Wanneer men met een klein groepje is, kan mej. Bernink gemakkelijk rond leiden, maar nu moest ieder maar zijn eigen weg gaan. Er waren er die zeiden„Zulke keien heb- be vie ook wa in 'n hof" en gingen weg, maar hadden later spijt dat ze ook niet even verder gekeken hadden, want er was veel meer dan de keien alleen. Nu wij kennis hebben genomen van dit prachtige museum, zal het zeker de laatste keer niet zijn geweest dat we daar ko men, want U kunt er natuurlijk ook al leen heengaan. Om 4 uur vertrokken we weer naar Ootmar- sum en Hengelo, waar sinds we er 2 jaar geleden ook door kwamen, weer ontzet tend veel was bijgebouwd en waar velen gezegd hebben „mooi um te zeen, meer geeuwt mie Riessen mèr, wat 'n steender". Dicht bij Riessen leek 't alsof we naar „Rijsserberg" of „Piet van 't Witte Hoes" zouden gaan. Dit werd het vraagteken van de dag, maar 't bleek alleen een klein slippertje te zijn om iedereen nog even de schoon heid van onze Riessense nabije natuur te laten zien. We kwamen dus weer op het zelfde punt uit en gingen vandaar naar ons eigen Parkgebouw, de gelegenheid zoals we die zelden tegenkomen voor onze grote groep. Rustig, eigen bediening, de grote zaal door Slagman van 't park met zorg versierd met veel feestelijke bloemen, alles loopt op rolletjes door de stille werkers in de keuken en zelfs de bakker en de slager zetten hun beste beentje voor omdat veronderstelden want weten doen het niet dat de gepensioneerden vaij Ter Horst wel eens konden komen. En daar zitten we dan en schrijven e^ stukje voor het „Anker" met een dank baar gevoel, dat alles weer vlot is ge gaan en iedereen heeft genoten. Er was dit jaar zelfs niemand bij die plotseling een griep of zo kreeg en daarom niet mee kon. Wel zagen we er weer mensen bij die er zelf aan getwijfeld hadden of ze ooit weer de tocht zouden maken en nu weer prinsheerlijk mee konden rijden. Dat de gehele Directie weer voltallig mee reed, met onze oudsten of minder-validen als hun gasten en hen met alle zorg om ringden, was ook dit jaar weer één van de prettige hoogtepunten van onze tocht. Het was in alle opzichten „ne mooi'n nomdag". - 4

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1959 | | pagina 4