Betere sociaal-economische ordening
ei planning noodzakelijk
Landbouwwerk
in Ghana
Vooruitzichten werkgelegenheids
situatie somber
Zomeraktiviteitei
Enschede 1178
Tekenwedstrijd 'Internationaal
Jaar van het Kind (1979)'
Visum voor
Spanje
Koop bewust uw
diepvriesprodukten
Dr. J. W. dePous in jubileumnummer tijdschrift „Bedrijfsbeheer'
Jaarverslag F.N. V.
Eigen plorn
Zaterdag 12 augustus:
Zaterdag 19 augustus:
Zuidwest Overijssel
HOLTENS NIEUWSBLAD - 18 AUGUSTUS 1978 - PAG. 13
De sociaal-economische ordening
en planning zijn onsamenhangend
en onoverzichtelijk. De huidige ge
compliceerde opzet van beleidsad
visering, -bepaling en -uitvoering
moet hoognodig worden vereen
voudigd en gestroomlijnd. Op
macro-niveau zou dat kunnen ge
beuren door een systeem van indi
catieve planning. Jaarlijks zouden
overheid en bedrijfsleven daarvoor
overleg moeten voeren over en
moeten zorgen voor een afstem
ming van de ontwikkelingen die zij
voor hun sector voorzien. Zo kan
een consistent geheel ontstaan
waarmee de gestelde maatschap
pelijke doeleinden kunnen worden
gerealiseerd. Na behandeling in en
instemming van de volksverte
genwoordiging kan een en ander
gelden als een maatschappelijk
„kader-concenant", een raam
overeenkomst.
Dat schrijft dr. J: W. de Pous, voor
zitter van de Sociaal-Economische
Raad (SER) in een jubileumbundel
met ais titel „Onderneming en
overheid" die een dezer dagen ver
schijnt ter gelegenheid van de 50e
jaargang van „bedrijfskunde", tijd
schrift voor modern management.
Volgens dr. De Pous zou een
jaarlijks bij te stellen-indicatieve
planning voor een middellange
termijn van 4 a 5 jaar de grondsla
gen kunnen leggen voor een, ook
door de vakbeweging bepleite,
meeijarenplanning van het arbeid
svoorwaardenbeleid. Zo is bijv. een
kwantitatieve afstemming nood
zakelijk van de beoogde ontwikke
ling van de vrij besteedbare inko
men in de particuliere sector ener
zijds en die van de collectieve sec
tor inclusief fiscale en premiedruk
anderzijds.
jaarlijkse sociaal-economische
structuurnota
Dr. De Pous pleit voor periodiek
door de regering uit te brengen
sociaal-economische structuurno
ta's in de plaats van afzonderlijke
werkgelegenheids-, inkomens- en
economische structuurnota's.
Daarin zou tevens de meerjaren
planning van de overheidsuitgaven
moeten zijn opgenomen. Volgens
hem zou het bedrijfsleven
vertegenwoordigd in de SER- zich
eveneens periodiek moeten bera
den over de economische groei op
middellange termijn en over de be
stemming daarvan. D.w.z. over de
ontwikkeling van het reëel be
schikbaar inkomen, over het ren
dement van de ondernemingen en
over de omvang van de collectieve
sector. Voor een verantwoord oor
deel is het daarbij nodig dat inzicht
wordt verkregen in de effecten, die
de verschillende bestemmingsmo
gelijkheden van de economische
groei op de groei zelf hebben en
vooral ook op de werkgelegenheid
op middellange termijn.
Vóór zomerreces overleg rege
ring/parlement
In zijn bijdrage voor de jubileum
bundel van het tijdschrift „Be
drijfskunde" bepleit SER-
voorzitter dr. De Pous voorts dat
regering en parlement jaarlijks
vóór het zomerreces gezamenlijk
overleg plegen over de indicatieve
meerjarenplanning van het
sociaal-economisch structuur- en
facettenbeleid. Daarbij zou de visie
van het georganiseerde bedrijfsle
ven op de middellange termijnont
wikkeling moeten worden ge
bruikt. De uitkomst van het vóór
de zomervakantie te houden over
leg van regering en parlement zorgt
op die manier voor het referentie
kader, zowel voor de in het najaar
te presenteren miljoenennota als
voor het arbeidsvoorwaardenover
leg en -beleid, die in het najaar -en
ïn het vroege vooijaar- plaatsvin
den in de Stichting van de Arbeid
en in de bedrijfstakken.
