klndettand is qauw qevuLd
Als we in navolging op„Een kinder-
hand is gauw gevuld" net zo vlug er
voor zorgden dat kindertanden gauw
werden gevuld, zouden wij onze kleuters
heel wat narigheid, pijn en angst bespa
ren. Want letten wij wel goed genoeg op
de gebitten van onze kleuters en kinderen
of wachten we tot ze een keer huilende
van school of kleuterschool thuiskomen.
Natuurlijk zijn we allemaal trots op onze
kinderen, vinden het prettig wanneer ze
een lief snuitje hebben, of mooi haar; we
ileden ze leuk, kortom ze zijn lief om te
■en en welke kinderen zijn dat niet.
Wlaar, let U alleen op het uiterlijk of zegt
U regelmatig: „Doe je toet eens open en
laat mij je tandjes en kiesjes eens zien",
of gaat U wel eens met ze naar de tand
arts, zomaar, zonder dat ze pijn hebben.
Na zo'n bezoek aan de tandarts die mis
schien niets gevonden heeft, gaat Uw
kind dan weer welgemoed mee en is met
een alle angst voor een tandarts over
wonnen. Wij geloven, dat de meeste moe
ders in gebreke blijven en misschien zelfs
wanneer een kind wat zeurt dat het kies
pijn heeft: „Ie mun'n nèèt teut'n."
klein gaatje bijtijds gevuld
verwaarloosd deject
Denkt U niet dat wij dat alleen hier vin
den. Onlangs stond er nog in de krant,
dat de tandartsen in Denemarken 6 maan
den werkelijk hebben gevochten om de
jeugd het snoepen af te leren onder het
motto: „Peentjes zijn beter".
Helaas, de tandartsen hebben verloren en
de staat van de gebitten van de school
gaande jeugd blijft slecht. Het is echter
niet de jeugd die dit in handen heeft,
maar de ouders en opvoeders. Tandbederf
is de meest verbreide volksziekte, maar er
is geen enkele ziekte waartegen een zo
simpele en afdoende remedie bestaat als
juist tandbederf. Onder één conditie: dat
er tijdig wij herhalentijdig
wordt ingegrepen en niet als de gaten zo
groot zijn, dat er een kersepit in kan ver
dwijnen.
Statistieken hebben uitgewezen, dat in
Nederland 80 van de eerstdoorkomende
blijvende kiezen zes jaar na die doorbraak
defect zijn.
Die eerste blijvende kies is nu eenmaal
heel dikwijls het stiefkind, omdat men
denkt nog met een melkkies te doen te
hebben. Wij staren ons blind op het wis
selen zo omstreeks het zesde levensjaar.
Er valt om te beginnen een melkvoor-
tand uit en er komt tot grote vreugde van
iedereen na een poosje een spiksplinter
nieuwe (blijvende) tand voor in de plaats.
En zo krijgen we weer tand voor tand.
Maar er gebeurt nog iets en dat is veel
belangrijker. Er komt namelijk achter in
het melkgebit een nieuwe kies bij, zomaar,
zonder dat er daar eerst iets uitgevallen
is. Deze wordt vaak voor een melkkies
versleten en wanneer wij er gaatjes in
gaan constateren zeggen wij„Laat maar,
het is toch maar een melkkies, gaat er
vanzelf wel uit". Maar dat gebeurt niet
en wanneer die kies lekker stevig blijft
vast zitten, maar dermate zwart wordt,
dat de tandarts er aan te pas moet ko
men, dan is Holland in last, want de kies
moet er onherroepelijk uit en dat is een
fataal vonnis.
Fataal, omdat het verlies van die eerste
blijvende kies alle mogelijke verschuivin
gen in het latere gebit teweeg brengt,
welke verschuivingen weer allerlei andere
narigheid met zich meebrengennieuwe
gaatjes, schots en scheve tanden, slecht
kauwen enz.
Dus ouders, maak een programma op.
9