TEACH IN IN IRENE BRACHT WEL HEFTIGE
MAAR WEINIG GEFUNDEERDE DISCUSSIE
Wedvlucht
SUIKER-OOM
i
Successen vcor jeugd Twenhaarsveld
(^Saixüsette)
Kinderspel of spotternij
S.O.S.-grcep slaat 16 stellingen aan deur
gemeentehuis
Holten met elf ploegen
in de competitie
Blauw Wit-jeugd won beker
Zaterdag 9 septemper 1967
HOUTENS NIEUWSBLAD
De teach-Ln over de vrede, die vorige
week vrijdagavond op initiatief van een
drietal leden van de S.O.S.-groep in het
gebouw Irene gehouden werd, heeft de
bezoekers, die in vrij groten getale waren
opgekomen, niet nader tot elkaar ge
bracht, maar dat was ook nauwelijks te
verwachten. De vraag „Wat doe IK voor
de vrede" verzandde in het debat uitein
delijk in beschouwingen over de Oost
west-verhouding, de militaire situatie in
het Midden-Oosten ien de strijd van de
Amerikanen in Vietnam. Er waren voor
al veel jongere mensen naar Irene geko
men, maar er waren er maar enkele, die
aan het debat deelnamen. Zij die het met
het standpunt van ds. Graaf stal eens wa
ren hebben zich nauwelijks laten horen.
Zijn geestelijke tegenvoeters weerden
zich echter vaak heftig. Er waren zelfs
enkele politieke figuren naar Holten ge
komen om hun standpunt over nationale
ontwapening hier te spuien. Opgemerkt
moet echter worden, dat zij, die niet voor
nationale ontwapening zijn nog geen
voorstanders van een algemene bewape
ning zijn. De drie sprekers, ook ds. Graaf -
stal, waren alle voor bevordering van de
vrede, maar in hun standpunt lag een
duidelijk nuance-verschil. Een belangrijk
onderwerp van de gedachtenwisseling
vormde het vraagstuk van de al of niet
vervulling van de militaire dienstplicht.
Nadat ds. Graafstal, legerpredikant te
Ermelo, de heer Schipper, journalist te
Enschede, lid van de Sjaloomgroep en ir.
Bierdrager uit Joppe hun inleiding ge
houden hadden, vatte de gespreksleider
van deze teach-in, de heer M. Houwaart,
hoofdredacteur van het Dagblad van het
Oosten, hun standpunten ongeveer als
volgt samen: de heer Graafstal zag in de
vervulling van de dienstplicht een juiste
bijdrage om tot vrede te komen, de heer
Schipper ziet een grotere vervulling in
dienstweigering en ir. Bierdrager meent
de vervulling van de dienstplicht te zien
als een afgrijselijke plicht om te doden.
Ds. Graafstal, die het eerst aan het
woord kwam stelde een aantal vragen:
„is algemene ontwapening een bijdrage
tot de vrede". Spreker beantwoordde deze
vraag bevestigend, mits een politieleger
wordt gevormd, want de wereld kan z.i.
niet zonder een dergelijke krijgsmacht,
waarmede imperialistische neigingen de
kop worden ingedrukt. Nationale ontwa
pening is niet verdedigbaar zolang nog
geen wereldbrandwacht beschikbaar is.
Spreker zag dan ook de vervulling van de
dienstplicht als een tussenstadium. Hij
verklaarde de inhoud van de vredeskrant
te kunnen onderschrijven, die aan de in
gang van de zaal was uitgereikt en wees
op de noodzaak om afstand te doen van
bezit ten behoeve van de onderontwikkel
de volkeren. Demonstreren heetf geen zin
als je zelf niet bereid bent om wat af te
staan. De heer Graafstal verklaarde zelf
het idfee te hebben gelanceerd voor een
..ontwikkelingsdienstplicht". Er is in de
pers 'nogal om gelachen, maar het ver
heugde hem, dat christelijke jongeren
groepen, deze gedachte hebben overgeno
men, om te komen tot demping van de
kloof tussen de rijke en arme landen. De
grootste bijdrage kan echter vormen de
verandering var, iemands eigen eerlijke
gezindheid.