Dr. De Pous is voorts van mening
dat voor verwezenlijking van de
doeleinden, die in het door hem be
pleite „maatschappelijke kader
convenant" worden beoogd, niet
kan worden volstaan met globale
maatregelen. Daarnaast zullen ook
gerichte maatregelen moeten wor
den genomen. Bovendien zullen
voor bepaalde doeleinden gedrags
regels veel meer aangewezen zijn.
Als voorbeeld noemt hij „langs de
weg van het overleg overeengeko
men gedragsregels voor de inko
mensontwikkeling van de verschil
lende inkomenscategorieën".
Sectorale strategie nodig
Ook aan de wenselijke overlegs
tructuur op het niveau van de be
drijfstakken -hetzgn. meso-niveau-
gaat de SER-voorzitter in zijn be
schouwing in de jubileumbundel
van „Bedrijfskunde" in. Hij stelt
vast dat de meso-structuur is ach
tergebleven bij de belangwek
kende en ingrijpende ontwikkelin
gen in de laatste decennia wat be
treft doelstellingen en instrumen
ten op het nationale macro-niveau
en op het niveau van de onderne
ming. „De vraag rijst dan ook of
vanuit een oogpunt van doelma
tige en evenwichtige opbouw van
een maatschappelijke orde, die
passend is voor een democratisch
bestel, het „middenkader", de zgn.
meso-structuur, niet moet worden
uitgebouwd", zo schrijft hij. „Een
aanpak op meso-niveau zou be
vruchtend kunnen werken voor een
sectorale strategie, die als referen
tiekader kan dienen voor het
macro-beleid van de overheid en
het micro-beleid van de onderne
mingen".
Als mogelijkheden in het kader van
een sectorale strategie noemt dr.
De Pous:
- eerder overleg over een evenwich
tige opbouw van de bedrijfstak,
met name ook gelet op de werkge
legenheid, waardoor een herstruc
turering minder ingrijpend en pijn
lijk zou zijn;
- overleg over de aard van de be
drijfstak en een eventuele aanpas
sing van produktiemethoden, op
dat deze aansluiten op een verant
woord milieubeheer;
- overleg over de regionale struc
tuur in verband met de ruimtelijke
ordening
- overleg over arbeidsomstandig
heden en de kwaliteit van het werk,
opdat deze optimale mogelijkhe
den bieden voor de ontplooiing van
de mens;
- een sectorale overlegstructuur
zou een belangrijke bijdrage kun
nen leveren in het tot stand bren
gen van een sectoraal informatie
mechanisme, waarvan de resulta
ten moeten dienen voor een ver
antwoord beleid en voor een
vruchtbaar en meer systematisch
overleg tussen overheid en de be
trokken groeperingen van de sec
tor.
Een en ander zou volgens hem bij
dragen tot een vertaling van macro
naar micro en omgekeerd, tot de
noodzakelijke slagvaardigheid en
flexibiliteit op ondernemingsni
veau, tot een optimale afstemming
van vraag en aanbod van de be
roepsbevolking in de branche en
tot voorkoming van een schoksge
wijze expansie dan wel tot mitige
ring van een inkrimping.
Verdere beperking marktsector
niet zonder ingrijpende gevolgen
Dr. De Pous waarschuwt aan het
slot van zijn beschouwing voor een
verdere beperking van de particu
liere ondernemingsgewijze pro-
duktiesector, waar momenteel nog
maar 60% van de beroepsbevolking
werkzaam is. „Een verdere beper
king van deze sector zou niet zon
der ingrijpende gevolgen blijven
voor de welvaartsontwikkeling en
op de (democratische) besluitvor
mingsprocessen in onze maat-
schappij", meent hij. Volgens hem
zal de maatschappij overigens niet
permanent en ongelimiteerd kun
nen doorgaan met financiële on
dersteuning van ondermingen,
waarvan de produktie niet render
end kan worden afgezet. Boven
dien zal een toenemend aandeel
van de overheid in de economie en
een economische politiek, waarbij
het marktmechanisme steeds ver
der wordt ontregeld, de flexibiliteit
aan de economie ontnemen. De
flexibiliteit die nodig is voor het
'opvangen van de schokken in de
sociaal-economische en sociaal-
politieke ontwikkeling, waartoe
een steeds kleiner wordende parti
culiere sector niet langer in staat
zal zijn. „Door een voortgaande af
kalving van de particuliere sector
zou dus een verarming-letterlijk en
figuurlijk- van onze samenleving
optreden" aldus dr. De Pous.
