Uil Hollens hislorie
Inkoopcombinatie „Nederland" in 't goud
Grootscheepse viering van vijftigjarig bestaan
Holten ging te vroeg op haar
lauweren rusten
Schaakwedstrijd
Filmnieuws
Wat zullen we nu
weer eten?
Simavi-collecte
Hdverteert
in dit blad
eens schudt het leven
je wakker
Zaterdag 4 april 1964
HOI,TENS NIEUWSBLAD
De grootste inkoopmacht, de Inkoop
combinatie „Nederland", bestaat 50 jaar
en dit feit is voor de directie van deze
grote N.V. een reden om de bloemetjes
buiten te zetten. Bloemetjes in de vorm
van tal van voordelige aanbiedingen, die
door de vele honderdduizenden klanten
in ons land zo maar geplukt kunnen wor
den in één van de 652 zaken gevestigd in
350 steden en dorpen.
Buiten deze voordelige aanbiedingen
heeft men nog de kans om één of meer
van de prachtige prijzen te winnen door'
loten te kopen a één kwartje per stuk.
De loterij, die wordt gehouden ten gunste
van het Prinses Beatrix Fonds, heeft aan
prijzen een totale waarde van tachtig
duizend negenhonderd twee en veertig
gulden en vijftig cent.
De 400 prijzen, die door de leden van
de combinatie gratis beschikbaar werden
gesteld, bestaan uit luxe auto's, bromfiet
sen, naaimachines, t.v.-ontvangers, stof
zuigers, automatische wasmachines enz.
De loten zijn in Holten verkrijgbaar bij
de Firma Gebr. Schuppert, waar men u
Holten 1 en Langeveen 1 speelden zon
dagmiddag in het Sportdal te Holten een
matige wedstrijd, welke echter nog een
spannend slot kreeg doordat de bezoekers
in het laatste kwartier een 3-0 achter
stand wisten om te zetten in een gelijk
spel (3-3).
In de eerste helft wist Wim Nijenhuis
na pl.m. 2-0 minuten spelen met een fraai
schot van uiterst links, dat via de paal
in het net verdween, zijn club de leiding
te 'geven (1-0).
Na de hervatting maakte Henk Wan-
sink met een fraaie kopbal uit een vrije
trap er 2-0 van en scoorde Jalvimg uit
een strafschop het derde doelpunt voor
Holten (3-0)/
De Holtenaren dachten zeker, dat ze op
rozen zaten, want hun aanvallen verslap
ten aanzienlijk, waarvan Langeveen een
dankbaar gebruik omaakte om de Holten-
se achterhoede fel te bestoken. Een kwar
tier voor het einde scoorde Rikthof uit
een vrije trap het eerste tegenpunt (3-1)
en toen scheidsrechter Busschers enkele
■minuten later, wegens een al te fors in
grijpen van Jonkman, een penalty toe
kende, miste Hagedoorn niet en bracht
de stand op 3-2. Vijf minuten voor het
einde bracht H. Schreuder met een fraai
en voor doelman Vincent onhoudbaar
schot de partijen op gelijke voet (3-3).
De stand in afdeling IA ziet er als volgt
uit:
Nïjverdal 15 14 1 0 29 47—7
SOS 15 6 5 4 17 33—26
RSC 15 7 2 6 16 32—36
KOSC 14 5 5 4 15 24—23
Holten 14 4 6 4 14 35—33
Langeveen 14 5 4 5 14 2930
UD 14 4 3 7 11 24—39
KSCV 13 4 2 7 10 28—29
Twenthe 15 3 3 9 9 2534
Rijssen V. 15 3 3 9 9 2540
PROGRAMMA
Zaterdag:
SVVN a—Holten a 2.30
Holten bRKSV a 3.30
SVVN d—Holten c 3.10
Zondag:
Twenthe 1Holten 1
La Première 3Holten 3
Holten 2De Zweef 3
3.30
11.30
2.30
ARM GEBROKEN
De 9-jarige Paul van der Meulen uit
Deventer die bij de familie H. J. Aan
stoot in de Look logeerde kwam bij het
spelen zo ongelukkig te vallen, dat hij
zijn linkerarm brak. Hij werd op advies
van dokter Nagelhout naar het St. Geer
truiden Ziekenhuis te Deventer vervoerd,
doch mocht, nadat een gipsverband was
aangebracht, met moeder mee naar huis.
graag inlichtingen zal verstrekken over
het gouden feest van de Inkoopcombina
tie „Nederland" en de verschillende extra-
tjes, die in de loop van de maand april
nog gepresenteerd zullen worden.
