Een Pasar marktte Solo op Java. de timmerman een kistj e gemaakt en de volgen de ochtend om 6 uur stopt het schip; er hangt een doodse stilte en iedereen is ontroerd wan neer het kleine kistje, bedekt met de Neder landse vlag, langzaam van het bovenste dek af waar de kinderkamer als rouwkamer was ingericht door een matroos naar beneden wordt gelaten. Beneden staan de ouders, de kapitein die als ambtenaar van de burger lijke stand fungeert en nog enkele andere officieren. Nog even hangt het kistje stil, de vlag wordt er af gehaald, men staat in de hou ding, men snijdt het touw door en het is voorbij. Het leven aan boord herneemt weer z'n gewone plaats en de machines worden weer aangezet. Onze volgende haven is Colombo op Ceylon. We zijn er laat en moeten eerst met een bootje naar de haven worden gebracht, want we liggen voor anker, 't Besluit is thuis te blijven, want de enkele uren slaap kunnen we eenvoudig niet missen. We hebben nog 3 weken voor de boeg en zijn aan 't eind van ons Latijn. Er zijn veel zeezieken en dat betekent meer werk. „Zuster, wilt U even een paar sinaasappels uitpersen?" 125 passen naar de pantry, 125 passen terug en weer 125 passen tot aan de pantry. En dat alles voor een paar sinaasappels. „Zuster, mag ik 's avonds om 8 uur een glaasje ijswater?" enz. We beginnen nu om half 7 omdat we het anders helemaal niet meer redden. De meesten van ons zien de eetzaal alleen nog maar bij 't ontbijt, verder slikken we iets, maar ook dik wijls niets naar binnen in de pantry en dan denk ik weer aan de pantry-man, die ons wel eens stilletjes fruit toestopte, want we moesten toch op de been blijven. Kortgeleden stond er in de krant, dat hij overboord was geslagen en niet meer werd gevonden. En dan voel je weer, dat er op die zeld zaam voorkomende zware reis werkelijk lief en leed werd gedeeld, al was het maar, dat wij op onze beurt de moeite wilden nemen aspirine te halen of een onuitputtelijke voorraad peper munt hadden, want koks die van de vroege ochtend tot de late avond voor gloeiend hete ovens staan, worden net kinderen bij 't zien van een pepermunt of zo. En bakker Willem, die altijd beweerde, dat ons optimisme beslist in onze witte schorten zat; vandaar dat ze op be paalde tijden al uitkeken naar witte schorten! Op een ochtend komen er verschillende tele grammen. Natuurlijk wist ik wel, dat het m'n verjaardag was, want we halen op de kalender iedere avond een dikke streep door de dag die voorbij is. De gehele dag blijft 't geheim, maar de Chef-kok, die 't ter ore was gekomen, had iets extra klaar gemaakt voor 't stewardessen-corps en ja, dan moet je er aan geloven en 't doet je goed ook, want je voelt dat je met elkaar één grote familie bent en dat juist deze attenties 't leven aan boord veraangenamen en de sfeer van alle dag breekt. En het werd nog een drukke receptie. Iedere avond kan men ons zien bij de wereld kaart; we kunnen het niet uitstaan, dat 't schip maar 16 mijl per uur loopt en 't vlaggetje dat de route aangeeft verspringt ons veel te lang zaam. We naderen Suez, nog een wipje en we zullen de rots van Gibraltar, het eerste punt van Europa, weer voor ons zien. Kaap Vincent vanuit de patrijspoort gezien. We varen overdag door het Suez-kanaal en offeren onze rusttijd op om juist 't mooiste ge deelte te zien. Misschien kom je er nooit weer. 's Avonds zijn we in Port Saïd. Nu komen de kooplui aan boord met al hun mooie lederwaren enz. Voor f 17.50 een mooie leren weekend-tas. Voor f20.een originele schrijfmap, natuurlijk met de afbeelding erop van een Egyptenaar op een kameel en uiteindelijk nog te duur. Eén van de stewardessen koopt een koffer bij een koopman die met z'n roeiboot naast het schip ligt. Ze staat in haar hut en de koffer kan niet door de patrijspoort, dus gaat ze naar 't dek om de koffer op te hijsen. Als de koffer boven is, blijkt het een oud lor te zijn, maar 't bootje verdwijnt al in de duisternis en de politie, die aan boord is, gaat 't verhaal boven 't petje. Geen achterhalen aan. We kunnen niet nalaten er veel plezier om te hebben en 't meisje zelf lacht om 't hardst mee, omdat dit de eerste keer was in haar zeevrouwenloopbaan, dat men haar bij de neus had genomen. Er is een goochelaar stan boord, die ongelooflijk met kuikentjes wé*t te manoeuvreren. We weten nog niet, ef hij er 1

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1955 | | pagina 5