Oplossing werkloosheid voor
waarde voor maatschappelijke
consensus
Dit alles neemt volgens de SER-
voorzitter niet weg, dat de span
ning tussen het concurrentiebeleid
en het werkgelegenheidsbeleid een
van de kernpunten van het
sociaal-economisch structuurbe
leid in de komende jaren vormt.
Oplossing daarvan vormt een
noodzakelijke voorwaarde voor „de
zo dringend gebleken maatschap
pelijke consensus voor het sociale
en economische beleid in de tach
tiger jaren", aldus dr. De Pous. Hij
meent dat die oplossing moet wor
den gezocht in een evenwichtige
onderling afstemming van:
- de bestuurskracht, slagvaardig
heid en flexibiliteit van de indivi
duele onderneming;
- de inspraak en medezeggenschap
van de medewerkers in de onder
nemingen en
- de ontwikkeling van een bedryfs-
takstrategie door de ondernemin
gen en maatschappelijke organisa
ties op het niveau van branche en
bedrijfstak.
arbeidsloos inkomen geen oplos
sing
lln zijn bijdrage in de jubileum
bundel van „Bedrijfskunde" be
steedt dr. De Pous ook aandacht
aan de relatie „arbeid-inkomen".
Met nadruk stelt hij dat de priori
teit voor volledige en volwaardige
werkgelegenheid geenszins een re
lativering betekent van de doelstel
ling van een aanvaardbare inko
mensverdeling en van het te voeren
inkomensbeleid. In dat verband
vraagt hij zich af of in de voorstellen
voor een arbeidsloos inkomen een
sleutel ligt tot de oplossing van„het
ernstige maatschappelijk euvel
van een omvangrijke werkloos
heid", waarvoor wij in het komende
decennium worden gesteld, hoe
aanbevelenswaardig het ook is, dat
het nietreconomisch produktief of
actief zijn wordt opgewaardeerd,
hetgeen welhaast een mentali-'
teitsbreuk vereist. „Wanneer men
uitgaat van een recht op inkomen,
in die zin dat niemand tegen zijn wil
economisch-productieve arbeid
behoeft te verrichten, moet wel
worden gevreesd dat het voortbe
staan van onze sociale verworven
heden, welke besloten liggen in een
weldoortimmerd stelsel van maat
schappelijke voorzieningen, dat
momenteel reeds onder spanning
staat, zal worden aangetast", zo
schrijft dr. De Pous. „Actieven en
niet-actieven kunnen gezamenlijk
niet meer uitgeven dan in totaal
wordt geproduceerd en verdiend;
een verdere verschuiving in de
richting van het aantal economisch
niet-actieven zou de voorzieningen
voor en de uitkeringen aan hen, die
het echt nodig hebben wezenlijk in
gevaar kunnen brengen". Volgens
hem moet er derhalve een mini
mum aan primair inkomen in de
produktieve sector van de econo
mie worden gevormd om de collec
tieve uitgaven te kunnen financie
ren. Naar de mening van de SER-
voorzitter zou de te verwachten
stijging van het percentage niet-
werkenden in de komende jaren er
toe kunnen leiden, dat op een met
erg veraf gelegen moment het aan
tal werkenden in de marktsector
niet toereikend zal zijn om het ver
kregen bestaansniveau van de
mensen die afhankelijk zijn van het
economische draagvlak te garan
deren. Dit moment zou kunnen
worden verschoven wanneer de
werkenden bereid zouden zijn, met
alleen volledig afstand te doen van
de groei, maar bovendien een ach
teruitgang in reëel beschikbaar in
komen te aanvaarden.
