Indrukken uit Duitsland Ie Spaarbanken zijn meer dan financiële instituten Opvangen van andermans feuten; klere voldoening dan wegreeord Prinses Margaret in verwachting? LasH- vein senuwen? Koningin hield rede over verkeersveiligheid No. 41. Jaargang 12 (Tweede Blad) ZATERDAG 15 OKTOBER 1960 HOLTENS NIEUWSBLAD Over de hele wereld maken de spaarbanken zich weer op om de WereMspaardag te vieren. In de meeste landen is de Wereld- spaardag het hoogtepunt gewor den van een spaarbankweek. Hier te lande, wordt ook vaak van de Wereldspaarvveek gesproken. DE SFEER VAN HERKOMST In twee landen bestaat het spaarbank wezen dit jaar 150 jaar. In Groot-Brit- tannië, het land met de oudste levens vatbare spaarbank, heeft men dit deze zomer herdacht. In Denemarken, dat als tweede op de wereld-ranglijst prijkt, viert men het 150-jarig jubileum van de oudste Deense spaarbank deze maand. Nederland heeft nog 7 jaar de tijd. In 1810, het ge boortejaar van de eerste Britse en Deense spaarbank, werd ons land door Napoleon bij Frankrijk ingelijfd. De oprichting van spaarbanken hier was één van de pogin gen tot sociale wederopbouw na de deplo rabele staat waarin Nederland zijn onaf hankelijkheid herkreeg. In de loop van de tijd zijn er verschil lende andere financiële instellingen ont staan, die spaargelden in ontvangst ne men, maar de oorspronkelijke spaarban ken vertonen nog steeds de brede sociale en culturele inslag, die hun afkomst ken merkt. DE BELEGGINGEN Ook in Nederland stammen de oor spronkelijke spaarbanken thans de Bondsspaarbanken veeleer uit de soci aal-culturele dan uit de financieel-econo- mische sfeer en zij hebben deze afkomst tot op de dag van heden niet verloochend. Dit komt bij de spaarbanken individueel tot uiting in hun beleggingen. Voorop staat natuurlijk de veiligheid waarop de spaarder, die hun de vrucht van arbeid en inspanning toevertrouwt, recht heeft. Binnen dit kader streven de spaarban ken er naar met hun beleggingen gemeen schapsbelangen te dienen. In lokaal en re gionaal bestek door de financiering van scholen, bibliotheken, zwembaden, club huizen, volkstuinhuizen. Voorts van wo ningbouw, ook bij wijze van bezitsvor ming door de individuele spaarder. In na tionaal bestek door de (mede)-financiering van wegen- en bruggenbouw, van nationa le projecten als Zuiderzee- en Deltawer ken. DE „HOLLLANDSE SCHOOL" De sociale cn de culturele zijde is ook sterk vertegenwoordigd in de wijze waar op de Bondsspaarbanken de bevolking in haar verschillende geledingen benaderen via het daartoe door hen in het leven ge roepen gemeenschappelijke orgaan de Stichting Spaarpropaganda. Deze nam o.a. het initiatief tot de op richting van het Gezins-Begrotings-Insti- tuut. Dit instituut geeft zijn voorlichting in samenwerking met de vrouwen-organi saties, met het huishoud-onderwijs, met de „Mater Amabilis"- en „Zonnebloem"- scholen, met de instellingen voor Maat schappelijk Werk. De voorlichting wordt gegeven in lezingen en cursussen, in bro chures en in persoonlijke adviezen. Sinds 1954 geschiedt dit in samenwerking met de R.P.S. en de Boerenleenbanken. Dit werk heeft in verschillende landen, o.a. Frankrijk en Duitsland, navolging gevonden. Daar spreekt men in dit ver band van de „Hollandse School". VAKANTIE EN RECREATIE Het accent valt ook nog voornamelijk op de sociale zijde in de samenwerking met de Stichting Recreatie. Vakantie en recreatie zijn een aantrekkelijk spaardoel; ze worden ook een steeds klemmender be hoefte in een steeds enerverender tijd met een steeds hoger levenstempo. De maatregelen ten bevordering van het spa- iük „Geen commentaar", zo luidde het antwoord van het Engelse hof op vragen naar de juistheid van be richten als zou prinses Margaret van Engeland in verwachting zijn- Verschillende Europese kranten hadden dezer dagen het bericht, dat prinses Margaret en ex-hoffotograaf Antony Armstrong-Jones hun eer steling verwachten- ren voor dit doel worden zoveel mogelijk tevens dienstbaar gemaakt aan het stre ven naar vakantie-spreiding, het bestrijden van vernieling en verontreiniging enz. ILLUSTRATIES EN ZANGSPELEN TEN DIENSTE VAN ONDERWIJS In het door de Stichting Spaarpropa ganda uitgegeven materiaal, waarmee de Bondsspaarbanken