G. TER HARMSEL
Mej. H. H. Bakker, Handnaaierij
F. Smit, Nachtwacht
H. Lankamp, Weverij
Mej. G. Kamphuis, Handnaaierij.
's Morgens werden ze op het hoofdkantoor door
de voltallige Directie ontvangen. De heer J. J. ter
Horst dankte hen allen persoonlijk voor het vele
werk, dat ze voor ter Horst Co. N.V. hebben ge
daan. Spr. bracht hierbij nog verschillende momen
ten van vroeger in herinnering, waarop een zeer
geanimeerd gesprek volgde. Ook werd gesproken
over hun resp. liefhebberijen, waar ze straks meer
tijd voor zullen vinden.
Volgens enkelen zal deze liefhebberij bestaan uit
,,'n kiesken hoaln" of misschien wel ,,'n beesje".
Weer anderen voelen hier niet voor en denken aan
een andere sport.
De heer J. J. ter Horst zegt blij te zijn, dat allen
nog zo vitaal zijn en zich nog niet oud voelen. Spr.
hoopt dan ook, dat ze nog lang van hun pensioen
en een welverdiende rust zullen genieten. Vervol
gens biedt hij hun een mooi blauw geschilderd
wandbord aan als een herinnering aan hun dienst
tijd bij ter Horst Co. N.V.
De Directie complimenteerde hen met deze on
derscheiding en sprak de wens uit, dat zij deze ver
sierselen nog lange jaren zullen mogen dragen.
H. H. BAKKER
H. LANKAMP
De heer Scheppink dankt namens de gepension-
neerden de heer ter Horst voor de goede woorden
tot hen gesproken. Verder brengt spr. de Directie
dank voor het hun toegekende pensioen alsmede
voor het mooie bord, dat hun als aandenken werd
aangeboden. Alvorens afscheid te nemen, aldus spr.,
wensen wij U het allerbeste en wij hopen, dat het
bedrijf moge groeien en bloeien tot in lengte van
dagen.
Voor Mej. H. H. Bakker en G. ter Harmsel was
het een verrassing toen hun door de burgemeester
namens H. M. de Koningin de medaille in de Orde
van Oranje-Nassau werd opgespeld.
Baas Dannenberg nam ook op 10 Juni officieel
afscheid. Op 22-9-1944 moest hij zijn werk neer
leggen wegens een onwillig been. Hoewel zijn ge
zondheid overigens zeer goed was kon hij niet weer
zijn dagelijkse taak opnemen.
Op 19-2-1900 kwam hij in de fabriek en werd
geplaatst in Spoelerij Beek. Vervolgens ging hij
naar Sterkerij Beek. In deze afdeling heeft hij zijn
sporen verdiend. In 1909 werd hij bevorderd tot
baas van de afdeling Sterkerij Nieuwe Fabriek,
waar hij tot het laatste toe veel werk heeft ver
richt.
De Directie ontving hem op het Kantoor, waar
hem bij monde van de heer J. J. ter Horst dank
gebracht werd voor zijn werkzaamheden in het
bedrijf.