Miljoenen -omzetten op
Duitse kunstveilingen
AMERIKAANSE STEUNVERLENING
AAN HET BUITENLAND
Wm
OUD-MACHINIST BLEEF IN HET STOOMTIJDPERK
Positie van Amerikaanse
neger verbetert snel
Van stoom naar stroom
Zomer
in de keuken
Vlijdag les juli 1962
WEEKBLAD VOOR RIJSSEN
Pagina 7
Nieuwe kopersgroepen
Voorwaarde: voldoende geld
Internationale kunsthandel
Bouw van
miniatuur-loc.
Volgens Zweeds geleerde:
Niet alleen in Duitsland kon de laatste ja
ren een opvallende belangstelling bij een
voortdurend groter wordende groep van ko
pers - en verzamelaars voor de werken van
oude meesters alsook van moderne schilders
worden vastgesteld. Terwijl de vraag stijgt,
vermindert het aanibod. De stijgende vraag
rt
heeft stijgende prijzen tot gevolg. Hoge be
dragen worden neergeteld om schilderijen,
ook wanneer zij niet van vermaarde beroemd
heden zijn, te verwerven. De prijzen op de
kunstmarkt zijn zo hoog als nooit tevoren.
De veilingen van grote kunsthandels bren
gen miljoenen op.
De oorzaak hiervan mag worden gezocht in
de omstandigheden, dat ook mensen, die er
vroeger niet aan dachten geld voor schilderij
en of antieke kunstvoorwerpen uit te geven,
thans als kopers optreden. Daarbij is de fac
tor van de geldbelegging niet doorslaggevend.
De toenemende belangstelling voor kunst bij
deze nieuwe groepen mag ook als uiting van
een langzaam groeiend cultureel bewustzijn
worden gezien. Er bestaat immers ook voor
kunstboeken grote belangstelling en vele uit
geverijen hebben zich - met sukses - gewaagd
aan het uitgeven van soms zeer kostbare wer
ken, die gretig aftrek vinden. Tentoonstellin
gen worden zeer goed bezocht en tijdschrif
ten, die zich vooral met beeldende kunst be
zighouden, worden goed verkocht en geabon
neerd.
Nu is het beschikken over voldoende geld
door de nieuwe kopers voorwaarde om de
nieuwe behoefte aan kunst te kunnen bevredi
gen.
Hoe de prijzen in de loop van de eeuwen
zijn veranderd, bewijst het feit, dat onlangs
voor het schilderij van Jan Vermeer „Portret
van een jong meisje", dat honderdvijftig jaar
geleden voor 3 gulden werd verkocht, nu maar
liefst 350.000 dollar werd neergeteld. De wer
ken van de oude meesters, Rembrandt, Mi
chelangelo, da Vinci, Rubens, Titiaan worden
ook tegenwoordig nog een voortreffelijke geld
belegging geacht, terwijl de werken van Mo
net, Manet, Renoir, Degas, Gauguin, Picas
so, alsook van Cézanne, Toulouse Lautrec,
Matisse meer en meer speculatieve beleg
gingswaarde hebben gekregen. Voor werken
van deze schilders worden steeds nieuwe
„hoogste prijzen" verkregen. Tot deze cate
gorie behoren ook de werken van Utrillo, Cha
gall, Jackson Pollosk en Andrew Wyeth.
Een werk van Wyeth, dat tien jaar geleden
nog 300 dollar kostte, bracht onlangs 35.000
dollar op.
De Duitse kunsthandel koopt veel in 't bui
tenland, teneinde aan de in Duitsland sterk
gestegen vraag te kunnen voldoen. Ook kopen
veel Duitse musea de kunstwerken terug, die
de nationaal-socialisten als „ontaard" aan 't
buitenland verkochten. Vorig jaar had de
Duitse uitvoer van kunstvoorwerpen 'n waar
de van 23,5 miljoen D.M. De invoer steeg tot
een waarde van 42,5 miljoen D.M. De invoer
van meer dan honderd jaar oude antiquitei
ten had in 1961 een waarde van 17,07 mil
joen D.M., hetgeen een zeer grote stijging
was vergeleken met 1960, toen deze invoer
de waarde van 10,46 miljoen D.M. had.
Op de veilingen van grote kunsthandels in
Keulen, Frankfort, München en Berlijn wor
den uitstekende prijzen betaald. Onlangs werd
voor een Chippendale-commode, hoewel nie
mand beslist kon zeggen of het ook inderdaad
een Chippendale was, het lieve sommetje
van 70.000 dollar betaald, de hoogste prijs
ooit neergeteld voor een enkel meubelstuk.