De heer Schipper begon met zich te ke
ren tegen uitspraken als „wie eens steelt
is altijd een dief" en „Oorlog zal er altijd
blijven". Wij praten over het negerpro
bleem, maar het is het probleem van de
blanken Wij spreken over de onderont
wikkelde gebieden, maar het is in wezen
het probleem van de geïndustrialiseerde
landen. Men kan zeggen de wereld is nu
eenmaal verdeeld, maar de mens is niet
bereid de wereld tot een geheel te maken.
De heer Schipper wees op de noodzaak
2van het nationale inkomen voor ont
wikkelingshulp af te staan en de moge
lijkheid om dienst te weigeren. Het wordt
zijns inziens als gewoon gezien, dat iemand
De postduivenvereniging „De Berg-
vliegers" nam met 107 duiven deel aan
de wedvlucht vanaf Roosendaal. Afstand
159 km., lossing om 12.00 uur. Het werd,
gezien de weersomstandigheden een vrij
snelle vlucht. Aankomst eerste duif om
13.18.15 uur, laatste prijswinnende duif
13.31.05 uur. De uitslag was: 1-13-20 H. J.
Aaftink, 2-6-15-18 G. J. Schuiterd, 3-4-
9-16 L. Gazan, 5-7-8-10 W. Aaftink, 11
M. Lodeweges, 12-17 H. J. ten Velde, 14
D. Muller, 19 J. W. Willems en 21 G. J.
Bekkernens.
Feuilleton door
Tom Lode wijk
24)
„Niet eens zo ver af. Bij De Meermin
in 't haventje."
„Weet je wat, we nemen de sloep en
we varen d'r naar toe. Misschien kunnen
we 'm meteen hierheen slepen."
Han, opgelucht dat er tenminste, al
thans in de letterlijke zin, beweging in
de affaire kwam, stemde grif toe.
„Zet die brommer in de schuur. Dan
gaan we meteen."
„Dan is er hier niemand."
„Als Sjoerd en ik samen zitten te vis
sen is er ook niemand. Die schuur loopt
niet weg."
Vijf minuten later zaten ze samen in
de sloep die door de krachtige buiten
boordmotor gestuwd, snel en met veel
fijne droppels van opspattende boeggol-
wordt opgeleid om te doden. Deze uit
spraak ontlokte aan de zaal een licht ap
plaus. In een werelddemocratie is het on
mogelijk er nog nationale legers op na te
houden. Er zijn echter maar weinigen, die
door dienstweigering, deze moeilijke weg
willen gaan.
Ir. Bierdrager sprak over de noodzaak
om de innerlijke agressie om te zetten.
De bestrijding van de oorlog moet z.i. be
ginnen bij het individu. Het gaat daarbij
om het omzetten van onze mentaliteit.
Spreker ontpopte zich als een voorstander
om, ondanks het weinig effect, toch door
te gaan met demonstreren en adresseren.
Spreker ging uitvoerig in op de oorzaak
van de innerlijke agressie bij de mens en
verklaarde van mening te zijn, dat de we
reldmachten zich meester hebben ge
maakt van ons agressiegevoel. Zij hebben
volgens spreker onze jeugd gedresseerd
om te doden. Om deze agressie te boven
te komen is noodzakelijk een evolutie van
de menselijke ziel. Wij kunnen de staat
vragen ons te ontheffen van de plicht om
opgeleid te worden om te doden. Spreker
deed een practisch voorstel om in de on
derontwikkelde gebieden zelf landbouw
bedrijven te stichten met de bereidheid
voor onze gekleurde broeders te werken.
