalmodel van het hunebed D-20
bij Drouwen m Drenthe en verder,
uit deze provincie talrijke aarde
werk scherven van o.a. trechter
bekers en vuurstenen gebruiks
voorwerpen als mesjes, schaven,
krabbers, spitsen en bijlen.
Op vrijdag 15 oktober houdt de
afdeling Overijssel van ,,De Ver
zamelaar" van 19.00-22.00 uur een
ruilbeurs in de foyer van „De
Rönneboom", Grotestraat 152 te
Almelo. Geruild worden postzegels,
munten, ansichtkaarten, enz.
praktische tips
voor fotografen
in de vorm van
een foto-drieluik
Al een tijd loop ik met ogep vol verlangen langs het huis van mensen in
onze straat, die drie jonge poesjes hebben. Maar het staat wat gek om
zomaar aan te bellen om te vragen of je de poezen mag fotograferen.
Gelukkig z.ag ik de "bazin" laatst in de tuin aan het werk. We maakten
een praatje en toen was het snel bekeken. Die mevrouw vond het zelfs
leuk dat haar kleine poesjes op de foto zouden komen. En zo krijgt u
ditmaal een katterig verhaal in drie foto's. Elke foto is tegelijk een tip
over het fotograferen van kleine huisdierenWant dat is dan meteen al het
eerste probleem: hoe krijg je zo'n klein en springerig beest duidelijk en
groot op de foto? Als het even kan beeldvullend?
Het advies is: zo dicht mogelijk bij het beest komen en
geduld hebben. Dan lukt het. zeker als ueen voorzet-
lensje op uw kamera zet. Met zo'n lensje, dat ver
krijgbaar is voorde meeste kamera-typen, kun je erg
dicht bij je onderwerp komen. De tweede mogelijk
heid is: dc foto maken van de minimum afstand
(meestal zo'n anderhalve meter) en dan een vergro
ting laten maken. Van die vergroting kun je desge
wenst een deel wegsnijden, zodat alleen de poes
overblijft. Dat gebeurde met de eerste foto.
De tweede foto is genomen vanaf de grond. De leuk
ste dierenfoto's krijg je namelijk als je de foto maakt'
op ooghoogte van het dier. Dikwijls moetje dan wel
met de kamera plat op de grond werken.
Derde punt: een klein huisdier wordt op een foto vaak I
onzichtbaar door een verkeerde achtergrond. Daar
kun je bij de opname veel aan doen. Door voor een
donker poesje een lichte achtergrond te nemen. Of]
voor een kleurige lapjeskat een rustige achtergrond.