Kinder bij slagregeliaig tweede kwartaal 1964 Voor de vraag of en voor hoeveel kinderen men recht kan doen gelden op kinderbijslag, is de toe stand op de eerste dag van het kwartaal beslissend. Precies op 1 april 1964 zal men dus moeten na gaan of er in het afgelopen kwartaal veranderin gen in de gezinsomstandigheden zijn gekomen. Daartoe dient men de volgende vragen te bekijken: Afscheid van de heer E. J. Beverdam Op 30 december j.l. heeft de heer E. J. Bever- dam na bijna 50 jaar in dienst te zijn geweest van Ter Horst Co. N.V., de dienst verlaten. Sedert 1920 was de heer Beverdam hoofd van de afdeling Inkoop en uit de woorden door de heer A. H. ter Horst gesproken tijdens een bijeenkomst van het voltallige kantoorpersoneel hebben wij wel kunnen opmaken, dat de heer Beverdam in die tijd zijn sporen heeft verdiend. Namens het voltallige personeel en namens de afdeling Inkoop sprak de heer G. W. Webbink onder aanbieding van enige cadeaus. Tot slot richtte de heer Beverdam zich tot alle collega's zijn dank uitsprekend voor de prettige samenwer king. 1. Bent u van adres veranderd en hebt u dit op gegeven aan de Personeelsafdeling? 2. Is in het eerste kwartaal 1964 een van de kin deren overleden, of is er een kind geboren? Hebt u een pleegkind aangenomen en hebt u dit opgegeven? 3. Is een van de kinderen tussen 1 januari en 1 april 16 jaar geworden? Zo ja, volgt dit kind algemeen vormend dagonderwijs of een oplei ding voor een beroep? Zo ja, welk onderwijs volgt het, of voor welk beroep wordt het op geleid? Is het kind ziek of gebrekkig? 4. Indien een van de kinderen tussen 16 en 231 jaar, waarvoor u tot nu toe kinderbijslag ont ving of dat voor een beroep werd opgeleid, niet meer studeert of verder opgeleid wordt, moet u dit eveneens opgeven. Ook moet u op geven wanneer een kind dat ziek of gebrekkig was hersteld is. 5. Is het huwelijk in het eerste kwartaal van 1964 ontbonden door echtscheiding of overlijden? 6. Bestaat voor één of meer van de kinderen voor wie over het eerste kwartaal van 1964 kinder bijslag wordt aangevraagd, reeds aanspraak op kinderbijslag uit andere hoofde (b.v. een kin derbijslag op invaliditeits-, ouderdoms- of wezenrente, kinderbijslag voor kleine zelfstan digen, kinderbijslagregeling van een ander land, enz.)? a. Zo ja, voor welke kinderen? b. Van welk orgaan en onder welk nummer? c. Over welke dagen van dit kwartaal? d. Tot welk bedrag? 7. Is uw (gewezen) echtgeno(o)t(e) in het eerste kwartaal van 1964 in loondienst werkzaam ge weest? a. Zo ja, bij welke werkgever en sedert wan neer? b. Bij welke bedrijfsvereniging is deze werk gever aangesloten? c. Heeft uw (gewezen) echtgeno(o)t(e) een kinderbijslaglijst voor dit kwartaal en zo neen, waarom niet? Zijn er in uw gezin veranderingen opgetreden die overeenkomen met de hiervoor genoemde punten dan moet u dit zo spoedig mogelijk opgeven op de Personeelsafdeling. 22

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1964 | | pagina 22