Slag
Ik sterft omdat ik een brood
gestolen heb.
BELASTING
om de alcohol
in Zweden
Waterschap «De Schipbeek»
Twaalf schoten knalden over de vors
tige vlakte en veroorzaakten de dood
van Eddie Slovik. De handen van de
mannen, die de executie uitvoerden, tril.
den: ergens ook sloegen de kogels in
hun ziel gaten, die nooit meer zouden
helen.
Eddie Slovik was een Amerikaans
dienstplichtig soldaat, precies als zij.
Het verschil tussen hen en hem was,
dat hij welbewust uit het leger was ge
deserteerd op het moment, dat zijn le
gergroep wanhopig trachtte het Kerst
offensief van Von Rundstedt tot staan
te- brengen. Een dodelijk verschil, want
in dit fatale, beslissende uur moest een
voorbeeld worden gesteld. Tienduizen
den andere soldaten waren vóór hem
weggelopen, maar de ongelukkige Eddie
Slovik deed het in een ogenblik, dat
letterlijk geen man kon worden gemist.
De krijgsraad die zün zaak behandel
de, had niet veel tijd nodig om tot een
beslissing te komen: Eddie Slovik zou
zijn desertie uit het leger moeten boe
ten met een moedwillige verlating uit
het leven
Lang geloofde de ongelukkige niet
dat dit verschrikkelijke besluit zou
worden uitgevoerd. Maar toen hij op 'n
grauwe, koude Januarimorgen in 1945
uit zijn cel werd gehaald om te midden
van het executie-peleton naar de plaats
van de terechtstelling te marcheren,
wist hij, dat hij de dood niet ontkomen
kon.
Ik stal een brood.
Steeg er een schreeuw op naar zijn
keel? Barstte hij in tranen uit? Was er
nu angst in hem, haat of verachting?
Verzette hij zich? Nee.
Hoewel elke stap hem dichter bracht
bij de dood, had Eddie Slovik zichzelf
in zijn macht. De sergeant, die het exe
cutie-peleton aanvoerde, vertrouwde de
ze onwezenlijke rust en koelbloedigheid
niet. „Probeer je goed te houden, Ed
die", vroeg hij de ter dood veroordeelde
met een stem, die niet de zijne was.
„Probeer het, voor jezelf en voor
ons!" Het antwoord van Eddie Slovik
was even onverwacht als verrassend:
Maak je over mij maar niet ongerust,
Frank. Heus ik voel me best. Weet je,
ze gaan mij niet doodschieten, omdat ik
uit het leger ben gedeserteerd. Dat heb
ben immers duizenden jongens gedaan
en ze leven nog.
Nee, ze schieten mij dood vanwege
het brood, dat ik gestolen heb, toen ik
twaalf jaar oud was!
Toen msarcheerde Eddie Slovik ver
der. Met een vaste, besliste stap en een
gezicht dat beter nog dan zijn woorden
uitdrukte, hoe zeer hij zich de oorzaak
van zijn dood bewust was. Een simpel
brood, dat hij stal toen hij nog een kind
was en honger had
In welke trieste, hopeloos-verminkte
gedachtensfeer kom je terecht, wanneer
je deze overtuiging voor ernst moet ne
men. William Bradford Huie, die de ge
gevens over dit „geval" verzamelde en
neerlegde in zijn boek „The Execution
of private Slovik" toont met krachtige
en voor onze maatschappij tegelijk be
schamende argumenten aan, waarom
wij in de getuigenis van deze eenvoudi
ge soldaat wel geloven moéten.
Dieper in de put.
Eddie Slovik groeide onder armelijke
omstandigheden op ten tijde van de
economische crisis, die sterkeren en be
teren dan hij tot vertwijfeling bracht.
