TEACH IN IN IRENE BRACHT WEL HEFTIGE MAAR WEINIG GEFUNDEERDE DISCUSSIE Wedvlucht SUIKER-OOM i Successen vcor jeugd Twenhaarsveld (^Saixüsette) Kinderspel of spotternij S.O.S.-grcep slaat 16 stellingen aan deur gemeentehuis Holten met elf ploegen in de competitie Blauw Wit-jeugd won beker Zaterdag 9 septemper 1967 HOUTENS NIEUWSBLAD De teach-Ln over de vrede, die vorige week vrijdagavond op initiatief van een drietal leden van de S.O.S.-groep in het gebouw Irene gehouden werd, heeft de bezoekers, die in vrij groten getale waren opgekomen, niet nader tot elkaar ge bracht, maar dat was ook nauwelijks te verwachten. De vraag „Wat doe IK voor de vrede" verzandde in het debat uitein delijk in beschouwingen over de Oost west-verhouding, de militaire situatie in het Midden-Oosten ien de strijd van de Amerikanen in Vietnam. Er waren voor al veel jongere mensen naar Irene geko men, maar er waren er maar enkele, die aan het debat deelnamen. Zij die het met het standpunt van ds. Graaf stal eens wa ren hebben zich nauwelijks laten horen. Zijn geestelijke tegenvoeters weerden zich echter vaak heftig. Er waren zelfs enkele politieke figuren naar Holten ge komen om hun standpunt over nationale ontwapening hier te spuien. Opgemerkt moet echter worden, dat zij, die niet voor nationale ontwapening zijn nog geen voorstanders van een algemene bewape ning zijn. De drie sprekers, ook ds. Graaf - stal, waren alle voor bevordering van de vrede, maar in hun standpunt lag een duidelijk nuance-verschil. Een belangrijk onderwerp van de gedachtenwisseling vormde het vraagstuk van de al of niet vervulling van de militaire dienstplicht. Nadat ds. Graafstal, legerpredikant te Ermelo, de heer Schipper, journalist te Enschede, lid van de Sjaloomgroep en ir. Bierdrager uit Joppe hun inleiding ge houden hadden, vatte de gespreksleider van deze teach-in, de heer M. Houwaart, hoofdredacteur van het Dagblad van het Oosten, hun standpunten ongeveer als volgt samen: de heer Graafstal zag in de vervulling van de dienstplicht een juiste bijdrage om tot vrede te komen, de heer Schipper ziet een grotere vervulling in dienstweigering en ir. Bierdrager meent de vervulling van de dienstplicht te zien als een afgrijselijke plicht om te doden. Ds. Graafstal, die het eerst aan het woord kwam stelde een aantal vragen: „is algemene ontwapening een bijdrage tot de vrede". Spreker beantwoordde deze vraag bevestigend, mits een politieleger wordt gevormd, want de wereld kan z.i. niet zonder een dergelijke krijgsmacht, waarmede imperialistische neigingen de kop worden ingedrukt. Nationale ontwa pening is niet verdedigbaar zolang nog geen wereldbrandwacht beschikbaar is. Spreker zag dan ook de vervulling van de dienstplicht als een tussenstadium. Hij verklaarde de inhoud van de vredeskrant te kunnen onderschrijven, die aan de in gang van de zaal was uitgereikt en wees op de noodzaak om afstand te doen van bezit ten behoeve van de onderontwikkel de volkeren. Demonstreren heetf geen zin als je zelf niet bereid bent om wat af te staan. De heer Graafstal verklaarde zelf het idfee te hebben gelanceerd voor een ..ontwikkelingsdienstplicht". Er is in de pers 'nogal om gelachen, maar het ver heugde hem, dat christelijke jongeren groepen, deze gedachte hebben overgeno men, om te komen tot demping van de kloof tussen de rijke en arme landen. De grootste bijdrage kan echter vormen de verandering var, iemands eigen eerlijke gezindheid. De heer Schipper begon met zich te ke ren tegen uitspraken als „wie eens steelt is altijd een dief" en „Oorlog zal er altijd