Rijssen builen de wallen Postduivententoonsielling PUROL in finis! Kanarietentoonstelling geurige engelse melange Goede successen Fifty-Fifty-actie bracht verrassingen Voor Weïhnachtsoratorium overweldigende belangstelling KERKDIENSTEN St. N.'colaas beeft grote verrassing voor Speeltumver. „Irene" Voor onteigening brand in woning Fiïmnieuws RIJSSENS OUDHEDEN Jaargang 38. No. 47 (Tweede Blad). VRIJDAG 2 DECEMBER 1960 Weekblad voor Rijssen mirnmm Vrijdagavond hield de postduivenhou- dersvereniging „De Zwaluw" een tentoon stelling in café-restaurant W. Koedijk. Be halve uit Rijssen waren er ook inzendin gen uit omliggende plaatsen. De jury, be staande uit de heren H. Mooi uit Assen en H. Harshacher waren vol lof over de kwa liteit van de inzendingen. De uitslagen waren als volgt: Oude blauwe doffers: le pr. G. J. van de Maat 92 p. Oude blauwe duiven: le pr. A. ter Harmsel, 92 y2 p. Oude krasdoffers: le pr. G. J. Nijhof, Wierden 93 p.; la B. Kroeze, Almelo 92 y2 p.; lb A. Klosters, Vriezen veen, 92% p.; lc F. Ziekman 92 p. Oude blauw krasduiven: le pr. J. Roe lof s, Nijverdal 92^ p.; la L. Gazan, Hol ten 92% p. Oude Rode en Vale doffers: le pr. A. J. Temmink 9iy2 p. Oude Rode en Vale duiven: le pr. A. Bos 92% p. Alle niet genoemde kleuren doffers: le pr. G. J. Nijhof, Wierden 91% p.; la W. Sikkelbein 92 p. Alle niet genoemde kleuren duiven: le pr. F. Dommerholt, Enter 92 p. Jonge blauwe doffes: le pr. F. Dom merholt 92 p.; la G. Veldhuis, Holten 92 p. Jonge blauwe duiven: le pr. F. Dom merholt 92 p. De Eerste Rijssense Kanariefokvereni- ging (ERKV) houdt vrijdag 9 en zater dag 10 december a.s. in de zaal van café De Bakker haar jaarlijkse tentoonstel ling. Dit jaar is de belangstelling van de inzenders aanmerkelijk groter dan vorig jaar, toen de kweek van jonge vogels grotendeels mislukte door de bepaalde veel verbreide ziekte. Voor de tentoon stelling zijn ruim 200 kanaries ingeschre ven, waarvan 84 Waterslagers, 40 Har- zers en 83 Kleur kanaries, terwijl de aan wezigheid van een aantal parkieten en tropische vogels wat variatie aanbrengt. De vogels worden door drie keurmees ters gekeurd, n.l. door de heer Konke laar uit Zwolle (Waterslagers); de heer Aaldenburg uit Zwolle (Harzers) en door de heer Koop uit Zutphen (Kleur- kanaries). Op de Internationale Hondententoon stelling U.Z.G. te Utrecht behaalden de volgende leden van R.E.O. te Rijssen de volgende resultaten: Mevr. Hogendijk met Dalmatiner 1U, B. Mulder, Nijverdal, met Boxer 1U en H. Assink, Ambt-Delden, met Doberman Pincher 1U. Jong blauw kras doffers: le pr. G. J. v. d. Willige 921/2 p.; la G. J. Nijhof, Wierden; lb H. A. Koedijk, Rijssen 92 p. Jong blauwe 'krasduiven: le pr. R. Langkamp, Almelo 92 p.; la G. J. v. d. Willige 92 p. Jonge Rode en Vale doffers: le pr. H. J. Langkamp 92 p. Jonge Rode en Vale duiven: le pr. T. Geerling 92 p. Jonge niet genoemde kleuren doffers: le pr. J. Hermelink 92y2 P- Jonge niet genoemde kleuren duiven: le pr. G. Veldhuis, Holten 92% pt. Late jonge doffers: le pr. H. Karei- horst, Vriezen veen 90% p. Late jonge duiven: le pr. G. Meijer, Nijverdal 89 p. Mooiste oude doffer: G. Nijhof, Wier den, tevens mooiste van de gehele show. Mooiste oude duif: J. Roelofs, Nijver dal. Mooiste jonge duif: G. Veldhuis, Holten. Mooiste jonge doffer: J. Hermelink, Vrie- zenveen. De Fifty-Fifty-aktie, georganiseerd door de beide Rijssense middenstands verenigingen, heeft beantwoord