üfssen buiten de wallen
Fiimnieuws
Vriendschap tussen Nederland en Thailand
is eeuwen cud
PU
R.K.S.V.-P.H.
liJHii
8BS8Ï
RIJSSENS
OUDHEDEN
w&iAm
Toespraak Koningin
mmm
MÉT'"'
Toespraak Koning
Rijbewijs vervalst Het hoog militair
gerechtshof te Den Haag heeft conform
de eis uitspraak gedaan in een zaak tegen
de 24-jarige beroepswachtmeester der hu
zaren G. A. D. M. van E. uit Den Haag,
die zijn rijbewijs had vervalst. De wacht
meester, die vorige week terecht stond,
kreeg een onvoorwaardelijke gevangenis
straf van een maand opgelegd. De krijgs
raad had de wachtmeester indertijd tot
f 105 boete veroordeeld.
Enorme brand - Bij een brand in een
fabriek van spoorwagons te Salzgitter-
Watenstedt in Wtest-Duitsland is maandag
voor twee en een half miljoen mark scha
de aangericht.
Complot in Guatemala In Guatemala
is een nieuw komplot tegen de regering
ontdekt, waarbij linkse elementen waren
betrokken. De „actieve fase" van het com
plot zou bestaan uit een serie aanvallen
in het begin van november van de grens
met Honduras.
Nieuwe staalfabriek - De Allegheny
Ludlum Steel Corp. en twee Belgische
ondernemingen hebben plannen bekend
gemaakt voor de oprichting van een ge
meenschappelijke maatschappij voor de
produktie van roestvrij en edelstaal, die
in België een fabriek ter waarde van 10
miljoen dollar zal bouwen.
RKSV zorgde zondag voor een aange
name verrassing door het Almelose PH
met lege handen terug te sturen.
Reeds voor de rust hadden de Rijssena-
ren de beste kansen, maar de voorhoede,
vooral het binnentrio verzuimde door te
drukken. Een keer kroop trouwens het
doel der gasten aan een doorboring, toen
doelman Holtkamp tot twee keer toe een
zeker schijnend doelpunt wist te voorko
men. Over het geheel werd er te onnauw
keurig gespeeld. Vlak voor rust bracht
een fraaie hakbal van rechtsbinnen Zon
der de Rijssense doelman in grote moei
lijkheden, echter zonder succes. Pfeiffer
was op zijn post.
Tien minuten na de rust loste links
binnen G. Klein Rouweler onverwacht een
goed schot, dat echter uitstekend door de
PH-goalie werd gestopt. Een kwartier na
rust viel het doelpunt, waar de gehele
RKSV-aanhang op gewacht had. Midvoor
Markslag kreeg met alleen de doelman
voor zich een prima kans, die hij dan ook
benutte. Het spel werd er hierna niet be
ter op. De Almeloërs kwamen nu meer
in de aanval. Eén keer loste Loevestijn,
die nu zijn voorhoede was komen ver
sterken een keihard schot, dat door stop
per Kamphuis, die goed op dreef was, tot
corner werd verwerkt. 0:ok rechtsback
Wolters stond zijn mannetje, terwijl W.
Ebbing ook niet teleurstelde. Beide kant-
halfs verrichtten vooral verdedigend goed
werk. De voorhoede was deze middag nog
het slechtste deel van de ploeg. De linker
vleugel speelde trouwens nog het minst
slecht.
Tien minuten voor afloop besliste H.
Kamphuis de wedstrijd door een penalty,
wegens hands van linksback Tom Brug-
geman, onhoudbaar in te schieten.
Wegens de interlandwedstrijd is het eer
ste elftal vrij. Het komend programma
ziet er als volgt uit:
6 nov.: De TukkersRKSV.
13 nov.: RKSVRood Zwart.
20 nov. RV—RKSV
27 nov.: RKSVMarkelo.
4 dec.: Luctor—RKSV.
PARKGEBOUW RUSSEN.
Vrijdag 28 en zaterdag 29 oktober de
film
„De strijd om het bloedgeld".
Drie gevangenen uit de staatsgevange
nis van Arizona: Clay (Phil Carey), Red
(Robert J. Wilke) en Johnny (William
Leslie) weten te ontsnappen en trek
ken naar Clay's vroegere woonplaats
Warbow, waar diens nimmer onder ver
denking gekomen broer Frank (James
Griffith) de 30.000 onder zijn berusting
heeft, die Clay elf jaar geleden bij een
overval op de postkoets heeft buitge
maakt.
