Denk er eens over na
13
premie in te voeren, zegt zij, dat dit moei
lijk uitvoerbaar is.
De Kern merkt verder nog op, dat naar
haar mening de opleiding van de jonge we
vers te kort is. Men ziet maar al te vaak,
dat ze te lang met een bepaald onderdeel
van hun werk bezig ziin en niet overzien
wat het belangrijkst is om eerst te doen.
De Directie zegt toe dat dit ook haar aan
dacht zal hebben.
5e. Invoering werkclassificatie.
In verband met de invoering van de werk
classificatie per 1 januari 1957 vraagt de
Kern in dit geval de speciale aandacht voor
het technisch personeel.
6e. Leeftijdsgrens voor ploegenwerk.
tlevraagd wordt of er wel voldoende aan-
acht besteed wordt aan het verzoek van de
arbeiders van 60 jaar en ouder om hen uit
de ploegendienst te nemen.
De Directie zegt, dat dit niet automatisch
gebeurt. De afspraak, die destijds gemaakt
is houdt in, dat arbeiders van 60 jaar en ou
der, die hiervoor in aanmerking wensen te
komen, dit aan de baas opgaven. Alsdan zal
getracht worden aan dit verzoek te voldoen.
Rondvraag.
Het Kernlid van de Batchingkamer infor
meert of het juist is, dat de betaling van
de uren bij reparatie van de machine in
deze afdeling is veranderd.
Hiernaar zal geïnformeerd worden.
Vervolgens wordt gevraagd of de takels in
de Weverij wel voldoende gecontroleerd
worden.
De Directie zal dit' laten onderzoeken.
Betreffende de lift in de Pakkerij wordt ge
vraagd of deze niet te zwaar belast wordt.
De Directie merkt op, dat de liftman zelf
hierop moet toezien en zich houden moet
aan het voorgeschreven gewicht.
Een opmerking over een defecte lamp in de
lift van Pakkerij „Beek" zal direct worden
doorgegeven.
Tenslotte wordt nog een geval naar voren
gebracht betreffende de controle bij ziekte,
dat door de voorzitter verwezen wordt naar
het Bestuur van de Afdelingskas.
Hierna sluiting.
Het is voor een gezin waar de moeder
ontbreekt en waar de familieleden niet
bij machte zijn te helpen een uiter
mate moeilijke zaak om iemand te vinden,
die de huishouding wil waarnemen, zelfs, al
is dit slechts voor halve dagen en al is het
Pen rustig klein gezin.
tet is echter niet dit laatste wat de mensen
ervan weerhoudt; de schoen wringt dikwijls
ergens anders. We hoeven er geen doekjes
om te winden, dat heeft geen zin.
Goedwillende mensen, die er halve dagen
aan zouden kunnen geven om zo een gezin
in verband te houden, deinzen hier eenvou
dig voot terug, omdat ze vooruit weten, dat
praatjes direct de ronde gaan doen.
Want wat zengt de leu „Nou, die wil ze-
Want wat zegt de leu „Nou, die wil ze-
duwe is of, „Nou, die wil zeker aan de
man", wanneer het iemand van zo even in
de dertig is en nog niet getrouwd.
Waarom moet er nu altijd in negatieve zin
gepraat worden, we zouden ook kunnen zeg
gen geroddeld worden
Want dit is geen uit de lucht gegrepen ver
haaltje. We kennen deze gevallen allemaal
en men is genoodzaakt te proberen iemand
uit een andere plaats aan te trekken.
Waarom kunnen we nu eens niet van het
standpunt uitgaan, dat we niet hebben te
roddelen in de eerste plaats, maar moeten
zien op één of andere manier te helpen.
En stel U eens voor, dat een weduwe of een
jonge vrouw met de man zou trouwen, waar
voor zij het gezin verzorgt Wat dan nog
Dan is niemand geschaad, zelfs niet de klets
kousen, maar het gezin vaart er wel
bij. Er komt weer orde en regel in huis èn
gezelligheid en waarom het een ander mis
gunnen, wanneer we het zelf zo graag bezit
ten en in de gelukkige omstandigheid zijn
het te bezitten
Vele mensen kunnen het goede niet doen,
omdat boze tongen aan het woord zijn.