Soc* Ec* Raad verdeeld
over loonpeil
BOER
CENTRA-WINKELIERS:
Fa. GEBR. DIKKERS
Fa. GEBR. WANSINK
EMPIRE STATE BUILDING
Sparen gaat bij Centra
ais van een leien dakje!
'tMeevallertje
van deze week!
CHOCOLADEKORRELS
MEERDERHEID ZEGT: BIJNA GEEN
RUIMTE. MENING VAN GROTE
MINDERHEID: WEL RUIMTE.
Volgens een deel (de meerderheid) van
de Sociaal-Economische Raad is de achter
stand in de lonen in 1955 0,3 percent ge
weest, volgens een ander deel 2 percent,
volgens weer een ander deel 6 percent en
volgens het laatste deel 5 percent.
In 1956 zouden volgens het eerste deel
de lonen met één percent boven de groei
van het nationaal inkomen uit gaan. Met
andere woordenDan zouden de lonen één
percent te hoog zijn. De drie andere groe
pen menen dat er dan nog een achterstand
is, respect, van 0,7, 4,7 en 2,7 percent.
En in 1957 zouden volgens de eerste en
tweede groep de lonen 2,6 en 0,9 percent
te hoog zijn. Volgens de derde en vierde
groep zou er dan nog een achterstand zijn
van 3,1 en 0,2 percent.
Daarbij is er dan rekening mee gehou
den, dat in 1957 zowel de premie voor de
ouderdomsverzekering als een huurverho
ging van 25 percent in de lonen zijn ge
compenseerd en dat de verruiming van de
vakantierechten is toegepast.
Voor de compensatie en het inhalen van
de aanwezige achterstand geeft de SER
zes verschillende middelen aan, die men al
of niet in combinatie met elkaar kan aan
wenden.
MAATREGELEN.
De raad noemt drie directe maatregelen
op loongebied:
1. Uitkeringen ineens uit de winst. Zij
behoeven en behoren de prijzen niet te be
ïnvloeden.
2. Differentiatie in de vaststelling der
lonen. Deze differentiatie (de vrijere loon
politiek) zou per bedrijfstak moeten plaats
vinden.
Nadelen van deze twee methoden zijn, dat
zij ongelijkheid tussen verschillende groe
pen werknemers scheppen en daardoor de
arbeidsvrede in gevaar brengen.
3. Een algemene loonmaatregel door
verhoging van de lichtlijnen. Dit zou dus
een loonronde betekenen. Het voordeel er
van is, dat de verhouding tussen de lonen
niet in gevaar wordt gebracht en dat con
trole gemakkelijker is dan bij een diffe-
rentiatie van de lonen. Het nadeel is, dat
t deze maatregel gemakkelijk tot prijsstijging
zal leiden.
De voorstanders van de verschillende
- systemenzijn uiteraard geneigd de voor
delen van de door hen voorgestane methode
hoger aan te slaan dan de nadelen.
INDIRECT.
Verder worden er nog drie maatregelen
genoemd, die men de indirecte zou kunnen
noemen
1. Een tijdelijke verhoging van de ver
eveningsbelasting. De werkgevers betalen
thans 4 Va pet. van de loonsom aan ver
eveningsheffing. Uit de opbrengst daarvan
wordt de noodwet-Drees gefinancierd.
Als nu de vereveningsbelasting tijdelijk
tot 6 pet. zou worden verhoogd, zou er
over acht maanden een bedrag van f 125
miljoen worden verkregen, dat gebruikt
kan worden om de premie voor de ouder
domsvoorziening voorlopig wat lager te
houden.
Het ligt in de bedoeling de verevenings-
1 heffing af te schaffen, zodra de ouderdoms-
i verzekering wordt ingevoerd (hoogstwaar
schijnlijk dus op 1 januari 1957). De werk
gevers steken dan de vereveningsheffing
echter niet in hun zak, maar betalen daar
mee grotendeels de compensatie voor de
premie.
2. Uitstel van de huurverhoging (als
daartoe wordt overgegaan) tot 1 juli 1957.