Als zij Warbow naderen, leidt Clay
zijn kornuiten eerst naar de ranch van
Murray Fallam, die met Clay's vroegere
meisje Kathleen is getrouwd. Kathleen
schrikt zeer, wanneer zij de terugkeer van
Clay verneemt; zij is gelukkig getrouwd
en Murray is een goede vader voor Da
vid, het zoontje van haar en Clay. David
is zich niet bewust, dat Murray zijn
stiefvader is.
Murray's vreemd gedrag heeft in het
dorp intussen argwaan opgewekt en de
sheriff (Francis de Sales) alarmeert zijn
mannen. Ze weten Clay te pakken te
krijgen, maar Red komt onverwacht tus
senbeide en sheriff met helpers worden
MEESTER VAN WIJNGAARDEN
MANUSJE VAN ALLES.
De jaren 17851813 waren voor Rijssen
en haar onderwijzer en het Riessener
Jclddeken van vérstrekkende betekenis.
Nooit te voren was Rijssen zo internatio
naal bekend geworden als in dit tijdperk.
Het begon hem in Rijssen te knijpen. De
oude Plas-Jan riep tegen iedereen, die
het horen wilde, (en hij schreeuwde hard,
daarom noemde de spraakmakende me
nigte hem ook Schreeuw-Jan), dat er te
Rijssen alle naties van volk binnenkwa
men. Hiermee bedoelde Jan de Fransen,
Schotten, Hannoveranen, Pruisen, Polen
en Russen. Al dit volk trok op gezette
tijden Rijssen door, hetzij van de Deven
ter kant, hetzij van de Duitse zijde. Soms
probeerden zij, ook te Rijssen, meisjes
aan de haak te slaan, of ransel en spek-
zak te vullen. De burgemeesters hadden
er wat op gevonden. De schoolmeester
van Rijssen, die aanvankelijk wel Frans,
maar geen Riessens kon, werd door de
burgemeesters tot adjunct-maire benoemd
(dit was zoveel als plaatsvervangend bur
gemeester). Wij hebben zo de indruk, dat
de toenmalige heer G. van Wijngaarden
de kapstok was, waar men alle moeilijk
heden aan ophing. Trouwens, hij was met
zijn vloeiend Frans ook de enige burger
van Rijssen, die veel moeilijkheden op kon
lossen. De rechterhand van de heer Van
Wijngaarden was het Riessener Jöddeken
Schmoel Polak. Deze veekoopman, een
geboren Pool, voerde vaak de gesprekken
met de Russen. Vaak waren de Kalmuk-
ken, een onbeschaafd soort steppevolk,
dat tijdens de inkwartiering soep op
straat kookte, doodeenvoudig, omdat nie
mand dit luizenvolk in huis kon hebben.
Wanneer de Kalmukken op een late mid
dag Rijssen binnenreden, dan was Rijs
sen potdicht. Moeders haalden hun kin
deren gezwind van de straat. Een zorg
zame vaders moeten aldus geroepen heb
ben: Miene, vuuroet in hoes, doar he'j de
Kalmukken! Nu waren de Rijssense jon-
gedochters niet zo, dat zij op het eerste
gezicht verliefd werden op de ruig be
haarde en bebaarde steppenbewoners van
Azië, die alle kleren zowel van mannen
als vrouwen over elkaar aantrokken en
zich bovendien nog opstopten met hooi en
stro voor de kou. De burgerij keek dan
ook verbaasd toe, hoe deze gasten op de
Haar (daar hadden ze de ruimte), grote
gaten groeven in de straat en zich een
bed spreidden op schaddenhopen e.d. In
enorme potten, die ze meevoerden, kook
ten zij een. zeer twijfelachtige soort soep.