De honger kwelt hem en hij pakt een
brood weg. De maatschappij, die hem
niet voeden kon of wilde, straft hem
zwaar voor deze euveldaad. Het is Ed
die's eerste aanraking met de wreken
de Justitie, maar niet de laatste. Met
de economische crisis in zijn land stygt
de crisis in Eddie Sloviks innerlijk. Hij
moet leven, maar hij weet niet waarvan.
In z.ijn nood vergrijpt hij zich opnieuw
aan andermans eigendom. Het zijn
slechts luttele dollars, maar het ant
woord van de beledigde maatschappij is
niet zo gering. Vijf lange, onbarmharti
ge jaren brengt Eddie door in een „op
voedingsgesticht" waar zijn moreel nog
meer wordt geknakt en aangevreten. Is
deze Eddie Slovik een misdadiger? Nee,
hij is volgens zijn biograaf het gewillige
slachtoffer van een tijd, die verlicht
heet, maar zijn eigen kinderen niet te
voeden en te leiden weet.
Naar het front.
Eddie ontmoet een meisje en zij is 't
die hem opheft, inspireert en leidt.
Voor het eerst in zijn jonge, moeilijke
zouden aanvallen, toen Duitsland
Rusland binnenviel;
5 het niet toelaten van buigzamer
operaties in Rusland en het niet
behandelen van de Oekrainers,
Witrussen en Balten als geallieer
den;
6 het niet er in slagen snel troepen
te concentreren tegen het gealli
eerde bruggenhoofd in Norman-
dië;
7 gebrek aan samenwerking met de
Italianen en Japanners.
Als
Ach ja, als een mens in zijn leven
eens acht kapitale fouten niet maak
te, wat zou die mens dan wel niet
kunnen zijn.
leven is hij voluit gelukkig. Hij heeft
een baan en een vrouw gevonden en
hiermee een beschut en zinvol bestaan.
Maar dan roept het leger hem weg. Het
is oorlog en ook de jonge Slovik moet
naar het front. In de 372 dagen, dat hij
soldaat is, deelt zijn biograaf mee,
schrijft hij 376 brieven aan zijn vrouw.
Overgelukkig als hij is, kan Eddie
Slovik niet op tegen het geweld van de
wereld, die hem nu omringt. Elk hard
geluid verschrikt hem en tast zijn toch
al geschokte zenuwen nog verder aan.
Hij moet hier vandaan, weg, ver weg
van die verschrikkingen, spanningen
en wreedheden, die tezamen een oorlog
vormen. Hij wil terug naar huis, naar
de enige plek, waar hij zich veilig en
begrepen voelt. Eddie Slovik deserteert.
Volbewust en omdat hij zonder angst wil
leven. Maar weer grijpt de maatschap
pij in en nu eist zij zijn leven. Al dege-
enen, die de voltrekking van dit dood
vonnis bevorderden, waren op de hoog
te van Eddie Sloviks strafregister. Er is
zo stelt Huie uitdrukkelijk, geen rede
lijke twijfel mogelijk aan het feit, dat
deze wetenschap op hun beslissing van
invloed was. Had Eddie Slovik een
blanco strafregister gehad, hij zou nu
mogelijk nog hebben geleefd. Nu ligt
hij onder een steen zonder naam, met
moordenaars en andere misdadigers be
graven op een stuk grond, dat door
dicht struikgewas aan het oog van de
rechtvaardige wordt onttrokken. Uitge
stoten ook na zijn dood. En dit mede
door een brood, dat hij stal, toen zijn
maag leeg was en de maatschappij hem
óók alleen maar stenen te bieden had.
Eén van veren-
Het drama van Eddie Slovik is een
van de vele, die het leven oplevert.
Het is de tragiek van een zwakke, over
gevoelige natuur, die als kind al niet
tegen het bestaan met zijn vele, gecom
pliceerde eisen was opgewassen.