De meeste debaters, die van de in de
zaal geplaatste microfoon gebruik maak
ten richtten zich tegen de door ds. Graaf
stal verdedigde stellingen, waarbij vooral
de vraag doorschemerde hoe hij vanuit
een christelijk standpunt de militaire
dienstplicht kon verdedigen. Zo werd o.a.
gezegd, dat men niet een gezindheid, die
gericht is op de vrede ook kan richten
op de militaire plichtvervulling.
Er werd heel wat over en weer gespro
ken, zonder dat men elkaar kon overtui
gen. Tussen die gesprekken heerste er ge
zellige discussies.
In de pauze werden door Annemarie
Lonink een tweetal gedichten voorgedra
gen, terwijl aan het slot de voorzitter van
het initiatief-comité, de heer Hamming,
de gespreksleider en de inleiders dankte,
alsmede de andere medewerkenden door
hen een beschilderd tegeltje aan te bie
den. Er werd tenslotte door verschillende
groepjes nog wat nagepraat, waarna de
rust in Irene weer keerde.
Het ging er wél eens even fél toe op
de teach-in voor de „vrede"
Zaterdagmiddag stond een groot aan
tal auto's klaar om de circa 50 jeugd
leden van de zwemclub Twenhaarsveld
naar Olst te brengen, waar ze tegen de
jeugd van O.Z.C. moesten zwemmen.
Het was de eerste keer in het tweejarig
bestaan van de zwemclub dat men tegen
een andere club moest zwemmen en men
was dus wel gespannen hoe de Holtense
jeugd het eraf zou brengen.
Er werd gezwommen in een 50 meter
bad. dat gebouwd is in een lange kolk.
De meeste kinderen vonden het zwem
men in dit blad al een leuke ervaring. Het
enthousiasme was groot, de aanmoedigin
gen schalden over het bad en de zwem
mers en zwemsters deden goed hun best.
De resultaten waren er ook naar, want
de Holtense jeugd sleepte de meeste me
dailles in de wacht. Alleen in de meisjes-
groep 1213 jaar was Olst Holten verre
de baas, hoewel de Holtense meisjes goed
partij gaven.
De tijdwaarnemers (voor Holten de
heren G. Slotman en C. Karmelkkonden
tijden opnemen die weer wat scherper
waren dan tijdens de clubkampioenschap
pen. Na de prijzen kregen de Holtenaren
een lekkere koek van O.Z.C. en een zakje
patat van Z.C. Twenhaarsveld, waarna
men „verwarmd" weer haar Holten ver
trok.
Het volgend jaar hopen de jeugdleden
van O.Z.C. naar Holten te komen om op
nieuw de krachten te meten.
De uitslagen waren:
25 ni. schoolslag" meisjes tot 12 jaar:
1 Karin ten Hoeven. Holten, 2 L. Stoffer,
Holten.
25 m. rugslag meisjes tot 12 jaar: 1
Karin ten Hoeven, Holten; 2 G. Rietman,
Olst.
25 m. schoolslag jongens tot 12 jaar:
een gedeelde eerste plaats Gerard Wil
lems van Holten en Piet Sloot van Olst;
2 Rinus Nieuwenhuis.
25 m. rugslag jongens tot 12 jaar: 1
Gerard Willems, Holten; 2 Piet Sloot,
Olst.
50 m. schoolslag meisjes 12 en 13 jaar:
1 T. Leurink, Olst; 2 J. Fiets, Olst.
25 m. mgslag meisjes 12 en 13 jaar:
1 J. Fiets. Olst; 2 H. Bongers, Olst.
25 m. vrije slag meisjes 12 en 13 jaar:
1 J. Fiets; 2 H. Bongers, Olst.
50 m. schoolslag jongens 12 en 13 jr.:
1 D. Meuleman, Holjen; 2 W. Klein Meu-
leman, Olst.
