I 8 Honderdvijfentwintig jaar geleden voltrok zich in Holten een grote catastrofe* Het Dorp brandde bijna geheel af* De geschiedenis van Petertje Knabbel als „autorenner" Onze Schoolreis Wrijf üou eis fPijrs Op een van de klokken, die voor dat ze in 1943 door de bezetter uit de dorps toren werden weggeroofd, elke dag hun blijde en ook droeve klanken over deze omgeving lieten weergalmen, stond het volgende gedicht te lezen: Een vuurgloed brak voor elf jaren Op deze dag mijn klanken af En dreigde alom met doodsgevaren; Doch God was het, die redding gaf, Daar 'k nu mijn taak weer horen laat, Tot nut van Kerk en Burgerstaat. Holten, den 16 Junij 1840. Concordia me fecit (Eendracht heeft mij gemaakt). Het was Woensdag 16 Juni j.l. dus 125 jaar geleden, dat het Dorp Holten door een catastrofale brand bijna geheel werd verwoest. In ons blad van Dinsdag, 23 December 1952 hebben wij destijds een uitvoerige beschrijving gegeven van de wijze waar op zich deze ramp voltrok en drukten we een prent af ons door de familie Starreveld te Den Haag tijdelijk ter be schikking gesteld en welke thans in de raadszaal van het gemeentehuis alhier is opgehangen waarop deze rampspoed stond afgebeeld. Hieronder volgt nog eens de omschrij ving van deze historische gebeurtenis, zoals wij haar dezer dagen in de Zwolse Courant vonden opgetekend, en welke ontleend is aan het boekje „Holten voor omstreeks honderd jaar" door A. J. Goldstein. Dagenlang brandde de zon. Het is een drukkend hete zomermid dag. Dagenlang is er geen druppel regen gevallen. De lucht trilt van de hitte. Vrouw Bissehers is bezig met de voorbereidingen voor de avondmaaltijd. Plotseling slaat de vlam in de half met olie gevulde pan en in een ommezien is he gehele keukentje één vuurzee. On danks de schrik doet vrouw Bosschers nog een poging de brand te blussen, doch het vuur grijpt zo snel om zich heen, dat het beetje water in een vlakbij staande emmer met recht slechts een druppel op een wel zeer hete plaat is. Het is niet meer mogelijk het vuur tegen te houden. Het rieten dak van de woning vat vlam en met de dikke rookwolken gaan vonken en brandend riet de lucht in. Een verderfelijke regen daalt neer op de omliggende woningen, alle even eens van rieten daken voorzien. De zon heeft gebrand, onafgebroken dag in dag uit. Het vuur vindt gretig en veel te veel voedsel. Er zijn niet veel ooggetuigen aanwezig, men werkt op he tland, maar de knecht van Vincent weet later toch mede te delen, hoe het vuur van dak op dak oversloeg. Al roepend om hulp tracht Vincents knecht nog de toren te bereiken om de brandklok te luiden. Helaas, de vlammen zijn hem reeds voor. Het hoge pannen dak van de kerk aanwezig, men werkt op het land, maar de wind schijnt zulk een kracht te heb ben, dat de vuurzee zich bij het kerk gebouw in tweeën splitst om zich achter het Godshuis weer te verenigen. Het duurt niet lang of ook de kerk is een prooi der vlammen, zelfs de met een spaandak gedekte toren kan het niet meer houden en is eveneens tot onder gang gedoemd. Geheel het dorp wordt het toneel van instortende gebouwen of reeds smokende puinhopen. Het landvolk, op het gezicht van de huizenhoge rookwolken van het veld komend, kan vrijwel niets meer red den van de inboedel der huizen. De hitte is te groot en het wordt levensgevaar lijk tussen de brandende huizen in. Groe zelig is de lucht van neerdwarrelend stof en rook. Zelfs brandende stukken spek worden omhooggeworpen. Het is een groot geluk dat het meeste vee naar de weiden is gebracht op deze zomerdag. Twee