Die het slachtoffer was van omstandig
heden, waaraan hij zelf geen schuld
had, maar waaraan hij niettemin onder
geschikt was. De trieste geschiedenis
van een mens, die even goed ónze
naam had kunnen dragen
Maar wij stalen geen brood en evenmin
verduisterden we ooit geld, zeggen we
misschien. Nee, maar wij hadden
waarschijnlijk ook nooit honger en even
min zwalkten we in hopeloze armoede
en verlatenheid over de straat, koud en
eenzaam, zoals alleen een kind in een
grote stad eenzaam kan zijn. En kenden
we de verleidingen niet, waaraan een
mens blootstaat, die normaal niet aan
de slag kan komen en zich dan lang
zaam, rpaar onweerstaanbaar voelt weg
zuigen in de poel, die „misdaad" heet,
maar in vele gevallen met „menselijke
onmacht" beter is benaamd
Eddie Slovik was geen geboren mis
dadiger en toch verviel hij tot de mis
daad. Wij, U en ik en onze kinderen
zijn evenmin geboren misdadigers, maar
precies als in zijn geval, houdt zulks
niet in, dat wij op het rechte pad zul
len blijven als de omstandigheden zich
eens tegen óns keren. Het is een waar
heid, die voor ieder mens geldt en die
even reëel als leerzaam is. Leerzaam
in deze zin, dat wij op het gebied van
de misdaad niet kunnen en mogen den
ken alleen in termen van veroordeling
en vergelding. Door het laatste te doen,
negeren we immers hard en kortzichtig
de onvolkomenheden in onze maatschap
pij en in onszelf. Staat niet waar
schuwend en bezwerend boven de eeu
wen het Evangelie-woord: „Wie zonder
zonden is, werpe de eerste steen"?
Brood voor stenen.
Wie zou na het bovenstaande in alle
gemoedsrust stenen durven werpen naar
de nagedachtenis aan Eddie Slovik?
De maatschappij in zijn gespletenheid,
willekeur en onmacht deed en doet
zulks. Maar wij? U en ik Zouden wij
hier in plaats van stenen niet liever
brood willen zien Brood en begrip voor
Eddie Slovik en degenen, die zijn of
worden zoals hij,
Maar Eddie Slovik is dood. Gedood
door de maatschappij, die hem niet te
voeden, te kleden en te leiden wist. Er
zijn evenwel anderen dicht in onze ei
gen omgeving, die dat begrip en die
steun ook behoeven, willen ze niet van
kwaad tot erger vallen. U moest eens
kunnen praten met de vrouwen en
mannen van onze Reclasseringsinstel-
lingen, die in de misdadiger de méns
leerden zien. Midden in de harde, maar
vruchtbare practijk hebben zü geleerd
niet domweg halt te houden voor het
praedicaat „misdaad en misdadiger"; lie
ver dan te veroordelen', zoeken zij naar
middelen en wegen om die ontspoor
den terug te voeren naar een eerlijk,
proper en opbouwend bestaan, en wel in
de klare, inspirerende- wetenschap, dat
hiermee die mens én de samenleving
waarin hij struikelde, het best zijn ge
diend.
Dit is Christendom, dit is mensenmin in
zijn sterkste en schoonste vorm. U zou
Eddie Slovik het brood en het begrip
dat hij nodig had, niet geweigerd heb
ben? Wel, deel het dan uit aan die an
deren, die zijn als hij was. Door een
simpele gift op de aanstaande Natio
nale Reclasseringsdag. U bent er dan
zeker van, dat door U een méns wordt
geholpen en een gelukkiger besef is er
stellig niet!
Leo Uittenbogaard.
De eeuwig
loerende demon
Vanaf de oudste tijden tot op he
den werd de schroef met regel
matige tussenpozen aangedraaid.