WASHINGTON, - Nadat het programma
voor steun aan het buitenland in de Senaat
in stemming was gebracht moest 't nog in
het Huis van Afgevaardigden behandeld wor
den. Het gaat hier om een bedrag van 4.662
miljoen dollar. Het Huis heeft een andere op
stelling gemaakt en deze beloopt een bedrag
van 4.778,5 miljoen dollar.
Pres. Kennedy heeft oorspronkelijk mach
tiging gevraagd tot besteding van een totaal
van 4 878,5 miljoen dollar. Wanneer door
Huis en Senaat van elkaar afwijkende eind
bedragen worden aangenomen dan heeft een
door Huis en Senaat samengestelde commis
sie tot taak de bestaande verschillen op te
heffen.
Het is in dit verband interessant te zien
welke bedragen tot dusver door de Verenig
de Staten zijn uitgegeven om de, voorname
lijk economische, moeilijkheden in een groot
aantal landen te bestrijden.
De verwoestingen en de ontreddering, die
de Tweede Wereldoorlog in nagenoeg alle
landen had aangericht, maar die zich vooral
in Europa manifesteerden, brachten er de
toenmalige Amerikaanse minister van buiten
landse zaken, George C. Marshall, toe een
plan op te stellen, dat Europa weer op de
been moest brengen. Op 5 juni 1947 sprak hij
in de Harvard Universiteit in Cambridge,
Massachusetts, een rede uit, waarin hij voor
stellen deed het Europese herstel te bespoe
digen.
Deze voorstellen werden te zijner ere het
Marshall plan genoemd.
Met nadruk dient te worden vermeld, dat
het niet uitsluitend het Marshall plan is, dat
het herstel en de wederopbouw van Europa
in de afgelopen 15 jaar heeft bewerkstelligd.
Bovendien moet ook in dit verband van West-
Europa worden gesproken. Wel was het aan
vankelijk de bedoeling van Marshall dat zijn
voorstellen op geheel Europa betrekking zou
den hebben, maar de Sovjet Unie wees de
hulp van de hand en verbood ook haar va
zalstaten op het Amerikaanse aanbod in te
gaan'.
Gedurende de vier jaren van het Marshall
plan verstrekten de Verenigde Staten ten be
hoeve van de wederopbouw van Europa rond
13.000 miljoen dollar, 't Marshall plan vorm
de echter slechts een onderdeel van de eco
nomische steun ten bedrage van 62.000 mil
joen dollar, die de V.S. na de Tweede We
reldoorlog aan landen over de gehele wereld
heeft verstrekt. Hieronder zijn ook begrepen
de zendingen voedsel en andere goederen aan
vluchtelingen en slachtoffers van natuurram
pen, technische steun, bijdragen via interna
tionale organisaties en langlopende leningen
ten behoeve van ontwikkeling.
In de periode 1949-53 werd ten behoeve van
Europa en Japan een bedrag van 16 000 mil
joen dollar ten koste gelegd en van 6.000 mil
joen dollar ten behoeve van de overige lan
den. Maar van 1954 tot en met 1961 was het
herstel van Europa en Japan reeds zover ge
vorderd dat nog slechts een bedrag van 4.000
miljoen dollar nodig was en de rest van de
wereld aan economische steun een bedrag
van 21.000 miljoen dollar ontving.
Na het einde van de Tweede Wereldoorlog
hebben de Verenigde Staten bovendien nog
ter handhaving van de onafhankelijkheid van
bevriende landen een bedrag van 29.000 mil
joen dollar aan militaire steun uitgegeven. In
de laatste jaren richt zich evenwel het steun
programma meer en meer op de economische
ontwikkeling op lange termijn van de achter
gebleven gebieden in Azië, Afika en Amerika.
De snelle ontwikkeling in de Westeuropese
landen heeft tot gevolg dat deze thans ook
geleidelijk meer steun kunnen bieden aan de
ontwikkelingslanden.
De werkzaamheden van de voormalige Or
ganisatie voor Europese Economische Samen
werking, OEEC, zijn thans overgenomen door
de Organisatie voor Economische samenwer
king en Ontwikkeling, OECD, waarbij behal
ve de Verenigde Staten en Canada 18 Westeu
ropese landen zijn aangesloten.
Een jaar of wat geleden (om precies te zijn op
7 januari I958) reed de laatste stoomlocomotief,
die Nederland had, hard puffend en schel fluitend
het Spoorwegmuseum in Utrecht binnen. Met de
luidruchtige pensionering van deze, nog goed in zijn
krachten zittende NS no. 3737 sloten de Neder
landse Spoorwegen het stoomtijdperk af. De toe
komst was aan de elektriciteit!