Steven Donkor, Ghanees student
in Wageningen, die zondag a.s.
spreekt in beide diensten in de
Hervormde kerk te Holten.
(Hoofdpróject voor actie voor Holtens Fonds voor Internationale Hulp
verlening van 20-27 augustus 1978)
De Presbyteriaanse Kerk van Ghana draagt de verantwoordelijkheid
voor de landbouwstations in Tamale en Garu. Beide zijn gelegen in het
noorden van het land waar het droogteprobleem van de Sahel duidelijk
in de buurt komt en in 1977 bij het binnenhalen van de vroege oogst goed
merkbaar was.
twee nieuwe gewassen te introdu
ceren, die de opbrengst van het
land aanzienlijk kunnen vergroten.
Deze nieuwe soorten - mais en Gui
nea corn - zijn uitgetest op het
landbouwstation en daarna bij 300
boeren uitgezet. Als ze goed aan
slaan hebben we er een mogelijk
heidbij om de levensstandaard van
de arme bevolking te verbeteren.
Vanuit het station in Tamale heeft
de landbouwdeskundige ds. Atze
van den Broek de laatste jaren in
een tiental dorpen een sterke rela
tie weten te leggen tussen land-
bouwwerk, evangelisatie en enkele
ontwikkelingsaspecten. Hst is hem
gelukt om te laten zien dat de kerk
met landbouwwerk met alleen
maar een technische ontwikkeling
beoogt. Het heeft te maken met die
„Chief is in het leven van zijn on
derdanen, die Boer is en zorgt voor
het dagelijks brood en die als
rechtvaardige Rechter bevrijdt
van alle kwaad".
Opvallend in de aanpak is dat het
team van medewerkers wacht op
uitnodigingen uit de dorpen. Men
komt zelf met het verzoek om land
bouwvoorlichting of godsdien
stonderwijs. Het een wordt altijd
samen met het andere geboden. In
een aantal dorpen is men gekomen
tot de uitvoering van eigen projec
ten: het bouwen van een brug of de
aanleg van een waterreservoir. Na
ast de mankracht brengt men
daarvoor opvallend veel eigen fi
nanciële middelen bijeen.
In Garu is de heer John Opata de
laatste jaren de grote voortrekker.
Onverdroten zet deze man, die af
komstig is uit Zuid-Ghana, waar
'nog met al te veel mensen „brood"
zien in het dorre woestijnachtige
l noorden van het land, het werk van
de kerk voort. In 1977 zag hij kans
Holten voor Ghana: U helpt na
tuurlijk óók mee door vaste bijdra
ger te worden voor het Holtens
Fonds voor Internationale Hulp
verlening of door een royale bij
drage voor dit belangrijke doel,
wanneer tussen 20 en 27 augustus
a.s. de medewerkers van het Hol
tens Fonds voor Internationale
Hulpverlening bij u aanbellen. Er
kwam reeds f 2600,- binnen op de
rekening, van het Holtens Fonds
voor Internationale Hulpverlening
bij de Rabobank te Holten (giro
875587).
Ghana voor Holten: dót wordt óók
werkelijkheid, want in de beide
Hervormde kerkdiensten, op zon
dag 20 augustus zal een jonge Gha
nees, Steven Donkor, die in Wage
ningen studeert en lid is van de
Presbyteriaanse Kerk, ons wat
over Ghana komen vertellen. Na
beide diensten zullen in Irene films
en/of dia's vertoond worden over
Ghana, terwijl daar ook met ver
schillende jonge Ghanezen, die hier
studeren, gesproken kan worden.
Het District Overijssel van het N.V.V^N.K.V. heeft haar eerste jaarver
slag als F.N.V, (over der periode I september 1977 - 31 augustus 1978)ap
tafel gelegd. Over de sociaal-economische ontwikkeling in Overijssel en
de mogelijke vooruitzichten wordt in het verslag gezegd, dat het beleid
in d&epzicht in de periode juni 1977 - juni 1978 sterk werd bepaald door
de zich verslechterende werkgelegenheidssituatie in het district. Ge
steld wordt dat onder invloed van ongunstige structurele ontwikkelin
gen in de Nederlandse economie en tengevolge van de internationale
conjuncturele neergang in de jaren 1974-1975 de werkgelegenheid in de
provincie Overijssel in de industrie in niet onbelangrijke mate is terug
gelopen. De verwachtingep voor de komende jaren zijn dan ook voor
onze provincie ten opzichte van Nederland niet erg gunstig. Bij een
ongewijzigd beleid, zo wordt verwacht, zal de toename van de werkloos
heid in 19811.3 tot 1.7 maal zo^root zijn als in 1976. Dat wil zeggen 6.7%
tot 8.8% werkloosheid in 1981.