De meerderheid van de raad acht deze
datum te verkiezen boven 1 januari 1957.
3. Belastingverlaging of verschuiving
van de belastingdruk ten bate van de ar
beiders ter compensatie van de huurver
hoging.
De raad heeft deze maatregelen wel ge
noemd, maar niet aanbevolen. Het advies
over de vraag, welke maatregelen de voor
keur verdienen, laat men aan de Stichting
♦van de Arbeid over.
Is er dus in de Sociaal-Economische Raad
weinig eenstemmigheid, algemeen is men
van oordeel, dat de economische politiek
gericht moet blijven op:
1) het streven naar een zo groot moge
lijk nationaal inkomen, waarbij met name
een hoge en stabiele werkgelegenheid moet
worden gehandhaafd;
2) het handhaven van evenwicht in de
betalingsbalans
3) het handhaven van een investerings-
peil, dat de levensstandaard van de toe
nemende bevolking geleidelijk verhoogt;
4) het streven naar een aanvaardbare
verdeling van het nationale inkomen over
de verschillende groepen der bevolking;
5) het voorkomen van prijsstijging, mede
met het oog op de vergeten groepen.
Het rapport van de Sociaal-Economische
Raad bevat tal van berekeningen, die la
ten zien, hoe men aan de verschillende uit
komsten is gekomen. De produktie is de
laatste jaren voortdurend gestegen, in 1954
met 5 percent, in 1955 met 7 percent.
Tezelfdertijd gaan ook de lonen om
hoog, zo zegt het rapport. Ten ge
volge van kleine correcties en wijzigin
gen in de arbeidscontracten stijgt het
loon gemiddeld 2 percent per jaar. Dit
zijn de zogenaamde autonome loons
verhogingen.
SECUNDAIRE VOORWAARDEN.
De wijziging van de secundaire arbeids
voorwaarden (verlenging van de vakantie
en verhoging van de vakantietoeslag)
waartoe de minister verleden jaar toestem
ming heeft gegeven, zou een verhoging
van de loonkosten van 3 percent tot gevolg
hebben, als ze geheel zou worden door
gevoerd.
De raad houdt er rekening mee, dat de
loonsverhoging, die ter compensatie van de
premie voor de ouderdomsverzekering en de
huurverhoging in 1957 moet worden ge
geven, niet in haar geheel aan de loon-
trekkenden ten goede komt.
Het voornaamste geschilpunt van de be
raadslagingen is geweest, welk uitgangs
punt voor de berekeningen moet worden
gekozen. De meerderheid van de raad
meent, dat de jaren 19491952 uitgangs
punt moeten zijn, een grote minderheid is
van oordeel dat 1 oktober 1954 het uit
gangspunt dient te zyn.
Dit verschil in uitgangspunt leidt tot
conclusies, die voor de aanwezigheid van
ruimte in de lonen een verschil van 6 per
cent opleveren.
Daar komt dan nog bij, dat in het rap
port met nadruk wordt gezegd, dat de
schattingen voor de jaren 1956 en 1957
enkele percenten van de werkelijkheid kun
nen afwijken.
Voor de
ra- PRIJZEN
ge- LANDBOUWPRODUKTEN.
oor
Het bestuur van het Landbouwschap
heeft in zijn openbare vergadering van
15 februari besloten met de minister
van Landbouw, Visserij en Voedselvoor
ziening een gesprek te voeren over de
elo. prijsbeheersing in de geest van onder-
staande verklaring, welke door de voor-
pe.zitter is afgelegd.
en- In antwoord op vragen, gesteld door
de het lid der Tweede Kamer, Mr Burger,
pel, heeft de minister van Economische Za-
ndeken op 28 januari j.l. medegedeeld, dat
jide regering ook voor 1956 het beleid
diévan een nauwkeurige prijsbeheersing
rij-zal volgen. Zulks in overleg met de vier
grote werkgeversorganisaties.
