fen met de vraag of het grote licht niet aan kan, „dan kun je tenminste zien wat je eet". De Kerstboom speelt ook een grote rol en waar we b.v. in verschillende steden ver van de dennebossen afzitten, is de geur van de Kerstbomen, die met grote dekschuiten vol naar de bloemenmarkten worden gebracht, een belevenis die zich alléén maar met Kerstmis manifesteert. Heerlijk die denne- geur Voor vele mensen ié een Kerstboom en alles wat met versieren en kaarsjes te maken heeft, een heidens vertoon. Voor anderen is de herinnering aan een Kerstboom, waarbij dan op Kerstavond of op de Eerste Kerst morgen de aloude Kerstliederen door de hele familie bij de piano of het orgel gezon- i werden,, een blijvend geschenk, ^^ij denken aan zangkoren en padvinders, die met Kerstmis naar de ziekenhuizen gaan om daar de boodschap van het Kerst feest te brengen met hun Kerstliederen en de zieken te verblijden met kleine geschen ken. We denken aan een grote krant in Ne derland, die elk jaar weer z'n abonnees op wekt om te geven voor „het Kerstfeest der stille armen", die er altijd nog zijn. Zij wor den in hun vergeten hoekje opgezocht en de gedachte aan sombere Kerstdagen wordt plotseling verlicht door de saamhorigheid der mensen. En hoe zal dit jaar het Kerstfeest voor de Hongaren zijn Voor de mensen' in Hon garije, kou, honger en narigheid. Voor de mensen hier, warmte, eten en angst om het onzekere lot van achtergebleven familiele den, of droefheid om hen die omkwamen. Voor hen betekent het geen vrede op aarde na alle doorstane ellende. Er wordt wel eens gezegd:/ Wanneer er wer kelijk een God is, waarom laat Hij dit dan allemaal toe, waarom gebeurt er dan geen wonder? Maar is het wel eerlijk om alle boze dingen van de wereld aan God te wijten Wij doen het immers onszelf aan. Het zijn toch de mensen die elkaar vernietigen op meedogenloze wijze. Het is jammer, dat de slechte zijde van de mens zo vaak overheerst. Enerzijds worden de mensen door elkaar vermoord, anderzijds worden mensen liefderijk door anderen op gevangen en in vele opzichten gesteund. Eén en al tegenstrijdigheid. En zou dit alles niet komen, omdat we el kaar zo weinig als wezenlijke mensen zien We willen ze altijd zien als een politieke of godsdienstige groep. Waar we ook wonen en wie we ook zijn, on danks andere zeden of gewoonten, we zijn allemaal precies hetzelfde in onze vreugde en verdriet, in liefde en afgunst. Wanneer er in de Christelijke wereld al zo veel onderscheid gemaakt wordt tussen on telbare kerken en daar zoveel afgunst en haat leven, hoe kunnen we dan een voor beeld zijn voor de niet-Christelijke wereld. Werpt het, geen enorme blaam op het Chris telijk geloof, als we onafgebroken doorgaan met elkaar te geringschatten Waarom moeten we eerst altijd in tijd van nood zijn om eensgezind hand in hand te gaan Het geeft je even een schok, wanneer ie mand die Christelijk is van een ander zegt „Hij is een aardige kerel, ondanks dat hij en dan volgt z'n geloof is. Natuurlijk is die man dan aardig als mens, daar heeft z'n geloof toch immers niets mee te maken. Dit is de wereld heel in 't klein; verwach ten we dan van de wereld in 't groot anders? Moge Kerstmis 1956 ons weer een vleugje moed geven voor een betere toekomst voor heel de mensheid en de ogen openen aan hen die alleen „macht" en machtsvertoon als het enige ware zien. En het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet gegrepen.

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1956 | | pagina 3