aan de verwachtingen. Iedere dag verkeerde de winkeliers en (nog meer) het winkelen de publiek in de spanning, welke winke lier zou worden aangewezen, om de helft van het bestede bedrag te kunnen terug betalen. Vele Rijssenaren hebben de afgelopen week een prettige verrassing beleefd, toen bleek, dat de helft van de Sinter klaasaankopen kon worden terugont vangen. Sinds het begin van de aktie werden de volgende winkeliers als „terugbeta lers" aangewezen: Zaterdag: Fa. Kappert, Enterstraat. Maandag: H. Roosink (Haarstraat) en H. Roosink (Bico) en de Fa. Velner (Ro- zengaarde). Dinsdag: H. Roosink (Haarstraat), G. J. Kastenberg (Haarstraat) en Fa. Zand- voort (Schild). Woensdag: O. ter Steege, „Otje van Potje" (Haarstraat) en Fa. G. Brunne- kreef (Schild). Donderdag: A. Paauwe (Wierdense- straat) en L. K. Pennings (Wierdense- straat). Voor het Weihnachtsoratorium van Joh. Seb. Bach, uit te voeren op dinsdag 13 december a.s. door de Chr. Orato riumvereniging „Hosanna", in samen werking met het Overijssels Philharmo- nisch Orkest, blijkt een overweldigende belangstelling te bestaan. Reeds nu zijn alle plaatskaarten in alle rangen uitver kocht. Teneinde diegenen, die anders teleur gesteld zouden moeten worden, nog in de gelegenheid te stellen, het oratorium mee te kunnen maken, heeft het bestuur van „Hosanna" besloten de generale re petitie voor bezoekers open te stellen tegen gereduceerde toegangsprijzen. De prijzen voor de generale repetitie, die op maandag 12 december wordt gehou den, bedragen: f2,25 (balcon) en f 1,50 (benedenzaal). Bij brand- en snijwonden, Pijnlijke kloven, Ruwe handen, Schrale huid. I.. I. Ned. Herv. Gemeente. Grote Kerk. 9.30 uur Ds. Van Tuyl (Voorb. H. Av.) en 3 uur Ds. Kool. Westerkerk. 9 en 10.45 uur Ds. Vos (Voorb. H. Av.); 7 uur Ds. Van Tuyl. Eisen. 10 uur Ds. Kool. Woensdagavond 7.30 uur Ds. Kool. Geref. Kerk (Boomkamp). 9.30 en 3 uur Ds. Brinkman. Geref. Gem. (Noorderkerk). 9.30 en 7 uur Ds. Blok; 3 uur Leesdienst. Oud-Geref. Gem. (Bevervoorde). 9.30 u. en 7 uur de heer Vosman; 2.30 uur Leesdienst. Donderdag 7.30 uur n.m. de heer Vos man. Oud-Geref. Gem. in Nederland (Oranje straat). 9.30 en 3 uur Ds. Van Dijk. Vrijdag 9 december, 7.30 uur, Ds. Van Dijk. Geref. Gem. in Nederland (Eskerk). 9.30, 2.30 en 6 uur Leesdienst. Ned. Prot. Bond (afd. Rijssen). 10.45 uur Ds. Stenfert Kroeze uit Almelo. Voor de leden van de speeltuinvereni ging „Irene" zal het zaterdag een bij zondere dag zijn. Sint Nicolaas zal dan hoogst persoonlijk een bezoek aan de speeltuin brengen en hoewel dat ook vo rige jaren het geval was en de Sint ieder kind een cadeautje overhandigde, zijn de verwachtingen dit jaar wel bijzonder hoog gespannen, omdat Sinterklaas heeft laten mededelen, dat hij de jeugd een groot cadeau, dat een zeer grote verras sing zal zijn, zal aanbieden. Vol ver wachting kloppen de hartjes natuurlijk. VAN EEN VREEMD HEERSCHAP Tijdens de inkwartiering van Bencken- dorf's troepen kwam er een vreemde avonturier mee. Het was de baron Von Settelbach, zo noemde hij zich. Hij noem de zich menager, hij had de leiding van de voedselvoorziening. Zo vertelde hij. En hij had opdracht de huizen van de Rijs senaren te inspecteren. Hij kwam met een stuk papier, een volmacht noemde hij dat. Maar het Riessener Jöddeken, dat behalve Pools ook Duits kon lezen, wilde wel eens graag die machtiging zien. Schmoel vertrouwde de zaak niet. De kerel had net