Uitstapje Smederij- en
T immerkamer per soneel
Een nieuw hoofd
Afdeling Spinnerij Beek aan het strand
te Hardenvijk.
Op Zaterdag 23 Juni maakte het Smederij-
personeel weef zijn jaarlijks reisje, deze keer
gecombineerd met de mensen van de Timmer-
kamer. Het doel van deze reis was Veluwe, Arnhem
en omstreken. -*■«>
Toen we 's morgens om half acht vertrokken
vanaf garage Steenhuizen, was het weer nu eigenlijk
niet bepaald schitterend, want het had al enige tijd
flink geregend, maar we hadden er op gerekend.
Allen hadden regenmantels en -jassen bij zich en
enkelen waren zelfs gewapend met een parapluie.
Ondanks alle weervoorspellingen van De Bilt en
van mensen met eksterogen, dat het de gehele dag
regenen zou, hebben we al deze regenwerende
middelen niet nodig gehad. We hebben de gehele
dag geen druppel regen gehad. Ja, zelfs kwam de
zon nog een enkele keer van achter de wolken te
voorschijn.
Via Enter, Goor, Lochem, Zutfen en Brummen
naar Dieren, waar we even stopten, om te zien, hoe
juist een schip werd geschut van het Apeldoornse-
kanaal in de IJssel. Vooral voor de vrouwen van
ons gezelschap was dit wel interessant, aangezien de
meesten van hen dit nog niet eerder hadden gezien.
Vervolgens ging de reis naar De Steeg en vandaar
naar de Postbank, een van de mooiste punten van
ons land. Jammer genoeg was het uitzicht hier wat
beperkt, vanwege de laag hangende wolken.
Het volgende doel was een bezoek aan Bronbeek
in Arnhem, het tehuis van de Oud-Ind.-militairen.
Na de verschillende wapens en andere dingen be
treffende Oost- en West-Indië, als ook de afdeling
van de zijderups te hebben bezichtigd, werd weer
verder gereden naar het Velperplein, waar een
gelegenheid werd opgezocht en gevonden, om de
inwendige mens wat te versterken. Hierna werd aan
de vrouwen gelegenheid geboden om een uurtje te
winkelen, waarvan natuurlijk door allen gretig werd
gebruik gemaakt.
't Was inmiddels half drie geworden en er werd
weer ingestapt voor een bezoek aan de Hoge
Veluwe met het St Hubertusslot. Wij zijn het park
bij Hoenderlo binnengereden en hebben het weer
verlaten bij Otterlo. Allen hebben genoten van de
rit door dit prachtige natuurreservaat, doch de
meeste indruk maakte toch wel op ons het St
Hubertusslot met z'n symbolische betekenis, vooral
toen de gids ons wees op hetgeen de architect, de
heer Berlage, met zijn bouwwerk bedoeld en ook
bereikt heeft.
Vervolgens ging de reis verder over Ede en Wage-
ningen naar Rhenen. Onderweg werd even gestopt
om in een kersenboomgaard wat van deze sappige
vruchten mee te nemen. We waren in de veronder
stelling dat we deze hier voor bijna half geld
konden krijgen, of in elk geval veel goedkoper dan
ergens anders. Hoe bedrogen kwamen we echter
uit, want de prijs daar in 't kersenland was minstens
20 cent hoger dan bv. in Arnhem.
Na Rhenen ging de tocht verder via Eist naar
Doorn, waar we plan hadden om het kasteel te
bezichtigen, waar de Duitse keizer als banneling
heeft gewoond. Helaas kon dit niet meer, daar het
hiervoor inmiddels te laat was geworden, daarom
maar weer verder rijden richting Amersfoort. Deze
stad lieten we links liggen en bereikten zo Voort
huizen, waar gestopt werd bij „de dikke Tonia",
zoals „Amjam" zegt. Hier werd, evenals andere
jaren, als we van de richting Amersfoort kwamen,
„de pot verteerd". Als van ouds was het hier weer
reuze gezellig. Maaraan alle gezelligheid komt
een eind en ook nu, kwart voor tien, dus ver
zamelen, instappen en rijden maar.
Wel moe, maar zeer voldaan bereikten we om
ruim half twaalf weer ons oude stadje.
Evenals andere jaren stond ons reisje weer onder
leiding van de heer E. H. Boddé Jr, die onze be
langen weer op de zijn eigen accurate wijze behar
tigde, waarvoor wij hem nogmaals van deze plaats
onze hartelijke dank brengen.
G. SMIT, Centrale Werkplaats.
Ja, we hebben een nieuw hoofd voor de rubriek
„Familieberichten". Op verzoek van de redactie
maakte onze vriend Herman Dommerholt uit
Spoelerij Beek, een ontwerp voor een hoofd, boven
de familieberichten. Als motief gebruikte hij het
fabrieksmerk, het Anker, en op een zeer originele
manier heeft hij door middel van dat anker, diverse
stadia in die familieberichten uitgebeeld.
We hopen voor de vaders natuurlijk niet, dat alle
kindertjes zo schreeuwen, als op dit plaatje, doch
allemaal hangen ze zo ook niet werkelijk te benge
len aan een ankertje.
De kabel, die alles verbindt en de Anker-familie
bijeenhoudt, wil de tekenaar beschouwen als de
familieband op z'n best: één-zijn.
Wij danken de tekenaar Dommerholt voor het
knappe werk en de diepe zin er van en wensen hem
na dit, nog vele successen toe.