Na uitvoerig te zijn ingegaan op de
noodzakelijke maatregelen welke
hadden moeten worden genomen
en nog genomen moeten worden,
zegt het verslag dat men tot nu toe
politiek gezien nog weinig heeft be
reikt. Overijssel wordt nog steeds
niet tot stimuleringsgebied gere
kend. Er zijn geen extra gelden tot
steun toegezegd. De Overijsselse
Ontwikkelings Maatschappij
(OOM) kan nog steeds met met ei
gen kapitaal deelnemen in noodlij
dende ondernemingen of inovatie-
projecten financieren. Extra gel
den voor een sociaal plan bij collec
tieve ontslagen als gevolg van her
structurering zijn na veel knokken,
aldus het verslag, slechts eenmalig
toegezegd. Bij dit alles komt dat de
vooruitzichten voor het komende
seizoen erg somber zijn.
De zomeraktiviteiten in Enschede
op zaterdag, waarvan we reeds en
kele malen een overzicht gaven,
gaan tot zaterdag, 2 september,
nog iedere week door. Ze vinden
plaats in de openlucht op de oude
markt te Enschede, maar worden
bij slecht weer verplaatst. Er is
geen toegangsgeld verschuldigd.
Hieronder volgt het programma
van de twee volgende zaterdagen:
10.00-10.45 uur: een muzikale start
door de muziekvereniging Unisson.
10.30-13.30 uur: creatief bezig zijn
met zgn. waardeloos materiaal
o.l.v. docenten van het Creatief
Centrum.
11.00-11.45 uur: een optreden door
de kinderdansgroep De Rappe
Klömpkes.
14.30-15.30 uur: meezingen en mee
dansen in de kindermusical „Prik-
kebeen" door Forum educatief.
16.00-16.45 uur: concert door het
Twents Mandoline Orkest.
20.30-23.00 uur: betere popmuziek
door de groep Cassiopeia uit Bel
gië, een concert dat nog lang in de
herinnering zal blijven.
10.00-10.45 uur: ochtendconcert
door de drumband Dolphia.
11.00-11.45 uur: een vrolijke ken
nismaking met het Almelo's Huis
vrouwenorkest.
14.30-16.00 uur: Tom de Graaf met
muzikaal en actueel kindercabaret
in Tom en zijn Tjompoeter.
16.00-17.00 uur: jazzconcert door de
East Town Jazz Band uit Deventer.
20.30-23.00 uur. Egerlander muziek
met de Glanerbrugger Muzikan
ten.
Het FNV heeft daarom gemeend
een eigen plan voor Overijssel te
moeten opstellen waarin de beleid
suitgangspunten, de knelpunten
en de noodzakelijke veranderingen
per gewest worden aangegeven. De
beleidsuitgangspunten zijn op 15
april tijdens de voorjaarsvergade
ring van het FNV-district vastge
steld. Het tweede deel, het aange
ven van knelpunten en verande
ringen per gewest zal in overleg met
de FNV-afdelingen en de
FNV-bonden in het komend sei
zoen worden uitgewerkt.
Met betrekking tot Zuidwest Ove
rijssel, waartoe Holten behoort,
wordt in het verslag gezegd:
a. Werkgelegenheid
In Zuidwest zal de werkgelegen
heid tot 1981 omvangrijk dalen in
de secundaire sektor. Dit hangt
samen met de naar verwachting
aldaar afnemende werkgelegen
heid in de metaalnijverheid. In de
tertiaire sektor is voor Zuidwest
een werkgelegenheidsgroei van
1.5% te verwachten Deze zal echter
onvoldoende zijn om het verlies
van de werkgelegenheid in de pri
maire en secundaire sektor op te
vangen.
b. Beroepsbevolking
De natuurlijke aanwas van de be
roepsbevolking in Zuidwest heeft
in- de periode '71-76 ten gevolge
van emigratie, uitgaande pendel en
uittreding uit de arbeidsmarkt in
een feitelijk lagere beroepsbevol
king geresulteerd. In percentages
uitgedrukt is de verwachting voor
de periode '76-81 een groei van
0,6%.
c. Werkloosheid.