zo'n kop als die kwakzalver, die Schmoel zo vaak had gezien op de markten in de steden van Westfalen. Schmoel ging naar Van Wijngaarden en deze waarschuwde de burgemeesters en de 'burgemeesters vroegen opheldering bij Van Benckendorf op de Oosterhof. Maar daar werden ze niet veel wijzer. De oppasser van Alexander van Bencken- dorf zei, dat die zaak gans richtig was. Maar de burgemeesters lieten niet af, zij wilden weten, hoe die snuffelaar in de Rijssense huizen heette. Het duurde een halve dag, toen kwam op het stadhuis een ordonnans met een briefje van Van Benckendorf, met een krabbel er op, waaruit op te maken was dat de huiszoe ker Saalmann heette en uit de stad Han nover kwam. Men liet Schmoel komen. Het Jöddeken schoof zijn kips naar het achterhoofd en dacht na. Hij ging in ge dachte alle markten en alle kooplui na, die hij in zijn leven ontmoet had, maar hij kon de naam Saalmann zich niet in denken. Natuurlijk bestonden de legers van Duitse generaals uit huurtroepen, maar het was waar, het heerschap had een valse naam opgegeven, dat kon niet an ders. Hij noemde zich te Rijssen baron Von Settelbach. De freule van de Grim berg, dat was een vreemde freule uit het geslacht van Cievenshauzen, een freule, die over veel geld beschikte en over veel liefde. Zij had de baron Von Settelbach in de lamp gekregen en had onmiddel lijk beet. De roodharige freule liet het kasteel de Grimberg afgrendelen, toen ze hem de tweede dag van de inkwartie ring op huize Grimberg kreeg, zogenaamd om te informeren of er ook Duitse officie ren in kwartier waren. Nee, dat waren er niet, maar een schneidige heer als ba ron Von Settelbach was zeer welkom. Nu was deze zwendelaar meteen een vrou wenjager. Wij zullen niet verklappen wat er gebeurde. Maar Saalmann alias baron Von Settelbach werd lelijk ontmaskerd, tot grote woede van de liefhebbende freule van de Grimberg, die zich haar prooi zag ontgaan. Het Jöddeken Schmoel had een slapeloze nacht gehad, en tegen vier uur in de morgen viel hij moe van het denken in slaap en droomde nog bovendien. En die droom bracht uitkomst. De stad Soest in Westfalen heeft een groot marktplein. Daar zag het Riessener Jöddeken zich staan met naar zijn zin een veel te kleine koppel schapen op die grote markt. Dicht bij het kruis op de markt, waar de Lieve Heer van Soest aan hing, daar stond Boe mel-Bats, de kwakzalver. En nu was Schmoel uit de droom. Saalmann, alias baron Von Settelbach, kon niemand an- ders zijn dan Boemel-Bats van de mark ten. Een gevaarlijk kwakzalver, die grote vermaardheid had met dokteren. Schmoel ging nog vóór schooltijd naar meester Van Wijngaarden en vertelde deze zijn droom. Dromen zijn bedrog!, riep meester van Wijngaarden, de vmger opstekend. Geen smoesjes!, riep Schmoel, mijn droom klopt als een bus. Wilt u het voor de grap horen? De beide mannen begaven zich naar de Schild en vroegen aan Knollen- Derk, die daar toevallig liep: Heb je de baron ook gezien? Den is an 't snoeven in de Walstroate, was het antwoord, In de Walstraat zagen ze hem bezig, hevig zwaaiend met de armen. Hee is het!, riep het Jöddeken, zo doet hij op de markt ook! Zo, Boemel-Bats, riep Schmoel, was iej ook hier? De aangesprokene verschoot van kleur, dat zag van Wijngaarden ook. Doch hensielde zich onmiddellijk. Een grote woordenstroom vloeide uit zijn mond. Precies as op de moark!, riep het Jöddeken, ik wete genog. Schmoel stapte naar de burgemeesters