zich richtten tot de jeugd, komt voornamelijk de culturele kant naar voren. Zo werd er dit jaar een serie aquarellen van Suriname en de Ne derlandse Antillen vervaardigd. Aan de serie ligt een nauwkeurige documentatie ten grondslag, waaraan de Nederlandse Stichting ,voor culturele samenwerking met Suriname en de Nederlandse Antil len uitgebreide medewerking heeft ver leend. Dit in kleurendruk uitgevoerde materiaal word ten dienste van het on derwijs gesteld. De leerlingen kunnen er hun cahiers mede illustreren. In vorige jaren werden soortgelijke series ter be schikking gesteld op het gebied van de nationale geschiedenis, van de levende na tuur en van geografische onderwerpen. Aan een aantal auteurs en musici werd opdracht gegeven voor het schrijven van een reeks zangspelen voor de jeugd, ten behoeve van schoolavonden en van jeugd werk. NIEUWSTE ACTIVITEIT: HET SPAREN VAN DE NATUUR De spaarbankkalender wordt medé dienstbaar gemaakt aan het bewonderen van de liefde voor de natuur, door vele spaarbanken in de Wereldspaarweek uit gegeven. Daarop sluit de nieuwste activiteit aan, de Tentoonstelling „Open oog voor de na tuur". Jac. P. Thijsse en Jan Voerman Jr. zijn namen waaraan voor generaties van Nederlanders dierbare herinneringen verbonden zijn aan de tijd, dat strand en duin, bos en hei, sloot en plas voor hen de rijke schatkamers van boeiende na tuurgeheimen waren. De albums met tekst van Thijsse en. plaatjes van Voerman en anderen zijn nog voor vele ouderen een kostbaar bezit, dat zij niet eerder aan hun kroost overdragen dan nadat dit er rijp voor is geworden. Maar sinds de tijd dat Heimans en Thijsse als pioniers in voordien ongekende mate de belangstelling en het enthousi asme voor natuur- en landschapsschoon wisten te ontketenen, is ons natuurbe- zit op schrikbarende wijze verminderd. Plant na plant is uitgestorven, landschap na landschap is ten offer gevallen aan aandere belangen. Deels is dit verlies een gevolg van onvermijdelijke ontwikkeling, maar voor een ander deel gaat er veel ver loren door beslissingen, die anders zouden uitvallen als de publieke opinie sterker in het geweer kwam tegen onherstelbare verliezen. Sparen is bewaren, maar spa ren is ook ontzien. Een tentoonstelling als die thans te Haarlem in oktober ge houden wordt, kan vele ogen openen voor de gevaren die ons schaarse natuurschoon bedreigen, doch zonder schade voor an dere belangen zouden kunnen worden af gewend. De tentoonstelling kwam tot stand op initiatief van de Stichting Spaarpropa ganda, maar met de enthou siste medewer king van velen. De spaarbanken gaan daarmede de Spaarbankweek en de Wereldspaardag tegemoet op een wijze, die geheel ligt in de lijn van hun afkomst. Te uwer informatie diene, dat men in de voorgeschiedenis van het spaar bankwezen figuren ontmoet als Daniël Defoe, schrijver van het nog steeds in vele talen herdrukte boek over Robinson Cru- soë; Thomas Robert Malthus, predikant en 'filosoof van het dagelijks brood'; Wil liam Wilberforce, onvermoeid strijder te gen slavenhandel en slavernij. Dit jaar werd Henri Duncan herdacht, oprichter van de eerste levensvatbare spaarbank (in 1810), in de beste zin van het woord een ware herder voor zijn pa rochie, met kunsthistorische en geologi sche belangstelling. Graaf Frederik Adolf Holstein, die ook juist nog in 1810 de eerste Deense spaarbank stichtte, was eveneens een man met brede socio-cultu- rele belangstelling. Hij ontwikkelde acti viteiten van velerlei aard, variërend van het verspreiden van bijbels tot grondver- beteringswerken ten behoeve van de ont plooiing van de Deense boerenstand. Ih Nederland zijn de oudste spaarbanken in 1817 opgericht door de Maatschappij tot Nut van het Algemeen, daartoe aangemoe digd door Koning WiV.em I, die vermoe delijk tijdens zijn ballingschap in Enge land de ontwikkeling aldaar gevolgd heeft. In de Vaderlandsche Letter-Oefe- ningen van april 1816 werd 't Britse voor beeld beschreven door een lid van een commissie tot onderzoek van de staat der armen. Mijnhardt's Zenu wfableften helpen Ueroverheen Onze vroegere plaatsgenoot Jan de Groot bekend van de Tour d' Holten wil trachten zich een plaats te veroveren in de journalistiek. Om de talen beter te