paarden van de landbouwers Zwiers en Luttikhuis komen echter jam merlijk in de vlammen om. (Volgens an dere bronnen gingen ook vijf varkens verloren). Persoonlijke ongelukken doen zich in het geheel niet voor. Aan blussen valt niet te denken, water is in wijde omtrek niet in voldoende mate aanwezig. De uit naburige gemeenten toegesnelde brandspuiten moeten onver- richterzake terugkeren. Een dramatisch ogenblik is het voor zeker, als in de grote verwarring met doffe, zware slag de beide kerkklokken naar beneden storten. Binnen een uur is vrijwel het gehele dorp in as gelegd: 49 huizen en 5 schuren, de toren en kerk zijn een rokende ashoop, waartussen hier en daar zwart geblakerde muren staan. Van dit „voorheen zo welvarende dorp" blijven slechts elf woningen in de omge ving van de oude standaardmolen ge spaard. Grote schade, maar gemeentekas gered. De schade was groot. De gemeente ontvanger had de tegenwoordigheid van geest, gehad de gemeentekas te redden, slechts een dertig gulden ging verloren. Maar in de kerk ging ook het nog vrij nieuwe orgel in vlammen op. De apo theek van de plaatselijke heel. en vroed- meester bleef evenmin gespaard. Mees ter Helderman kon noch van school noch van eigen huis ook maar iets redden, en zijn voorraad schoolboeken was nog wel 22 gulden waard. Ubrink uit Groenlo, een bekend koopman, was wel bijzonder on gelukkig. Ronddtrekkend dooi; de ver schillende dorpen en op de onderschei dene marktdagen, had hij een grote hoe veelheid koopmansgoederen bij de kas telein Schuitert opgeslagen. Tot een waarde van drie duizend gulden ging verloren. De hulpverlening was groot en enige juist in het dorp vertoevende vreemdelingen stelden de eerste gif ten ter beschikking aan de latere voorziter van het hulpcomité, J. Pakkert. Er was echter ook veel no dig voor 270 dorpelingen, volkomen dakloos, zonder enig bezit en ver stoken van de meest nodige levens middelen. Het hulpcomité richtte zich tot de pu blieke lichamen, deed een oproep in de pers plaatsen „wordende elk die van het zijne iets ter ondersteuning onzer zoo zeer getroffene dorpelingen wil afzonderen, vriendelijk verzocht hetzelve aan de on- dergeteekenden te bezorgen". Nog grotere vormen nam de hulpver lening aan. De Gouverneur van de pro vincie, H. C. Bentinck, richte een officiële oproep tot alle ingezetenen van zijn ge west en „brengt mits dezen ter kennis van zijn onderhorigen" dat op 13 Juli een algemene collecte zou worden ge houden, te organiseren door de kerkbe sturen, terwijl de predikanten werd ge vraagd in de godsdienstoefeningen „de ramp op treffende wijze te schetsen". Inderdaad er kwam veel hulp, veel geld. Het vertrouwen van de Gouverneur werd niet beschaamd, daar hij bij zijn aanbeveling had getuigd, dat „een uit voerige opwekking als overtollig zal kun nen worden beschouwd, daar toch een ieder bij zijne gifte indachtig zal zijn aan den zegen, die hij genoot van voor zodanige ramp te zijn bevrijd gebleven en de verpligting, welke daardoor op hen rust om ter verzachting van het lot hunner ongelukkig geworden landgeno ten zoveel mogelijk bij te dragen". Herbouwd in oude trant. Holten werd herbouwd in de oude trant. Er kwamen nog wel enkele onge regeldheden voor bij de hulpverlening, daar sommige heethoofden meenden, dat niet een ieder aan zijn trek kwam. Lang zaam herstelde zich Holten, men schafte zich 27 jaar later een paar brandspuiten aan, maar het water bleef schaars en moeilijk bereikbaar. Later vergezelden vier nachtwachten met lange pieken de klepperman op zijn nachtelijke tochten. Overdag deden zij o.m. als doodgraver dienst. Maar 't bleef gelukkig bij die ene ramp, die ene grote onheilsdag, 16 Juni 1829, in Holtens his torie. 