Bij het woord belasting lopen de
meesten de rillingen over de rug. Het
is eigenaardig, maar belastingen zijn
nooit populair geweest, ook niet in
onze tijd, terwijl de hedendaagse mens
toch heel goed weet. dat het geld, dat
wij gezamenlijk opbrengen, praktisch
geheel te onzen eigen bate wordt ge
bruikt. Wanneer wij geen belasting be
taalden, zou de staat over geen cent
kunnen beschikken en zouden wij over
onverlichte en door verwaarlozing on
begaanbare wegen moeten gaan, kort
om de overheid zou totaal niets kun
nen doen voor het algemeen welzijn en
wij mogen verwachten, dat er geen en
kele particulier of groep zou zijn, die
uit philantropische overwegingen deze
taak overnam.
Toch zijn belastingen impopulair en
vermoedelijk vindt dit zijn oorzaak in
een bijna erfelijk geworden afkeer van
de bijdrage aan de overheid, aangezien
in vroeger tijden de gewone man meer
dan eens op onverantwoorde wijze werd
uitgeperst.
In oude tjjden.
In de Bijbel lezen wij reeds welke
belastingen in de vroegste tijden in Is
raël werden geheven. Ook toen klaag
de men en wij zijn nu geneigd te me
nen, dat deze mensen geen reden tot
klagen hadden. Zij brachten toch niet
meer dan de tienden op en wij ver
zuchten: „Was het nu maar zo!"
Onder de Israëlitische koningen werd
het anders. Men betaalde hoge belas
tingen, geheel of gedeeltelijk in natura,
soms in edele metalen ofdoor he
rendiensten, dat wil zeggen door per
soonlijke arbeid in dienst van de over
heid, waarvoor men geen beloning ont
ving. In oorlogstijd kwamen daar de
oorlogsbelastingen bij en dan werd in
derdaad de schroef wel zeer sterk aan
gedraaid.
Dit was echter niets vergeleken bij
de belastingen of schattingen, die opge
bracht moesten worden onder vreem
de heersers. Een vorm van ware af
persing. De vorsten, die zo min moge
lijk moeilijkheden wensten bij het in
nen van de belasting, verpachtten de
ze. De pachters stortten de gewenste
som en moesten maar zien, dat zij het
geld van de bevolking terug ontvingen.
Nu, dat was hun wel toevertrouwd. De
meesten werden er schatrijk van, om
dat ze veel meer terugeisten dan zij
zelf gestort hadden. Grote delen van
de oogst dienden tevens als belasting
afgedragen te worden.
Grieken en Romeinen.
De Grieken bestreden een groot deel
van hun staatsuitgaven uit de opbrengst
der domeinen, mijnen, slavenarbeid en
schattingen aan overwonnen volkeren.
De ambtenaren genoten geen salaris en
werden geworven uit de welgestelde
stand. De vrije burger was niet be
lastingplichtig.
Slechts voor slaven diende men per
slaaf 'n bepaald bedrag per jaar te be
talen. De Griek beschouwde belasting
op zijn grond, op de inkomsten uit zijn
beroep of op zijn persoon, als een vorm
van tirannie.
De tollen vormden in het oude Grie
kenland een belangrijke bron van in
komsten voor de staat. Er werden hoge
in- en uitvoerrechten geheven, waar
door de staat toch aan het benodigde
geld kwam.
Ook de Romeinen kenden de belas
ting en wel in een vorm van vermo
gensbelasting. Om de vijf jaar werd 'n
schatting gehouden van alle burgers.
Men moest dan alle tot. zijn familie
behorende personen opgeven, vrijen zo
wel als slaven, aantal en grootte der
landerijen en kudden, kortom zijn ge
hele vermogenspositie. Aan de hand
van deze gegevens werden de Romein-
-se burgers in vijf klassen verdeeld, die
naar verhouding werden belast. Wie 'n
valse opgave deed, kwam voor de beul,
geen halve maatregel dus. Later, toen
de Romeinse staat door de vele ver
overingsoorlogen een constant gebrek
aan geld had, werden ook belastingen
geheven op verhandelbare goederen als
zout en dergelijke, terwijl bovendien
tol-, successie- en beroepsrechten en
verschillende cijnzen werden geheven.
