Overpeinzing na de vacantie. Reislink Spinnerij Bijvank. Om zo toch sportief te blijven, Dat is voor mij de sport. Solidair blijf ik met het elftal, Waar ik nooit een lid van word. En mocht mijn club er in slagen Alle anderen te verslaan, Zeg ik met de kampioenen: „Jongens, dat hebben wè fijn gedaan!" Reserve. Het is niet anders, de vacantie zit er voor dit jaar al weer op. Ieder jaar weer hetzelfde liedje, zomer, aanbrekende vacantie, eindelijk is bet zover maar eer we er op bedacht zijn is de koek weer op en moeten wij, letterlijk en figuurlijk, de draad van het dagelijkse leven weer opvatten. En of het nu een vacantie is van een week, 14 dagen of meer dan 4 weken, welk voorrecht b.v. de mensen uit de onderwijzerswereld beschoren is, het blijft allemaal hetzelfde, de voorpret tot de vacantie, dan de eer ste vacantiedag en zó is het weer achter de rug. En dan kunnen wij ons de vraag stellen, wat maken wij eigenlijk van onze jaarlijkse vacantie, halen wij er uit wat er toch volop in zit, genieten wij hiervan zoveel mogelijk of doen wij nog altijd als die jonge man, die met zijn vacantie naar Apel doorn geweest was om daar lekker koud bier te drinken. Als dat het doel van onze vacantie is, als wij verder geen aspiraties hebben, als wij de va cantie als vanzelfsprekend over ons laten komen en dan nog wel eens een plannetje maken als ande ren reeds lang zijn uitgezworven, neen dan is de vacantie slecht aan ons besteed. Hij of zij, die van zijn jaarlijkse vacantie een feest maakt, die hiervan eigenlijk een geheel jaar geniet, is meer actief. Zulke vacantiegangers bestuderen de mogelijkhe den, die er in zitten, zij maken plannen, verwerpen deze weer en projecteren weer nieuwe. Zij toetsen hun nieuwe plannen voor het volgende jaar aan de ervaringen, die zij dit jaar opdeden en zij leggen regelmatig een cent opzij. Ja, nu al, nu deze vacan tie pas weer achter de rug is. Als zij gaan kam peren, benutten zij de winteravonden om hun uit rusting te repareren of te verbeteren, waarbij met vrienden of kennissen nieuwe plannen worden be sproken. Zij weten, wat ze willen, maar ook, zij willen, wat zij weten. En zij weten, dat uit een vacantie heel veel meer is te halen dan de enkele dagen, die men dan werkelijk uit is. Niet ieder, dit geven wij gaarne toe, is in de gelegenheid aan zijn jaarlijkse vacantie deze aan dacht te besteden of uitgaansplannen te maken. Ouders met gezinnen, vooral met jongere kinderen, kunnen dat zeker niet op deze wijze doen. Maar toch wagen wij het te zeggen, dat ook zij over het algemeen veel meer van hun vacantie zouden kun nen maken dan dit vaak het geval is. Is het nu niet zo, dat men bepaalde werkzaamheden, op het land,, in de tuin of wat dan ook, tot de vacantie uitstelt. Dan, zo redeneert men, heeft men immers mooi de tijd. Wij voeren daar tegen aan dat men deze werk zaamheden in het algemeen niet juist in de vacan tie behoeft te doen. Daarvoor kan ook op andere wijze tijd gevonden worden en anders laat men het land maar eens een keer het land. Moeder, die dag aan dag druk is in haar huishouding is vaak nog meer aan vacantie toe dan wij mannen, die het huishouden met alle moeilijkheden van onzen tijd, aan haar overlaten. Laten wij dan toch die éne week ter wille ook van haar eens vacantie nemen,, neem haar mee en ook de kinderen naar buiten, naar de heide of het hos, proviand mee. En wij zijn hier zo bevoorrecht met bos en bei, dat wij des noods de fietsen nog thuis kunnen laten, daar een korte wandeling ons reeds op vele mooie plekjes brengt. Maar er zijn veel meer mogelijkheden met een minimum aan kosten, die uitgebuit kunnen wor- den. En als wij dan op deze wijze met onze gezin nen de vacantie genieten, weet ik zeker, dat het kippenhok het volgende jaar vóór de tweede helft van Juli gerepareerd is, dat de bonen op het land er tijdig mooi bij staan zonder onkruid en dat u op den eersten dag van de vacantie geen plannen meer behoeft te maken, daar dit reeds lang te voren in alle onderdelen vastgesteld is. 'n Collega. Eindelijk was dan de 19e Juli aangebroken, de eerste vacantiedag, waarnaar door zovelen verlan gend was uitgezien; en niet het minst door de Reis- cluh Spinnerij Bijvank. Elke keer kregen wij te horen: Ik wol det 't mee Zoaterdag was, of: Wat zeuwe een wille hebn. Toen we 's morgens om 10 voor 7 op het Schild kwamen, stond de autobus al gereed, maar niemand was nog ingestapt, omdat we een andere bus had den verwacht. Zodra we echter wisten dat het onze bus wel was, waren spoedig alle plaatsen bezet, be halve van één der leiders, de heer P., die vijf minu ten te laat kwam. (15 cent boete en 5 minuten aftrek.)

Erfgoed Rijssen-Holten

Het Anker | 1952 | | pagina 4