En dronken uit grote kruiken zeer veel
jenever. Schmoel Polak, die zo'n beetje
bij deze gasten als vertolker dienst deed,
kreeg te horen dat de mensen te Rijssen
verschrikkelijk mensenschuw waren. Het
was gelukkig maar één nacht, dat Rijs
sen gastheer was voor de Kalmukken. De
volgende morgen eisten zij op hoge toon
een gids, om hen naar Deventer te bege
leiden. En wie was er een betere gids dan
meester Van Wijngaarden,. Er hielp geen
lieve moederen aan, Van Wijngaarden
moest mee. De meester deed eerst met
vrouw en kinderen nog 'n gebed voor de
behouden thuiskomst, en kreeg 't paard
met de rattenstaart van een der burge
meesters. Het was de meest avonuur-
lijke tocht, die ooit een Rijssense school
meesters mee. 't Was de meest avontuur-
gen kwam het Kalmukkenleger te Hol
ten binnen. De stof van het leger gonsde
als een zwerm vliegen om Van Wijngaar
den heen. En toen de bende in Holten
kwam, riep de schout van Holten, oegoet,
oegoet Daor he'j Van Wiengaarden en
zee't, wat nun pruttel of e'bie'j zich hef.
En het was inderdaad een pruttel. De
Rijssense schoolmeester deed wanhopige
pogingen om zich de Aziaten van het
lijf te houden, omdat, zoals hij tegen de
Holter schout vertelde, hij aan de Rijs-
sener luizen genoeg had, hij wenste er
geen vreemde inkwartiering bij te hebben.
In Holten had onze gids veel moeite om
zich de manschappen van het lijf te hou
den. In Holten eisten de Kalmukken, je
never. De schout riep de kasteleins bij
elkaar, er werd beraadslaagd, de aan
wezige jenever werd in een karnton ge
gooid, en daar stiekum een hoeveelheid
water bijgedaan. De Kalmukken proefden
en spuwden het uit. Zij maakten Van
Wijngaarden duidelijk, dat zij zulk bocht
niet wensten te zuipen. Ter demonstratie
gooiden zij de karnton om en lieten de
inhoud over de straat lopen. Zij maakten
vuur, maar de jenever wilde niet bran
den. En zij maakten hun gids duidelijk,
dat het volk dat zulke jenever dronk,
tot het onbeschaafdste volk van de we
reld behoorde. Van Wijngaarden beloof
de hen bij de Bathmense-molen heerlijke
jenever. Dit was maar een middel om
tijd te winnen, want Van Wijngaarden
wist helemaal niet of op de herberg de
Bathmense Molen jenever was. Halfweg
tussen Holten en Bathmen wist de Rijs
sense schoolmeester er tusen uit te knij
pen, met achterlating van het burgemees-
terspaard met de rattenstaart. De Kal
mukken met hun vlugge paardjes zouden
hem anders een vlucht onmogelijk hebben
gemaakt. De nogal zwaarlijvige man wist
zich met succes een paar uur te verstop
pen en wandelde toen langs binnenwegen
weer naar Rijssen. Toen gebeurde echter
het ongelofelijke. Wat was het geval?
Een patrouille Kalmukken was terugge
reden naar Rijssen. Zij waren bedrogen,
zo maakten zij het Riessener Jöddeken
duidelijk en ze willen het huis zien van
de gids, die hen *^oör de gek gehouden
had. Het Jöddeken vroeg op zijn beurt
waar ze de gids gelaten hadden en het
paard? 't Paard met de rattenstraat intus
sen hadden ze als bewijsstuk weer mee
gebracht en de betrokken eigenaar haastte
zich om zich over zijn paard te ontfer
men. Er hielp geen lieve moederen aan,
zij wilden naar het huis van de heer Van
Wijngaarden. Maar Schmoel, een uitge
kookte diplomaat, gaf de heren hun zin.
En nam ze mee naar het huis van Dieks
de mandenmaker. En liet ze daar in de
schuur kijken. Neen, die was het niet!
Maar een andere gids hebben wij niet,
heren. Juist toen de Kalmukken op hun
kleine paardjes terugkeerden, vergallop-
peerden de Aziaten zich en sloegen op
de Höfte een verkeerde weg in, en de heer
Van Wijngaarden, die langs een omweg
Rijssen probeerde te bereiken, denkende
op de Höfte veilig te zijn, liep pardoes
de patrouille in de armen. Zij maakten
met de Rijssense schoolmeester niet veel
omslag, bonden de zwaarlijvige man aan
de paardestaart, en draafden Rijssen in
en de schoolmeester draafde mee. Hij
moest mee naar de Oosterhof, waar een
Russisch bevelhebber zetelde. Gelukkig
voor Van Wijngaarden hadden een aantal
vooraanstaande Rijssenaren, waartoe zich
ook het Jöddeken rekende, het gevaar ge
zien, waarin de adjunct-maire verkeerde.