blijven". Wij praten over het negerpro bleem, maar het is het probleem van de blanken Wij spreken over de onderont wikkelde gebieden, maar het is in wezen het probleem van de geïndustrialiseerde landen. Men kan zeggen de wereld is nu eenmaal verdeeld, maar de mens is niet bereid de wereld tot een geheel te maken. De heer Schipper wees op de noodzaak 2van het nationale inkomen voor ont wikkelingshulp af te staan en de moge lijkheid om dienst te weigeren. Het wordt zijns inziens als gewoon gezien, dat iemand De postduivenvereniging „De Berg- vliegers" nam met 107 duiven deel aan de wedvlucht vanaf Roosendaal. Afstand 159 km., lossing om 12.00 uur. Het werd, gezien de weersomstandigheden een vrij snelle vlucht. Aankomst eerste duif om 13.18.15 uur, laatste prijswinnende duif 13.31.05 uur. De uitslag was: 1-13-20 H. J. Aaftink, 2-6-15-18 G. J. Schuiterd, 3-4- 9-16 L. Gazan, 5-7-8-10 W. Aaftink, 11 M. Lodeweges, 12-17 H. J. ten Velde, 14 D. Muller, 19 J. W. Willems en 21 G. J. Bekkernens. Feuilleton door Tom Lode wijk 24) „Niet eens zo ver af. Bij De Meermin in 't haventje." „Weet je wat, we nemen de sloep en we varen d'r naar toe. Misschien kunnen we 'm meteen hierheen slepen." Han, opgelucht dat er tenminste, al thans in de letterlijke zin, beweging in de affaire kwam, stemde grif toe. „Zet die brommer in de schuur. Dan gaan we meteen." „Dan is er hier niemand." „Als Sjoerd en ik samen zitten te vis sen is er ook niemand. Die schuur loopt niet weg." Vijf minuten later zaten ze samen in de sloep die door de krachtige buiten boordmotor gestuwd, snel en met veel fijne droppels van opspattende boeggol- wordt opgeleid om te doden. Deze uit spraak ontlokte aan de zaal een licht ap plaus. In een werelddemocratie is het on mogelijk er nog nationale legers op na te houden. Er zijn echter maar weinigen, die door dienstweigering, deze moeilijke weg willen gaan. Ir. Bierdrager sprak over de noodzaak om de innerlijke agressie om te zetten. De bestrijding van de oorlog moet z.i. be ginnen bij het individu. Het gaat daarbij om het omzetten van onze mentaliteit. Spreker ontpopte zich als een voorstander om, ondanks het weinig effect, toch door te gaan met demonstreren en adresseren. Spreker ging uitvoerig in op de oorzaak van de innerlijke agressie bij de mens en verklaarde van mening te zijn, dat de we reldmachten zich meester hebben ge maakt van ons agressiegevoel. Zij hebben volgens spreker onze jeugd gedresseerd om te doden. Om deze agressie te boven te komen is noodzakelijk een evolutie van de menselijke ziel. Wij kunnen de staat vragen ons te ontheffen van de plicht om opgeleid te worden om te doden. Spreker deed een practisch voorstel om in de on derontwikkelde gebieden zelf landbouw bedrijven te stichten met de bereidheid voor onze gekleurde broeders te werken. De meeste debaters, die van de in de zaal geplaatste microfoon gebruik maak ten richtten zich tegen de door ds. Graaf stal verdedigde stellingen, waarbij vooral de vraag doorschemerde hoe hij vanuit een christelijk standpunt de militaire dienstplicht kon verdedigen. Zo werd o.a. gezegd, dat men niet een gezindheid, die gericht is op de vrede ook kan richten op de militaire plichtvervulling. Er werd heel wat over en weer gespro ken, zonder dat men elkaar kon overtui gen. Tussen die gesprekken heerste er ge zellige discussies. In de pauze werden door Annemarie Lonink een tweetal gedichten voorgedra gen, terwijl aan het slot de voorzitter van het initiatief-comité, de heer Hamming, de gespreksleider en de inleiders dankte, alsmede de andere