2 at het ei met Pasen nog een belang rijke plaats inneemt komt waarschijn lijk doordat lekker eten zich doorgaans van enige kerstening weinig aantrekt. Reeds bij onze heidense voorouders die het (heidense) Lentefeest vierden waren de eieren van grote betekenis als symbool van verborgen en ontkiemend nieuw leven, van levenskracht schenkend medium. Het was een zeer ernstige zaak waarbij de artikelen van de ongeschreven wet nauwkeurig in acht werden genomen. Hoe dit alles zich precies heeft toegedragen weten we dus niet, hetgeen te wijten is aan het onge schreven zijn van de voor„schriften". Men rolde (kuulde) de eieren over de weide grond om daaraan zodoende kracht mee te geven of men verborg eieren in de ak ker om van de levenskracht mee te ge ven aan het zaad in de akker. Een ei was niet zomaar een ei, het was een voorwerp waaraan bovenaardse macht werd toege schreven. Het nu nog sporadisch voorkomende „eier- kuuln" en het „eierzuukn" mist deze die pere grond, het is dan ook daarom dat volwassenen zich er niet meer mee bezig houden en het nog slechts beschouwen als een aardig spelletje voor de kinderen. Evenzo zal het gegaan zijn met de Palm paas. Geleidelijk aan zijn de voor-christe lijke feestdagen verdwenen of werden ze vervangen door de nu nog bekende alge meen Christelijke feestdagen. Zo kwam o.a. Palmpasen en Pasen in de plaats van het Lentefeest. Dit was natuurlijk wel logisch omdat Pasen en het Lentefeest on geveer in dezelfde tijd van het jaar vielen. Met de naam veranderde ook de achter grond van de feestdagen en de voorstellin gen in de optochten. De optocht werd een processie, een rondgang voor volwassenen, beginnende en eindigende in de kerk ter herinnering aan de intocht in Jeruzalem op Palmzondag. Langzamerhand werd de belangstelling' van de ouderen minder en ontstond een Palmpaasrondgang door de kinderen, die vaak de welgestelde burgers hun versierde Palmpaas lieten bewonderen, hetgeen uiteraard gepaard ging met het in ontvangst nemen van versnaperingen of geld. In onze streken is ook van de kinderop tocht niet veel meer overgebleven. Men ziet de Palmpasens nog sporadisch en daii nog in handen van kleine kinderen. Van ouds geldt in Rijssen voor meisjes eëtP andere mode dan voor jongens wat be treft de opmaak van de Palmpaas. Meisjes droegen namelijk een dennetak waarop een rad (gebakken als brood) rechtstandig was bevestigd. Door deze verticale stand keek men dus tegen het rad aan in afwij king van die der jongens waar het rad horizontaal op de stok was bevestigd. Tot de Palmpaas van de meisjes zowel als

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1959 | | pagina 2