Zo hard het manneke lopen kon, draafde
hij naar de Oosterhof. Hoe het mogelijk
was, is nog een raadsel. Maar Polak had
blijkbaar sterke ellebogen en vóór dat
men Van Wijngaarden vóór kon leiden,
had Schmoel hem al weer los gesmoesd.
De Rijssense adjunct-maire kon gaan.
Maar verontwaardigd riep Polak uit: Nou
zeet den man ees boekslagen!
in hun eigen cel opgesloten.
De drie boeven trekken met Frank
naar de oude mijn en nemen kleine Da
vid als gijzelaar mee. Na lang zogenaamd
zoeken moet Frank bekennen, dat het
geld op is. Woedend schiet Red hem
neer. De trillingen van het schot brengen
het losse gesteente in de mijn in bewe
ging en links en rechts vinden instortin
gen plaats. Als de mannen uit de mijn
willen vluchten, blijkt de ingang bezet
door de sheriff en zijn mannen, verge
zeld van Kathleen en Murray.
Murray biedt aan David's plaats in te
nemen als gijzelaar, maar Kathleen is
hem voor en holt de mijn in. Een blinde
Indiaanse knecht van Murray dringt door
een achtergang in de mijn door, de ver
raste boeven schieten, een nieuwe instor
ting volgt en Clay raakt beklemd. Het is
Murray die hem redt en voordat hij sterft,
fluistert Clay de jonge David in, dat hij
„blij mag zijn met zo'n fijne vader".
MEESTER VAN WIJNGAARDEN
EN HET EI.
De Vrouwe van de Oosterhof werd niet
meer geteld in zaken, de stad Rijssen
betreffende. De Colonel Galatschin
troonde nu als een vorst op de Ooster
hof. Natuurlijk was dit niet van blijven
de aard. Maar hij zat er dan toch maar.
De Fransen hadden iedere titulatuur af
geschaft. Voor de wet was de Vrouwe
van de Oosterhof gelijk aan Rapschottels-
Jannao. Maar dat kon Galatschin niet hel
pen. De Vrouwe van de Oosterhof ver
dedigde zich dapper in de strijd om haar
voorrechten. Zij kwam met de papieren
op tafel. Iedereen geloofde haar wel, en
de patriottendominee, de man die hoopte
dat het Franse bewind zou zegevieren,
vond het heel natuurlijk dat alle mannen
en vrouwen over één kam geschoren wer
den. Maar de rechtgeaarde Rijssenaren
fluisterden tegen elkaar: wazz wie'j meer
van 'n pröttel of. En een ander voegde er
aan toe: met 'n dominee der bie'j!
Ondertussen, de Kalmukken zakten af
en de luizen ook. Ijverige Haarbewoners
maakten de kookgaten in de straat zo
gauw mogelijk dicht. Meester van Wijn
gaarden was de tegenspeler van Galat
schin. Er kwamen nieuwe troepen Rus
sen aan. De tijd in aanmerking genomen,
heel behoorlijke mensen. De Vrouwe van
de Oosterhof moest steeds meer kamers
afstaan voor de bezettingsofficieren.
De Vrouwe van de Oosterhof maakte
de adjunct-maire bittere verwijten. Het
commentaar was: Vrouwe van de Ooster
hof, u heeft de meeste kamers nog van
heel Rijssen. De maire zat op het stad
huis. Twee jonge Russische officieren
kwamen en waren een half uur lang
bezig de maire duidelijk te maken wat
de heren wensten. Toen zij begonnen te
kraaien gelijk een haan, hield Van Wijn
gaarden zich de buik vast van het lachen.
Dit werd als een belediging opgenomen
van het militair gezag. En in minder dan
geen tijd had Van Wijngaarden de pater
nosters om de polzen en werd hij wegge
leid naar de Oosterhof. De Colonel kon de
adjunct-maire niet verhoren zonder het
Jöddeken. En toen was de zaak gauw op
gelost. De heren verlangden eieren. Maar
voegde het Jöddeken er dadelijk achter
aan; De Riessener hennen legt rechte-
voort völle eier met haken der an!