beheersen woont en werkt hij momenteel in Duitsland in het plaatsje Sundern in Sauerland, befaamd om zijn natuur schoon. In een achttal artikelen zal Jan ons iets vertellen van de indrukken welke hij tot nu toe in Duitsland heeft opgedaan. Wij willen hem gaarne de kans geven in Holtens Nieuwsblad zijn journalistieke loopbaan te beginnen. Als hij in het schrijven net zo enthousiast en punctueel is als in het organiseren van wielerron den voor de jeugd, dan kan het een aar dige reportage worden. Hieronder volgt zijn eerste artikel: De eerste indrukken. Vol verwachting was ik aan de voorbe reidingen van mijn verblijf in Duitsland begonnen. Vol goede moed vertrok ik ook. Ik zou er goed verdienen, had men mij geschreven en voor m'n onderkomst was gezorgd. Ook dacht ik, dat ik al een aardige mond vol Duits sprak. Er kon me dus niets gebeuren. Vertrek. Des morgens om half acht was ik al aan de grens. Alhoewel de Duitse douanier mijn koffer doorzocht, werden m'n voorra dige cigaretten toch niet gevonden. In Gronau stapte ik op de trein, richting Dortmund. Na Dortmund was het nog on geveer negentig kilometer naar de plaats van bestemming, wist ik. En als U weet, dat deze plaats van bestemming in het Sauerland lag, kunt U zich voorstellen, dat ik op weg van Dortmund naar Ne- heim-Hüsten al ongeduldig naar bergen uit zat te kijken. Maar niets van dat alles, integendeel! De weiden aan beide kanten van de spoorlijn zouden er net als onze Twentse uitgezien hebben als er geen sneeuw op had gelegen. U moet wel wetenf dat dit alles in januari al gebeurde. Op één gebied wist ik toen al waar ik aan toe was: Wat hef Duits spreken be treft namelijk, had ik mezelf wel een beetje veel overschat. Ik moet ongeveer gepraat hebben als een kind van een jaar of drie, alleen niet zoveel (om niet zo op te vallen). Maar waarempel, toen ik na aandach tig in een tijdschrift aan het lezen te zijn geweest, weer uit het raam keek, zag ik althans aan de ene kant, in de verte de eerste besneeuwde bergen van het Sauer land. En hoe dichter we in de buurt van Neheim-Hüsten kwamen (van daar uit nog slechts vijftien kilometer naar Sun dern, waar ik heen wilde) des te dieper kwamen we ook het Sauerland in, dat door zijn bewoners zelf graag het land der duizend bergen wordt genoemd. Door een dal waren we het plaatsje binnengekomen dat overigens aan alle kanten door bergen omringd is. Het sta tion uitgekomen vroeg ik de weg naar de Hauptstrasse waar ik zijn moest. Toen ik voor mijn toekomstige kosthuis stond, keek ik m'n ogen uit. Alles had ik ver wacht, alleen dit niet: Een prachtig, mo dern gebouw, niet al te groot trouwens, waar met sierlijke letters „Kolpinghaus" voor stond. Door een hal kwam ik naar binnen en zette daar mijn koffers neer. Ik kwam een soortement van café binnen en onder het geluid van de uit de music- box klinkende stem van Freddy Quinn, zei ik heel vriendelijk: „Gutenmittag", iéts wat de Duitsers nooit zeggen en na tuurlijk ook glad verkeerd is. De cafébaas, waard of hotelhouder zoals U hem noe men wilt, glimlachte en vroeg of ik mis schien die Hollander was. Ik vroeg me af hoe hij aan dat ene woord kon horen dat ik buitenlander zou zijn en kwam tot de conclusie, dat ik een fout gemaakt had. „Ja", zei ik in zo goed mogelijk Duits, „ik ben die Hollander en wou wel graag mid dageten hebben". Toen ik het op had, bracht hij me naar mijn kamer op de tweede verdieping. Het leek wel een hotel: Centrale verwar ming en warm en koud stromend water op de kamer. Op iedere verdieping (acht kamers op elke étage) een moderne bad kamer met douche. Na een heerlijk bad pakte ik mijn koffers uit en keek uit het raam. Het sneeuwde. Verder op de dag leerde ik de andere bewoners van dit huis kennen. De meesten van hen waren jon gens van mijn leeftijd die uit Oost Duits land naar het Westen gevlucht waren. Van hen hoorde ik veel en uit ieder ge sprek hoort men de stille wens om ééns terug te keren in de Heimat. Voor deze mensen is de weg terug tot op heden ech ter nog geblokkeerd. „Als ons land mor gen weer herenigd zou worden, stapte ik vanavond nog op de trein", zei me één van deze knapen, „om als één der eersten weer thuis te zijn". JAN DE GROOT. Ter gelegenheid van de be zinning