koopt U bij de adverteerders in dit blad BOGAERS BOUWT meer dan luchtkastelen GEER AVONTUUR EMLAME IS WINST Zaterdag 14 november 1964 EEN van de belangrijkste gebeurte nissen in 1964 voor Nedex'land op eco nomisch gebied is toch wel de ontdek king dat wij nu een minister van volks huisvesting en nijverheid hebben, die voor zijn taak berekend is. De belangrijkste mededelingen in de vaste commissie voor dit departement waren allereerst de vreugdevolle prognose omtrent het ein de van de woningnood in 1970 en vervol gens de opmerkelijke zwijgzaamheid over het al dan niet toestaan van een huur verhoging in 1965. De woningproductie zal over vier jaar zijn opgelopen tot 125.000 per jaar. In de praktijk zal moeten blijken in hoeverre dit cijfer haalbaar is. Toch is deze voor spelling niet op zand gebouwd, want van de 38% stijging, die van 1963 tot me dio 1964 in de bouwproductie tot stand kwam, is liefst 21% te danken aan de toeneming van de productie en de ver meerdering van het aantal werknemers in de bouwvakken. Met betrekking tot de produstiviteitstoeneming heeft de minis ter de wind mee in de komende jaren. MEER MENSEN. WIJ mogen in dit verband wijzen op de te verwachten verdere ruime toevloed van krachten naar de arbeidsmarkt in 1965. Elke druk op de markt in de an dere sectoren van het bedrijfsleven zal de bouw ten goede komen. Het afnemen van de arbeidsschaarste, die te verwach ten valt, zal de belangstelling voor de bouwvakken doen toenemen en onmid- delijk reacties oproepen inzake de pro- duktiviteit. Zodra wij over de top van de woning nood kunnen kijken, zullen de bouwers voorts meer geneigd zijn hun prijzen op een goede calculatiebasis te plaatsen, het geen nu niet steeds het geval is. De nieu we, weliswaar hoge tariefionen blijken ook in het algemeen wel een succes te zijn. Na verdere onvermijdelijke loon- aanpassing per 1 januari a.s. verwachten wij dat de goede arbeidssfeer in deze be drijfstak zal terugkeren. Een goede verwachting mag dan ook worden gekoesterd van de doorstromings- politiek, die wordt ontworpen. De huur niveaus van verschillende soorten wo ningen moeten in elkaar worden gepast, zodat de huizen huurders krijgen, die daar thuis horen. Wij behoeven nauwelijks aan te kondigen dat alle betrokkenen zeer verheugd zullen zijn over de plannen van de minister om de administratieve rom- slomp te vereenvoudigen. HUREN OMHOOG. NAAR onze mening zullen de huren op korte of langere termijn nog verder omhoog gaan. Het is duidelijk, dat de mi nister op dit punt afwacht, hoe de loon ontwikkeling zal zijn. Wanneer de vak bonden de marktpositie van de arbeid proberen te gebruiken om het onderste uit de loonkan te halen, is het niet onmoge- dat zij een flink huurdeksel op de neus krijgen. Wij bedoelen 'daarmee, dat de huurprijzen economisch gezien ook niet zijn aangepast aan de kosten van nieuw bouw, verbouw, reparatie en onderhoud. Zodra daarvoor bestedingsruimte komt zal minister Bogaers trachten daarvan een graantje mee te pikken. Bij een voldoen de beheersing van en aan het loonfront zal de minister bereid zijn zijn huurpo- litiek daar naar te richten. Op lang zicht zal er echter een verdere aanpassing van het huurniveau worden gevraagd tot dat de prijs van een huis bij het vragen naar woonruimte opnieuw zijn selecte rende rol zal spelen. Het is duidelijk, dat de bijna niet te ont warren knoop in de woningsituatie niet in korte tijd uit elkaar kan worden ge trokken, zodat wij voorlopig nog met een aantal ongerechtigheden blijven voort sukkelen. Eén daarvan is het euvel van de koppelverkoop. DE GORDIAANSE KNOOP. ZELFS minisfter Bogaers kan geen gel dige reden vinden voor het bouwen van woningwetwoningen in combinatie met gesubsidieerde woningen en huizen op de vrije markt. Hèt tekort op de prijs van woningwetbouw wordt verhaald op de rest. Kopers van vrije en gesubsidieerde woningen betalen eerst via hun belasting biljet mee aan de subsidie voor goedkope huizen en dan nog eens via de koopsom van een ander huis. Een zeer laakbare gang van zaken. Nu kan de minister wel verklaren dat er maar een bescheiden aantal van die gecombineerde plannen wordt uitgevoerd, maar hij brengt daar mee het wantrouwen op de woningmarkt. Alle partijen kunnen van deze handels