De Holtense Schaakclub „De Pioniers"
speelde woensdagavond in haar clublo
kaal, hotel Holterman, een wedstrijd voor
de 3e klasse A van de T.S.B. tegen „De
Pioniers" uit Den Ham. De Holtenaren
bleken aanmerkelijk sterker dan de Ham-
mer-pioniers en wonnen met 7h>2Vz. De
uitslagen aan de verschillende borden
als volgtP. M. van WalravenL. Huigen
1-0, F. J. HolE. v. d. Zwaag V2-%, G. A.
BrandsL. Schonewille V2-V2, H. Roelofs
W. Bartes %-%, A. J. C. Brands-G.
Poel 1-0, J. BroereH. Kamphuis - V2
G. J. HoeveA. Soepenberg 1-0. H. H. J.
StukkerJ. Tempelman 1-0, F. Groene-
vvoudtJ. Kaanstra V2-V2, mevr. H. J.
I-Iol-GroothoffH. Blekkenhorst L0.
In gebouw „Irene" draait deze week
zondagavond de zeldzaam spannende en
realistische oorlogsfilm „De laatste aan
val", met in de hoofdrol de populaire ac
teur Jack Palance. Het ongemeen boeien
de verhaal van een eenzame parachutist in
bezet Italië, het pakkende sobere relaas
van vier dappere kerels, die hun leven
op het spel zetten in de strijd tegen de
Duitse overweldigers. Zij vochten met
leeuwenmoed en ware doodsverachting
voor de vrijheid van hun bezette land.
„De laatste aanval" is een oorlogsfilm,
die de laatste grote wereldbrand in al zijn
hevigheid laat zien. Mijnenvelden en bij
kans onneembare barrières weerhielden
deze helden niet de ongelijke strijd tot
een goed einde te brengen. Twee van hen
moesten hun heldendom met de dood be
kopen.
Deze harde oorlogsfilm toont de oorlog
in al zijn hevigheid, realisme en ver
schrikking en zal op iedere toeschouwer
stellig diepe indruk achterlaten.
Maak eens een weekmenu
Vindt u het, zoals zoveel huisvrouwen,
iedere dag opnieuw een probleem te be
denken wat u zult eten?
Maak dan een eens voor een week of
voor 10 dagen tegelijk het menu op. Het
heeft diverse voordelen,
één: u behoeft niet steeds weer te puzze
len over het menu;
twee: u behoeft niet iedere dag opnieuw
de deur uit om boodschappen te doen.
Vooral voor ouderen en gezinnen met
kleine kinderen belangrijk. Groenten en
fruit b.v. kunt u voor een paar dagen of
langer) tegelijk nemen. Ook vlees en
vleeswaren kunnen voor een paar keer in
eens gekocht worden, om van de kruide
nierswaren niet te spreken. Het zal dan
niet meer voorkomen, dat u op het laatst
naar de slager of groenteman moet hollen
én alleen aangewezen bent op artikelen
waarvan de bereiding heel weinig tijd
vergt;
drie: het menu kan meer variatie bieden;
vier: als u van te voren weet, wat u klaar
te maken hebt kunt u uw werk beter in
delen èn voor een drukke dag kunt u vast
een gemakkelijk menu bedenken;
vijf: u kunt de voedingsuitgaven gemak
kelijker over de week verdelen en u komt
aan het eind van de week niet voor onver
wachte verrassingen te staan.
Misschien vindt u vijf voordelen al vol
doende. tegenover geen enkel nadeel. Een
nadeel is er alleen als u het weekmenu
zó star volgt, dat u geen gevolg geeft aan
de lokroep van goede en voordelige aanbie
dingen. Dat is ook weer niet de bedoeling.
Een serie menu's van meer dan 7 dagen
kan een paar keer achter elkaar afgewerkt
worden.
Hoe maken we ons weekmenu?