;ld- Het Landbouwschap is in deze niet
edegekend, allicht uit de overweging, dat
venhet prijsbeleid van de landbouw ressor-
>ro-teert onder het ministerie van Land-
zo-bouw, Visserij en Voedselvoorziening.
Dit kan geredelijk worden aanvaard,
i demaar het behoeft onh er niet van te
Dei-weerhouden te verklaren, dat ook de
uis-landbouw in deze voorzover moge
lijk tot een loyale medewerking be-
nogreid is.
de Toch kan het zijn nut hebben zeer in
:inghet kort aan te geven, waarom de land-
ipelbouw als geheel zich onbehagelijk ge
voelt bij de huidige conjunctuursontwik-
jvil-keling en het daarop gebaseerde beleid
bejvan prijsbeheersing en wat daarvan de
kei[oorzaken zijn. Op deze wijze zal het
helLandbouwschap tijdig een waarschu-
lin-wende stem hebben doen horen dat het
matondanks zijn bereidheid tot loyale
uil-medewerking misschien meermalen
ies-prijsverhogingen voor zijn produkten
zul-zal moeten bepleiten,
i di De positie van de landbouw is in het
sen algemeen deze, dat na een periode van
lan-straffe prijsbeheersing voor tal van
ani-Iandbouwprodukten na de bevrijding
enkele financieel voordelige jaren zijn
iDorlgevolgd tijdens de Korea-hausse, doch
erdat in de laatste jaren in toenemende
mate de conjunctuur in de landbouw
achterblijft bij die van ons bedrijfs
leven als geheel. Wanneer wij vragen,
wat hiervan de oorzaken zijn, kunnen
wij o.a. de volgende noemen:
1. Voor slechts enkele landbouwpro-
dukten gelden prijzen, welke een rede
lijke ondernemerswinst inhouden, n.l.
voor tarwe en suikerbieten. Voor tal van
andere produkten gelden z.g. minimum
garantieprijzen, die zodanig zijn vast
gesteld, wanneer de werkelijk gemaak
te prijzen zich niet op een hoger peil be
wegen, wat mogelijk is, dat de land
bouwondernemers daarmede wel een of
twee slechte jaren doorkomen, doch die
geen grondslag vormen voor een verant
woord bestaan op langere termijn en die
allerminst een aandeel geven in de stij
gende welvaart van ons volk als geheel.
Een en ander geldt temeer, doordat in
de prijzen voor grond en gebouwen de
huidige pachtprijzen zijn verwerkt.
Daaruit kunnen de z.g. eigenaarslasten
niet voldoende worden bestreden, doch
een enigszins redelijke rente worden
overgehouden van het in de grond ge
stoken kapitaal. Intering op het bezit,
vooral door achterstallig onderhoud,
vindt dan ook in sterke mate plaats.
2. Hoewel land- en tuinbouw onge
veer 1/3 deel van onze export voor hun
rekening nemen, ontmoeten belangrijke
exportprodukten, o.a. zuivel, bacon en
aardappelmeel, bij de ontwikkeling van
de prijzen op de wereldmarkt in toe
nemende mate de verlamming, welke
uitgaat van de in Amerika aanwezige
landbouwoverschotten, die hoe voor
zichtig ook gehanteerd een normale
prijsontwikkeling bedreigen.
3. Verschillende produkten, waar
voor geen prijsregeling geldt, hebben in
het verleden dikwijls de positie van
tal van landbouwbedrijven in sterke
mate verstevigd, waarbij vooral aan de
akkerbouwsector valt te denken. Van
deze produkten zijn te noemen de han
delsgewassen, zoals vlas en zaderijen en
de peulvruchten. Ook met deze produk
ten is een prijsontwikkeling van bene-
denkaartse richting aan de gang, mede
doordat door de minder aantrekkelijke
vooruitzichten van andere teelten er een
uitbreiding plaats heeft.
4. De bedrijven worden in sterke
mate topzwaar. De uitgaven stijgen zeer
sterk en de kans op grote verliezen
neemt daardoor toe. Deze omstandig
heden vervullen tal van landbouwon
dernemers terecht met grote zorg.