45. Meneer Huppel kan zelf niet mee gaan zoeken, want hij heeft een afspraakje om op jacht te gaan. De beide vrienden weten nu tenminste wat meer. Petertje een wagentje? Dan zal hij wel aan het rijden zijn geweest op de heuvels. Ze gaan nu heuvel op, heuvel af en alle gaten en hoekjes zoeken ze af. Maar Petertje vinden ze niet. „Wie weet", denkt vader Knabbel, „heeft Kat, de stroper, hem wel gevangen". 46. De maan kijkt ernstig toe. Kon hij ze nu maar wijzen waar Petertje ligt te kermen en te huilen. Hij wil ze de weg wel wijzen, maar ze letten niet op hem. Pa muis begint nu te roepen: „Petertje, waar ben je?" Hij wordt er hees van. Prikstra zegt ineens: „Hoor ik daar niet iemand piepen?" Knabbel meent ook, dat hij wat hoort. Vlug gaan ze verder in de richting, waar het geluid vandaan moest komen. Bij zonnebrand, do.orzic- cen, schrijnen, smetten Men schrijft ons uit Dijkerhoek: Woensdag, Donderdag en Vrijdag hebben we onze driedaagse schoolreis gemaakt, d.w.z. de 6e, 7e en 8e klassen van Dijkerhoek en Espelo. De Espelo-ers waren mooi op tijd in Dijkerhoek en vandaar vertrokken we 's morgens om ruim half acht, met fiet sen, volgepakt met bagage, over zand en verharde wegen op Zutphen aan, waar we de drukkerij van de N.V. W. J. Thieme Cie bezichtigd hebben. Hier werden we door verschillende heren rondgeleid, nadat iemand van de direc tie ons welkom het geheten en ons in grove trekken had uiteengezet, hoe het drukken van boeken en kranten gebeur de. Vroeger, zo zei hij, moesten alle boe ken stuk voor stuk geschreven worden, maar tegenwoordig worden er duizen den per dag gedrukt. Wij zagen, hoe dat allemaal in zijn werk ging. Eerst worden de letters ge zet; wij kregen allemaal een metalen stempel met onze eigen naam er in spie gelschrift op. Vandaar kwamen we in de drukkerij, waar de boeken en kran ten gedrukt worden en tot slot in de binderij, waar ze gevouwen, genaaid of gebonden worden. Ontzettend veel machines zagen we, de een nog meer ingewikkeld dan de andere. Mensen van allerlei leeftijd za gen we aan het werk. Ze leerden ons ook nog, wat voor namen de kanten van zo'n boek allemaal hebben. De boven kant heet de kop, de linkerzijkant de rug en de onderkant de staart. Met een lekker glaasje ranja en een beetje meer geleerdheid verlieten we, na een hartelijk bedankje, de drukkerij. We hebben nog een poosje in Zutphen vertoefd om onze boterhammen op te eten. Over de hoge IJsseldijk, waar we nog even afdaalden om een boot van dicht bij te zien voorbijvaren, gingen we via Baak en Hengelo naar de Slangenborg, een kasteel bij Doetinchem, prachtig ge legen tussen de bossen. Hier kregen we bandenpech, zodat de plakploegen van beide scholen aan 't werk konden ko men. Hier was nog een aardig herten kamp. De jongens gingen tijdens deze pauze aan 't voetballen, met het gevolg, dat de bal al gauw over de afrastering ging. Een tweetal jongens werden de helden van de dag, want. met ware doodsverachting schaarden ze zichzelf bij de reebokken in en 't misstond hele maal niet, ze hadden er eigenlijk best kunnen blijven. Alleen zouden ze dan de rest van het reisje gemist hebben en daarom mochten ze dan ook weer terug komen. Zonder verdere pech en zonder dat iemand erg vermoeid bleek, kwamen we in de jeugdherberg te Terborg aan, waar de vader ons hartelijk welkom heette. Diezelfde avond maakten we nog een wandeling