Columbus bracht de tabak naar Europa De waarde van Nederland voor Zuid-Afrika m NIEUWE ATOOMSTAD AAN DE NECKAR BODENMEER WORDT DOOR VERONTREINIGING BEDREIGD Mijn dagelijkse fout I Licht- en geluidseffecten maken van inhalen vaak onrustig gedoe NOTTER PJGO HIELD DROPPING Vrijdag 6 april 1962 WEEKBLAD VOOR RIJSSEN Pagina 7 Het oudste huis ter wereld VERAlVUtKtN VAIM 1 RICHTING BCIJFT EEN SPEL MET DE DOOD Sigaren en sigaretten mx kmrnmrn*': al Pleidooi uitbreiding culturele betrekkingen Zuid-Afrika's nationale inkomen stijgt sterk T DIT doet u imiet... l.WAAROM DIT DAM WEL? DOE HET DUS ZO Mj, Veilig Wrltesr Kosten: 270 miljoen mark Grote belangstelling Vreemdelingenverkeer alleen niet voldoende Wij hebben het aan Columbus te danken, dat wij de tabak kennen. Toen hij met zijn vloot bij Quanahani - de huidige Bahama-ei- landen - voor anker ging, stuurde hij man schappen vooruit, die hem over de zeden en gewoonten van de bewoners moesten inlich ten. Op het strand troffen zij Indianen aan, die in trechtervormig gedraaide maisbladen die ze „tabagos" noemden, tabak rookten. Zo ontstond het woord „tabak". Bij zijn te rugkeer in Spanje sprak Columbus daar over de gewoonten van het „tabak drinken" der Indianen. Uit de intussen gedane onderzoekingen is gebleken, dat het roken vóór 1492 al honderd jaren bekend was. De oorspronkelijke bewo ners van Amerika vereerden daarmede de zon en de „grote geest" en op grote bijeen komsten werd door de stamhoofden gewoon lijk de vredespijp gerookt. Pas veel later, omstreeks 1560, bracht Hermandez de Toledo het tabakszaad mee naar Portugal. In het begin kweekte men de tabak als sierplant en als geneeskrachtige plant. Spoe dig daarna sierde de tabaksplant met zijn ro zerode bloemen de koninklijke tuin in Lissa bon. De Franse gezant aan het Portugese Hof, Jean Nicot, leerde daar toen de tabak kennen. Hij stuurde de plant naar Catharina de Medici in Parijs. De koninginmoeder gaf hem de naam „Herba Catarinae" en beweer de dat hij een onfeilbaar middel tegen aller lei ziekten was. Later gaven geleerden deze plant echter de naam „Herba Nicotina" ter ere van Nicot die de tabak naar Frankrijk had gebracht. De speciale zich in deze plant bevindende stof werd eveneens naar hem nicotine ge noemd. In Portugal ontstond ook de nieuwe manier om tabak te gebruiken, namelijk het snui ven. Het was wederom Nicot, die deze nieuwe mode aan het Franse hof invoerde. Catha rina de Medici gebruikte het poeder en schreef het ook aan haar zoon Frans II tegen hoofd pijn voor. Lodewijk XIV en Frederik II van Pruisen gebruikten veel snuiftabak en von den hierin al spoedig navolging. Via de En gelse en de Hollandse handel kwam de ta bak in Rusland en de Orient terecht. Tegenwoordig komen de edelste tabaksoor ten uit de Oriënt en men kan zich nauwelijks voorstellen, dat het roken in de streken, waar de teelt van en de handel in tabak de be langrijkste bron van inkomsten is, daar toen verboden was. Ih Turkije, Rusland en Enge land werden zelfs drastische maatregelen ge nomen om het roken tegen te gaan. In Prui sen stond er straf op 'het genot van tabak. Frederik Willem I was echter toleranter. Hij stichtte het beroemde Tabakscollege. Gebleven is de korte shagpijp van bruyère- Dichtbij Kalombo Falls in Noord Rhodesia werden door de directeur van het Rhodes Livingstone Museum de resten van een „huis" gevonden, dat naar men aanneemt meer dan 57.000 jaar geleden werd gebouwd. Een an der huis dat voor de titel „oudste huis ter wereld" in aanmerking zou kunnen komen, is het ongeveer 20.000 jaar geleden gebouw de huis bij de stad Voronej in de Sovjet-Unie. Dit is inmiddels voor bezoekers opengesteld. Verdeling