Kanttekeningen bij een vetjaatdaq
Op 30 april aanstaande zal onze Konin
gin haar zevenenveertigste verjaardag
vieren. Bij de vele gelukwensen, die
onze Vorstin op die dag zullen bereiken,
voegen wij gaarne de onze. Wij hopen, dat
Zij met haar gezin deze heuglijke dag nog
vele jaren zal mogen beleven.
De 30ste april zal wederom een dag zijn
waarop van vele gebouwen de nationale
driekleur zal wapperen. In heel het land zal
zich een vreugde manifesteren, die langza
merhand traditioneel is geworden en waar
in het Nederlandse volk zijn aanhankelijk
heid betoont jegens het vorstenhuis en je
gens onze Koningin in het bijzonder.
Wij geloven te mogen zeggen, dat wij Ne
derlanders^ ongeacht onze politieke of reli
gieuze opvattingen, op deze dag één zijn in
onze hulde, die wij Koningin Juliana betui
gen. Vloeien deze gevoelens van aanhanke
lijkheid bij velen reeds voort uit eerbied en
achting voor de tradities, welke het Huis
van Oranje in ons land heeft gevestigd,
anderen zullen misschien meer geneigd
zijn aan de persoonlijke kwaliteiten van on
ze huidige vorstin hun sympathie te ont
lenen. Wij geloven dan ook veilig te mo
gen zeggen, dat Koninginnedag tegenwoor
dig juist zo tot ons spreekt, omdat Konin
gin Juliana door haar innemende persoon
lijkheid erin geslaagd is alom grote be
wondering af te dwingen.
De tweeledige taak van regerend Staats
hoofd en moeder van een gezin, welke zeker
niet licht zal zijn, weet zij op charmante en
tegelijkertijd serieuze wijze uit te oefenen.
Beide zijden van deze taak schenkt zij gro
te aandacht, zodat Haar land en volk nim
mer vergeefs op Haar behoeven te wachten,
terwijl toch ook het huiselijk leven zich op
normale wijze voltrekt. Nog in het afgelo
pen jaar hebben wij er getuige van mogen
zijn, hoe Koningin Juliana en Prins Bern-
hard in Suriname en de Antillen een wa
re storm van aanhankelijkheidsbetuigin
gen in ontvangst mochten nemen. Het
ware moeilijk denkbaar dat deze ovaties
van tevoren „ingestudeerd" zouden zijn;
wij hebben trouwens op de film telkens
weer duidelijk kunnen constateren, dat
de hulde, welke de rijk geschakeerde bevol
king van de West de vorstelijke bezoe
kers bracht, bezield was van een op
rechte spontaniteit, die werd ingegeven
door de eenvoud en de serieuze belangstel
ling, welke Koningin en Prins aan de dag
legden.
Enkele maanden later, toen Prinses Bea
trix, wegens het bereiken van de 18-jarige
leeftijd, haar voornaamste taak als Kroon
prinses, namelijk die als lid van de R?^^
van State aanvaardde, mochten wij weaw
om een tafereel beleven, dat menigeen met
blijdschap en ontroering zal hebben vervuld.
Uit de inleidende woorden, waarmee Konin
gin Juliana tijdens de zitting van de Raad
van State haar oudste dochter installeerde
als lid van dit hoogste Staatscollege, trof
ons de liefderijke zorg, waarmee Zij Prinses
Beatrix heeft voorbereid op haar gewichtige
taak. Waren het deze woorden, die velen met
begrijpende sympathie hebben aangehoord,
verblijdend was het daarop te horen hoe on
ze Kroonprinses bij haar eerste schreden in
het openbare leven al evenzeer diezelfde ei
genschappen toonde, die Haar moeder zozeer
bemind hebben gemaakt. Ook Prinses Bea
trix zal op haar weg reeds veel van die gene
genheid van vele Nederlanders mogen ont
vangen, die wij voor Koningin Juliana koes
teren. Wij hopen, dat het Haar op die wijze
niet moeilijk zal vallen haar officiële func
ties te verrichten.
De 30e april zal ook dit jaar weer voor
velen aanleiding zijn uiting te geven aan
hun bewondering voor onze Koningin. La
ten wij ons op die dag bewust zijn hoe f^^
tuinlijk ons land thans is in ons midden
Koninklijk gezin te hebben, dat onvoorwaar
delijk aanspraak mag maken op ieders wel
gemeende sympathie.
Lang leve Koningin Juliana