medewerkenden door hen een beschilderd tegeltje aan te bie den. Er werd tenslotte door verschillende groepjes nog wat nagepraat, waarna de rust in Irene weer keerde. Het ging er wél eens even fél toe op de teach-in voor de „vrede" Zaterdagmiddag stond een groot aan tal auto's klaar om de circa 50 jeugd leden van de zwemclub Twenhaarsveld naar Olst te brengen, waar ze tegen de jeugd van O.Z.C. moesten zwemmen. Het was de eerste keer in het tweejarig bestaan van de zwemclub dat men tegen een andere club moest zwemmen en men was dus wel gespannen hoe de Holtense jeugd het eraf zou brengen. Er werd gezwommen in een 50 meter bad. dat gebouwd is in een lange kolk. De meeste kinderen vonden het zwem men in dit blad al een leuke ervaring. Het enthousiasme was groot, de aanmoedigin gen schalden over het bad en de zwem mers en zwemsters deden goed hun best. De resultaten waren er ook naar, want de Holtense jeugd sleepte de meeste me dailles in de wacht. Alleen in de meisjes- groep 1213 jaar was Olst Holten verre de baas, hoewel de Holtense meisjes goed partij gaven. De tijdwaarnemers (voor Holten de heren G. Slotman en C. Karmelkkonden tijden opnemen die weer wat scherper waren dan tijdens de clubkampioenschap pen. Na de prijzen kregen de Holtenaren een lekkere koek van O.Z.C. en een zakje patat van Z.C. Twenhaarsveld, waarna men „verwarmd" weer haar Holten ver trok. Het volgend jaar hopen de jeugdleden van O.Z.C. naar Holten te komen om op nieuw de krachten te meten. De uitslagen waren: 25 ni. schoolslag" meisjes tot 12 jaar: 1 Karin ten Hoeven. Holten, 2 L. Stoffer, Holten. 25 m. rugslag meisjes tot 12 jaar: 1 Karin ten Hoeven, Holten; 2 G. Rietman, Olst. 25 m. schoolslag jongens tot 12 jaar: een gedeelde eerste plaats Gerard Wil lems van Holten en Piet Sloot van Olst; 2 Rinus Nieuwenhuis. 25 m. rugslag jongens tot 12 jaar: 1 Gerard Willems, Holten; 2 Piet Sloot, Olst. 50 m. schoolslag meisjes 12 en 13 jaar: 1 T. Leurink, Olst; 2 J. Fiets, Olst. 25 m. mgslag meisjes 12 en 13 jaar: 1 J. Fiets. Olst; 2 H. Bongers, Olst. 25 m. vrije slag meisjes 12 en 13 jaar: 1 J. Fiets; 2 H. Bongers, Olst. 50 m. schoolslag jongens 12 en 13 jr.: 1 D. Meuleman, Holjen; 2 W. Klein Meu- leman, Olst. 25 m. rugslag jongens 12 en 13 jaar: 1 D. Meuleman, Holten; 2 J. ter Harmsel, Holten. 25 in. vrije slag jongens 12 en 13 jaar: 1 D. Meuleman, Holten; 2 H. Achter kamp, Holten. 100 m. schoolslag 14 en 15 jaar: 1 Wil- lemien Tulier, Holten. 50 m. vrije slag meisjes 14 en 15 jaar: 1 Willemien Tulier; 2 G. Borst, Olst. 25 m. rugslag meisjes 11 en 15 jaar: 1 S. Oosterhaar, Olst; 2 Willemien Tul- Ier, Holten. 100 m. schoolslag 14 en 15 jaar: 1 H. Klein Meuleman, Olst; 2 Gerard ter Harmsel. 50 m. vrije slag jongens 14 en 15 jaar: 1 Gerard ter Harmsel, Holten; 2 M. Ben- nink, Olst. 25 m. rugslag jongens 14 en 15 jaar: 1 Gerard ter Harmsel, Holten; 2 H. Klein Meuleman, Olst. Voor dé snelste zwemster/zwemmer was door O.Z.C. een medaille beschikbaar gesteld. Nummer twee mocht een troost prijs in ontvangst nemen. DIRECT LEVERBAAR BIJ WONINGINRICHTING FA. WONNINK TELEF. 1235 Twee in monnikspij gehulde jongelie den hebben donderdagavond omstreeks 9 uur, vergezeld van een twintigtal leden van de veelbesproken S.O.S.