en vertelde van zijn droom, die hem dit keer niet bedro gen had. Door het raam kijkend op het raadhuis zag het gezelschap de freule van de Grimberg over de straat wapperen. Die is er ook vroeg bij, riep een der bur gemeesters. Den löp achter Boemel-Bats an!, verzekerde Schmoel, onthoold wat ik oew zegge! De meester moest ook ko men. En besloten werd om de Generaal van Benckendorf in te lichten. Als fou- ragemeester kon men hem niets doen, maar hij was een oplichter en bedrieger. Dus op naar de Oosterhof. De generaal van Benckendorf hoorde hen aan. Het kwam hem ongelofelijk voor, dat zulk een keurig soldaat, die in Hannover ge monsterd was als feldwebel, een bedrie ger was. En een edele man was de ba ron Von Settelbach, Saalmann, of Boe mel-Bats, verbeterde Schmoel. Herr Po lak!, riep van Benckendorf, beledig mijn manschappen niet. De oppasser van van Benckendorf stond voor het raam van een kamer op de Oosterhof en zag op een afstand een dame vluchten met een soldaat. De oppasser tikte tegen de ruiten om de aandacht te trekken. DE FREULE SLEEPT DE KWAK ZALVER IN DE WACHT! Daar haastte de freule zich voort, ste vig gearmd met de namaak-baron! Van Benckendorf sloeg alarm, troepen rukten uit en ontrukten de freule van de Grim berg haar buit. Zij kwam naar de Ooster hof en begon te schelden en te razen. Maar dit nam de heer van Benckendorf niet. Schmoel, van Wijngaarden en de burgemeester lachten dat ze schaterden. De namaak-baron moest voor de generaal komen. En het Jöddeken sprak hem aan met Boemel-Bats. En Boemel-Bats schold Schmoel uit voor rotjood. Maar toen kwam de generaal tussenbeide. De bur gemeester eiste een onderzoek. De ransel moest nagekeken worden. Nu, daar was von Benckendorf voor te vinden. Hij had allemaal eerlijke soldaten in dienst, dus Saalmann was het ook. Het eerste wat uit de ransel kwam was een ivoren beeldje, wat de Vrouwe van de Ooster hof sinds gisteren vermiste. En er kwam nog meer voor de dag, het was niet mooi meer. De generaal stond lelijk met de oren te wapperen, maar hij redde de si tuatie met een grote bek; en de Rijsse naren de deur te wijzen. De freule van de Grimberg, ook van Duitsen bloede (hoe kon het anders) werd getroost. Maar ze was kwaad, ze zegde de huur aan van Wijngaarden op en weldra zouden de poorten van de Grimberg weer dicht gaan. De volgende dag tromde de gene raal van Benckendorf op met zijn zes duizend man. En de namaak-baron trok mee, om elders zijn praktijken voort te zetten. ANDER NIEUWS Het Jöddeken was in Rijssen de ge vierde man. De heer van de Stoevelaar, een mijnheer van der Wijck, moest een rentmeester hebben. Men had Gerrit van Wijngaarden opgegeven, de schoolmeester van Rijssen, als zijnde zeer bekwaam voor die taak. Meester van Wijngaarden wan delde op een vrije dag naar de Stoevelaar bij Goor. De hele eeuwenoude admini stratie zat in een grote kist. Berend de bouwknecht zou deze kist naar Rijssen brengen, dan kon de rentmeester de zaak eens uitzoeken. En de heer van Wijn gaarden schifte het kaf van het koren, en dat kaf bleek veel waardevols te be vatten. Veel bezitters van de Stoevelaar hadden tijdens hun leven veel opgete kend over de streek, waarin zij woonden. Zo ook een beschrijving van het verbran den van twee vrouwen, beschuldigd van hekserij. Dat is nu al weer vierhonderd jaar geleden, maar toch wel de moeite waard om even op te halen. De beide vrouwen, jonge maagden, waren de