25 m. rugslag jongens 12 en 13 jaar:
1 D. Meuleman, Holten; 2 J. ter Harmsel,
Holten.
25 in. vrije slag jongens 12 en 13 jaar:
1 D. Meuleman, Holten; 2 H. Achter
kamp, Holten.
100 m. schoolslag 14 en 15 jaar: 1 Wil-
lemien Tulier, Holten.
50 m. vrije slag meisjes 14 en 15 jaar:
1 Willemien Tulier; 2 G. Borst, Olst.
25 m. rugslag meisjes 11 en 15 jaar:
1 S. Oosterhaar, Olst; 2 Willemien Tul-
Ier, Holten.
100 m. schoolslag 14 en 15 jaar: 1 H.
Klein Meuleman, Olst; 2 Gerard ter
Harmsel.
50 m. vrije slag jongens 14 en 15 jaar:
1 Gerard ter Harmsel, Holten; 2 M. Ben-
nink, Olst.
25 m. rugslag jongens 14 en 15 jaar:
1 Gerard ter Harmsel, Holten; 2 H. Klein
Meuleman, Olst.
Voor dé snelste zwemster/zwemmer
was door O.Z.C. een medaille beschikbaar
gesteld. Nummer twee mocht een troost
prijs in ontvangst nemen.
DIRECT LEVERBAAR BIJ
WONINGINRICHTING
FA. WONNINK
TELEF. 1235
Twee in monnikspij gehulde jongelie
den hebben donderdagavond omstreeks 9
uur, vergezeld van een twintigtal leden
van de veelbesproken S.O.S.-groep. zoals
zij het zelf noemen, zestien stellingen
aangeslagen aan de deur van het ge
meentehuis.
Dat geschiedde na afloop van 'n slecht
bezochte beat-avond in het gebouw Irene,
die op last van de concierge, mevr. Wol-
ters, werd beëindigd, omdat de jonge
mensen met hun beat-band te veel lawaai
maakten.
In de laatste twee stellingen wordt ge
zegd: „Wij willen openheid, gesprek, on
derling begrip, hervorming" en „Wij wil
len, evenals Maarten Luther 450 jaar ge
leden, een soos, waarin iedere „ketter"
zich zonder een kwaad geweten kan thuis
voelen".
In hun plakkaat wordt verder gezegd:
„I. Ons Smeekschrift om ruimte heeft
bij het college van Burgemeester en Wet
houders gehoor gevonden in die zin, dat
het college sympathiek staat ten opzichte
van een Jeugdsoosplan. Wij zijn hierover
verheugd.
II. Het college van Burgemeester en
Wethouders zegt echter niet te beschik
ken over een door ons als Jeugdsoos in
te richten ruimte. Hierover zijn wij be
droefd.
III. Enerzijds zijn wij verheugd, ander
zijds bedroefd. Maar van al onze stem
mingen is onze verwondering 't grootst.
IV. Vandaag verklaren wij ons in ge
paste deemoed verwonderd.
V. Verwonderd zijn we, omdat we van
mening zijn, dat het gemeentebestuur wel
de beschikking heeft of kan krijgen over
een door de Smeekschriftjongeren te res
taureren ruimte.
VI. In het centrum van Holten staan
verschillende lege percelen door hun van
verlangen holle ramen naar de straat
jeugd te staren.
VII. Het Gemeentebestuur is aan ons
in dezen geen verantwoording verschul
digd.
VIII. Wij S.O.S.-ertjes verlangen zulks
ook niet. Wij spelen vlijtig „klaar-over-
tje" met betrekking tot de Nieuwe Tijd
en keurig binnen de perken der Democra
tische Spelregels.
IX. De Democratie is in Holten gewaar
borgd door een instelling als de Gemeen
teraad, die weliswaar alleen gekozen mag
worden door oudere mensen, maar in
ieder geval gekozen is.
X. Onze hoop is gericht op de vergade
ring van deze Gemeenteraad morgen, 8
september 1967.