-groep. zoals zij het zelf noemen, zestien stellingen aangeslagen aan de deur van het ge meentehuis. Dat geschiedde na afloop van 'n slecht bezochte beat-avond in het gebouw Irene, die op last van de concierge, mevr. Wol- ters, werd beëindigd, omdat de jonge mensen met hun beat-band te veel lawaai maakten. In de laatste twee stellingen wordt ge zegd: „Wij willen openheid, gesprek, on derling begrip, hervorming" en „Wij wil len, evenals Maarten Luther 450 jaar ge leden, een soos, waarin iedere „ketter" zich zonder een kwaad geweten kan thuis voelen". In hun plakkaat wordt verder gezegd: „I. Ons Smeekschrift om ruimte heeft bij het college van Burgemeester en Wet houders gehoor gevonden in die zin, dat het college sympathiek staat ten opzichte van een Jeugdsoosplan. Wij zijn hierover verheugd. II. Het college van Burgemeester en Wethouders zegt echter niet te beschik ken over een door ons als Jeugdsoos in te richten ruimte. Hierover zijn wij be droefd. III. Enerzijds zijn wij verheugd, ander zijds bedroefd. Maar van al onze stem mingen is onze verwondering 't grootst. IV. Vandaag verklaren wij ons in ge paste deemoed verwonderd. V. Verwonderd zijn we, omdat we van mening zijn, dat het gemeentebestuur wel de beschikking heeft of kan krijgen over een door de Smeekschriftjongeren te res taureren ruimte. VI. In het centrum van Holten staan verschillende lege percelen door hun van verlangen holle ramen naar de straat jeugd te staren. VII. Het Gemeentebestuur is aan ons in dezen geen verantwoording verschul digd. VIII. Wij S.O.S.-ertjes verlangen zulks ook niet. Wij spelen vlijtig „klaar-over- tje" met betrekking tot de Nieuwe Tijd en keurig binnen de perken der Democra tische Spelregels. IX. De Democratie is in Holten gewaar borgd door een instelling als de Gemeen teraad, die weliswaar alleen gekozen mag worden door oudere mensen, maar in ieder geval gekozen is. X. Onze hoop is gericht op de vergade ring van deze Gemeenteraad morgen, 8 september 1967. XI. Wanneer wij op de Gemeenteraad een beroep doen onze zaak in deze raads vergadering ter discussie te stellen, doen wij dat niet om het college van Burge meester en Wethouders „onder druk te zetten". XII. Het past S.O.S.-ertjes niet wie dan ook onder druk te zetten. XIII. Een beroep van onze kant op de Raad kan nieuwe perspectieven openen. XIV. De S.O.S.-groep is van mening, dat een Raadsdebat over het Jeugdsoos plan verhelderend kan werken en tal van misvattingen omtrent haar idealen zal kunnen wegnemen." De twee laatste stellingen hebben wij hierboven reeds in concreto weergegeven. Niet alle bezoekers, die in het gebouw Irene aanwezig waren, zijn meegegaan naar de Dorpsstraat om het plan te vol voeren. Commentaar van de Redactie: Wij hebben een ogenblik geaarzeld, of wij deze z.g. stellingen in concreto zouden publiceren. Andere bladen hadden zich van het geval meester gemaakt, omdat zij tevoren waren gewaarschuwd. Daar om werd het moeilijk publicatie achter wege te laten. Overigens is het de taak van de krant feiten en gedragingen te signaleren. Voor dit „gedrag" van de S.O.S.-groep kunnen wij geen waardering opbrengen. Het geheel getuigt van een enorme na- iviteit der groep of van een geslepenheid van enkele voorlieden. Wij noemen het gewoon spotten om de figuur van Luther bij dit soort acties in het geding te bren gen. Hiermede alleen al veroordeelt de groep zich zelf. Het is bovendien onjuist om de deur van het gemeentehuis te beplakken en zeker niet „keurig binnen de perken der Democratische Spelregels" (met hoofd letters nog wel), zoals het in stelling VIII wordt voorgesteld. De S.O.S.