De latere ontwikkeling.
Van Karei de Grote weten we reeds,
dat hij koninklijke rechten op de han
del hief, terwijl zijn ambtenaren in de
verschillende gouwen door de inwo
ners moesten worden betaald. Legers,
die hij ergens stationneerde, moesten
door de bevolking van die streek wor
den onderhouden en hieruit groeide
in de loop der tijden regelmatige be
lastingen, die wij wereldlijke belastin
gen noemen.
De kerk hief reeds sinds eeuwen ook
belastingen in de vorm van bijdragen
voor verschillende geestelijke bedienin
gen als doop, huwelijk, begrafenis etc.
In de loop der tijden werd de belas
tingdruk, uitgeoefend door kerk en we
reldlijke overheid verschrikkelijk zwaar.
Boven deze belasting hieven dikwijls
ook de plaatselijke heren nog belas
ting, zodat het voorkwam, dat de mid
deleeuwse burger geen voet kon ver
zetten of het kostte geld. Hij moest be
talen voor het gebruik maken van de
weg, het oversteken van een rivier,
voor het recht voétganger te zijn, voor
CÖCI0C^0ra0OCK)<X)0O0!0a00K)G0
8 Ter gelegenheid van ons 12Yz--jarig huwelijks-
Q feest op Zondag 11 September a.s. geven wij q
g gelegenheid tot feliciteren op q
q Maandag 12 Sept. d.a.v. na 4 uur aan huis. q
0 H. J. HARTSUIKER
8 W. M. HARTSUIKER-KOLKMAN g
CKJCSO'JOOiOOÉOCXJQOCXJCiOQOCOW
CANDIDAATSTELLING
Het Dagelijks Bestuur van het Waterschap ,.De
Schipbeek" brengt ter openbare kennis, dat in de
week van 25 September t.m. 1 October 1955 can-
didaten gesteld kunnen worden ter vervulling van
de vacatures in het Verenigd College, wegens
periodieke aftreding per 1 Jan. 1956, van de heren:
H- J. ROERINK voor het kiesdistrict Haaksbergen.
G. E. KORMELINK te Rietmolen en G. W. LOO-
MAN te Neede voor het kiesdistrict Neede.
A. J. SLIGMAN en H. KOTTELENBERG voor he+
kiesdistrict Markelo.
H. J- HAZEWINKEL te Laren en H. BELDMAN te
Holten voor het kiesdistrict Bathmen.
Formulieren voor deze candidaatstelling zijn kos
teloos verkrijgbaar op het kantoor van het water
schap te Markelo.
Voor de vele blijken van
belangstelling, die wij van
familie, buren en kennis
sen ter gelegenheid van
ons gouden huwelijk heb
ben ontvangen, zeggen
wij langs deze weg harte
lijk dank.
A. NIJENHUIS
G. D. NIJENHUIS-
PASOP
Holten, Sept- '55.
Biggen te koop» w.o.
B.B- zeugjes, bij G. J.
Rensen H.Wzn., Espelo
79, Holten.
Gevraagd voor 3 of 4 d.
p. week Net Meisje als
hulp in de huishouding,
zelfst. kunnende werken,
bij Wed. alleen. Liefst
ouder dan 25 jaar.
Wed- G. D. Müller, Dorps
straat 63, Holten.
het meevoeren van een lastdier, voor
het gebruiken van een voertuig, voor
het bezoeken van een markt, voor
het bijwonen van kerkdiensten, voor
het binnengaan en verlaten van 'n stad,
voor het recht handel te drijven, voor
het uitoefenen van een beroep, kort
om voor bijna alles. Een grote onbillijk
heid bleef, dat in verschillende lan
den adel en geestelijkheid vrij waren
van belasting betalen. Dit heeft eeuwen
geduurd, totdat er in de 18e eeuw ver
andering in kwam.