wijze de dupe worden. In de eerste plaats de aannemer, die zijn calculatie moet scheef trekken om aan zijn totaalprijs te komen. De over heid weet dat de bouwprijs voor die wo ningwetwoning te laag is en gaat met ar gusogen die bouw bekijken. Is het een wonder, dat de aanemer binnen het kader van het toelaatbare er uit haalt wat er in zit? Ten leste krijgen de bouwers van de overige huizen geen waar naar hun geld. Zo worden de knoeierijen op elkaar gestapeld! WEER MOED. TOT slot moet nog iets worden opge merkt over de verhouding van de wo ningbouw tot de totale bouwproductie. Ongeveer de helft van de totale bouw capaciteit wordt gebruikt voor woningen. Het is duidelijk, dat de bouw van kerken, scholen, fabrieken en kantoren moet door gaan, ook om de produktiviteit van onze industriën en handel te verhogen. De huisvesting kan daar een belang rijke rol in spelen. Toch willen wij op dit punt een kritisch beleid vragen, zodat het stuwmeer van vrije- en premiewoningen sneller slinkt dan dat van handel en nij verheid. Het opheffen van onrendabele za ken maakt ook de nodige ruimte vrij ter wijl daarnaast de beschikbaarheid van voldoende woningen aan de arbeidspro- duktiviteit ten goede komt. Wij beginnen weer moet te krijgen bij het woningvraagstuk. Dit en de kans op uitzicht naar het einde zal ons sneller nieuwe huizen brengen, die beter van kwaliteit zijn, dan wat ons in het ver leden is gepresenteerd. Een beeld uit het woelige Bolivia: een opstandeling-scherpschutter heeft zich verdekt opgesteld op de hoek van een straat in La Paz. Alleen niet verdekt ge noeg voor de fotograaf. HOLTENS NIEUWSBLAD Het moge vreemd klinken, maar er is enige overeenkomst tussen de grote overwinning van Eisenhower in 1952 en vooral ook in 1956 en die van John son in 1964, zo schrijft „Fries Dagblad". Want in beide gevallen blijkt, dat de Verenigde Staten een stabiliserende fac tor betekenen in de wereldpolitiek. Het Amerikaanse volk is niet bereid, onbe kende risico's te nemen. Dat is, lijkt ons, de kern van de beslissing en deze factor speelt een groter rol dan die van het rassenvraagstuk. Wat dit laatste betreft vormt de Democratische Partij immers allerminst een eenheid: Johnson is de mocraat, maar Wallace ook. Dat het Amerikaanse volk in grote meerderheid het niet waagde met Gold- water, kwam naar onze mening, omdat het geen duidelijk beeld kon krijgen van wat hij in zijn buitenlandse politiek zou willen en zou doen. Het had best kunnen zijn, dat hij minder avontuurlijk zou zijn geweest in zijn beleid, dan sommi gen vreesden. De marge binnen het ter rein van de aanwezige mogelijkheden is niet zo groot. Dulles is eens de man ge weest, die tot de uiterste grens durfde te gaan maar ook een scherp besef had van waar die grens lag. Niemand weet, of Goldwater het ook zo in de toppen van zijn vingers zou hebben. Het Ame rikaanse volk heeft het niet met hem gewaagd. Het koos in 1952 en in 1956 de Republikein Eisenhower omdat het voelde, dat hij géén avontuurlijke poli tiek zou voorstaan of toelaten. Het koos in 1964 de Democraat Johnson, waar schijnlijk in hoofdzaak vanuit diezelfde behoefte aan een beleid zonder onbe kende risico's en gespeend aan elk ele ment van waaghalzerij. In Amstelveen staat een bronzen stand beeld voor de „schaftende arbeiders". Door vele bouwvakstakingen in Amster dam is dit standbeeld nu bijna een sym bool geworden van de „sit-down" sta kende bouwvakker, die in ledig mets- doen op betere tijden zit te wachten, te midden van de woonhuizen, waaraan nog steeds zo'n groot gebrek is. Foto's: boven de democratische kandidaat Lyndon B. Johnson met naast hem sena tor Hubert Humphrey, de a.s. vice-presi dent der Verenigde Staten. Onder: de re publikeinse kandidaat Barry Goldwater met links naast hem William Miller, die bij een republikeinse overwinning Gold- water's vice-president geworden zou zijn. Vorige week werden in de Ver. Staten de presidentsverkiezingen gehouden. De strijd om een van de hoogste en meest belangrijkste ambten ter wereld werd ge streden tussen de democraat Lyndon B. Johnson, die vorig jaar november de ver moorde John F. Kennedy opvolgde en de republikeinse senator Barry Goldwater.

Erfgoed Rijssen-Holten

Holtens Nieuwsblad | 1964 | | pagina 4