op de verkeersveilig heid heeft Koningin Juliana woensdagmorgen voor radio en televisie een toespraak ge houden. De Koningin zei: „Alle verkeer neemt toe, alle middelen van vervoer nemen toe- Het aantal ongelukken wordt voort durend groter, en de strijd daar tegen intenser. Wat van dit alles neemt het sterkst toe? Op het ogen blik komen de ongelukken flink opzetten in dit vreselijke gevecht om de weg, In de laatste vijf jaren bij elkaar zijn er door verkeersongevallen uit ons midden door de dood heenge gaan meer dan achtduizend perso nen, dat is een getal, gelijk aan heel de bevolking van Bolsward. En ernstig gewond werden daarbij ruim honderddertienduizend men sen, een aantal ongeveer gelijk aan heel de bevolking van Arnhem of Breda. Daarbij is 1960 nog niet in begrepen, maar dit zal waarschijn lijk een bijzonder zwart jaar blij ken te zijn. Om met Vondel te spreken: wie zal d'ellende en 't jammer noemen- Want wie zal ooit beschrijven wat er op de weg gebeurd is wat er omgegaan is in alle mensen die bij 'n ongeluk betrokken zijn geweest, en in het bijzonder in hen, die het ons niet meer navertellen? Sommi gen zijn bij verrassing door de dood overvallen, anderen hebben zich zelf niet geteld en hun leven ge geven om een kind, of een mens te redden- Wij denken aan het ontzaggelijke leed dat in zoveel levens ontstond. Ook denken we aan het afschuwe lijke zelfverwijt, waarmee som migen moeten verder leven, omdat ze het instrument zijn geworden om het leven van een ander te beëin digen of te ruïneren- Ja, wij zijn op de wereld om el kaar bij te staan en wij willen ons ook graag verantwoordelijke we zens voelen. Dan moeten wij toch niet vergeten wat de prijs kan zijn voor het zich laten verleiden tot onsportieve dingen, zoals bijvoor beeld een weliswaar heerlijk ge voel van snelheid te hebben maar daar waar dat niet verant woord is of een record te halen op de weg wat toch nooit zuiver is omdat de weg geen circuit is, of te grote haast hebben: wie gauw wil aankomen kan trachten wat eer der op pad te gaan of ook een eigenwijs niet meespelen met de al gemene spelregels van het verkeer- Bovendien is het altijd onverstandig zichzelf te overschatten of zijn auto of motor of bromfiets of zo maar aan te nemen dat alle anderen goed rijden en wel verstandig en voor zichtig zijn- Het is eigenlijk alleen maar spor tief, om onderweg steeds de anderen te respecteren ook in hun tekortko mingen, en om zich geheel op het verkeer te concentreren, en om ook niet op weg te gaan, tenzij men voelt dat men dat kan doen- Het is ook dom, alleen op zijn rechten te staan. De weggebruiker- heeft zeer zeker zijn rechten en zijn plichten, maar hij komt slecht te recht, als hij alleen aan zijn eigen recht denkt: zijn plichten zijn im mers hetzelfde als de rechten van de anderen. Het is altijd in het le ven het beste om de wijste partij te zijn, speciaal waar risico in het spel is. Want, wat moet men in de eer ste plaats handhaven: zijn recht, of zijn leven, plus dat van anderen? Als men de wijste partij en dus eigen recht niet boven alles heeft gekozen, dan blijft men van schuld gevoel gevrijwaard en kan men bo vendien nog vaak de fouten van an deren opvangen- Dat geeft een be ter soort voldoening dan een onzui ver wegrecord- De grote weg lijkt bij uitstek de plaats, waar men sportief zou moe ten zijn- Rijden met auto. motor of bromfiets is immers een heerlijke sport met zijn eigen moeilijkhe den, die opgelost moeten, en met zijn eigen eer, die er mee behaald kan worden. Waarom dan is men op de weg zo vaak niet stortief? Als men aan de aantallen ver keersongelukken afleest, hoe er in een land gereden wordt, dan spijt het mij ontzaggelijk te zien, dat Ne derland niet tot de kopgroep der besten behoort en zelfs nog wel een eind daarachter aan komt- Als de beschaving van een land ergens uit zou kunnen blijken, dan zou het toch wel zijn uit het gedrag op de weg. Hier nu blijkt keihard een gebrek aan besef bij ons, dat we het hier voor elkaar een veilig land moeten maken om in te wonen- Laten we steeds tegen onszelf zeggen: ken jezelf ken je auto kijk uit naar de aoderen want ik ben mijn broeders hoeder".

Erfgoed Rijssen-Holten

Holtens Nieuwsblad | 1960 | | pagina 5