De minste tijd kost 'het opmaken van
het menu, wanneer u nagaat wat u de af
gelopen week gegeten hebt. U weet dan
nog of al deze menu's u goed bevallen
zijn. U kunt zien hoe het met de variatie
in groenten en in vleessoorten gestaan
heeft, of aan vis, eieren of peulvruchten
een plaatsje was ingeruimd. Moet u op
een of meer van die punten nee zeggen,
dan zal het een kleine moeite zijn het
menu te veranderen.
Een andere methode is om onder elkaar
alle groenten van het seizoen op te schrij
ven en daarnaast het aantal malen, dat
u vlees en een ander hartig gerecht, zoals
vis, kaas en ei, op tafel wilt brengen.
Eventueel of u eens rijst of macaroni in-
plaats van aardappelen wilt eten. Een
hulpmiddel hierbij kan zijn de groenteka
lender (folder 131) van het Voorlichtings
bureau voor de Voeding of de uitstalling
van de groenteman. Om u een handje te
helpen geven wij een lijstje voor de maand
april, waarin u enkele combinaties kunt
opzoeken. U zult ze naar eigen smaak nog
wel kunnen aanvullen. Het lijstje kunt u
als volgt gebruiken. Stel, dat u op een be
paalde dag peulvruchten inplaats van
vlees wilt eten. Onder het hoofd „met
peulvr." kunt u aan de kruisjes van boven
naar beneden zien welke groentesoorten
goed smaken bij een peulvruchtenmaal
tijd: rauwe groente, bieten enz.
met
met
met
met met
vlees
vis
ei
kaas peulvr
rauwe groente x
X
X
X X
gek. groente
andijvie
X
X
bloemkool
X
X
savooiekool
X
X
X X
knolselderij
X
X
X X
koolraap
X
X
bieten
X
X
X
postelein
X
X
X
prei
X
X
X X
raapstelen
X
X
X X
rode kool
X
X
spinazie
X
X
X
X
uien
X
X
X X
winterpeen
X
X
X
witlof
X
X
X
Het toetje
Eet u liefst altijd fruit of altijd pap of
pudding toe, dan is de keuze van de toe
spijs geen probleem. Het is in ieder geval
gewenst om als er geen vlees, vis of ei in
het hoofdgerecht voorkomt, een melkge-
recht of kaas toe te geven.
Fruit is na elke niet-zure hoofdschotel
geschikt. Na zuurkool, rode kool, bieten
e.d. is c-en zoet nagerecht (zoete pap of
pudding) of gebakken nagerecht, zoals
drie-in-de-pan, beter op zijn plaats.
Was de hoofdschotel overwegend zacht
(stampot, dikke soep) geef dan iets voor
af of toe, waarop goed gekauwd moet
worden.
Als besluit van een zware maaltijd is
iets zuurs en fris (fruit, yoghurt e.d.) het
meest passend.
van 6 t.m. 11 april 1964
Het SIMAVI-comité hier ter plaatse
komt voor de a.s. SIMAVI-collecte weer
een warm beroep doen op de harten en
beurzen van de ingezetenen.
Een stem uit de praktijk is wel de vol
gende aanhaling uit een brief van een
dankbare verpleegster van een leprozen-
inrichting aan haar vader.
Zij schrijft o.a.:
„Toen ik erg vermoeid van een drukke
polikliniek thuiskwam, zag ik drie enorme
kisten voor het hek staan met de woor
den: „Gift-zending SIMAVI Haarlem,
Holland". Ik schoot naar binnen. Wat een
prachtige dingen! Een operatie-tafel, twee
onderzoektafels, zes waskommen op wiel
tjes, bedscherm, verbandtrolley, instru
menten, laboratorium-benodigdheden enz.
enzHet is allemaal even mooi en
degelijk,Verrukte kreten van blanken
en zwarten. Ik was plotseling niet zo moe
meer en we praatten de hele verdere dag
over niets anders.Als je nog eens wat
geld hebt, Vader, of vrienden met geld,
denk dan aan SIMAVI.Wij zijn maar
één van de velen, die zij helpt en hóe
helpt."
Deze ontroerende dankwoorden spreken
voor zichzelf. Steunt dus de a.s. collecte
voor SIMAVI. Iedere gift is welkom!