Toch is er in Utrecht een man, die nog dagelijks
met stoom bezig is. Het is de 65-jarige C. J. Honig,
die zich in een knus werkplaatsje naast het mu
seum aan het bouwen van locomotief-modellen
heeft overgegeven. In de hal van het museum staan,
onder zware glazen stolpen, al twee van zijn pro-
dukten te pronk. Hij is nu met zijn derde model
bezig een locomotief van de serie 29OO, die hij,
onderdeel voor onderdeel zelf makend, met uiterste
nauwgezetheid opbouwt.
De heer Honig is, zoals hij het zelf zegt, „oor
spronkelijk van het stoomvermogen". „Ik ben 32
jaar machinist geweest, maar toen 't stoom zo'n
beetje aan de kant kwam, werd ik gepensioneerd
afgekeurd, begrijpt u?"
Maar een man, die met hart en ziel aan ,,'t stoom" verknocht is,
zwaait dat niet van de ene dag op de andere vaarwel. In zijn vrije
tijd nu had deze machinist al modelbouw gepleegd. „Tien jaar lang
besteedde hij elk vrij uurtje aan een miniatuur-locomotief van de serie
39OO. Tot in het kleinste onderdeeltje identiek aan de reuze-machine,
groeide dit „loc-je" langzaam maar zeker op zijn knutseltafel op. En
nu vooral geen domme vraag natütirlijk kan dit locomotiefje rijden.
Op stoom ja!
Na zijn pensionering ging de
heer Honig over een zee van tijd
beschikken. Daarin zag de heer
Henri Asselberghs, directeur van
het spoorwegmuseum, zijn kans
schoon. „Kom bij ons bouwen"
stelde hij voor. En gretig zei de
heer Honig ja. Hij kreeg toen
de fantastische gelegenheid, met
een prima uitrusting tot zijn be
schikking, zijn liefhebberij voort
te zetten. Sinds 1948 spoort hij
nu dagelijks van Amsterdam
naar Utrecht. Zijn vakbekwaam
heid en zijn enorme geduld -telt
hij daarmee in dienst van het
museum. Hij is een onbetaalbare
kracht. Zouden zijn werkstukken
strikt naar werkuren berekend
moeten worden uitbetaald, zij
zouden vele duizenden guldens
kosten.
Voor hem op de stalen werk
tafel heeft hij nu de basis staan
van zijn derde locomotief. Twee
jaar lang is hij daar al aan bezig.
„Er is helemaal niets meer te
koop" zegt hij. Dat betekent, dat
hij alle onderdelen, van 't klein
ste boutje en klinknageltje tot de
krukassen, de kruiskoppen, de
excentriek-stangen en de kop-
pelwielen toe, zelf moet maken
op een schaal van 1 op 10.
Met de tender wordt dit werk
stuk 1 meter 30 lang. „Kijk",
wijst hij, „in de deksel van de
cilinderkamer heb ik zestig van
die boutjes verwerkt" en hij
toont mij schroefjes, die in een
herenhorloge best te gebruiken
zouden zijn.
„Die moet ik ook allemaal zelf
draaien en daar gaat nogal wat
tijd inzitten, dat begrijpt u. Het
is priegelwerk, ja, maar 't moet
gebeuren, want alles moet echt
zijn. Het is voor het museum en
dan wordt er gevraagd: „Hoe is
de machine geweest?" en dat
moet kunnen worden getoond.
Hij moet dus ook kunnen func
tioneren. Als er spoormensen uit
het buitenland hier komen kij
ken, zijn zij altijd verbaasd een
modelbouwerij als deze te vin
den".
Al pratend morst hij wat kof
fie uit zijn kopje. Vooi hij ver
der drinkt, worden de spetters
van de tafel geveegd. Bij zijn
werd heeft hij één vijand -
vocht. „Ik heb een enorme hekel
aan water hier" vertelt hij. „Ik
heb gelukkig geen last van trans
pirerende handen, maar als ik
's morgens hier kom, is dit het
eerste wat ik doe". Hij veegt zijn
handen consciëntieus met een
smeerlapje. „Dan zijn mijn vin
gers reeds een beetje vettig",
verklaart hij. „Als ik hier roest
krijg, ben ik nog niet jarig".
Met de nauwgezetheid van 'n
wetenschapsmens werkt hij ver
der aan zijn locomotief De ori
ginele werktekeningen liggen op
een andere tafel en hangen aan
de muur. „Er zijn in Nederland
nog wel meer mensen, die loco
motiefjes maken. Maar zoals ik
het doe zullen er niet veel zijn.