VAN COEVERDEN.
Woensdag 2 november de lfim:
„De wrede haven".
Terry Malloy (Marlon Brando), ha
venarbeider en ex-bokser, krijgt van zijn
vakbondleiders opdracht zijn collega
Joey naar het dak van zijn huis te lok
ken. Tot zijn schrik wordt Joey door
handlangers van het dak naar beneden
gegooid. De leiding van de vakbond is
namelijk in de handen van gangsters ge
raakt en Joey was begonnen de Justitie
in te lichten over hun uitzuigerijen. De
jonge Terry is wel verhard, maar de
moord op Joèy schokt hem toch.
Joey's zuster Edie begrijpt, dat Joey
niet per ongeluk naar beneden viel en
probeert inlichtingen te krijgen omtrent
de daders ook bij Terry. Maar de arbei
ders hebben geleerd te zwijgen, omdat
praten levensgevaarlijk kan zijn. Ook
pastoor Barry (Karl Malden), die de mis
standen wil bestrijden, stoot op zwijg
zaamheid van de mannen. Enkelen, die
een door hem belegde bijeenkomst be
zochten, worden afgeranseld. En dit
brengt één der slachtoffers, Dugan (Pat
Henning) er toe om nu toch maar eens
de justitie te gaan inlichten. De volgen
de dag in het ruim van een schip wer
kend, krijgt Dugan „toevallig" een kist
op zijn hoofd en is dood.
Deze gebeurtenissen en de omgang met
de meisjesachtige, maar niet berustende
Edie maken in Terry iets wakker. Hij
krijgt bewondering voor die enkele men
sen, die dapper durven opkomen voor
recht en eer. Hij wordt verliefd op Edie
en zijn rol bij de moord op haar broer
drukt zwaar op zijn geweten.
John Friendly (Lee J. Cobbs), de op
perste vakbondtiran, merkt, dat Terry
onberekenbaar is geworden en geeft
broer Charley (Rod Steiger) te verstaan,
dat Terry in het gareel gebracht moet
worden. Charley, die zelf één van de
vakbondbonzen is, biedt Terry een ver
dacht voordelig baantje aan. Maar Terry,
de nieuwe Terry, weigert.
De gangsters kennen geen pardon. Op
Terry wordt een aanslag gepleegd en
Charley wordt geliquideerd". Nu is de
maat bij Terry vol en hij trekt uit om
Friendly neer te schieten. Maar pastoor
Barry weet hem te overtuigen, dat hij
Friendly het gevoeligst kan treffen door
voor de rechter tegen hem te getuigen.
Terry doet dit, terwijl ^en verrukte Edie
(Eva Marie Saint) naar hem luistert.
Friendly's rijk lijkt nu wel ten einde,
maar de havenarbeiders beschouwen Ter
ry's daad toch als een soort verraad en
kijken hem met de nek aan. Dan gaat
Terry naar de kade en tart Friendly tot
deze een gevecht van man tot man be
gint. Doordat Friendly's lijfwacht in
grijpt, delft Terry het onderspit. Maar de
havenarbeiders hebben nu gezien, dat
Friendly geen onoverwinnelijke gódheid
is en zij weigeren aan het werk te gaan
zonder dat Terry in hun midden is. Nu
is Friendly's macht voorgoed gebroken.
Koningin Juliana heeft tijdens het gala
diner in Huis ten Bosch koning Bhoemi-
b°l en koningin Sirikit van Thailand toe
gesproken. Zij zeide o.m.
Uwe majesteiten zetten thans een lange
reeks voort van bezoeken en van contac
ten tussen onze beide landen. Ongelukki
gerwijze moesten twee bezoeken van ko
ningen van Thailand worden afgelast,
maar Ik herinner met dankbaarheid aan
het bezoek van koning Choelalongkorn,
dat reeds in 1897 geschiedde. Historici
stelden vast dat de betrekkingen tussen
Thailand en Nederland de oudste zijn die
Thailand met enig land in Europa heeft.
