6
zending wordt verzocht om: "P.m. 5500 Engl.
Lbs. Jutegarens van het zelfde soort voor sche
ring en inslag als door bovengenoemde Heeren
van costy betrokken wordt, ten spoedigste af te
zenden op Huil aan de Heeren W. C. L. Ring-
rose te Huil en verder aan C. La Ringrose Co.
te Rotterdam zonder assurantie en verder aan van
Groningen Bussink te Deventer.
Om de jute-weverij op gang te krijgen moeten
eerst een aantal moeilijkheden worden overwon
nen. Wie verkoopt jutegarens? Kan jutegaren
worden gebruikt op de bestaande getouwen? Wat
zullen de kosten zijn en kan een aanvaardbare
prijs worden gemaakt.
Jan Harmen en Derk steken overal hun licht op.
Op 23 maart 1850 schrijven zij een brief aan de
Directie van de Nederlandse Handel My. te
Amsterdam:
"Ingevolge Uwed. circulaire en missive van den
13 dezer No. 476 en 477 hebben wij het genoegen
Arntzenius te Goor en Ainsworth te Nijverdal.
Uwed. hierbij een kleine aanbieding voor Jute
Koffijzakken te doen als
2000 stuks, lang 1.0. N. el, breed 40 d, zwaar flp
1 Ned. Lb. ad Fl. 0.53
3000 stuks, lang 1.0 N. el, breed 40 d, zwaar
1 Ned. Lb. ad Fl. 0.5 5
5000 stuks om af te leveren te Nijverdal voor of
op den 31 Julij E.K.
De prijzen kunnen bij anderen wel eenig verschil
maken, omdat wij voor 't moment nog geheel on
bekend zijn met de prijzen der garens, doch aan
alle bestede prijzen willen wij ons gaarne onder
werpen en hadden gaarne al was het slechts de
helft dezer orders om daarmede aan den gang te
komen en bevelen ons daartoe zeer vriendelijk
aan.
Het is deze brief, van 23 maart 1850, die voor ter
Horst en Rijssen grote gevolgen zal hebben; de
inhoud vormt de grondslag voor een bedrijf, dat
thans een 125-jarig jubileum viert.