Jubilea 1 1 immrn Zij: Het is toch verrukkelijk te schrobben en te boenen en alles brandschoon te maken met niet krassend Vim Je boeltje ziet er uit als om op slag te zoenen IMaar je niet je man, want die kijkt als een 1 Isegrim. Hij: Hij overpeinst, kan dat nu niet een keertje minder In plaats van minstens 2 x per jaar Hij spreekt nooit tegen vrouwlief het woordje „hinder" Want dan staat ze voor hem met ver ongelijkt gebaar. Zij: O, dacht jij misschien, ik boen voor mijn plezier Ik sta te poetsen op de traproeden van koper Terwijl ik van de drukte en allerlei gemier Bijna mijn hals breek over de traproeloze loper. Hij: M'n lieve mens, ik ken je beter dan je zelf doet Je kunt het immers toch niet laten. Op 2 januari vierde J. SLAGMAN zijn 50-jarig jubileum. Hij ving zijn werkzaamheden aan in de Spoelerij, waar hij twee jaar als spoeler werkzaam was bij de rolwinding. Hierna heeft hij een jaar lang geholpen met de Het schrobben zit je in het bloed daar moeten we niet verder over praten. Ramen zemen iedere week, Gaat het niet je bent van streek. Meubels wrijven keer op keer, Als 't kan, zelfs nog veel meer. En je hebt het o zo druk Met ieder wrijfbaar meubelstuk. En dan hebben we nog ons koper: glimmen moet het, dat staat proper. Het is een week'lijks ritueel en je vindt het niets te veel.. De matten zuigen, maar ook kloppen want daarmee kun je niet stoppen. Iedere week de lopers „op" of het huis staat on z'n kop. En dan is er nog een ramp: We hebben een mooie gla.zen lamp, Die moet er ook wel eens af, dat mag ikdoen tot m'n straf. En als ik zeg: „zie zo, dat 's schoon", zeg je op onverstoorbare toon „Schoonmaaktijd breekt nu weer aan". Daar gaan we weer van voor'n af aan. Zo moet de man het leven door Met luchtjes van Omo, Vim, boenwas en chloor. De moraal „Ik geef U echter een goede raad Die zelfs zwart on wit hier staat: Laat door dit alles U niet weerhouen Om toch in Uw leven te gaan trouwen". aanvoer van pijpen voor de Weverij. Van 1909 tot 1912 werkte hij bij de copsmachines. In 1912 werd hij overgeplaatst naar de We verij om daar het weversvak te leren. Be halve een onderbreking voor zijn dienst tijd van 1915 tot 1918 is hij aldoor in de We verij „Boomkamp" werkzaam geweest. Zon der overdriiving kunnen wij zeggen, dat hii dit vak volkomen, beheerst en dat hij altijd tot grote tevredenheid van zijn superieuren heeft gewerkt.

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1956 | | pagina 11