-ers moes ten hun schoolgeld maar weer ophalen. Van hun lessen over „staatkunde" heb ben zij niets opgestoken. Zij zouden kun nen weten, dat men van de Raad slechts een beslissing kan verwachten, indien men zich met een verzoek tot die Raad richt. Het ware beter, dat zij zich tot meer constructieve daden richtten dan op deze wijze op te treden. In verband met wijzigingen in de junioren-elftallen zal Holten met elf elf tallen in competitie-verband uitkomen. Holten 1 in de K.N.V.B. 4 seniorenelftal len en 6 junioren-elftallen in de afdeling Twente, de vroegere T.V.B. De indeling van de seniorenelftallen in de afdeling Twente hebben wij de vorige week al gepubliceerd. Hier volgen enige correcties: 2e klasse F: P.H. 2 moet zijn P.H. 3. 3e klasse G: moeten bijgeschreven worden Almelo ,5 en R.V. 2 (vermoede lijk in vorig bericht weggevallen). De indeling der junioren is als volgt: Groep I: letter I: Holten al, DES al, Haarlese Boys al, Hulzense Boys al, SV- VN al. DES a2. SOS al (een letter en een cijfer achter elkaar, nieuw). Groep II L: Holten bl, Excelsior bi, Hector bl, GFC b2, Excelsior b2, Twen- the bl. Blauw Wit bl, GFC bl, RV bl. Groep III M: Holten cl, Holten c2, Hector cl, Excelsior c2, Enter cl, GFC cl, Twenthe c3, Excelsior c3, Haarlese Boys cl, Blauw Wit cl, GFC c2, Enter Vooruit cl. Pupillen O: Holten dl, Holten d2, DES dl, Vesos dl, SOS dl, SVVN dl, Nijver- dal dl, Haarlese Boys dl, Hulzense Boys dl, Blauw Wit dl, Nijverdal d2, De Zweef dl. PROGRAMMA Zaterdag: Excelsior bl—Holten bl 3.00 u. Holten clHaarlese Boys cl 2.30 u. Twenthe clHolten c2 2.30 u. Holten dl—Blauw Wit dl 10.00 u. Nijverdal dlHolten d2 10.00 u. Zondag: Holten 2—Tukkers 2 2.30 u. Holten 3Nijverdal 2 11.00 u. Almelo 4Holten 4 10.00 u. SDOL 3—Holten 5 12.00 u. De Blauw Witte jeugd heeft zaterdag op het fraaie sportpark in het Onderbos bij Apeldoorn de fraaie wisselbeker die door de Sportclub „Oefenen Baart Vaar digheid" (O.B.V.) te Apeldoorn beschik baar was gesteld met succes verdedigd en thans definitief gewonnen. De junioren A wonnen met 20. Al- bert Jansen en Winnie Müller zorgden voor de doelpunten. Bij de wedstrijd O.B.V.-pupillen B en Blauw Wit pupillen B zorgden Henrie Bronsvoort (2x), Bert Tromop, Henk Nij- kamp en Gert Stam voor de volle winst (50), terwijl de pupillen A met 20 (B. Podt en Arie Krijgsman scoorden uit „pasklare" voorzetten van Jan Verveda) wonnen van de A pupillen van O.B.V. Blauw Wit 1 (zes invallers w.o. 3 ju nioren) speelde aan het einde van de middag tegen O.B.V. 1 en verloor met 42, Aanstoot en Bos scoorden elk een keer. PROGRAMMA Blauw Wit 1 gaat zaterdag naar En ter om in de eerste wedstrijd van de competitie '67/'68 te spelen tegen het derde van Enter Vooruit 3. De wedstrijd die om kwart over 4 begint moet voor de Blauw Witten de volle winst opleveren. Blauw Wit 2 ontvangt thuis om kwart over 4 het 2de van N.S.H. te Hengelo. Het programma voor de Blauw Wit jeugd luidt als volgt: G.F.C. B 2 - Blauw Wit B 1 3.45 uur Enter Cl- Blauw Wit C 1 2.30 uur Holten Dl- Blauw Wit D 1 10.00 uur ven over het meer stoof. Han's zorg- rimpel was alweer verdwenen. Ze treur de nooit lang. De onzekerheid was haar voor naamste ellende, dat gevoel tussen hangen en wurgen. Zodra er aan de zaak gewerkt werd, won haar optimisme het. Ze maakte grappen met Simon en de wat stijfe sfeer, die tot nog toe tussen hen geheerst had, en werd bepaald door het gemeneer en gemejuffrouw, ver dween tijdens deze bootreis. Simon vroeg of hij echt zo oud was dat ze meende „u" tegen hem te moeten zeggen, en Han vroeg of haar verpleegstersautori teit zo'n indruk op hem maakte, dat hij altijd maar zuster" zei. „Nou", zei Simon hoofdschuddend, toen hij de ravage overzag," daar zou ik geen verstandig woord over kunnen zeg gen. Als we een beetje boffen is Sjoerd terug. Neem jij het stuur van de