oude moederkerk te Rijssen ontrouw gewor den. Dit was al verdacht. Dat het daarbij in Rijssen zo geweldig spookte, dat kwam op rekening der beide dames. De drost van Twente vertelde het ronduit. Vrou wen waren heksen. Vermoedelijk had zijn hoogwelgeborene zelf wel een strabant wijf, wij weten het niet. Maar te Rijssen werd een onderzoek ingesteld naar de spokerijen, die daar anno 1550 plaats had den en dat was niet mis. Ofschoon men des nachts bij iedere poort vier bewakers zette, wisten heksen en spoken Rijssen binnen te dringen. Na het onderzoek bleek dat de Rijssenaren, vrouwen zowel als mannen, zo onschuldig waren aan de spo kerijen als een pasgeboren kind. Hoe was het begonnen? Vrij eenvoudig. Er was een Rijssenaar aan de pest gestorven. En nu was het zo, dat iemand die aan de pest gestorven was, dadelijk begraven moest worden. Nu lag de doodgraver ziek te bed en des avonds om elf uur zou de dode ter aarde worden besteld. Goede raad was duur, maar de vrouw van de doodgraver sloeg de schop op de nek. Zij droeg een witte muts en begaf zich naar het kerkhof rond de kerk. De overledene was maar een eenvoudig man en zou dus buiten de kerk begraven worden. Het was winderig weer en donkere maan, dus een echte spookavond. Tegen tien uur kwa men twee Rijssense burgers langs het kerkhof. En wat zagen zij daar? Er kwam een vrouwspersoon op het kerkhof uit de grond kruipen op handen en voeten, met een lantaarn in de hand. De bijgelovige Thomassen kozen het hazenpad. En de volgende morgen wist heel Rijssen dat 't de vorige avond al vroeg op 't kerkhof vreselijk had gespookt. Rijssen was toen nog geheel Rooms. En de pastoor zuiver de kerk en kerkhof. En dat hielp, want een paar dagen later werden de maagden te Eisen gegrepen en onder grote be langstelling, ook van Rijssens burgerij, te Eisen op de brink verbrand. VAN COEVERDEN. Woensdagmorgen om omstreeks 8 uur brak een korte, maar hevige brand uit in het perceel op de hoek van de Elzener straat en de Rozengaarde, bewoond door de fam. B. De brandweer was het vuur spoedig meester. Het verbrande huis is eigendom van mejuffrouw Ter Flarmsel en de heer H. ter Horst. Enige weken geleden had de gemeenteraad van Rijssen B. en W. toe stemming gegeven tot onteigening van huis en gronden in verband met de aan leg van een nieuwe verkeersweg. PARKGEBOUW RIJSSEN Vrijdag en zaterdag „Rozen voor moeder" Kruier Huber heeft een goede dag. Per trein arriveren enkele leden van het be roemde Donkozakkenkoor en natuurlijk brengt hij ze bij zijn in stilte aangebe dene Fanny Knobel, in het kunstenaars pension „Melodia". Daar maakt de Don- kozak Mitja kennis met mevrouw Eva Kende en haar rumoerige tweeling Peter en Paul, die ook in Fanny's pension een tehuis hebben gevonden. Mitja nodigt hen uit voor het concert van de Donkozakken, welk bezoek aan hun aller leven een dra matische wending zal geven. De vader van de tweeling schijnt voort durend „op reis" te zijn, want noch Peter, noch Paul hebben hem ooit gezien. Wel bezit Eva een foto van Alexander Brand- stetter voor de enorme fabriek die zijn naam draagt en hij is hun vader, zo ver telt hun moeder hen. Als Eva na het con cert van de Donkozakken naar huis terug keert, wordt zij aangereden door een tranj en met een hersenschudding opgenomen in het ziekenhuis. Hoewel Fanny haar best doet om de twee jongens zo goed mogelijk te verzorgen, kan zij ze niet baas en daar door kan ze niet