XI. Wanneer wij op de Gemeenteraad
een beroep doen onze zaak in deze raads
vergadering ter discussie te stellen, doen
wij dat niet om het college van Burge
meester en Wethouders „onder druk te
zetten".
XII. Het past S.O.S.-ertjes niet wie dan
ook onder druk te zetten.
XIII. Een beroep van onze kant op de
Raad kan nieuwe perspectieven openen.
XIV. De S.O.S.-groep is van mening,
dat een Raadsdebat over het Jeugdsoos
plan verhelderend kan werken en tal van
misvattingen omtrent haar idealen zal
kunnen wegnemen."
De twee laatste stellingen hebben wij
hierboven reeds in concreto weergegeven.
Niet alle bezoekers, die in het gebouw
Irene aanwezig waren, zijn meegegaan
naar de Dorpsstraat om het plan te vol
voeren.
Commentaar van de Redactie:
Wij hebben een ogenblik geaarzeld, of
wij deze z.g. stellingen in concreto zouden
publiceren. Andere bladen hadden zich
van het geval meester gemaakt, omdat
zij tevoren waren gewaarschuwd. Daar
om werd het moeilijk publicatie achter
wege te laten. Overigens is het de taak
van de krant feiten en gedragingen te
signaleren.
Voor dit „gedrag" van de S.O.S.-groep
kunnen wij geen waardering opbrengen.
Het geheel getuigt van een enorme na-
iviteit der groep of van een geslepenheid
van enkele voorlieden. Wij noemen het
gewoon spotten om de figuur van Luther
bij dit soort acties in het geding te bren
gen. Hiermede alleen al veroordeelt de
groep zich zelf.
Het is bovendien onjuist om de deur
van het gemeentehuis te beplakken en
zeker niet „keurig binnen de perken der
Democratische Spelregels" (met hoofd
letters nog wel), zoals het in stelling VIII
wordt voorgesteld. De S.O.S.-ers moes
ten hun schoolgeld maar weer ophalen.
Van hun lessen over „staatkunde" heb
ben zij niets opgestoken. Zij zouden kun
nen weten, dat men van de Raad slechts
een beslissing kan verwachten, indien
men zich met een verzoek tot die Raad
richt. Het ware beter, dat zij zich tot
meer constructieve daden richtten dan
op deze wijze op te treden.
In verband met wijzigingen in de
junioren-elftallen zal Holten met elf elf
tallen in competitie-verband uitkomen.
Holten 1 in de K.N.V.B. 4 seniorenelftal
len en 6 junioren-elftallen in de afdeling
Twente, de vroegere T.V.B.
De indeling van de seniorenelftallen in
de afdeling Twente hebben wij de vorige
week al gepubliceerd. Hier volgen enige
correcties:
2e klasse F: P.H. 2 moet zijn P.H. 3.
3e klasse G: moeten bijgeschreven
worden Almelo ,5 en R.V. 2 (vermoede
lijk in vorig bericht weggevallen).
De indeling der junioren is als volgt:
Groep I: letter I: Holten al, DES al,
Haarlese Boys al, Hulzense Boys al, SV-
VN al. DES a2. SOS al (een letter en een
cijfer achter elkaar, nieuw).
Groep II L: Holten bl, Excelsior bi,
Hector bl, GFC b2, Excelsior b2, Twen-
the bl. Blauw Wit bl, GFC bl, RV bl.
Groep III M: Holten cl, Holten c2,
Hector cl, Excelsior c2, Enter cl, GFC
cl, Twenthe c3, Excelsior c3, Haarlese
Boys cl, Blauw Wit cl, GFC c2, Enter
Vooruit cl.
Pupillen O: Holten dl, Holten d2, DES
dl, Vesos dl, SOS dl, SVVN dl, Nijver-
dal dl, Haarlese Boys dl, Hulzense Boys
dl, Blauw Wit dl, Nijverdal d2, De Zweef
dl.
