6e moeó emn te houóen SPELLETJES om Klachtenhoek van een bedrijfsjournalist In elke volwassene zit nog het kind dat graag speelt. Meestal is het onmogelijk aan die nei ging toe te geven. Slechts een enkele keer lukt het. Wanneer je als man van in de veertig alleen op straat met een bal gaat spelen, tikt iedereen die dat ziet, gechoqueerd met de vin ger tegen z'n voorhoofd, maar wanneer je diezelfde bal naar je zoontje schopt, zeggen de mensen: "Wat een leuke vader!" Onder het voorwendsel hun kinderen te amu seren, hebben dan ook heel wat volwassenen fijn gespeeld. Het is ook verwonderlijk te zien hoe kinderlijke spelletjes de mensen (bij voorbeeld de buren) kunnen verbroederen. Daarom is het zo jammer en dat is mijn klacht van de maand dat we op onze kan toren en bedrijven zo weinig speels zijn. Wij, als personeelsvoorlichters, zouden hier een pionierstaak kunnen vervullen. Propageer in het personeelsblad dat er spelletjes in het be drijf of op kantoor gespeeld worden! Spelletjes versterken de collegiale band en vergroten de werklust. Bovendien kunnen ze zo uitgekozen worden, dat ze voor ieder beroep een bepaalde educatieve waarde hebben. "Drie is te veel" lijkt me een aardig spelletje voor afdelingschefs. Er kunnen er een heleboel aan meedoen. Het voortdurend wisselen van positie en het elkaar proberen uit te tikken, zijn een goeie carrière-training. De financiële men sen van het bedrijf moeten af en toe eens op de knieën breken om een potje te knikkeren. In tegenstelling met hun werk, kan het nu om het spel gaan en niet om de knikkers. "Mens erger je niet" is een leuk spelletje voor de leden van de Ondernemingsraad. De functionarissen van de Personeelsafdeling spelen "Ik zie, ik zie" wat jij niet ziet". Zij die nog wel eens (versierd of niet versierd) een dienstreisje maken, zijn natuurlijk uiterst bedreven in het spel "Wie gaat er mee naar Engeland varen". Maar pas op, jongens, de laatste wordt gevangen! Verstoppertje spelen, is een ideaal spel voor de collega's die altijd weg zijn, wanneer je ze no dig hebt. "Zakdoekje leggen, niemand zeggen" is op het lijf geschreven van vele typistes. Wan neer er erg leuke bij zijn, kan er door de mannelijke employés natuurlijk ook geschaakt worden. Het hele personeel doet vanzelfsprekend mee aan het ganzenborden. Wanneer er iemand in de put zit, haalt de sociaal-werkster deze er wel weer uit. En dan rest tenslotte de grote vraag: Wat gaat de directie spelen? Het antwoord lijkt me niet zo moeilijk. Ik zou zeggen: Monopoly. J. J. Keulemans. (Overgenomen uit „de Bedrijfsjournalist").

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1973 | | pagina 12