voorkomen, dat Peter erop uittrekt om „zijn vader" te waar schuwen. De jonge directeur Karl Brand- stetter is stomverbaasd als „zijn zoontje" zich aan de fabriekspoort meldt. Hij is niet eens getrouwd, maar dat zegt niets, meent zijn rechtskundig adviseur. Om te onder zoeken wat hier achter steekt, speelt Brandstetter het spel verder en Peter is dolgelukkik in het prachtige huis van „zijn dolgelukkig in het prachtige huis van „zijn waarom deze niet onmiddellijk meegaat om zijn moeder te bezoeken. Als Eva be ter is, meldt zij zich bij Brandstetter, die haar telegrafisch van Peters verblijfplaats op de hoogte heeft gesteld om zich te ver ontschuldigen voor de overlast. Zo ver neemt Karl Brandstetter de geschiedenis van Eva en zijn broer Alexander, die op een reis naar Amerika is verongelukt, iets wat Eva nooit heeft geweten. Zij heeft al tijd gemeend, dat Alexander haar in de steek had gelaten. Tussen de beide jonge mensen ontwik kelt zich nu een frisse romance, zeer tot genoegen van de filosoferende tweeling, die als zij het voor het zeggen hebben, Brandstetter als vader de voorkeur geven boven Mitja. Deze laatste keert terug naar Serge Jaroff en zijn Donkozakken en kruier Huber spreekt zich eindelijk uit tegenover de energieke Fanny. Zo gaan weer enkele mensen meer gelukkig ver der door het leven. Woensdag 7 december „Wir Wunderkinder" Duitsland ziet zichzelf, d.w.z. regisseur Kurt Hoffmann laat ons een Duitsland zien 1913, 1923, 1933 en 1945 onder een aspect, dat in ons velerlei van de meest tegenstrijdige gevoelens oproept. De hoofdfiguur, Hans Boeckel, student, later afgestudeerd philosoof en journalist, ziet het Nazi-regime opkomen. Zijn eerste liefde gaat erdoor kapot, omdat de vader van het meisje moet vluchten. Zijn latere vrouw zal een Deense zijn, die hij in 1933 op het Carnaval in München ontmoet. Weliswaar zingt een studententrio een spotlied op Hitier, maar de Führer zelf is beslist géén grap meer Heinz Puck en Günter Neumann hebben het levensverhaal van Hans Boeckel ge schreven tegen de achtergrond van de tijd, waarin hij leeft. En het is bij hen en bij regisseur Hoffmann vooral begonnen om die tijd. Scherp wordt de profiteur, de Nazi Bru no Tiches geschilderd, die ook na de oor log weer zijn stem dreigt te verheffen Scherp wordt ook de sfeer van het Na- tionaal-Socialistische Duitsland getekend. Nergens echter wordt de film een „zwaar- op-de-handse", opdringerig-valse aan klacht. Integendeel: de toon van de film is die van een satyrische comedie. Daartoe dragen vooral de balladen bij, die door de gehele film heen door het duo Wolfgang Neuss en Wolfgang Müller als explcateurs aan de piano op waarlijk meesterlijke wijze worden gebracht. Regisseur Kurt Hoffmann en een aantal voortreffelijK door hem geleide acteurs, w.o. Hansjörg Felmy als Hans Boeckel, Jo hanna v. Koczian als de Deense Kirsten en Robert Graf als de Nazi, weten ons in de ban te krijgen van dit verhaal van mensen. Duitse mensen in Duitsland, die ons verontwaardigd stemmen en ontroeren, maar die ons voor alles een spiegel voor houden van een tijd, die grotendeels ook onze tijd was en is. Een tijd van felle, vaak even treurige als lachwekkende te genstrijdigheden. Deze tegenstrijdigheden hebben stellig doopvader gestaan bij de kinderen van die tijd men mag het tenminste afleiden uit hun naam: „Wir Wunderkinder".

Erfgoed Rijssen-Holten

Weekblad voor Rijssen | 1960 | | pagina 3