Honderd maal zoveel.
Steeds sterker werden de stemmen,
die om rechtvaardigheid riepen en zo
kwam het, dat in die periode getracht
werd om te komen tot een billijke ver
deling van de staatslasten over alle
burgers. Hier heeft in de loop der tij
den ook wel een en ander aan geman
keerd, maar het streven was lofwaar
dig en men poogde de belasting zo
danig te verdelen, dat 'ieder zo min
mogelijk last had en de staat toch aan
zijn trek kwam. Dat dit tot op heden
nog niet gelukt is, weten we en dit
vindt zijn oorzaak in het feit, dat de
staatshuishouding steeds duurder werd.
Wanneer wij weten, dat in het jaar 1850
de staatsontvangsten in totaal 60 milli
oen beliepen en momenteel ruw ge
schat 6.000 millioen, dan zien we wel
waar de schoen wringt, al moeten we
rekening houden met het verschil in
levensstandaard in 1850 en nu. Wij be
talen gemiddeld per hoofd ongeveer
honderd maal zoveel belasting als in
1850; dit zegt wel iets.
Gelukkig leven we in een democrati
sche staat, waar regelmatig rekening
en verantwoording van staatsuitgaven
en inkomsten worden afgelegd, zodat
we tenminste weten wat er met onze
offers gebeurt.
Vroeger was dat anders. Men betaal
de en men zag er niets van terug, al
leen vorsten en adellijke heren zag
men goede sier maken van de pen
ningen van de burgers. Zo boekten we
toch in zekere zin een vooruitgang!
De beruchte „borreikaart" wordt
ingetrokken. Sterke benen no
dig om de weelde der vrijheid te
kunnen dragen.
De Zweden drinken graag. De koning
drinkt appelsap, de koningin bier en ro
de wijn, de rest van de bevolking voor
al brandewijn. Wat niet verhindert, dat
melk de nationale drank aan tafel is.
Net zoals men zoete bloedworst en
zure haring op de spijskaart vindt.
Maar sterke drank was tot nu toe
streng gerantsoeneerd. In de restau
rants kon men op bepaalde uren een
glaasje krijgen en alleen in combina
tie met een maaltijd. Dames kregen
maar een half rantsoen en thuis mocht
men hoogstens drie flessen per maand
verteren. Men kreeg tenminste niet
meer dan dat op de rantsoenerings-'
kaart in de staats-alcoholzaken, die het
monopolie hielden voor alcohol. Een
misstap en de kaart werd ingetrok
ken; de eigenaar naar de zwarte markt
verwezen.
Het was een systeem, deze rantsoe
neringen, dat statistisch juist was,
maar in de praktijk precies tot het te
gendeel leidde van wat men had ge
hoopt: beperking van het drankmis
bruik. Het alcoholgebruik per hoofd
daalde weliswaar, maar het aantal
drankmisbruikers steeg. Ook het aan
tal drinkers. Wie vroeger niet dronk,
vond, dat hij in ieder geval zijn rant
soen maar moest kopen. Alcohol werd
schaars en hoe strenger de rantsoe
nering, des te groter werd het verlan
gen naar de verboden roes. Voorzich
tige officiële schattingen toonden aan,
dat één op de tien Zweedse loontrek
kers bij de 200.000 mensen behoort, die
worden verdacht van alcoholmisbruik.
Meer dan 20.000 Zweden staan bekend
als gevaarlijke kwartaaldrinkers, onder
voortdurend toezicht, 2000 bevinden zich
in de inrichtingen, waar men tracht
deze ongelukkigen te genezen. Een der
de deel van alle echtscheidingen is ge
baseerd op drankzucht van de partner,
de helft der verkeersongevallen komt
ten laste van alcoholisten, twee van
de drie jeugdige misdadigers handelden
in dronkenschap. Het hele systeem was
dus een trieste mislukking.