De meesten kunnen er niet zo
lang aanblijven, begrijpt u?"
Voor dit derde werkstuk ge
reed is, zal zijn klokje wijzers
bevestigd op de voorkant van 'n
miniatuur stoomketeltje nog
vele duizenden keren zijn rond
geweest. Twee jaar is hij al met
deze locomotief zoet. „Als ik hem
nou wil zien als hij af is, wan
neer kan ik dan terug komen?"
vraag ik. „Och, komt u over een
jaar of vier-vijf nog eens kij
ken", antwoordt hij. En hij knip
pert niet eens met de oogleden!
President William Tubman van
Liberia brengt op het ogenblik
eenstaatsbezoek aan Engeland.
Deze foto werd tijdens de rondrit
door Londen gemaakt: ondanks het
feit, dat de regen, die met bakken
uit de lucht kwam, de hoge gast
doorweekte, bleef hij, gezeten
naast zijn koninklijke gastvrowwe,
de velen, die hem langs de route
toejuichten, vriendelijk lachend
groeten.
Het zal er toch nog wel eens van komen,
dat we een dag of middag de zon kunnen op
zoeken en ons bruin kunnen laten bakken.
Met het eten doen we gemakkelijk aan en
we maken 's ochtends al vast een en ander
klaar voor een flinke sla, die de gaatjes
wel zal weten te vullen.
Gemengde sla als hoofdgerecht.
1 kg. aardappelen, 300 g sperziebonen, een
niet te grote komkommer, 3 tomaten, een
uitje, 150 g cervelaat- of plockworst of sala
mi, 2 hardgekookte eieren, ongeveer 3
eetlepels olie, 1% eetlepel azijn en 1% eet
lepel slasaus (zout, peper).
De aardappelen en de boontjes schoonma
ken, gaarkoken en laten afkoelen. De aard
appelen in plakken of blokjes snijden de
boontjes klein snijden. De worst in stukjes
snijden de ui snipperen. Al deze ingrediën
ten doreen mengen en de olie, azijn en sla
saus erdoor schoppen. Kort voor het ge
bruik de komkommer en de tomaten was
sen, evenals het ei in plakjes of blokjes
snijden en met de rest van de sla vermen
gen. Zo nodig het geheel op smaak afmaken
met zout, peper en-of slasaus. De sla gar
neren met enkele plakjes ei.
Wanneer u geen echte warme maaltijd wilt
klaarmaken kunt u een voedzaam sneetje
brood geven. Dat voldoet vaak meer dan
alleen een „koude boterham". De gebakken
kaas-sandwich of ham- en kaas sandwich
valt altijd wel in de smaak. Als afwisseling
een Gehaktsneetje: 8 sneden brood plm. 100
g. ontbijtspek, plm. 150 g gebraden gehakt
of gehakt uit blik, 2 tomaten, boter of mar
garine (peterselie).
De tomaten wassen en in plakken snijden.
Het gehakt in 4 of 8 dikke plakken snijden.
Het spek uithakken tot het krokant maar
niet donker is.
Het spek uit de pan nemen. Het spek, de
tomaten en het gehakt over 4 sneden brood
verdelen en de overige sneden erop leggen.
De sneetjes even aandrukken en in de koe-
kepan aan weerszijden bruin bakken in bo
ter of margarine. Desgewenst de sneetjes
gameren met (fijngesneden) peterselie.
Voor een echt zomerse middag of avond.
Yoghurtdrank met vruchten.
1 yoghurt, plm 100 g aardbeien, een klei
ne banaan, suiker naar smaak plm 50 g).
De aardbeien wassen en van de kroontjes
ontdoen, de banaan schoonmaken. De vruch
ten fijndrukken, door een zeef wrijven of
met een mixer fijnmaken. De vruchtenmas-
sa en de yoghurt dooreen mengen en met
suiker op smaak afmaken. De drank luchtig
kloppen.
Gaat u op een van de - hopelijk weinige -
regenachtige vakantiedagen eens met de kin
deren wat lekkers uit de koekepan tevoor
schijn roepen, zoals:
Pannekoektaartjes (Met rabarber)
200 g (2% kopje) zelfrijzend bakmeel of
bloem met bakpoeder, 1 ei, 2 2,25 dl (plm.
IV2 kopje) melk, zout, boter of margarine,
250 g rabarber, 10 g (1% eetlepel) cus-
tardpoeder, plm. 75 g (plm V2 kopje) suiker,
poedersuiker, desgewenst enkele geconfijte
vruchtjes.