5. De toenemende schaarste aan vak
bekwame landarbeiders en de stijging
der lonen nopen vele ondernemers tot
investeringen van grote bedragen in de
mechanisatie van hun bedrijven. Ook
hierdoor wordt de liquiditeit der bedrij-
ven aangetast, terwijl er in deze inves
teringen grote risico's besloten liggen.
De ontwikkeling der landbouwmechani
satie immers is nog in volle gang en nu
aangekochte dure machines kunnen bin
nenkort in enkele jaren verouderd blij
ken.
Menig ondernemer beseft, dat hij
tegenover deze risico's geen reserves
aanwezig heeft.
Bovenstaande opsomming van oorza
ken zou met meerdere aangevuld kun
nen worden. Het Landbouwschap wil
volstaan met slechts deze te noemen.
Hoezeer het dus ook bereid is loyaal
mede te werken tot een verantwoorde
prijsbeheersing, meent het toch, op
grond van bovenstaande factoren, nu
reeds te moeten aankondigen, dat het
zijn actie voor een zodanig landbouw
beleid, waarbij de agrarische bedrijfs-
genoten een verantwoord deel hebben
aan de stijgende welvaart in Neder
land en waarbij de financiële positie der
ondernemingen gezond kan blijven, zal
voortzetten, waarbij prijsverhogingen
voor tal van landbouwprodukten niet
zullen kunnen achterwege blijven. Een
en ander zal in de eerste plaats moeten
worden bevorderd door op korte termijn
te komen tot een herziening van de z.g.
uitgangspunten waarin enkele belang
rijke afspraken tussen de regering en de
Stichting voor de Landbouw zijn ge
maakt omtrent de mate waarin bepaal
de kostenfactoren door het L.E.I. in zijn
kostprijsberekeningen worden ver
werkt.
MELKPRIJSBELEID 1955/1956.
Het bestuur van het Landbouwschap
heeft in zijn vergadering van 15 febr.
een bespreking gewijd aan de huidige
stand van zaken met betrekking tot het
melkprijsbeleid 1955/1956. Hierbij zijn
aan de orde gekomen de resultaten van
het debat in de Tweede Kamer en van
de bespreking, welke de minister van
Landbouw met het dagelijks bestuur van
het Landbouwschap op 9 februari over
dit onderwerp heeft gehad.
Tijdens deze bijeenkomst is gebleken,
dat de minister noch op 30 november
noch op 4 januari een concreet voorstel
heeft gedaan aan het Landbouwschap
betreffende een garantie voor de zandge
bieden op basis van hun integrale kost
prijs van 24,9 cent per kg., welke ge
paard zou gaan met een garantie voor
de weigebieden op basis van hun inte
grale kostprijs van 21,6 cent per kg.
Voorts heeft de minister medegedeeld,
zich ook niet in deze te hebben geuit in
de redevoeringen te Heerenveen en te
Lochem; wat hierover is gepubliceerd,
moet z.i. dan ook op een misverstand be
rusten.
Ten aanzien van de garantie zelf is
door de minister gesteld, dat hij, èn om
dat hij van mening is dat de beslissing
der regering inzake de melkprijsgaran
tie juist is èn omdat de Tweede Kamer
haar goedkeuring aan deze beslissing ge
hecht heeft, geen behoefte heeft om
nieuwe voorstellen te doen.
Wél heeft de minister zich bereid ver
klaard eventueel in overweging te wil
len nemen een voorstel van de zijde van
het Landbouwschap, dat 'n andere vast
stelling vaii de garantieprijs voor de
weidegebieden inhoudt, doch uitsluitend
op basis van de landelijk gemiddelde
kostprijs, te weten f 23,25. Dit betekent,
dat een verhoging van de prijs voor de
zandgronden alléén mogelijk is ten koste
van een verlaging van de prijs voor de
weidegebieden.