naar kasteel Wisch en na de warme maaltijd zijn we nog naar 't sportveld geweest. Natuurlijk moesten enkelen eerst helpen bij de afwas en 't piepers jassen. Ook moesten we zelf de bedden opmaken. Het eten was er erg lekker. In bed hebben we eerst nog al wat pret gemaakt, maar omdat we 'de volgende morgen vroeg zouden ver trekken, was het tegen half elf toch stil en sliep iedereen. De volgende morgen gingen we na 't ontbijt al vroeg op stap. Nu ging het via het Montferland naar Hoog Elten. Het terrein was hier erg heuvelachtig, maar wel heel mooi. Op het terras van een hooggelegen hotel, vlak aan de grens, waar je een prachtig uitzicht had en waar je in de verte Kleef en Emmerik kon zien liggen, aten we onze boter hammen op met een glas ranja of melk. Hier mochten we toen een uur vrij rond lopen, om alles te zien. Ook konden we hier bij de grensbomen komen, waar een douanepost was, die de fietsen en auto's controleerde. Ik vergat nog te schrijven, dat we op de heenreis „Huize Bergh" bij 's Hee- renberg bezichtigden. Een prachtig kas teel! Van Hoog Elten gingen we langs een andere weg via Doetinchem naar het Groenendaal, waar we in de speeltuin gingen. Terug in Terborg was er nog tijd ge noeg om te gaan wandelen of naar het sportveld te gaan, waarvan we dank baar gebruik maakten. Deze middag arriveerde er ook een school uit Arn hem en dit waren behoorlijke drukte makers. 's Avonds moest er nogal eens gewaarschuwd en gebromd worden, voordat allen sliepen. De andere morgen zaten we om half acht al kant en klaar aan 't ontbijt. Het was de laatste dag en.nu regende het. Toch gingen we met frisse moed op weg en kwamen nog voor de middag bij 't Erve Kots in Lievelde, nadat we onderweg 'nog een keer hadden aange legd. 't Is een soort van museum-boer derij, waar je nog goed kunt zien, hoe de mensen zich vroeger moesten behel pen. Ook waren er een boel urnen, an tieke kasten, een weefgetouw, een staf kaart van Napoleon, te veel om op te noemen. De bewoner, een oude boer van 75 jaar, kon er leuk van vertellen en hij speelde ook nog voor ons op zijn trek- harmonica. Oude en nieuwe liedjes en af en toe zongen we lustig mee. We konden hier onder 't genot van een flesje chocomel onze boterhammen oppeuzelen en daarna gingen we naar Borculo, waar we 't zwembad ,,'t Gal genveld" bezochten, 't Weer was best en we waren bijna niet nat geworden. Na 't opereren van een lekke band kwamen we tenslotte bij de speeltuin van hotel Roelofsen in Diepenheim aan. Daar we te weinig brood hadden mee genomen, werden enkele grote meisjes uitgestuurd om brood, boter en koek. Daar kikkerden we weer lekker van op en zo kwamen we opgeruimd via de weg langs de Volkshogeschool en over de Borkeld in ons dierbare Holten terug. Het was mijn laatste schoolreis, maar toch, als het niet. te overdreven klinkt, zeg ik: „Het was een knal-schoolreis". SCHRIKDRAADINSTALLATIES MOETEN JAARLIJKS GEKEURD WORDEN. De Rijkspolitie heeft enkele landbou wers bekeurd, omdat zij nagelaten had den hun schrikdraadinstallatie door een deskundige te laten onderzoeken of al thans de verklaring van dit jaarlijks on derzoek niet aan de bevoegde instanties hadden ingezonden. Voorts werd proces verbaal opgemaakt wegens het zonder toestemming van het gemeentebestuur leggen van een verbindingskabel door of het overkruisen van een openbare weg. Men neme tijdig zijn maatregelen, de fecte installaties zijn een gevaar voor mens en dier. PAARDENKEURINGEN. Vanwege de afdeling Overijssel van de Kon. Ned. Vereniging „Het Ned. Trek paard" hebben