van de ongevallen veroorzaakt door nchtingverandering (naar manoeuvre) J~) <Xj hout, die in het midden van de vorige eeuw in Engeland gemaakt werd. De snuiftabak daarentegen is helemaal verdwenen en daar mede de snuifdoos, de prachtige tabaksdoos van zilver, emaille, goud of beukenhout In de achttiende eeuw kwam uit Cuba de sigaar naar Europa en daardoor ontstond er een meer verfijnde cultuur -an het tabaks genot. Terwijl de pijptabak bijna uitsluitend uit Virginia kwam, ontstonden ei- J en door de sigarenrokers nieuwe cultures. Behalve de Virginia-tabak was he' vooral de tabak van Java, Havana en Brazilië die het meest ge vraagd werd. Volgens de missionarissen rook ten in de zestiende eeuw Spanjaar n en Cre olen in Zuid-Amerika de zogenaamde „pape- litos" en ook in Mexico moeten al heel vroeg sigaretten gemaakt zijn. Krim-oorlog .■fmn***** Sïïtflt bracht evenwel het roken van de moderne sigaretten erin. Engelse en Franse soldaten leerden het gebruik kennen van de Oosterse en Russische sigaretten die ht' voordeel had den, dat men ze zelf kon draaien en dus goedkoper waren. De naar hun vaderland terugkerende solda ten brachten dit gebruik ook daar in zwang. Een van de grootste Zuidafrikaanse dag bladen heeft een artikel gewijd aan de be trekkingen tussen Nederland en Zuid-Afrika. De schrijver van dit artikel gaf als zijn oor deel te kennen, dat de huidige culturele be trekkingen tussen beide landen niet alleen be stendigd dienen te blijven, doch bepleitte bo vendien een verdere verdieping en uitbrei ding van deze banden. Het opmerkelijke echter van dit pleidooi is gelegen in het feit, dat het betrokken arti kel niet verscheen in een van de Zuidafri- kaanstalige dagbladen - hetgeen voor de hand zou hebben gelegen doch in een Engelstalige courant, de invloedrijke „The Star" te Jo hannesburg. Nederland heeft twee grote waarden voor Zuid-Afrika, aldus het artikel. Het is een venster op Europa en 't is een bron van traditie. Het was echter niet alleen een Hol landse traditie, die door Van Riebeeck in 1652 naar de Kaap werd gebracht, het was ook een Europese traditie. Daarom is het veel meer het Afrikaans dan het Engels, dat Zuid-Afrika met Europa verbindt. Ongetwij feld, zo gaat het artikel verder, is Engels een wereldtaal en Engeland een belangrijk venster op de wereld, maar door Zuid-Afri ka, waarvan het overgrote deel van de blan ken afkomstig is uit West-Europa, mag het Nederlandse venster op Europa niet verwaar loosd worden, want dit venster is voor Zuid- Afrika van zo mogelijk nog grotere waarde dan het Engelse venster. Afrikaans - als een loot van de Nederlandse taal - is daarom niet alleen van betekenis voor de Afrikaans- sprekende, maar evenzeer voor de Engels- spreuende Zuid-Afrikaner. De Engelssprekende Zuidafrikaner die geen Afrikaans verstaat, ziet de wereld alleen door het Engelse venster. Gelukkig neemt het aantal tweetalige Zuid-Afrikaners ook onder de Zuid-Afrikaners van Engelse af stamming - hand over hand toe en het is deze groep, die door de kennis van het Afri kaans in staat is in ieder geval Nederlands te lezen en daardoor geconfronteerd kan wor den met een geheel nieuwe cultuur de Ne derlandse en de Vlaamse cultuur. De Zuidafrikaanse schrijver N. P. van Wijk Louw heeft eens opgemerkt, dat de gemid delde Brit cultureel geïsoleerd leeft, omdat een mens die slechts één cultuur kent - hoe rijk deze ook mag zijn - toch iets mist. Ver- De afdeling Notter-Zuna-Rijssen van de P.J.G.O. organiseerde vor haar leden een dropping. Doordat het de gehele avond re gende was de deelname deze keer niet zo groot als de vorige droppings. De deelne mers werden gedropt tussen Hulzen en Ee- len