L
tu
C^j)~ klitte li
e vacaulie
LU
f-jTjegunstigd door het mooie weer, dat
f~\ ons nog jaren heugen zal, vertrokken
we om zeven uur welgemoed van 't
Schild om hier en daar nog wat mensen
op te pikken, voordat we de Nijverdalse-
weg opreden, een mooie dag tegemoet.
Onze eerste pleisterplaats was „Moerheim"
in Dedemsvaart, waar wij nog vóór hall
negen aankwamen en het kantoor nog
gesloten vonden. Dus begonnen we met in
de uitverkoop voor een appel en een ei
kinderschoentjes te kopen.
De rondleiding bij Moerheim was alles
zins de moeite waard en 't is maar jam
mer, dat we geen kleurenfoto in het An
ker kunnen plaatsen. We zagen er allerlei
proeftuinen. Een border vol vaste planten
in de volle zon, één met half schaduw en
een tuinaanleg voor een geheel schaduw
rijk gedeelte. Verder velden met jonge aan
plant van bomen en planten en niet te
vergeten ladingen stof. Maar gelukkig kon
den we na afloop onze onderdanen nog
wat hiervan ontdoen. In Schoonebeek
vonden we een uitspanning waar de kof
fie prima was en konden we verder op
onze tocht een glimp opvangen van hoe de
olie gewonnen wordt. Alle „ja-knikkers"
waren in de velden of soms op een erf
van een boerderij aan het werk en je
kunt je niet meer voorstellen, dat dit
stukje Nederland nog niet zo lang gele
den „arm Drenthe" was, waar de mensen
letterlijk in plaggenhutten woonden van
armoe. Alles ademt er nu welvaart en
gelukkig maar.
Van Schoonebeek ging het naar Emmen,
waar we uitstekend gegeten hebben. Al
leen hadden ze vast een nieuw koksmaat
je, dat geen peterselie van selderij kon
onderscheiden en misschien gedacht heeft
,,'t is ook groen", maar 't is een feit, wor
teltjes met selderij is niet je dat. Maar
gezien de rest van het menu was het do^^
ieder gauw vergeten.
Verkwikt en voldaan en dat hadden
we voor de komende middag wel nodig
gingen we naar het Dierenpark, waar het
buiten de hekken ook een dierentuin was.
Wat zouden de dieren wel van ons den
ken wanneer ze ons zo achter de tralies
zien staan? Dat vragen we ons zeker af
bij de apen. En we zouden een lief ding
voor hun gedachten over hebben. Ondanks
het feit, dat er in het apenhuis de waar
schuwing staat: „Pas op voor Uw zonne
bril, de apen pakken ze af", is het een
paar aapjes toch gelukt er een te be
machtigen. Ze trekken wel aan de armen
van de bril en drukken er glas uit (waar
aan ze zich natuurlijk kunnen verwonden),
maar zijn er verder erg zuinig op en leg
gen dit speelgoed soms heel voorzichtig
netjes opgevouwen op een richeltje neer,
om er meteen weer heen te springen, wan
neer er een soortgenoot kaper op de kust
is. 't Is werkelijk vermakelijk wanneer ze
ons dan door de bril heen begluren. Ze
zijn zo schrander, dat ze wel degelijk we
ten, wie er een banaan achter de rug^
houdt, want dit is altijd nog de vrucl(^®
waar je een aap het meest mee kan pl^^
zieren. Een ander hoeft dan niet net te
doen of hij iets geeft, want je krijgt dan
een tik tegen de lege hand met een ge
baar van „Neem mij nou"!!
't Was moeilijk om bij de apen afscheid
te nemen, maar er was meer te zien in
dit park, waar men de dieren zoveel moge
lijk de illusie verschaft in vrijheid te le
ven, maar aangezien er nog meer op het
programma stond, moesten we toch wel
vertrekken.
In het dierenpark te Emmen
2