PROGRAMMA
Zaterdag:
Excelsior bl—Holten bl 3.00 u.
Holten clHaarlese Boys cl 2.30 u.
Twenthe clHolten c2 2.30 u.
Holten dl—Blauw Wit dl 10.00 u.
Nijverdal dlHolten d2 10.00 u.
Zondag:
Holten 2—Tukkers 2 2.30 u.
Holten 3Nijverdal 2 11.00 u.
Almelo 4Holten 4 10.00 u.
SDOL 3—Holten 5 12.00 u.
De Blauw Witte jeugd heeft zaterdag
op het fraaie sportpark in het Onderbos
bij Apeldoorn de fraaie wisselbeker die
door de Sportclub „Oefenen Baart Vaar
digheid" (O.B.V.) te Apeldoorn beschik
baar was gesteld met succes verdedigd
en thans definitief gewonnen.
De junioren A wonnen met 20. Al-
bert Jansen en Winnie Müller zorgden
voor de doelpunten.
Bij de wedstrijd O.B.V.-pupillen B en
Blauw Wit pupillen B zorgden Henrie
Bronsvoort (2x), Bert Tromop, Henk Nij-
kamp en Gert Stam voor de volle winst
(50), terwijl de pupillen A met 20
(B. Podt en Arie Krijgsman scoorden uit
„pasklare" voorzetten van Jan Verveda)
wonnen van de A pupillen van O.B.V.
Blauw Wit 1 (zes invallers w.o. 3 ju
nioren) speelde aan het einde van de
middag tegen O.B.V. 1 en verloor met
42, Aanstoot en Bos scoorden elk een
keer.
PROGRAMMA
Blauw Wit 1 gaat zaterdag naar En
ter om in de eerste wedstrijd van de
competitie '67/'68 te spelen tegen het
derde van Enter Vooruit 3. De wedstrijd
die om kwart over 4 begint moet voor de
Blauw Witten de volle winst opleveren.
Blauw Wit 2 ontvangt thuis om kwart
over 4 het 2de van N.S.H. te Hengelo.
Het programma voor de Blauw Wit
jeugd luidt als volgt:
G.F.C. B 2 - Blauw Wit B 1 3.45 uur
Enter Cl- Blauw Wit C 1 2.30 uur
Holten Dl- Blauw Wit D 1 10.00 uur
ven over het meer stoof. Han's zorg-
rimpel was alweer verdwenen. Ze treur
de nooit lang. De onzekerheid was haar
voor naamste ellende, dat gevoel tussen
hangen en wurgen. Zodra er aan de zaak
gewerkt werd, won haar optimisme het.
Ze maakte grappen met Simon en de
wat stijfe sfeer, die tot nog toe tussen
hen geheerst had, en werd bepaald door
het gemeneer en gemejuffrouw, ver
dween tijdens deze bootreis. Simon vroeg
of hij echt zo oud was dat ze meende
„u" tegen hem te moeten zeggen, en
Han vroeg of haar verpleegstersautori
teit zo'n indruk op hem maakte, dat hij
altijd maar zuster" zei.
„Nou", zei Simon hoofdschuddend,
toen hij de ravage overzag," daar zou ik
geen verstandig woord over kunnen zeg
gen. Als we een beetje boffen is Sjoerd
terug. Neem jij het stuur van de jol, dan
gaan we zachies-an naar de werf terug."
Sjoerd was nog niet teruggekeerd,
't Is al over twaalven," zei Simon be
zorgd, „en ik hoor uit mijn maag zulke
vreemde geluiden."
„Ik denk niet dat ze zo vreemd zijn,"
veronderstelde Han, „ik als medicus zou
zo zeggen dat u daar zo tegen etenstijd
méér last van hebt, meneer Kolberg. Zeg
het maar ronduit tegen de zuster."