op de Schuilenberg. Terwijl het eindpunt was In Hellendoom in 't café „De Tonne". Winnaars werden de heren G. Baan en W. Bremmer met 34 strafpunten, terwijl de he ren J. Scholten en G. Mensink de tweede prijs in de wacht sleepten met 41 strafpun ten. sterking van de culturele banden tussen Ne derland en Zuid-Afrika is daarom niet al leen van betekenis voor de Afrikaansspre- kende Zuid-Afrikaner, maar opent ook voor de tweetalige Zuid-Afrikaner van Engelse afkomst een nieuw venster op Europa, een nieuwe culturele wereld De bekende Zuidafrikaanse econoom en directeur van de Industriële Ontwikkelings Raad, dr. H. J. van Eek, heeft tijdens een bijeenkomst van ondernemers en leidende figuren uit de zakenwereld die toetrokken zijn bij de grensnijverheden te Oost Londen medegedeeld, dat Zuid-Afrika op het ogenblik de snelst groeiende economie ter wereld heeft. Wanneer deze groei gehandhaafd kan blijven en wanneer de bevolkingsaanwas me de in aanmerking genomen wordt, dan zal binnen afzienbare tijd de levensstandaard verdubbeld kunnen worden. Op het ogenblik bedraagt het gemiddel de nationale inkomen duizend gulden per jaar voor ieder van de 16 miljoen inwoners. Over het afgelopen jaar kon een stijging van vijf percent worden geconstateerd, ver geleken met een stijging van drie percent in de Verenigde Staten. 'AA, In de Westduitse Bondsrepubliek zijn thans acht kernreactoren in bedrijf (resp. in voor bereiding), een er van in West-Berlijn. Het Duitse kernprogramma werd weliswaar lou ter voor onderzoek en ontwikkeling ontwor pen, maar het ziet er naar uit, dat zich binnen niet al te lange tijd de overgang van het laboratorium- en technische onderzoek naar de industriële planning en productie zal voltrekken. Van de vervaardiging van kernwapens zal geen sprake zijn. De Bondsregering heeft daarvan principieel voor Duitsland afstand gedaan. Overheid, wetenschap en industrie hebben alleen belangstelling voor vreedzame toepassing der kernenergie. Zo is het de bedoeling omstreeks 1970 elek trische stroom ook uit kernenergie op te wek ken. Gerekend wordt voordien op de bouw van drie grotere krachtcentrales, die een elek trisch vermogen ieder van 150.000 tot 300.000 KWU zullen hebben. Een van deze nieuwe kern-centrales zal in Obrigheim aan de Neckar worden gebouwd. Een plaatsnaam, die tot dusver ook in Duits land vrijwel onbekend was. Ongeveer 50 ki lometer ten oosten van Heidelberg aan de verkeers-arme kant van de Neckar gelegen, een klein boerendorpje, dat niet eens op de landkaarten te vinden is. In 1871 had Obrig heim slechts 1192 inwoners en in 1939 waren het er slechts vijf meer: 1197. Na de oor log kwamen vluchtelingen en het aantal in woners steeg tot 2019. Pas sedert 1955 door de uitbreiding van de industrie kwam bij het dorp een wijk met arbeiderswoningen. Toen kwam ook voor het eerst de, gedachte op een centrale voor kernenergie voor Obrig heim te bouwen. De burgemeester had snel uitgerekend, dat een dergelijke centrale ruim een miljoen mark aan bedrijfsbelasting zou opbrengen. En zo nam het plan langzamer hand vastere vormen aan. Vandaag is bijna zeker, dat 't kleine Obrig heim een nieuwe atoomstad in Baden-Wur- temberg wordt. De plaats is gunstig gelegen, de centrale zal aan de rivier komen te lig gen, het benodigde koelwater zou er dus zijn. Geologisch en metereologisch onderzoek in opdracht van de „Femkraftwerk Baden-Wur- temberg Planungs G.m.b.H.". vielen ten guns te van Obrigheim uit. Ook de gemeenteraad is in zijn geheel vóór de bouw van de cen trale Deze kerncentrale zou bij een geprojec teerde grootte van 150.000 KWU ruim 60 hec tare aan water gelegen grond nodig hebben, waarvan echter