Anker, dat als een stoer beeld van vast
heid en betrouwbaarheid, de 125 jaar trot
serend, in het centrum van het toneel
stond.
Ja, die lintendans, waarbij de linten op
bevallige wijze kunstig door elkaar werden
gevlochten, baarde ons eerst wel zorgen
over de goede afloop. Maar alles kwam op
z'n pootjes terecht en het vlechtwerk werd
even elegant en rustig ontward als het
was opgebouwd.
Als je als leek die dansen ziet, lijkt het
soms net of het allemaal vanzelf gaat,
maar zo eenvoudig is het toch niet. In de
pauze hadden we gelegenheid enkele meis
jes zo eens het een en ander te vragen en
zo hoorden we van Jo Kosterbok, die al
heel wat keren heeft meegedaan, dat ze
er elk seizoen weer danig van afvalt. Mis
schien is dit voor enkele van onze meisjes,
die worstelen met een teveel aan gewicht,
een aansporing om zich voor de volgende
revue op te geven
Hannie Nauta, die er ook al heel wat
revue's op heeft zitten, vond het dit jaar
wel wat zwaar, vooral omdat betrekkelijk
laat, in november pas, met de repetities
werd begonnen. Dat moet dan wel hard
werken zijn geweest voor de dames en we
moeten dan ook wel grote bewondering
hebben voor hun prestaties, gezien de korte
tijd van voorbereiding.
Op onze dwaaltocht achter het gordijn
stuitten we op een gegeven moment op
de heer H. Nijland en zijn staf, onze to
neelmeesters, die zorgen voor de belichting,
de requisieten en wanneer het zo te pas
komt, voor het geluid.
„Zit u nu ook nog in spanning tijdens de
voorstelling vroegen we.
Dat was een schot midden in de roos,
want het bleek, dat juist dit werk een
grote spanning met zich meebrengt. In
het kort gezegd, alles moet precies op tijd
gebeuren een fout wordt altijd direct
door het publiek opgemerkt, wat bij het
toneelspel lang niet altijd het geval is.
Van spanning gesproken, de heer Johan
Poortman heeft daar geen last van. „Geen
zenuwen", zei hij, „wel is er altijd weer de
vraag, of de revue het doen zal, of hij
er in zal gaan".
Overigens hoopt hij wel, dat de revue nog
vele jaren zal draaien, anders komt hij de
winter niet door (de heer Poortman name
lijk).
U ziet al weer. welk een belangrijke rol
de revue speelt in het leven van ieder die
er een rol in speelt.
Trouwens ook de heer G. J. Poortman is
de hele winter druk bezig geweest en wel
met het schilderen van de décors. Of dat
niet erg moeilijk is
„Och nee, zei hij, „als je eenmaal bezig
bent gaat het vanzelf".
We zullen dit maar met een korreltje zout
nemen, een feit is echter, dat de décors
bijzonder mooi waren en blijkbaar met
zwier uit de verf zijn gekomen.
Mevrouw Bruins vertelde ons, dat dit haar
dertiende revue is. Zij heeft het prille be
gin nog meegemaakt, namelijk, toen er
door de wandelclub een schuchtere poging-
werd gedaan met een revue uit te komen.
Mevrouw Bruins heeft haar sporen dus wel
verdiend en een revue zonder haar mede
werking' is dan ook haast niet denkbaar, a
In de kleedkamer troffen we de heer Me^
kenkamp, druk bezig zich een beetje bij te
schminken. Hij was zo vriendelijk ons het
één en ander te vertellen over het ont
staan van de revue. Indertijd deden
hoofdzakelijk mensen van de Centrale
Werkplaats mee. De oude kern is echter in
de loop der jaren aanzienlijk kleiner ge
worden. Hij beaamde, dat het wel wense
lijk ware, de kring' van medewerkers uit te
breiden, maar ja, het schijnt niet zo ge
makkelijk te zijn de geschikte mensen hier
voor te vinden of hen tot meespelen te
bewegen.
Des te teleurstellender is het, dat de heer
G. Smit besloten heeft dit jaar voor het
laatst mee te doen. Althans dat wordt be
weerd. Toen wij het hem op de man af
,,'k zee 'ta, nun driepits - ,n deursen nin"
10