onze gedachten zijn gelukkig ook niet al tijd bepaald bij dat grote wereldgebeuren. Onze ueperkte omgeving houdt onze ge dachten immers toch nog het meest ge boeid. Tot de ons zo vertrouwde omgeving be hoort ook het bedrijf, waarin wij allen wer ken en waarmee onze materiële welstand zo zeer is verKnocht. Wij verülappen zeker geen geheim, wanneer wij hier vertellen, dat ook onze jutefaoriek, oeter bekend als ,,'n stoom" te kampen heelt gehad met zware stormen in het afgelopen jaar. En zoals het ook in de werKenjKe zeevaart gaat, hangt het behoud van schip en be manning m zulk zwaar weer af van de kwaliteit van het schip en van de moed, inzicht en volharding van de zeelui. En zo is het bij ons eigenlijk ook, want met een modern ingerichte jutespinnerij en -weverij als de onze moet er een bestaan te vinden en te handhaven zijn, ondanks de felle concurrentiestrijd, mits het mense lijk element alle krachten inzet. Dat het onze Directie niet ontbreekt aan moed is in de afgelopen zomer wel gebleken toen in Holten de jongste telg, onze nieuwe juteweverij, de arbeid aanving. Het gaat heus niet zo gemakkelijk met de afzet van onze juteprodukten, als men soms wel zou denken. Terreinen waar wij vroeger de alleen-heerschappij hadden, hebben soms geheel afgedaan met jute- emballage en daarvoor in de plaats moet dan getracht worden een nieuw afzetge bied te vinden. De ontwikkeling van de Benelux-tolunie is er de oorzaak van dat wij op de Nederlandse markt in toene mende mate felle concurrentie ondervin den van België, terwijl de ontwikkeling van Oost-Pakistan tot industrieel land zich in de wereld-jutegoederenhandel geducht doet gevoelen. Terwijl zo het aanbod van jutegoederen steeds ruimer wordt, waar door de prijzen gedrukt worden, hebben onze kosten een voortdurende neiging tot stijgen, zodat het werkelijk goed uitkijken wordt om juist die transacties te vinden, waaraan nog wat verdiend kan worden. Juist daarom proberen wij steeds meer specialiteiten te maken, artikelen, die an deren niet kunnen of niet willen voort brengen, zodat het aanbod minder groot zal zijn en daardoor de prijs hoger. Maar ook anderen hebben hieraan gedacht, zo dat de West-Europese jutefabneken een steeds groter aantal specialiteiten gaan maken en ook daarin tenslotte geduchte veldslagen geleverd moeten worden. Dit is ook het beeld van het afgelopen jaar; hard is er gestreden voor het hand haven van onze afzet, maar helaas waren wij in het eerste halfjaar daarin niet al te gelukkig. Na de fabrieksvakantie ver beterde de toestand allengs, maar al met al heeft dit jaar wel bijgedragen tot grijze haren en markante voorhoofdsrimpels. Wat zal de toekomst brengen Wij wetei^ het niet, maar wel is het zeker, dat om^A uiterste krachtsinspanning nodig is handhaving van ons bedrijf als een bloei ende industrie en een bron van welvaart voor Rijssen en Holten en omgeving te bestendigen. Met een doelmatige werkwijze waardoor goedkoop fabriceren in de hand wordt gewerkt, komen wij samen een heel eind. Eigenlijk is het zo eenvoudig te stel len: als iedere man in ons bedrijf zich vol ledig inzet voor de taak, die hem is toe bedeeld, dan geloven we dat het waarach tig wel zal gaan. Laten we het nieuwe jaar met dit goede voornemen beginnen en het vasthouden en tegenstand bieden aan alles wat ons van die krachtsinspan ning kan afleiden. Want bij de groei en de bloei van Ter Horst Co. N.V. zijn wij allen zeer nauw betrokken. Laten wij dan hopen, dat het U allen goed mag gaan in Uw persoonlijk leven, met Uw familie en eventueel gezin en moge de economische toestand in 1958 het toe laten, dat wij als werkende gemeenschap vruchten plukken van onze arbeid. Een voorspoedig 1958 wensen wij U toe

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1957 | | pagina 26