Handwever eind 19e eemv
Gerrit Hendrik ter Horst Dzn. overleed twee jaar
later, op 8 maart 1852, in de ouderdom van 81
jaar, doch zijn beide zonen zetten de zaken ener
giek voort. In 1858 koopt Derk een fabriek met
200 getouwen in Holten, een calicotweverij die
goed lijkt te passen in de toekomstplannen.
Jan Harmen, de vooruitstrevende, heeft zijn hart
gezet op het gebruik van stoomkracht. Het komt
hem voordelig voor zelf jute te gaan spinnen en in
Holten worden proeven genomen met het spinnen
van vlasgaren. Om zich te oriënteren onderneemt
hij in 1862 een reis naar Engeland. Daar ziet hij
zijn wensdroom, de stoommachines, in werking.
Er zijn eindeloos veel kanten aan een eventuele
omschakeling op stoom; talloze mogelijkheden en
moeilijkheden moeten worden onderzocht. In het
geïsoleerde Rijssen is het niet gemakkelijk ant
woord te vinden op de vele vragen.
In 1864 beschikken de gebroeders ter Horst over
voldoende gegevens om een stoomspinnerij te be
ginnen. In april van dat jaar gaat er een brief
naar de Raad der Gemeente Rijssen:
De ondergetekenden, D. Sc J. H. ter Horst,
fabrikanten te Rijssen, nemen de vrijheid Uwe
vergadering mede te delen, dat zij voornemens
zijn eene stoomfabriek te dezer gemeente op te
richten.
Voor de bouw van de fabriek wordt een open
bare aanbesteding gehouden op 1 juni 1864 bij
"De Heer Koenderink, logementhouder te Rijs
sen", aldus de advertentie. De belangstelling van
de aannemers is groot. Wanneer de ingeleverde
biljetten bestudeerd zijn wordt het werk voor
Fl. 30.599 aan de firma Scholten en Vos uit Al
melo gegund. Er komt moderne verlichting in de
fabriek: het gaslicht heeft zijn intrede gedaan.
De eerste spinmachines worden bij Fairbairn be
steld; de stoommachine komt van Bracewell
Griffith.
Onvoorstelbaar zijn de moeilijkheden die over
wonnen moeten worden alvorens de productie op
gang komt. Er komen zelfs Schotse spinsters
over die met de nieuwe werkmethode vertrouwd
zijn.
In 1865 draait de stoommachine en langzaam
maar zeker vindt ook het personeel zijn draai.
Binnen twee jaar wordt in de fabriek reeds meer
dan 20.000 kg garen per week gesponnen.
Jan Harmen ter Horst doet ondertussen al het
mogelijke om de gemeente Rijssen uit zijn isole
ment te verlossen. Hij geeft zijn volle inzet om
het onderwijs op een hoger peil te brengen, om
Rijssen betere en snellere verbindingen te geven
met de buitenwereld. In 1888 worden zijn pogin
gen en brieven naar allerlei instanties met succes
bekroond: de eerste spoortrein stoomt Rijssen
binnen.
Het eerste deel van een lange, vaak moeizame
weg is dan afgelegd. Twee generaties ter Horst
hebben uit een klein begin reeds dan al iets groots
tot stand gebracht.