Kende Zuid-West in 1976 een ge
middelde werkloosheid van 5%, in
1981 zal de werkloosheid zijn toe
genomen tot 7%.De Centrale Eco
nomische Commissie (C.E.C.) geeft
echter een gunstiger verloop aan
n.l. van 5% naar 3,5%. Dit is echter
geen gevolg van de gunstige werk
gelegenheidsontwikkeling maar
van een teruggang van de beroeps
bevolking. Dit laatste komt door
dat de in Zuid-West Overijssel
woonachtige beroepsbevolking in
toenemende mate elders gaat wer
ken.
In het bijna honderd pagina's tel
lend jaaroverzicht wordt onder
meer gewezen op de vertegen
woordiging van de FNV in de pro
jecten „Mensen zonder werk" in 14
gemeenten. Holten kent een derge
lijke stuurgroep nog niet. Ook de
Hotter Scholengemeenschap be
hoort niet tot de scholen waar
voorlichting door de FNV wordt
verzorgd. Wel werden z.g. invul
lers opgeleid voor de belastin
gaangiften der leden en werd van
deze service gebruik gemaakt door
44 personen (1977 40).
Uit het ledenoverzicht blijkt, dat
Holten in 1977 524 NVV-leden telde
(1976 515). Het secretariaat berust
bij de heer G.J. Veneman, Deven-
terweg 76, tel. 05483-3327. Het
N.V.V. is in de WWV- en
RWW-commissie vertegenwoor
digd door W. Beijers, Enkweg 5, tel.
05483-1234 met als plaatsvervan
ger L. v.d. Steen, H.J. Wanslnkstr.
2, tel. 05483-2106, het NKV door
J.G. Mulder, Karei Doormafistraat
1, te Rijssen. Het verslag gaat nog
uitvoerig in op het jongerenwerk en
eindigt met de opsomming van de
resultaten van het bureau voor Ar-
Ter gelegenheid van het Interna
tionale Jaar van het kind wordt
een internationale tekenwedstrijd
georganiseerd door de Unesco,
Unicef en Het Hoge Commissa
riaat voor de Vluchtelingen in sa
menwerking met Air France.
Het thema van de wereldwijde te
kenwedstrijd voor kinderen, die
op 1 januari 1979 de leeftijd van 12
jaar nog niet hebben bereikt, zal
zijn „Mijn leven in het jaar 2000".
Het ligt in de bedoeling tevoren
een nationale wedstrijd uit te
schrijven waarvan de sluitingsda
tum 15 maar 1979 is, waarna een
nationale jury de ingezonden kin
dertekeningen zal beoordelen.
De beste tien tekeningen van ieder
land dienen vóór 30 april 1979 naar
het hoofdsecreatariaat van de Une
sco te Parijs worden gezonden, al
waar op 15 mei 1979 een internatio
nale jury de prijzen zal toekennen.
De bekroonde tekeningen zullen in
1979 Worden geëxposeerd zowel in
het gebouw van de Unesco te Parijs
als tijdens de tentoonstelling „Man
and his World" in Montreal, Ca
nada en'in de gebouwen van de
Verenigde Naties te New York en te
Genève.
Begin 1980 zal een reizende ten
toonstelling van de prijswinnende
tekeningen worden samengesteld
die beschikbaar is voor de lidstaten
van de Unesco. Aan tien eerste
prijswinnaars wordt een reis naar
Parijs aangeboden, vergezeld van
een volwassene naar hun eigen
keus met een verblijf van acht da
gen in de Franse hoofdstad. Ook
voor de tweedepry swinnaars zullen
prijzen ter beschikking worden ge
steld.