HELLE JAN DE BODE
Het was 1649. Het beloofde zeer warm
te worden die dag. Ofschoon de oorlog,
die tachtig jaar geduurd had, sinds het
vorig jaar ten einde was, droeg Holten
nog de sporen van een smartelijk ver
leden. De huizen waren voorzover dit
mogelijk was weer bewoonbaar gemaakt
Helle Jan, de bode, stond voor de deur
van zijn huisje, midden in het dorp. Het
was het dorp en de huizen aan te zien,
dat het nog behelpen was. Maar vandaag
was het voor Helle Jan een grote dag:
er kwam een nieuwe schout. En dat be
tekende een extra goede dag voor hem.
Zijn loon was niet hoog. Hij had het
bodehuisje vrij ter bewoning met een
paar akkers land en mocht ganzen drij
ven in het broek. Niet veel, vijf in het
geheel. De boeren in de buurtschappen
dreven er veel meer in. In 1647, twee
jaar geleden, was er veel om te doen
geweest. Gedurende de lange oorlog was
er veel verbijsterd en verwilderd, het
aanzien van de marke had in de laatste
jaren veel aanstoot geleden. Veel armen
hadden zich schuldig gemaakt om stiekum
meer turf te steken dan was toegestaan.
Ook hielden zij clandestieen meer scha
pen dan was toegestaan en Helle-Jan, de
bode, had meermalen moeilijkheden ge
had. De schoutsdienaren hadden met de
armen te veel één oog dicht gedaan, net
als de schout. De markerichter had de
oude Helle-Bats er vaak op afgestuurd.
Maar Bats was een man van vijf-en-ze
ventig jaar. En de boeren deden de hon
den van de ketting om de oude man schrik
aan te jagen. Maar in mei was de oude
Bats gestorven, en Jan bij provisie aan
gesteld. En Jan maakte de repen recht.
Nog vorige week had hij gevochten met
de kotters in de Beuzeberg, die de marke
te kort deden met ongeoorloofde hout
hak. De markerichter had de goede moed
beloond met dertig cent in het vooruit
zicht, dat Jan in zijns vaders plaats zou
komen. Men zal zeggen: dertig cent, dat
is niet veel. Maar de markerichter ging
van het standpunt uit, dat de armen arm
moesten blijven. Dat hoorde nu eenmaal
zo. Maar gisteren had Jan dan toch de
vaste aanstelling gekregen en dat bete
kende dat hij nu trouwen kon. Zijn vader
zaliger was pas op vijf-en-veertig jaar
getrouwd, omdat de oude Helle-Jan vier-
en-fcachfig jaah oud, idoor de Spaanse
benden doodgeschoten was, toen hij geen
berichten wilde overbrengen voor de
vijand als bode van Holten. Maar nu was
Jan dertig jaar oud. De zon scheen vrolijk
en gidteren en eergisteren hadden de
Holtenaren hun dorp een goede beurt
gegeven. De drek was van de straat ge
stoken, het hooi en stro uit de lindebo
men geharkt. De dorpsmannen hadden
toegezien dat alles goed ging en de grijze
kater van Helle-Jan had in het hoender
gat in de zon gezeten en had zich opge
poetst. Dit vind Jan een goed teken. En
het bleek waar te zijn. Hij had nu het
beste zwarte pak aan, dat zijn vader heel
zijn leven lang bij bijzondere gelegen
heden gedragen had. Eerst had men nog
willen hebben, dat hij met de weduwe
van Broek-Jan, de armenjager, zou trou
wen. Dan was de diakonie van de we
duwe af geweest. Broek-Jan was een zeer
ferm en geacht markejager geweest, maar
vorige winter in december had men hem
in Loo, onder het ijs vandaan gehaald.
Men had wel een onderzoek ingesteld,
maar dat was vruchteloos gebleven. Men
dacht wel dat de man op de een of an
dere manier onder het ijs verdwenen
was, maar daar was het bij gebleven. De
weduwe nu was vijftien jaar ouder dan
Helle-Jan. Daar kon deze niet aan be
ginnen. Hij had het op Kaatje Janszoon
uit de Heihuizen voorzien, die diende bij
Foezel-Jannes in de Prins van Oranje.
Die naam was veranderd, want Foezel-
Jannes draaide met alle winden mee.