In 1601 sloot de Nederlandse admiraal
Van Neck een handelsovereenkomst met
de koningin van Patani, die schatplichtig
was aan de koningen van Siam. In 1604
zond Nederland „een man van invloed",
een zekere Cornells Specx naar de koning
van Siam om te vragen of zijne majesteit
geneigd zou zijn de Nederlanders te hel
pen bij het aanknopen van betrekkingen
met China. Niet alleen werd de vertegen
woordiger hoffelijk ontvangen, maar zijne
majesteit besloot een gezantschap naar
Nederland te zenden. Na hun aankomst
overhandigden zij een brief van zijne ma
jesteit de koning van Siam aan prins Mau-
rits. Zij toonden bijzondere belangstelling
voor de scheepsbouw. In 1664 werd het
eerste officiële verdrag gesloten tussen
Siam en Nederland. Het was het eerste
verdrag dat ooit door een koning van
Siam met een Europese mogendheid werd
getekend. Vanaf dat moment begon het
vriendschappelijke verkeer tussen Thai
land en Nederland. Tragisch was de re
den, die vele Nederlanders gedurende de
tweede wereldoorlog naar uw land deden
gaan, maar toch heeft de goedhartigheid,
hun bewezen door het volk van Thailand,
de verschrikkingen in hun herinneringen
verlicht. In economisch opzicht genieten
wij beiden het voordeel op een centrale
plaats gelegen te zijn, ieder in ons eigen
deel van de wereld op, als 't ware, knoop
punten van handel en verkeer, van het
transport zowel van goederen als van ge
dachten, waaraan wij ons eigen aandeel
van import en export van materiële en
geestelijke waarden toevoegen.
Tijdens het bezoek aan het Waterloop
kundig Laboratorium te Delft strooide
Koningin Sirikit snippers in het proef-
bassin om zo de stroming van het water
te kunnen volgen.
Uwe majesteit tracht de koers uit te
zetten in wijsheid en in verlichting naar
de roep van het heden en van de toe
komst. Wij leven in een vreemde eeuw,
die in beroering is, waarin het werk van
de pionier niet zo zeer heldhaftig is dan
wel een tasten om de weg te vinden in
grillige en mistige ruimten. Wij zijn allen
op zoek naar nieuwere vormen voor de
sociale orde en voor de internationale ge
meenschap. Ik weet dat de naam van uw
t:
land betekent het land van de vrije men
sen en ik geloof dat daar de voornaamste
band tussen ons ligt, want niets is ons
dierbaarder dan de vrijheid.
In antwoord op de toespraak van de ko
ningin zeide koning Bhoemibol dat hijzelf
en zijn gemalin diep getroffen waren door
de vriendelijke en welgekozen woorden en
de vriendschappelijke en warme verwel
koming bij het betreden van Nederland.
„Wij allen", zo vervolgde de koning, „heb
ben gehoord van de bijzondere verrichtin
gen van uw land. Overwinningen op na
tuurkrachten, de ingewortelde vrijheids
liefde van het Nederlandse volk en de be
langrijke rol van Nederlandse juristen bij
de vorming van het internationaal recht
vormen ieder voor zich een hoofdstuk van
de wereldgeschiedenis. Tussen onze lan
den bestaat een lange traditie van vriend
schap en binding. De pioniersgeest van
uwe onderdanen bracht hen onder de eer
sten, die in aanraking met ons volk kwa
men. Sedertdien hebben voortdurend
vriendschappelijke betrekkingen tussen
de twee landen bestaan. Het verdrag van
1664 was een formele bevestiging hiervan.
Dit bevestigt en verstevigt het gevoel van
het reeds bestaande wederzijdse vertrou
wen. Onze koninklijke huizen hebben er
tevens toe bijgedragen om de geest van
vriendschap, die de volken bond, te ver
stevigen. Het persoonlijke contact op dit
hoge niveau geeft aanmoediging en ver
steviging aan de gelukkige samenwerking
tussen onze landen".
De koning zeide voorts, dat het „in de
tegenwoordige draaikolk van het wereld
gebeuren een gebiedende eis is, dat wij
onze beste krachten inspannen om de
spanning, die de gehele wereld dreigt te
vernietigen, te verminderen. Wij bren
gen", zo ging koning Bhoemibol verder,
„groeten en geest van goede wil van het
volk van Thailand voor het Nederlandse
volk mee. Wij hopen, dat deze in dezelfde
geest zullen worden aanvaard als waar
mee zij worden aangeboden".