Wat leeft en bloeit na werktijd Op een tamelijk koude vrijdag (de blaadjes zaten nog niet aan de bomen) troffen wij het lid van de redactie van „het Anker", de heer Vlaardinger- broek, tezamen met zijn buurman, de heer M. Kreijkes en enige helpers aan een voor hen wat ongewone arbeid. In de verte werd onze aan dacht reeds getrokken door een zwaar geronk, hetgeen bij het naderen van het bewuste pand een betonmolen bleek te zijn, die druk bezig was beton uit te braken onder het toeziend oog van M. Kreijkes. Beide heren (goede buren uiteraard) hadden nl. het plan opgevat om de toegang tot hun respec tievelijke garages een meer aan de waardigheid van hun auto's aangepast entrée te geven d.m.v. betonpaden. Op het moment dat wij arriveerden waren de werkzaamheden al een heel eind in de goede richting gevorderd. Het tracée was keurig uitgezet en wij zagen een z.g. wissel om van het ene spoor op het andere te komen. Kennelijk was de aanleg geïnspireerd op een deel van het Rijssense Stationsemplacement. Of er nog een soort van beveiligingssysteem zou worden aangebracht vermeldt de historie niet, doch bot singen zullen bij goede buren wel niet voorko men! De heer Vlaardingerbroek stampte het beton aan met een ijver en kracht, alsof er straks 10-tonners over de paden zouden moeten rijden, maar wij vonden toch eerlijk dat hij het vak van „stamper" aardig onder de knie had. De hierbij geplaatste foto's geven een leuke in druk van het werk. De lezers zullen het met ons eens zijn, wanneer wij besluiten met te zeggen: Waar een wil is, is een weg. Of met een variatie hierop: „komt er een betonpad!" En dat vele handen licht en keurig werk maken bleek een poosje later, toen de resultaten zichtbaar waren. Een wegenbouwer had het niet beter gedaan!

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1964 | | pagina 13