18 In de huiskamer van de heer Van Wolferen sr. toch zeker niet grote huis hebben ze tien kinderen groot gebracht tot flinke mannen en vrouwen, die zelf in het leven al hun bestemming hebben gevonden. Die kinde ren zijn getrouwd en over heel het land verspreid geraakt, zelfs zijn er van ge ëmigreerd naar landen over de oceaan. Jr. met vrouw en oudste kind Hoewel de ouderen de watersnood nooit zullen vergeten, weten velen van de jeugd er weinig van. Over voorbije narigheid wordt ook dikwijls liever niet gesproken. Als er herinneringen worden opgehaald, gebeurt dat onder tijdgenoten. Daaruit is het te verklaren, dat jongeren moeite had den met het opschrift van de gevelsteen. Sommigen hadden stilzwijgend aangeno men, dat er iets in het Fries opstond. Onze heer Feitkamp heeft ter plaatse dan ook ijverig de nodige uitleg gegeven. Omdat dit nummer van „Het Anker" zeer stellis1 ook in handen komt van inwoners van Beneden-Leeuwen, die de verklaring niet kennen, geven we hieronder een ver taling van de inscriptie, met toelichting: Het huis uit Rijssen Ik ben van Boom kamp, Bijvank, Beek, waar ze de jutezak ken maken. Boomkamp, Bijvank en Beek zijn drie grote fabrieksafdelingen van Ter Horst Co. N.V., Koninklijke Jutespinnerij en -weverij. Ze zijn genoemd naar de plaat sen, waar ze op of aan gelegen zijn. We zijn veel dank verschuldigd aan al de genen, die de heer Feitkamp in de gemeen te Wamel (waartoe Beneden-Leeuwen be hoort) zo bereidwillig en welwillend zijn tegemoet getreden. Enigen van hen willen we bij name noemei^J Dat zijn dan eerst de twee families Van Wolferen, wier huizen voor een onverwach te bezoeker zo wijd openstonden. Dat is de Gemeente-secretaris, de heer Hol, die veel gegevens over het verleden en heden verstrekte. Dat is de heer Visker, onder wijzer, die de foto's van de tegenwoordige toestand voor ons nam. Dat is tenslotte de heer Drijfhuis uit Boven-Leeuwen, ge meentebode, die onze verslaggever als gide diende. Wie nu het Land van Maas en Waal be zoekt, zal een totaal andere streek aan treffen, dan die, waar ruim dertig jaar ge leden een ernstige watersnood heerste. Achteraf moet het wel gezegd wordenhet Land van Maas en Waal was, door ver schillende omstandigheden, een achterge bleven gebied. „Het was een wildernis, zonder wegen, zonder sloten, drassig" (uit het Tijdschrift van de Nederlandse Heide- Mij., januari 1950). In 1949 werd een groot scheepse ruilverkaveling ondernomen. Slo ten werden gegraven, wegen werden aan gelegd, boerderijen werden gebouwd. In het korthet land werd ontsloten. Wie n^fc plotseling naar het midden van die streeS^ zou worden overgeplaatst, kon zich in één der IJselmeer-polders wanen. We hopen, dat met het hele gebied Bene den-Leeuwen mag opbloeien en dat de be woners van het „Hoes oet Riessen" die bloei ten volle mogen meebeleven

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1957 | | pagina 18