Na acht jaar werken heeft de „nuch
terheidscommissie" de regering de her
vormingsvoorstellen voorgelegd voor
bestrijding van het drankmisbruik en
het parlement heeft na vurige debat
ten besloten de alcoholverkoop vrjj te
geven van 1 October 1955 af. Tegelij
kertijd heeft men een paar millioen
kronen geïnvesteerd in 'n onthoudings
campagne. Men wil de val in de vrij
heid opvangen met een paar stootkus
sens, omdat men bezorgd is over de
mogelijke gevolgen van de plotselinge
vrijheidsroes.
Tegelijkertijd vraagt men zich af, wat
nu eigenlijk de oorzaak is van die Zweed
se dorst. De voorlopige diagnoses zijn
onbetrouwbaar. Velen beroepen zich op
't slechte klimaat. Maar diezelfde „ver
klaringen" vinden ook deEuropese
planters in Indië en Afrika voor hun te
hoge whiskeyverbruik. Er werd vast
gesteld, dat men aan de Evenaar even
veel drinkt als aan de Pool-cirkel
wanneer men zichzelf niet in de hand
heeft. Anderen willen de oorzaak zien
in de traditie van de Vikingers. Velen
beschuldigen ook de lange winternach
ten, de slechte aanpassing van de boe
renbevolking aan het stadsbestaan, ver
der nog de goede verdiensten en de ge
borgenheid in de welvaartsstaat.
De „vrijheidskuur".
Waarschijnlijk is het Zweedse alco
holisme ontstaan onder iets van al deze
invloeden. Zeker is, dat het werd ver
hoogd door de drastische beperkingen
van de rantsoenen in de laatste veertig
jaar. Nu wil men het proberen met
een vrijheidskuur. De onthouders vre
zen een catastrophe. Zij hebben blijk
baar geen vertrouwen in hun „natte"
medeburgers en voeren allerlei „droge"
argumenten in het veld tegen de ge
vreesde orgiën op de dag van de ko
mende „October-r evolutie".
Plakkaten en bladzijden vullende ad
vertenties, brochures en bulletins, ma
nen tot nuchterheid. In de bioscopen
lopen waarschuwende korte films.
Onthoudingsorganisaties houden mas
sa-vergaderingen; alle politieke partijen
steunen de voorlichtingsstrijd.
De minister van financiën, zelf melk-
drinker, wrijft zijn handen, omdat hij
de accijns op alcohol mocht verhogen.
Men belooft een reductie van 50 pet. op
verzekeringspremies van automobilis
ten, door op het etiket te zetten: „Denk
aan je vrouw" of „Vergeet je kinderen
niet". Automobilisten krijgen een in
signe, dat ze op tafel kunnen leggen,
zodat de kellner geen sterke drank ser
veert.
Met andere woorden: men doet alles
om de burger zijn verantwoordelijk
heid te ontnemen zo critiseren de
minder bange doorsnee-drinkers, die de
mening zijn toegedaan, dat zelfcontrole
niet met propaganda kan worden ge
leerd. „Deze onzinnige barricadegevech
ten zijn naïef en zouden bovendien
nog w-el eens heel verkeerd kunnen
uitpakken", zei een arts, die alcoholis
ten behandelt, „niemand heeft het recht
om voogd te spelen over zijn medebur
ger. En hoe minder drukte men maakt
over deze veranderingen, hoe beter".
„Zoveel lawaai over een glaasje je
never", vinden de nuchter-denkende,
(maar af en toe him cognac op prijs
stellende) Zweden; „als de Denen en
Noren en Hollanders en Engelsen de
verlokkingen van vrije alcohol kunnen
weerstaan waarom dan de Zweden
niet?"
Ook achter U rijdt het verkeer.
Vergeet dat toch niet telkens weer.
VEILIG VERKEER.
Fietst niet in rijen naast elkaar,
U brengt Uzelf in groot gevaar.
VEILIG VERKEER.