Alvorens nu een standpunt in te ne
men over een eventueel voorstel tot zulk
een andere verdeling acht het bestuur
van het Landbouwschap het nodig hier
over advies te ontvangen van de hoofd
afdeling Veehouderij. Aan de hand van
dit advies zal het bestuur in zijn volgen
de vergadering een beslissing nemen.
BOERDERIJBRANDEN.
December 1955.
In de maand december 1955 zijn acht
boerderij branden voorgekomen, waarbij
de boerderij totaal werd vernield of
zwaar beschadigd werd. Een van deze
branden kwam voor in Groningen, één
in Overijssel, drie in'Gelderland, één in
Noord-Holland, één in Zuid-Holland en
één in Limburg.
De directe schade door deze branden
aangericht wordt geraamd op f 238.350.
Twee van deze branden werden ver
oorzaakt door vuur uit stookpot; één door
het spelen met vuur, terwijl in vijf ge
vallen de oorzaak onbekend bleef.
Bij deze branden zijn twee koeien, één
paard, 18 varkens en 55 stuks pluimvee
omgekomen.
Nagekomen opgave:
In oktober 1955 twee boerderijbran-
den, n.l. één in Overijssel vermoedelijk
door kortsluiting. Schade f 17.000. Twee
honderd kippen kwamen om.
In Zeeland één vermoedelijk door
broei, waarbij de schade f 30.000 was.
OUD-PLAATSGENOOT VOLBRACHT
ELFSTEDENTOCHT
Het is aardig om even te vermelden,
dat onze oud-plaatsgenoot, de heer J.
W. Hoelofs, onderwijzer te Meppel, de
vorige week dinsdag aan de elfsteden
tocht heeft deelgenomen en deze tocht
geheel heeft volbracht. Een prachtige
sportieve prestatie.
Men roept het van de daken! Bij Centra gaat sparen als van een leien
dakje. Nauwelijks heb je voor ƒ10.- coupons bij elkaar, of er gaat
een wereld van mogelijkheden open!
Of ƒ12.50 voor Uw gespaarde tientje, óf voor vier volle kaarten een
Spaarbrief van 50.- met gratis ongevallen-verzekering, óf prachtige
eersteklas kwaliteit artikelen met een waarde van 15.-, 17.50 of
soms nog wel meer.
Een sterk voorbeeld van deze meerwaarde aanbiedingen is de kousen
aanbieding: 4 paar eerste keus nylons met een waarde van 19.- voor
één volle couponkaart van een tientje. U kunt het lezen in de adver
tentie, die elders in deze krant staat. De Centra-kruidenier weet er
alles van. Vraag hem inlichtingen.
Ga óók naar Centra, 't scheelt stukken! 0»
FRISCO SPERCIEBONEN
per blik
79
ERWTEN/WORTELEN
per blik
59
$- K O F F1E met 40 %-punten gratis
per pak
2.08
$-T H E E met 20 %-punten gratis
per pakje
94
grote $-ONTBIJTKOEK met 10 %-punten gratis per stuk
49
GOUDDUKATEN een lekker koekje
250 gram
59
MINTS
200 gram
39
RUMBONEN
150 gram
49
GELDERSE ROOKWORST
per stuk
69
CACAO
100 gram
49
ZEEUWSE BRUINE BONEN
500 gram
38
RUNDVET
beker d 500 gram
61
$-artikelen zijn levensmiddelen, met op de verpakking waardevolle
$-punten. Tot 1 Maart kunt U voor 500 $-punten 3 prachtige thee
doeken met een winkelwaarde van 3.75 ontvangen. Na 1 Maart
voor 250 $-punten ƒ1.25 bijbetaling in verband met de wettelijke
bepalingen.
Spaar $-punten, dan spaart U geld
Hoog boven de armoedige wijken
van New York City rijst het Empire
State Building uit, met zijn zes en
tachtig verdiepingen, in de lucht.
Terwijl beneden de met rook en
roet bezwangerde lucht van de fa
brieken op Manhattan hangt, ademt
U boven lucht zo fris als men op zee
en in de bergen aantreft.