„Van die knorgeluiden," verduidelijkte
Simon grijnzend. „Na het eten is het
over, zuster. Weet u daar wat op?"
,Eten," zei Han. „Laat mij het brood
maar snijden, dan lijkt dat tenminste
ergens op. Jullie kerels lijkt de bijl er
wel voor te gebruiken."
Simon diepte uit de kast snel wat eet
waar op. Het koffiewater stond aan de
kook en in de pan sisten een paar eieren
„Twee grote oranje ogen in een wit ge
zicht," vond Han.
Onder het eten haalden ze beiden her
inneringen op uil hun Zuidamerikaanse
jaren.
En Sjoerd kwam maar niet opdagen.
„Nou moet ik wég en ik weet nóg
niks" zei Han mismoedig.
„Hij komt beslist nog vóór de avond
terug", wist Simon, „maar als ie een
maal over die boot bezig is, weet ie van
tijd noch uur. Weet je wat, geef me je
adres maar. Dan kom ik morgenavond
wel even vertellen, hoe de vlag er voor
staat."
„Daarvoor moet je dan helemaal naar
mij toekomen?"
„Loop rond, er rijdt toch een bus? Dat
is een half uurtje. Als ik me kwaad
maak doe ik het met de fiets in ander
half."
„Je kunt me opbellen."
„Ik heb geen telefoon", lachte hij, ,;en
ik hou wel van een uitje. Zorg maar dat
de koffie bruin is."
Ze nam lachend afscheid.
Simon Kolberg liep de werf op, keek
naar de boot met de versplinterde mast.
Hij ging zitten op een kist en staarde, de
handen ineen gevouwen, over het water.
Hij zat daar zo onbeweeglijk, dat alleen
de af en toe uit zijn pijp omhoogkringe
lende rookwolkjes aanduidden dat hij
geen beeld was. Maar die rookwolkjes
onthulden ook een hevige activiteit van
z'n brein.
Toen Han Heersma wegreed, had een
plotselinge onrust hem te pakken gekre
gen.
O zeker, het leek zo genoeglijk, hier je
leven te slijten op dat werfje samen met
een ouwe vrijgezel als Sjoerd. En hij had
een goed kosthuis bij Anna. En hij kon
altijd oplopen bij Piet en Anneke. Maar
toen ze daar vanmiddag samen aan tafel
zaten, had hij plots het gemis gevoeld,
het gemis van een vrouw.
Simon Kolberg was geen vrijgezel uit
roeping. Er waren vrouwen in zijn leven
geweest, en hij had zelfs eens op het
punt van trouwen gestaan, maar de be
slissende stap nooit genomen. Hij ver
koos de vrijheid. Hij was bang voor een
sleur-leven, vast baantje, huiselijke be
slommeringen, een vrouw die beslag op
je legde. En omdat hij altijd een vrijbui
tersleven had geleid en hard werk, dat
de volle aandacht opeiste, zijn dagen
vulde, had hij het gemis nooit gevoeld.
Nu, even vijftig, nog in de kracht van
zijn leven, wist hij toch dat die tijd
voorbij was. De avonturen waren voor
bij, daar stortte je je in als jonge vent.
Hij was te bedachtzaam geworden, had
te veel gezien. Een mens moest ook kun
nen genieten van het besef iets bereikt
te hebben, al betekende dat geen ren
tenieren. Hier, dit werfje van Sjoerd,
daar was best iets van te maken. Sjoerd
was een prima vakman. Dat nieuwe ont
werp, daar zat iets in. Hier wilde hij
graag blijven werken, maar hij zou zo
graag thuis komen in ja in een éigen
huis. Anne was een beste meid, maar
hij kreeg soms het gevoel of hij in een
bejaardentehuis zat, en daar voelde hij,
was hij de eerste twintig jaar als 't God
beliefde, nog niet aan toe.
(Wordt vervolgd)