slechts 12 tot 15 hectare be bouwd zouden worden. Het overblijvende ter rein kan na de voltooiing van de bouw weer aan de boeren worden verpacht. De kosten van de nieuwe centrale worden op 270 mil joen D.M. geraamd, de bondsregering zou hieraan met 100 miljoen D.M. deelnemen. De projectie van het nucleare deel van de cen trale alsmede de levenranties van het kern materiaal zal door een Amerikaanse firma worden verzorgd. Daarenboven verwacht Obrigheim een ster ke toename van industriële vestiging, ver betering van de verkeerswegen en toerisme. Het hele gebied zou van deze kerncentrale profiteren. In mei a.s. zullen de plannen vol tooid zijn. De grote toekomst van Obrigheim is reeds begonnen. Het Bode nmeer, het op één na grootste meer in het gebied van de Alpen is niet alleen een bekend vakantieoord, maar het aagt ook grote zorgen, hoewel het aan de andere kant toch veel goeds oplevert. Dit meer onderhoudt zonder dat er kosten mee gemoeid zijn een warmwatervoorziening, doordat er in de herfst en in de winter 180 biljoen warmte-eenheden in de omgeving vrij komen. Dat komt overeen met een hoeveel heid warmte van ca. 17.5, miljoen toen kolen. Misschien nog belangrijker is het drink water, dat sedert de eeuwwisseling door tal rijke gmeenten uit het Bodenmeer wordt be trokken. Per seconde worden ca. 3000 liter drinkwater aan 't meer onttrokken en via een waterleidingsysteem met een lengte van 170 km. worden alleen al 2160 liter water per seconde tot in 't gebied rond Stuttgart getransporteerd. De zorgen, die dit meer baart, gelden de steeds toenemende vervuiling van het meer door afvoerwater van de huizen en de indus trie. Evenals voor veel andere stilstaande en stromende wateren in Europa betekent de ze verontreiniging van het Bodenmeer, voor al door fosfaten, een bedreiging van de bio logische situatie. De wetenschap verheft al jaren een waarschuwende stem. Loop op een buitenweg ALTIJD links, óók bij avond. Dan heeft U geen gevaar m de rug en U ziet ook het gevaar vóór Ui!' Aan deze waarschuwing door de wetenschap heeft men gehoor gegeven. Met grote moei te trachten de industrie en de omliggende gemeenten om het afvoerwater te reinigen, voordat het in het meer terecht komt. Sedert kort is men in onderhandeling over een groots project, nl. de aanleg^ van een ringleiding rond 't hele Bodenmeer, welke leiding alle afvoerwater moet opvangen en moet voorko men, dat het meer nog verder verontreinigd wordt. Van Duitse zijde bestaat er voor dit plan grote belangstelling. Er moet nog onderzocht worden, of Zwitserland en Oostenrijk erme de akkoord gaan. Ongetwijfeld hebben de le vendige discussies voer de vreselijke gevol gen van een nog grotere verontreiniging van het Bodenmeer een iedee op het tweede plan geschoven, dat al op weg was verwezenlijkt te worden nl. de uitbreiding van de hoge Rijn vanaf Bazel tot aan het Bodenmeer tot scheep vaartweg. Vooral de natuurvrienden hebben veel aan hangers gevonden, die eveneens opkomen voor de belangen van het meer. De algemene ten dens blijkt een zekere reserve te zijn. Op het ogenblik staat alleen maar vast, dat pas aan een scheepvaartweg van Bazel tot het Boden meer in zijn biologische substantie behouden kan blijven en het gevaar voor een nog gro tere verontreiniging is opgeheven. „Eerst de garantie voor een gezond, zuiver Bodenmeer en daarna de scheepvaart", zo luidt het devies. Er is geen mens die erover denkt het Bodenmeer alleen tot vakantiecentrum te ma ken, want dit gebied kan van het vreemde lingenverkeer alleen niet leven en zou, indien heta lleen maar zou steunen op deze bron van inkomsten, beslist heel spoedig een eco nomisch achtergeraakt gebied