op Dinsdag, 22 Juni a.s., des voormiddags 10 uur bij café „Het Bonte Paard" te Dijkerhoek keuringen plaats, o.a. een keuring van merriën voor opname in het keurstamboek en hulp boek en een premiekeuring van veulens en voorkeuringen voor de centrale pre miekeuring te Hardenberg op 25 Augus tus a.s. BURGERLIJKE STAND. Geboren: Gerritdina, dv. A. J. ter Maat en G. Hoevink, Deventerweg 38. Ondertrouwd: Gerrit Jan Hoekman, 28 jr., Gorssel en Janna Egberts Teese- link, 23 jr., Holten. Jannes Boode, 24 jr. en Hendrikje Vorkink, 24 jr., beiden te Holten. Marinus Achterkamp, 24 jr. en Francisca Cornelia Willekes, 24 jr., beiden te Holten. - Jan Willem Al- tink, 23 jr. en Marie Achterkamp, 22 jr., beiden te Holten. Gehuwd: Jan Aanstoot, 26 jr. en Aal tje Paalman, 23 jr., beiden te Holten. BEVOLKING. Vertrokken: E. Rozendom, echtg. van G. Stoffer, van Rietmolenstraat 6 naar Diepenveen. G. den Heijer, van Kol- weg 12 naar Haarlem. G. Harens, van Oranjestraat 21 naar Hardenberg. J. Mossink, van Kolweg 57 naar Rotter dam. S. Theijn, van Oranjestraat 3 naar Rotterdam. PREDIKBEURTEN. Ned. Herv. Kerk. Holten. 8.30 uur Ds Knipscheer en 10.30 uur Ds Knip- scheer (Bevestiging ambtsdragers). In beide diensten collecte voor Kerk en Ziekenzorg. Dijkerhoek. 10 uur Ds. Israël. Collecte voor Kerk en Ziekenzorg. Geref. Kerk. 10 en 3 uur Ds Hoogkamp. In beide diensten is de derde collecte bestemd voor de Theol. Fac. aan de V.U. te Amsterdam. weg met DAMP© AMUSEMENTS-VOETBAL Rijssense gemeente-ambtenaren wonnen van Holtense collega's. De pl.m. 500 bezoekers, die Maandag avond naar het Sportdal waren gekomen om het gemeentepersoneel van Holten en Rijssen te zien voetballen ten bate van het Rode Kruis, hebben waar voor hun geld gekregen. Niet dat de ontmoe ting technisch op hoog peil stond, doch uit oogpunt van amusement bezien kwam het publiek ruimschoots aan z'n trek. Een technisch hoogstaande wedstrijd zal ook niemand hebben verwacht. Toch za ten er in beide ploegen enkele spelers, die, dit was duidelijk aan hun spel te zien, actief lid van een club zijn of nog niet zo heel lang geleden voor een vereniging uitkwamen. Bij de Holtense ploeg viel Nijhuis op en hij was het ook, die in het laatste kwartier van de wedstrijd niet minder dan 3 maal de Rijssense doelman het na kijken gaf. Helaas miste Fokke Petter in de laatste minuten een pracht kans, zodat de mensen uit de stad van de jute met de overwinning gingen strijken, wat gezien 't vertoonde spel niet onverdiend mag worden genoemd. Het eerste kwartier van de wedstrijd gaven burgemeester Enklaar (die als aanvoerder fungeerde*) en z'n jongens de toon aan. Steeds weer kreeg de Holten se voorhoede fraaie kansen om te sco ren, doch deze voorhoede had van doel punten maken geen kaas gegeten, al moeten we er bij zeggen, dat de Rijssense doelman behoorlijk voor zijn taak was berekend. Hetzelfde kon gezegd worden van Hosmar, die bij Holten onder de lat stond. Hij maakte een betrouwbare in druk en dat Holten met 43 verloor is zeker niet zijn schuld. Faber, die blijk baar binnen de lijnen was gekomen met de vaste wil om een doelpunt te maken, plaatste de bal in eigen doel, aangezien hem dat bij de tegenpartij niet wilde luk ken. Jammer was het voor de Holtenaren, dat hun aanvoerder na de rust verstek liet gaan. Niet zo zeer om het vertoon de spel (de gemeente-secretaris, die na de rust meespeelde, was zeker zo goed als de burgemeester), doch de ploeg kreeg door het uitvallen van de captain een morele klap, die men pas in het laat ste kwartier te