De tien eersteprijswinnaars zullen
de gelegenheid krijgen gezamenlijk
volgens hun eigen iuee een beel
dhouwwerk te maken dat het eige
ndom van de Unesco zal blijven.
Deze activiteit van de prijswinna
ars zal worden begeleid door be
kende kunstenaars in samenwer
king met „The International Fund
for the Promotion of Culture".
Ten behoeve van de nationale
prijswinnaar zal de Unesco 20
grammofoonplaten „Le Cadeau de
la Vie" en 5 jaar abonnementen op
de Unesco Koerier beschikbaar
stellen.
In overleg met de Nationale Unesco
Commissie heeft het Unesco Cen
trum Nederland zich in eerste in
stantie belast met de organisatie
van deze nationale kinderteken
wedstrijd. Binnenkort zullen nog
nadere gegevens hierover worden
bekend gemaakt, onder meer
wplke hoofdprijzen in Nederland
beschikbaar worden gesteld.
Bij het kopen van vlees, groenten oi
andere voedingsmiddelen uit de
diepvries'kan het wel eens voor
komen dat de artikelen niet de
juiste temperatuur van -18 tot - 20
graden C hebben. Het is mogelijk
dat de thermostaat dan niet goed
werd ingesteld, het vriesvak niet op
tijd werd ontdooid of dat er te veel
artikelen in het vriesvak zijn opge
stapeld.
Indien echter de temperatuur bo
ven de -12 graden C komt, kunnen
de artikelen onderhevig zijn aan
(bio)chemisch bederf en als zij
slechts enkele graden onder nul
bewaard wórden, kunnen zich
langzaam mikro-organismen ont
wikkelen. Hierdoor zal de kwaliteit
van de waren snel achteruit gaan.
Daarom is het aan te raden, wan
neer men diepvriesartikelen koopt,
op het volgende te letten:
Er mag niet te veel (jzel op de ver
pakking te zien zijn
Bruin-rode of witte vlekken duiden
op schimmel.
De vrieskast mag niet te vol gela
den zijn.
De verpakking moet onbeschadigd
zijn.
Bij het kopen van vlees bijvoor
beeld, is de op de verpakking ver
melde datum erg belangrijk. Het is
de uiterste datum dat het artikel
gebruikt mag worden.
beidsrecht, dat in het jaar 1977
ruim één miljoen gulden incas
seerde voor de bondsleden, waar
onder begrepen Ge bedragen geïn
casseerd uit schadezaken. Het to
taal aantal bezoekers op door advi
seur en ass. adviseur gehouden
spreekuren bedroeg 1180, waarbij
het ging om arbeidszaken (59), so
ciale verzekeringszakefi (57) en di
verse zaken (195).
Diepvriesartikelen moeten of di-
rekt worden gebruikt of moeten
bewaard worden zoals staat aan
gegeven op de verpakking. Lees
daarom altijd de gebruiksaanwij
zingen die bovendien dikwijls voor
de diverse produkten zeer uiteen
lopend kunnen zijn.
Indien men de gekochte diepvrie
sprodukten niet direkt gebruikt,
zorg dan dat u ze goed verpakt, in
speciale plastic zakken voor de
diepvries of in kranten gewikkeld,
mee naar huis neemt. Dit voorkomt
?en te snélle temperatuurstijging.
Nederlanders die de komende win
ter in Spanje willen „overwinteren"
moeten er rekening mee houden
dat zij over een visum beschikken
wanneer zij er langer dan negentig
dagen willen blijven. Deze „mach
tiging voor langer verblijf' moet
voor het vertrek naar Spanje bi] de
Spaanse ambassade in Den Haag
worden aangevraagd. Het geldt
overigens niet alleen voor de on-
verwinteraars, maar voor iedereen
die langer dan drie maanden in
Spanje wil verblijven. Aan deze al
bestaande bepaling wordt nu, zo
blijkt, door de Spannse autoritei
ten strenger de hand gehouden.
Voor Nederlanders die willen gaan
werken in Spanje is het goed te we
ten dat werkvergunningen nog
slechts sporadisch worden afgege
ven en dan nog met een beperkte
geldigheidsduur. Het „zwart" wer
ken in Spanje leidt bij ontdekking
tot onmiddellijke uitwijzing.