worden. Volgens de kort geleden bekend geworden cijfers is de omzet van de industrieën rondom het Boden meer ca. twintig maal zo groot als de inkom sten uit het vreemdelingenverkeer. De regering van de Westduitse deelstaat Baden-Wurttemberg is er op het ogenblik mee bezig om plannen uit te werken, waar bij er rekening mee wordt gehouden om gé- schikte gebieden voor de vestiging van indus trieën aan te wijzen, andere daarentegen als vakantiecentra te laten bestaan. „MIJN DAGELIJKSE WEG", zei on langs onze vriend Joachim tegen ons, „leg ik tegenwoordig te voet af. Dat is een goede lichaamsbeweging die ik hard nodig heb. Van huis naar Kantoor is het maar een kwartier. Ik wandel dus per dag ongeveer een uur. Ik be vind me er wel bij". Dat is nu echt Joachim. In zijn ge sprekken komt altijd de een of andere zin voor die zó uit een boek gehaald kon zijn. „Ik bevind me er wel bij". Dat is verklaarbaar want tot voor kort nam hij zelfs voor kleine afstanden de auto; hij swerd heus te dik, „En",ging hij verder „wil je wei geloven dat ik, nu ik alles en alien om mij heen rustig bezien kan, alle verkeersfouten scherper opmerk? Ik bekijk, om het zo eens te zeggen, alles nu uit een andere hoek. Als automobi list krijg je de indrukken min of meer in vogelvlucht. Ben je dat niet met me eens?" „Ongeveer", antwoordden we, „als je met „vogelvlucht" maar niet „vluchtig" bedoelt". „Natuurlijk niet, rijd ik al niet der tig jaar auto zonder één bekeuring en zonder één aanrijding van betekenis?" „Dat is waar, maar daarom hoef je nog niet zo triomfantelijk te kijken, Eén seconde van onbedachtzaamheid je weet het wel". Hij negeerde deze opmerking en ver- Volgde onverstoorbaar: „En wat Ik nu zo opmerkelijk vind, je ziet iedere dag weer dezelfde fouten. Ik loop al tijd op het voetpad. Dat is plicht, het is door de wet voorgeschreven. Ik be grijp niet, dat de politie niet sterker optreedt tegen ieder die zonder nood zaak van de rijbaan gebruik maakt en zodoende eigenlijk parasiteert op de ruimte voor anderen. Maar laat ik eens met mijn bromfiets op bet voet pad gaan rijden? (Joachim is verme- chaniseerd, hij heeft 'n auto, 'n brom fiets en 'n fiets)Dan heb ik direct een bekeuring. Eigenlijk is dat meten met twee maten". Hij kwam nu eigenlijk pas goed op gang. We wilden wel wat zeggen, maar direct ging hij door: „Fietsers zie je voor de gezelligheid steevast met zijn drieën of vieren naast elkaar rijden. Ze schijnen te gemakzuchtig om be hoorlijk richting aan te geven. Brom fietsers rijden in de bochten veel te snel en hoe langer hoe meer passeren ze het andere verkeer rechts in plaats van links. We dachten hem te vangen en zeiden „Dat zijn dan, om het zo eens te zeggen, standaardfouten, maar heb je er wel eens één ge2ien, die niet tot 't geijkte model behoort?" Maar onze vriend is niet voor één gat te vangen en antwoordde vlot: „Dat heb ik. Ik zag laatst een auto rijden met aan iedere kant een uitge stoken pijl. Twee kleine vleugeltjes aan een heel groot lichaam. Ik denk, dat er één klem zat". „Dat is wel een witte raaf geweest. Maar wat ik zo typisch vind, Joachim, je schijnt niets opgemerkt te hebben van je eigen categorie, van de auto mobilisten, Want in hoofdzaak zijn zij toch je eigenlijke collega's." „Ik was ook nog niet uitgesproken", antwoordde hij. „In het algemeen vind ik, dat. ze te veel haast hebben. Te snel rijden is schering en inslag, het is soms net of ze op het laatste nippertje van huis zijn gegaan. Maar in dieerge zvwlkaae cmfwypcmfwyp in ieder géval zwalken ze niet zo over de weg als voetgangers, fietsers en bromfietsers en je moet toegeven dat ze In het algemeen behoorlijk rich- ing aangeven". „En wat