jol, dan gaan we zachies-an naar de werf terug." Sjoerd was nog niet teruggekeerd, 't Is al over twaalven," zei Simon be zorgd, „en ik hoor uit mijn maag zulke vreemde geluiden." „Ik denk niet dat ze zo vreemd zijn," veronderstelde Han, „ik als medicus zou zo zeggen dat u daar zo tegen etenstijd méér last van hebt, meneer Kolberg. Zeg het maar ronduit tegen de zuster." „Van die knorgeluiden," verduidelijkte Simon grijnzend. „Na het eten is het over, zuster. Weet u daar wat op?" ,Eten," zei Han. „Laat mij het brood maar snijden, dan lijkt dat tenminste ergens op. Jullie kerels lijkt de bijl er wel voor te gebruiken." Simon diepte uit de kast snel wat eet waar op. Het koffiewater stond aan de kook en in de pan sisten een paar eieren „Twee grote oranje ogen in een wit ge zicht," vond Han. Onder het eten haalden ze beiden her inneringen op uil hun Zuidamerikaanse jaren. En Sjoerd kwam maar niet opdagen. „Nou moet ik wég en ik weet nóg niks" zei Han mismoedig. „Hij komt beslist nog vóór de avond terug", wist Simon, „maar als ie een maal over die boot bezig is, weet ie van tijd noch uur. Weet je wat, geef me je adres maar. Dan kom ik morgenavond wel even vertellen, hoe de vlag er voor staat." „Daarvoor moet je dan helemaal naar mij toekomen?" „Loop rond, er rijdt toch een bus? Dat is een half uurtje. Als ik me kwaad maak doe ik het met de fiets in ander half." „Je kunt me opbellen." „Ik heb geen telefoon", lachte hij, ,;en ik hou wel van een uitje. Zorg maar dat de koffie bruin is." Ze nam lachend afscheid. Simon Kolberg liep de werf op, keek naar de boot met de versplinterde mast. Hij ging zitten op een kist en staarde, de handen ineen gevouwen, over het water. Hij zat daar zo onbeweeglijk, dat alleen de af en toe uit zijn pijp omhoogkringe lende rookwolkjes aanduidden dat hij geen beeld was. Maar die rookwolkjes onthulden ook een hevige activiteit van z'n brein. Toen Han Heersma wegreed, had een plotselinge onrust hem te pakken gekre gen. O zeker, het leek zo genoeglijk, hier je leven te slijten op dat werfje samen met een ouwe vrijgezel als Sjoerd. En hij had een goed kosthuis bij Anna. En hij kon altijd oplopen bij Piet en Anneke. Maar toen ze daar vanmiddag samen aan tafel zaten, had hij plots het gemis gevoeld, het gemis van een vrouw. Simon Kolberg was geen vrijgezel uit roeping. Er waren vrouwen in zijn leven geweest, en hij had zelfs eens op het punt van trouwen gestaan, maar de be slissende stap nooit genomen. Hij ver koos de vrijheid. Hij was bang voor een sleur-leven, vast baantje, huiselijke be slommeringen, een vrouw die beslag op je legde. En omdat hij altijd een vrijbui tersleven had geleid en hard werk, dat de volle aandacht opeiste, zijn dagen vulde, had hij het gemis nooit gevoeld. Nu, even vijftig, nog in de kracht van zijn leven, wist hij toch dat die tijd voorbij was. De avonturen waren voor bij, daar stortte je je in als jonge vent. Hij was te bedachtzaam geworden, had te veel gezien. Een mens moest ook kun nen genieten van het besef iets bereikt te hebben, al betekende dat geen ren tenieren. Hier, dit werfje van Sjoerd, daar was best iets van te maken. Sjoerd was een prima vakman. Dat nieuwe ont werp, daar zat iets in. Hier wilde hij graag blijven werken, maar hij zou zo graag thuis komen in ja in een éigen huis. Anne was een beste meid, maar hij kreeg soms het gevoel of hij in een bejaardentehuis zat, en daar voelde hij, was hij de eerste twintig jaar als 't God beliefde, nog niet aan toe. (Wordt vervolgd)

Erfgoed Rijssen-Holten

Holtens Nieuwsblad | 1967 | | pagina 2