Kaatje was blij dat haar Jan nu een vaste
aanstelling had. Het was weliswaar geen
vetpotf, maar dan toch in ieder geval
vaste armoede. Zij had haar dienst op
gezegd bij de Prins van Oranje. Jannes
had woest, geroepen dat zij met haar
acht-en-twintig jaar nog maar een blaag
was en veel te jong om te trouwen. Maar
dat was het hem niet. Kaatje was een
zeer handige dinestbode, die het de rei
zende gste naar de zin maakte. Haar loon
bedroeg zeven gulden per jaar en een
nieuw jak en een paar klompen. Maar
trots op, dat Helle-Jan hun dochter tot
vrouw gekozen had. Verbeeld je, een bode
van Holten, dat was niet mis. Foezel-
Jannes was nog druk in de weer zijn
taveerne in gereedheid te brengen. Het
was voor onze begrippen geen luxueus
hotel, zoals wij die nu Holten vinden.
De riezebessem moest het hoofdzakelijk
doen, de keitjesvloer werd eenmaal per
week geschrobt. Een staartklok likte hard
de tijd stuk en verder wemelde het er
van vliegen en dat was geen wonder,
want bij de Prins van Oranje kwam men
op de deel binnen. Men kon er met een
flinke wagen zo binnen rijden en dan
was men met paard en wagen meteen
onder de kap. De ruiten stonden vol na
men gekrast en ook aan de hoge balken
waren namen ingesneden. De koning van
Hannover vluchtte bij een onweerbui bij
Foezel-Jannes binnen, het vuur brandde
hard en Jannes stookte ter ere van de
hoge gast het vuur flink op. De koning
had trek in iets hartigs. Het menu was
die middag bonensoep met een halve
varkenskop. De koning at een bord soep
en sloeg zeker twintig vliegen mee naar
binnen. Het heeft hem zeker niet gehin
derd, maar toen de zon weer kwam, riep
de vorst: Roelof, fertich! En Roelof was
vaardig en het rijtuig ratelde de weg
naar Deventer op. Maar nu had Kaatje
de dienst opgezegd om met Helle-Jan de
bode te trouwen, en Foezel-Jannes was
spinnijdig, want zijn huisvrouw kon niet
prinselijk koken. De waard dacht na: zou
hij de bode er bij nemen? En dan het
echtpaar Helle-Jan in zijn dienst nemen?
Dat was gauw bekeken. Helle-Jan wei
gerde. Hij zag schone visioenen, vooral
met de nieuwe schout. In de loop van de
dag zou de nieuwe schout komen. Onder
aanvoering van Bungei-Willem, de voor-
naamstevoerman van Holten, waren van
morgen zeven wagens naar Deventer ge
reden om de nieuwe schout te ha
len. De predikant Pistorius was al dagen
bezig geweest met de koster-schoolmees
ter om de schout een hartelijk welkom
te bereiden. De klokluider-doodgraver-
straatveger-nachtwacht en ophaler van 't
miskoren stond des morgens op de uitkijk
en Helle-Jan de bode moest in het dorp
blijven om de voornaamste ingezetenen
van Holten van de straat te jagen, zo de
honden, ganzen en varkens. Jan kweet
zich uitstekend van zijn taak.
De wagens kwamen een half uur te
laat aan. De nieuwe schout zou met zijn
vrouw en kinderen eten in de Prins van
Oranje. Nu, dat werd een formidabele
flater. Het was weer bonensoep. Kaatje
had zich als gewoonlijk zeer van haar
taak gekweten, want er zouden hoge gas
ten meekomen uit Deventer. Foezel-Jan
nes zelf had ervaring dat de soep nooit
aan de zoute kant was. Daarom zoutte
hij zelf. Kaatje had als gewoonlijk de
soep gezouten. En als laastte troef gooide
de waardin ook nog zout in het eten. De
grote ronde klinktafel stond in het mid
den van de grote keuken-woonkamer.
Fris linnen dekte de tafel. De beste en
mooiste borden prijkten er en het tinnen
eetgerei blonk als een spiegel. Voor het
mindere volk stond een vierkante tafel
met roggebrood en koude pannekoek.
Helle-Jan zat aan de vierkanüe tafel.
Even later ontstond aan de ronde tafel
een groot tumult. Een der Deventer
heren spuwde de soep op de vloer. De
anderen volgden zijn voorbeeld. De waard
in de Prins werd zo rood als een kreeft.
De soep bleef staan. Zelfs de vliegen
lieten verstek gaan. De consternatie was
groot. Het gezelschap verliet de Prins en
ging naar de nederige Halve Maan. De
schout riep: bode, ga mee! En Helle-Jan
greep nog een halve pannekoek op de
vuist en volgde.