leren die fouten jou nu al lemaal, Joachim?" „Jij irriteert me soms door die docerende toon van jou. Maar goed, ik zal er antwoord op ge ven. Als voetganger heb ik geleerd, dat ik nog voorzichtiger rijden moet dan ik tot nu toe gedaan heb". Hij woont vlak bij ons en zo kwam het dat we hem kort daarna, toen hij Wanneer automobilisten elkaar gaan inhalen, voeren ze daarbij vaak een heel toneelstuk op. Eerst steken ze hun linker richtingaanwijzer uit. Dan gaan ze naar links, verwittigen de ingehaal de door een lichtschot uit hun koplam pen er van dat ze er aan komen en steken na ingehaald te hebben - op enige afstand, ten gerieve van de zo juist ingehaalde, nog eens hun rechter- wijzer uit. Vervolgens beginnen ze de hele geschiedenis opnieuw bij de vol gende inhaalmanoeuvre Laten we even eerlijk zeggen, dat dit hele gedoe overbodig en dós fout is. Er zijn al zoveel tekens, lichten en aanwij zingen op de weg die we beslist niet kunnen missen, dat al die nutteloze waarschuwingen alleen maar verwar ring stichten. gehaast van zijn kantoor kwam, de weg zagen oversteken, vlak voor een hevig remmende auto. „Je zou nog voorzichtiger rijden, Jo achim", zeiden we, „maar als voetgan ger „De groeten" gaf hij terug en ver dween in zijn huis. C. M. L. Wanneer er geen aanleiding voor is. dus géén richtingsaanwijzers uitsteken en géén inhaalsignaien geven met de koplampen. Dit soort waarschuwings signalen beware men uitsluitend voor dié gevallen, waarin 'n waarschuwings signaal werkelijk noodzakelijk is. En dan weet het andere verkeer ook, dat er werkelijk eVen dubbel opgepast moet worden. Als uw voorganger naar links komt op het moment dat u hem wilt gaan inhalen, kunt u hem een „shot" geven met uw koplampen; wanneer men door omstandigheden zó dicht achter elkaar is komen rijden, dat de man achter u móet weten dat u naar links gaat, steekt u een ogenblik uw richtingaan wijzer uit. Er kunnen dus inderdaad gevallen uitzonderingsgevaUen zijn waarin een signaal zinvol is. De pijl naar rechts na het inhalen is altijd overbodig: u MOET eenvoudig naar rechts wanneer u iemand hebt in gehaald en de situatie dat toelaat. Fietsers die met hun belletje klaar staan als ze iemand gaan inhalen, zijn ook al fout. In de bebouwde kom is dat zelfs uitdrukkelijk verboden Al dat gebel werkt ook ai weer ver warrend. Zo goed als de automobilist :,r: Volgens 't Duitse jaarboek „Buch und Buchhandel in Zahlen 1961" beho ren de Noordeuropese landen in ven houding tot hun aantal inwoners tot de grootste boekenproducenten ter wereld. Noorwegen heeft de grootste produktie, terwijl Zweden staat gerangschikt als vierde, Denemarken als vijfde en Fin land als achtste. -l- De verkoop van sigaretten in Zweden steeg gedurende het vorige jaar met 7,3 procent tot totaal 7200 mil joen stuks. Aldus blijkt uit de gegevens, die kort geleden werden gepubliceerd door de Zweedse Tabaks-maatschappij. De verkoop van sigaren daalde met 10 procent tot 18,2 miljoen stuks, terwijl de verkoop van cigariUos met 4 procent steeg tot 163 miljoen stuks. zijn claxonsignaal bewaart om 'n an der attent te maken op een gevaarlij ke, zich plotseling voordoende situatie, dient de fietser z'n gebel voor uitzon deringsgevallen te reserveren. Al dat getoeter, gebel, richtingaan- wijzen links en rechts bij inhalen, licht- shots van koplampen etc. maken het verkeer op onze wegen onrustig. Wie in een „normale" situatie wil in halen, voere deze handeling ook „nor maal" uit: even achter en voor zich kijken of het kan. Is alles in orde, dan zo vlug mogelijk er voorbij. Wie dat doet is een échte ridder van de wegl

Erfgoed Rijssen-Holten

Weekblad voor Rijssen | 1962 | | pagina 7