De rabarber schoonmaken, wafssen en klein
snijden. De rabarber in weinig water gaar
koken. De rabarber tot moes roeren. Het
custardpoeder met een paar lepels water tot
een papje aanmengen en hiermee het rabar-
bermoes binden onder steeds roeren. Het
moes laten afkoelen en op smaak afmaken
Het bakmeel of de bloem met het bakpoe
der met een weinig zout zeven. Het ei in de
bloem breken en met de bloem vermengen.
Geleidelijk de melk toevoegen en het geheel
tot een glad, niet te dun beslag kloppen.
Zodra het beslag klaar is, er in hete bo
ter of margarine pannekoekjes van bakken.
De koekjes niet te vlug bakken pas keren
wanneer de bovenkant van het beslag droog
is.
De pannekoekjes drie aan drie op elkaar
stapelen met rabarbermoes ertussen. Steeds
het bovenste pannekoekje vlak voor het op
dienen met poedersuiker bestrooien en des
gewenst garneren met een geconfijt kersje.
De pannekoektaartjes warm of koud op
dienen.
WASHINGTON, - De Amerikaanse Neger
heeft de laatste 20 jaar „verbazingwekkende
vorderingen" gemaakt en zijn positie zal in
versneld tempo blijden verbeteren, aldus de
Zweedse econoom en geleerde Gunner Myr-
dal.
Hij zei dit tijdens een promotie-toespraak
aan de Howard Universiteit, waar het meren
deel der studenten Negers zijn. Hij hield de
ze rede met het doel zijn onderzoekingen over
de rol van de Neger in de Amerikaanse sa
menleving als 't ware up-to-date te maken.
In 1944 heeft Myrdal namelijk een boek ge
publiceerd - „The American Dilemma" -
waarin hij het conflict beschrijft dat bestaat
tussen de praktijk van de rassenscheiding en
de Amerikaanse idealen van vrijheid, gelijk
heid en gerechtigheid.
Zijn boek wordt op dit gebied als een stan
daardwerk beschouwd; het werd in 1954 aan
gehaald door het Amerikaanse Opperste Ge
rechtshof, toen het bepaalde dat de verplich
te rassenscheiding op de scholen in strijd is
met de Grondwet.
„Er moet nog een lange weg worden afge
legd voordat Amerika in feite het land van
de gelijkheid volgens haar beginselen wordt",
zei Myrdal. „Maar in historisch perspectief
is de snelheid, waarmee de verbetering zich
voltrekt, verbazingwekkend. Laten wij be-
bedenken dat dit praktisch geheel bereikt is
in de laatste 20 jaar, na zes decennia van
stilstand - en dat het door de meesten van
hen, die de Amerikaanse maatschappij bestu
deren, niet was voorzien."
Myrdal zei dat rustverstoringen bij de in
voering der rassengelijkheid kunnen worden
verwacht en dat incidenten, zoals in Little
Rock plaats vonden, „het geweten der Ameri
kanen hebben wakker geschud en op die wij
ze het neerhalen van de positie der Negers
voorkomen." Dergelijke incidenten, zo zeide
hij, spelen een actieve rol, omdat zij een im
puls geven aan sociale verbeteringen.
In Amerika's „nieuwe tijd" is de neger
kwestie aan de winnende hand. Om velerlei
redenen kan een versnelde verheffing van de
positie der Negers worden verwacht, o.a.
door de toenemende welvaart van de samen
leving en de verwerkelijking van de idealen,
die in de Amerikaanse grondwet zijn neerge
legd.
Naarmate blanken en negers in arbeid en
vrije tijdsbesteding meer en meer met elkaar
in contact komen, ontdekken zij, dat ze tot
dezelfde bevolking behoren met dezelfde cul
turele achtergronden, dezelfde lusten en las
ten ende zelfde verlangens en idealen voor
zich zelf en voor hun land, aldus Myrdal. En
naarmate rassenscheiding en discriminatie
verdwijnen, zullen de Amerikaanse Negers
grotere mogelijkheden vinden dan vorige ge
neraties, maar ze zullen dan ook geconfron
teerd worden met een zwaardere toets van
hun bekwaamheden.
Hij raadde de Negers aan te dringen op
een verhoging van de sociale uitkeringen en
de integratiebeweging te steunen door actief
mede te werken aan de oplossing van de pro
blemen van onderwijs en huisvesting in de
steden.
Wanneer eng begrensde groepsbelangen wor
den terzijde gezet en de realisatie van de so
ciale vooruitgang van de gehele samenleving
op de voorgrond komt, dan zal een belang
rijke stap zijn gezet naar de algehele inte
gratie van de Negers in de Amerikaanse sa
menleving, aldus spreker.