Honderdduizenden bezoekers uit alle
landen ter wereld hebben op het plat
form van de bovenste verdieping ge
staan, om er te genieten van het schit
terende uitzicht, terwijl ditzelfde plat
form voor een twintigtal levensmoeden
'diende als laatste punt van deze wereld,
waarvan zij afscheid namen, toen zij
zich naar beneden stortten. Daarom
heeft men tegenwoordig bij wijze van
afrastering een hoge afrastering rondom
de muur van het platform aangebracht.
Dit gigantische bouwwerk sproot
voort uit het brein van de thans 74-jari-
ge John Jacob Raskop, in de twintiger
jaren een groot man in de financiële en
politieke wereld, waarin hij zich na
enige verbluffende speculaties had op
gewerkt. Naast een der oprichters van
het syndicaat dat het General Motors
concern controleerde, was hij zelfs nog
enige tijd voorzitter van de Democrati
sche Partij.
Hij kwam op het idee van een wolken
krabber reeds in 1925 toen in Amerika
de zakenwereld een periode van onge
kende hoogconjunctuur beleefde. Vele
firma's vex-plaatsten haar kantoren naar
Manhattan, het zakencentrum van New-
York City, waardoor er weldra een nij
pend gebrek aan kantoorruimte ent-
stond. Uitbreiding was onmogelijk, daar
de grens van het Central Park reeds be
reikt was, terwijl de grond door de grote
vraag bijna niet meer te betalen werd.
Raskop door het idee van een wolken
krabber bezeten wist een aantal kapi
taalkrachtige firma's voor zijn plan te
interesseren en toen de firma Du Pont
tenslotte ook haar medewerking toezeg
de, stond het voor hem vast: er moest
en zou een wolkenkrabber komen. In 't
diepste geheim kocht men de percelen
tussen de 33e en 34e street en de 5e en 6e
avenue, waar het gebouw volgens Ras
kop moest komen te staan.
Reeds was men aan het slopen van de
vele oude gebouwen, waaronder het
vroegere beroemde Hotel Waldorf As
toria, toen als een donderslag bij heldere
hemel op 29 October 1929 de grote beurs
krach kwam, waardoor de koersen van
allerlei firma's omlaag vlogen. Talrijke
endernemingen gingen failliet of ston
den aan de rand van de afgrond. Na een
korte tijd bestond er in New York City
geen kantoorprobleem meer, of 't meest
zijn dat der leegstaande kantoorlokalen.
Toch zette Raskop door met een on
verzettelijkheid die kenmerkend voor
hem was en reeds andex-half jaar later
werd de hoogste wolkenkrabber ter we
reld officieel geopend.
Welk een enorm gebouw het Empire
State Building is bewijzen de volgende
cijfers: 's morgens voor 9 uur en des
avonds na 5 uur moeten 15 liften in zeer
korte tijd.50.000 mensen vervoeren.
Zo'n lift doet er 1 minuut en 15 seconden
over om van de begane grond tot de bo
venste verdieping (375 m. hoog) te stij
gen.
De Empire State Building is driemaal
zo hoog als onze Utrechtse Dom. Een
groot nadeel van dit gigantische bouw
werk is dat de liftschachten tezamen
met de sanitaire ruimten een derde deel
van het gebouw opeisen, dat dus voor
een groot deel improductief is. Even
eens is het een nadeel dat in slechte tij
den vele kantoren leeg staan. Alleen na
de 2e Wex-eldoorlog zijn alle kantoor
ruimten steeds bezet geweest. Om het
gebouw rendabel te maken is dit ook
wel nodig, want naast dat de grond 2222
gulden der vierkante meter heeft gekost,
waren de bouwkosten van iedere verdie
ping bijna 2V2 miljoen gulden.
Onze kleine gevederde vrienden heb
ben nu toch ook met recht een „harde
dobber". Laten we ze allen een handje
helpen, zorgen we er voor, dat er vol
doende broodkruimels op veilige en
toegankelijke plaatsen zyn.
van 56 voor.
Bij aankoop van
tenminste 5.- boodschappen:
200 GRAM ECHTE
39 cent