VAN COEVERDEN.
door
Leida Graafland
Roelie zat voor haar kaptafel en
maakte zich gereed voor de nacht. „Je
weet, dat ik me nooit met je zaken be
moei. Ik heb genoeg te doen in huis en
verder eisen mijn sociale verplichtingen
me op. Toch zou ik je nu wel eens één
ding in alle ernst willen vragen."
Hij lachte geamuseerd. „Ik ben
nieuwsgierig".
„Wat weet je van zijn verleden?"
Dolf haalde zijn brede schouders op.
„Hij komt ergens uit het Kempenland.
Hij had uitstekende getuigschriften en
de vereiste diploma's. En mij dunkt, het
is nu v/el bewezen, dat ik de juiste man
op de juiste plaats gezet heb. Hij zal in
zijn jonge jaren ook wel eens katte-
kwaad hebben uitgehaald."
„Nu ja, je moet het natuurlijk zelf
weten. Als het eens een keer mis gaat,
weet dan, dat ik je gewaarschuwd heb."
Hij keek haar van terzijde aan en
leunde tegen de kaptafel. „Dacht jij
soms, dat ik geen voorzorgsmaatregelen
genomen heb? Hij weet nooit vooruit,
wanneer zijn boeken gecontroleerd wor
den. Meer als tienduizend heeft hij nooit
in kas. want het meerdere moet dan
naar de bank. Voor iedere betaling, gro
ter dan duizend gulden, heeft hij mijn
handtekening nodig. Ik heb de sleutels
van alle bureaus, kasten en kluis. Nee,
Roelie, die man is zo safe als de bank
zelf. Bovendien, weet je, wat hij bij mij
verdient? Net zoveel als een Kamerlid
plus een aandeel in de winst. Ik heb me
wel eens afgevraagd, wat hij met al
zijn geld doet, want hij moet de laatste
jaren een kapitaal hebben overge
spaard. Maar dat is mijn zaak niet.
Neem jij maar van mij aan, dat ik on
danks alles nooit risico's neem. En dat
weet hij."
Er werd niet meer over gesproken en
Roelie raakte er zo langzamerhand mee
verzoend, dat Tom Talingen ongrijpbaar
was. Persoonlijk kon ze hem ook niets
maken, maar dan ook absoluut niets. Al
tijd v/as hij even correct tegenover haar
als gastvrouw in haar woning of als
medelid in een of ander comité. Hij was
hoffelijk, vriendelijk en hartelijk voor
de kinderen, zelfs beleefd tegen de
dienstmeisjes en in gezelschap een aan
gename prater, die zich toch nooit op de
voorgrond stelde.
Tot die dag in Eindhoven. Op een
avbnd, toen haar man op de raadsver
gadering was, had ze aan een plotse
linge inval gehoor gegeven, gaf de meis
jes, die dienst hadden, instructies, stapte
in haar wagentje en reed het dorp uit.
Met volle snelheid reed ze de lange weg
naar Heeze en bereikte via de nieuwe
rijksweg Eindhoven. Ze besloot ergens
in de stad een kop koffie te drinken en
via een andere weg weer huiswaarts te
rijden.
Plotseling zag ze in de stad zijn wa
gen gaan. Er reden tientallen zwarte
Opeis in het land, maar ze zag even het
kenteken en wist toen, dat het de auto
van Tom was. En in dat éne ogenblik
ontdekte ze ook de vrouw, die naast
hem zat.
Dit feit gaf haar plotseling een schok
en bovendien een triomfantelijk gevoel.
Instinctmatig voelde ze eindelijk zijn
zwakke zijde ontdekt te hebben, hoewel
ze er natuurlijk nog geen enkel bewijs
voor had. Want als Tom Talingen in
Eindhoven of waar dan ook verkoos om
met een meisje te gaan toeren, was dat
zijn zaak. Tenslotte was hij een vrijgezel
van onbesproken gedrag. Evenwel voor
voelde ze, dat ze iets ontdekt had over
zijn geheim.
Ze probeerde de zwarte wagen te vol
gen. En daar ze wel wist geen enkele
ervaring te bezitten in het schaduwen
van een voor zich uit rijdende auto, pro
beerde ze zo dicht mogelijk achter hem
te blijven, mede ook met het oog op de
stoplichten.
