8 Vandaar ook dat hij respect heeft voor alle medewerkenden die zoveel avonden van hun vrije tijd geven om ook anderen eens te laten genieten. De familie BLANKVOORT was ook weer aanwezig. Vader BLANKVOORT gaat elk jaar kijken. Met spanning ziet hij tege moet wat z'n collega's weer uitgebroed hebben. De twee „Gerrats" met de „knip- mussen" op vindt hij kostelijk en ook de mooie voordracht van Nitert heeft hem zeer getroffen, 't Is ook waar ook wat hij voordraagt, aldus de heer BLANKVOORT. BLANKVOORT Jr., eveneens bij ons werk zaam, gaat er altijd graag naar toe. Ook overdag heeft men er vaak nog plezier om, hetgeen naar zijn mening ook de goede geest in de afdeling bevordert. De dochter van BLANKVOORT vond de revue alleszins de moeite waard om te zien, doch vond de stukjes uit de vorige revue, zoals de Volendammers, beter. Ook waren volgens haar de balletten wat te eentonig. Niettemin kan zij het spel, van amateurs immers, zeer waarderen. Als laatste spraken wij met de heer KOS- TERBOK. Ook hij had op sommige pun ten wel enige kritiek, doch waar het hier op aankomt, zegt hij, wordt elk jaar weer bereikt. Het is n.l. een goede geestelijke ontspanning, waaraan elkeen behoefte heeft. Zijn mening is verder, dat men wel eens een mooiere revue heeft gehad, doch wij moeten niet vergeten, dat wij ook wel een beetje verwend zijn. Persoonlijk bewondert hij alle spelers en medewerkenden, die het met elkaar pres teren dit voor het voetlicht te brengen Een bewijs dat ze iets moois brengen toch wel, dat na de uitvoeringen voo^ het personeel de revue nog verschillende keren wordt opgevoerd voor een uitver kochte zaal. Als wij horen spreken over Hongarije, dan denken wij onwillekeurig aan de vluchte lingen. De laatste tijd is een behoorlijk groot aan tal vluchtelingen ondergebracht in het kamp „Twenhaarsveld" bij Holten. De be doeling is, dat deze mensen hier tijdelijk verblijven in afwachting van hun doorreis naar Canada. Aangezien dit vertrek nog enige tijd kan duren, werd ons verzocht zo mogelijk een aantal van deze personen in ons bedrijf op te nemen. Zodoende zijn wij naar Hol ten getogen en hebben daar met een aan tal Hongaren kennis gemaakt. Het resultaat daarvan is, dat een groepje mannen hier tijdelijk in dienst komt als bankwerker, elektricien en wever. Met deze Hongaren konden we niet recht streeks praten, maar alleen via een tolk. Ze zijn vol goede moed voor wat de toe komst hun brengen zal en dankbaar voor alles wat ze hier ontvangen en wat voor hen gedaan wordt. Om het deze mensen hier gemakkelijk tJ maken, lijkt het ons het beste dat wij heil zo nodig behulnzaam zijn en niet meer dan normale belangstelling tonen.

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1957 | | pagina 8