boven kwam. Zoals reeds gezegd was het in deze laatste 15 minuten alles Holten wat de klok sloeg en werd zo waar de 40 ach terstand nog ingelopen tot 43. Een uitslag, waarmede beide partijen tevreden kunnen zijn. De 3e partij, die tevreden kon zijn was de penningmeester van het Rode Kruis, de heer W. ten Berge, want hij kon aan de ontvangstzijde van zijn kasboek note ren f 86.20. De wedstrijd werd geleid door Jan Ro- meijn, die deze avond geen zware taak had. GEVONDEN EN VERLOREN VOORWERPEN. Gevonden: Lipssleutel; dasspelj zilveren armband; kentekenplaat; gi blokt damessjaaltje; nagelgarnituv sleutel; tang. Verloren: kinderportemonnaie metï houd; tasje met gereedschap; tas ra; inhoud; portemonnaie met inhoud. VOOR HET RODE KRUIS. Het Bestuur van de afdeling Holte van het Ned. Rode Kruis verzoekt o: mede te delen, dat de kaartverkoop v: de voetbalwedstrijd Gemeentepersone; HoltenGem.perosenel Rijssen f 86.: heeft opgebracht, welk bedrag gehe; ten goede is gekomen aan de kas va het Rode Kruis. Het betuigt langs deze weg gaarne zf hartelijke dank aan allen, die aan h: verkrijgen van deze mooie opbreng hebben medegewerkt. Een voorbeeld d; navolging verdient. UITSTAPJE KLANTEN EN PERSONEEL Fa. C. A. MüLLER Z Begunstigd door fraai zomerwe-; maakte de firma Chr. A. Müller Dim dag 15 Juni j.l. met klanten en persons, per O.A.D. touringcars een uitstap; naar de kop van Overijssel. Via Ommen en Meppel werd na: Giethoorn gereden waar koffie werd g( dronken. Een aantal dames en here maakte een tochtje per punter door Ho: lands Venetië, terwijl de andere groe de voorkeur gaf aan een rustige wande ling door dit schilderachtige dorp. Van Giethoorn werd de reis voortgezé via Vollenhove dwars door de Nooró Oost-Polder, naar Urk, waar de inwer dige mens werd versterkt. De dame kregen op het voormalige eiland ruim schoots gelegenheid om de was öi overal boven de straten wapperde o! helderheid te keuren. In Harderwijk werd een tocht pe motorboot gemaakt langs de Zuiderzee wei-ken. Op de terugreis werd nog ee bezoek gebracht aan de bekende ui spanning „Prins Bernharddal" bij Apt doorn, waar men zich geruime tijd ko: telijk amuseerde. Hoogst voldaan kwam het gezelscty' om half elf in Holtetn aan. Officiële publicaties HOOIBROEI. De burgemeester van HOLTEN dring met het oog op het gevaar voor het onv staan van brand door hooibroei, er b| j de belanghebbenden op aan, de nodig' waakzaamheid in acht te nemen en tijdb' voorzorgsmaatregelen te treffen, india hooibroei in belangrijke mate wore? waargenomen. Tevens wordt herinnerd aan de in te algemene politieverordening dezer ge meente gegeven voorschriften met bt trekking tot hooibroei, alsmede aan ha bepaalde in artikel 158 van het wetboeï j van strafrecht. Ingevolge dit artike; wordt ieder aan wiens schuld waar onder tevens wordt verstaan onvooi zichtigheid, achteloosheid, nalatigheic verzuim of gebrek aan voorzorg bran: te wijten is, gestraft, t.w.: a. indien door de brand gevaar voo; goederen ontstaat, met gevangenis. straf of hechtenis van ten hoogst; drie maanden of geldboete van tó hoogste f 600. b. indien door de brand levensgeval voor een ander ontstaat, met gevate genisstraf of hechtenis van ten hoog ste f 600. c. indien de brand iemands dood ten gevolge heeft, met gevangenisstraj of hechtenis van ten hoogste eeri jaar. HOLTEN, 18 Juni 1954. De burgemeester voornoemc W. H. ENKLAAR. Bent U van plan links af te slaan, Geeft dan op tijd de richting aan! VEILIG VERKEER. 1

Erfgoed Rijssen-Holten

Holtens Nieuwsblad | 1954 | | pagina 2