De zwarte Opel verliet de stad en
sloeg de richting in van het Wilhelmina-
kanaal. Dus min of meer terug naar
huis. Bij de brug naar Eeneind ging hij
naar de andere, stille kant van het ka
naal rijden en verloor ze hem uit het
oog. Hem over de mulle zandweg te vol
gen vond ze te riskant, zodat ze door
reed naar de volgende brug, die haar
naar het voormalige station Nuenen
bracht. Daar sloeg ze linksaf het bos in
en vertrouwde verder op haar intuïtie,
die haar ditmaal niet in de steek liet,
want tussen de bomen door zag ze een
zwarte auto schemeren. Onmiddellijk
stopte ze, doofde haar lichten, omdat
het snel donker begon te worden en
sloot de wagen af. Te voet ging ze be
hoedzaam verder.
Na een kwartier vond ze het tweetal,
diep in het bos, half in een kuil. Ze na
derde zo dicht als ze durfde en bij het
laatste daglicht, dat nog spaarzaam door
het dichte gebladerte drong, zag ze het
tweetal in een uiterst gênante houding.
Vol walging wendde ze zich af en ver
liet even behoedzaam als ze gekomen
was het bos. Ze ontsloot haar wagen,
stapte in en reed snel weg. Een half uur
later was ze thuis. Dat hij zoiets doet,
is nog daaraan toe, dacht ze vol woede,
maar dan uitgerekend met mijn beste
dienstbode, dat is wel het toppunt.
De volgende dag liet ze niets merken.
Lena Rooijakkers, die al vier jaar bij
Roelie in betrekking was, deed haar
werk rustig en nauwgezet als andere da
gen. Talingen kwam aan het eind van
die week op de verjaardag van Jan, de
oudste zoon, schonk hem een prachtig
boek over straaljagers, de moderne
hobby van bepaalde jongelui en toen
Lena met de drankjes rondging, verried
zelfs geen blik, hoe intiem beiden tot
elkaar stonden. Het was: „alstublieft,
meneer", en „dank je wel, Lena", en
verder bestond er voor Tom geen Lena
meer en voor Lena geen Tom. Hij had
haar natuurlijk scherpe instructies ge
geven en Lena was wel zo verstandig
om ze prompt op te volgen.
Een week voor het gezin Borger met
vakantie zou gaan naar de Oisterwijkse
vennen, waar ze een eigen bungalowtje
hadden, moest Dolf twee dagen op reis.
Van die gelegenheid maakte Roelie ge
bruik om in Eindhoven een detective
bureau in de arm te nemen. Ze ver
schafte alle mogelijke gegevens over
Tom Talingen, vertelde, dat hij afkom
stig was uit een der vele Kempense dor
pen en wilde alles weten, wat men over
hem te pakken kon krijgen. Roelie wei
gerde haar naam te noemen, be
taalde een belangrijk bedrag vooruit,
waarvoor ze een kwitantie kreeg en zei,
dat ze over enkele weken wel eens langs
kwam.
Twee dagen voor de vakantie kreeg
ze opeens een origineel idee. Tenminste,
zelf vond ze het 't ei van Columbus. Als
ze alles eens pasklaar voor hem in ge
reedheid bracht? Geen mooiere gelegen
heid als de vakantiedagen. Dan waren
Dolf en zij met de kinderen ver weg en
had Lena het rijk alleen. Kon ze doen,
wat ze wilde.
Eén van de meisjes ging mee naar
Oisterwijk. De drie overgeblevenen zou
den dan één voor één dienst kunnen
doen. Dat zou betekenen, dat op een be
paalde avond Lena helemaal alleen zou
zijn in het grote huis. En wat doet een
verliefd meisje, als ze weet, dat ze tij
dens de vakantie bij toerbeurt één dag
en één nacht in het huis zou moeten
blijven. Roelie had intussen al een sche
ma klaar gemaakt en overhandigde dat.
Vrijdagsmiddags zou de familie ver
trekken en Roelie had het zo opgesteld,
dat Lena voor het eerst de gehele maan
dag en nacht in huis zou zijn.
De meisjes vonden het geweldig, want
dit betekende, dat ze twee dagen vrij
zouden hebben en dan één dag werken,
waarna weer twee vrije dagen hen
wachtten. (Wordt vervolgd).