„De roem van de kunstenaar
thema in twee afleveringen
DEB WATER IS ER GENOEG, MAAR
ET IS WAT ONGELUKKIG VERDEELD.
Euro melkheffing voor koeren
onverteerbare zaal
OPENBAAR KUNSTBEZIT PRESENTEERT
Tentoonstelling
Kijken naar prenten
99
dr. Michel Batisse
ir
jnOLiLJNö JMiLUWüHLAD - 10 öfifl. Ami - io
Begin dit jaar startte Openbaar kunstbezit met een
nieuwe formule: Thema-nummers die kunst uit heden
en verleden samenbrengen en verbanden leggen met
terreinen buiten de beeldende kunst. Het eerste thema
- Kunst en Tijd - werd tussen februari en mei in 2
•j delen van 48 pagina's uitgebracht. Met het tweede
thema „De roem van de kunstenaar", gaat het weer
over een konfrontatie van heden en verleden: legendes
van nu versus feiten van toen. Waren kunstenaars die
nu wereldberoemd zijn dat ook in hun eigen tijd? Wat
droegen die kunstenaar zelf bij aan hun roem? En
waarom werden ze soms tijdenlang vergeten?
Roland Holst. Omslag ca-
igus Van Goghtentoonstel-
1892. 3 sept. - 31 dec. 1977
Rijksmuseum
Gogh, Paulus
Amsterdam.
Vincent v
Potterstraat
In de eerste deel van „De roem
van de kunstenaar" is de neers
lag te vinden van nieuw onder
zoek naar de etische aspekten
van de roem (hoe het streven
naar de roem werd gewaardeerd)
en naar het mechanisme van de
roem zelf (wat de rol was van
invloedrijke vrienden en kunst-
kritici sinds de Renaissance).
Daarnaast gaat het om de ge
volgen van de roem: legendes en
mythen die zijn ontstaan rond
leven en werk van Rembrandt,
Hals, Van Gogh en Mondriaan,
vier kunstenaars over wie roem
in een zestal samenwerkende
musea een reeks tentoonstellin
gen gehouden wordt.
Openbaar kunstbezit wil, door
samen te werken met deze mu
sea, meer doen dan alleen de
abonnee via drukwerk, radio en
televisie over kunst informeren:
lezers stimuleren tot aktief
kunstbezoek en bezoekers van
de tentoonstellingen algemene
informatie bieden over de
(kunst-)historischt achtergron
den. Ook de mus 'mkaart die
abonnees recht geei% op gratis
toegang tot vele Nederlandse
musea, zet aan tot regelmatig
museumbezoek.
In deel twee dat in november
zal verschijnen, gaat het meer
om de gebruikerskant: een klein
sociologisch onderzoek werd ge
daan naar de houding van ver
schillende publieksgroepen t.o.v.
de roem van de kunstenaar en
tevens werd een analyse ge
maakt van „de verkondigers van
de roem". Ook de rol van
Openbaar kunstbezit komt
daarbij aan de orde.
Het onderwerp „De roem van
de kunstenaar" zal tevens op
radio en televisie worden be
handeld. Over de televisie
programma's zullen binnenkort
mededelingen worden gedaan.
Voor wat radio betreft: Open-
Rembrandt van Rijn „De Ana
tomische les" van Professor
Tulp. 1632. 3 sept. - 16 okt.
1977, Mauritshuis, Plein 29, Den
Haag.
baar kunstbezit zal onderdeel
zijn van het NOS-Cultuur-
programma, dat vanaf septem
ber op zondagavond van 9.30-
10.30 uur op Hilversum II
wordt uitgezonden. Het intro-
duktieprogramma van Openbaar
Kunstbezit wordt uitgezonden
op 25 september. Op 9 oktober
volgt het eerste programma
over „De Roem van de kunste
naar" op Hilversum II om 10
uur 's avonds.
geschiedenis der mensheid kan men ook beschrijven als een
ftdurend gevecht om het nodige water te verkrijgen. Dat is een
Igstuk dat steeds ingewikkelder wordt en waarvoor de oplossin-
altijd het karakter van tijdelijkheid houden. Water is de waar
piste, immers volstrekt onmisbare grondstof voor de menselijke
lenleving. Hoeveel een persoon per dag nodig heeft varieert sterk
aaar gelang de aard van het werk dat hij doet. het klimaat
irin hij leeft en vooral gelet op zijn levensstandaard. Twee liter
idag kan in sommige plattelandsgebieden het minium zijn. Maar
iommige steden kan de behoefte stijgen tot meer dan vierhon-
1 liter per dag. Als.de huidige wereldbevolking gemiddeld per
loon per dag tweehonderd liter zou verbruiken, zou het jaarto-
neerkomen op driehonderd kubieke kilometer, in werkelijkheid
»t het wereldverbruik nu tot ongeveer de helft. Maar hoe enorm
massa ook is, het is maar een heel klein gedeelte van wat er
water voorhanden is. Driehonderd kubieke kilometer is bijvoor-
d maar de helft van het water, dat jaarlijks door de Missisippi
Dmt.
irstige steden.
i de hoeveelheden betreft is
teker voor de „huishoudelij-
behoefte aan water vrijwel
(al ter wereld gemakkelijk
oende te produceren. De
llemcn komen pas als het
gaat hoe dit moet gebeu-
en hoe dit moet worden ge-
ncierd. En in dit opzicht ziet
'er voor een groot deel van
wereld nogal somber uit.
ral voltrekt zich een verste
king die een toeneming van
waterverbruik met zich
Igt in sneller tempo dan de
(aande aanvoer kan verwer-
Dat veroorzaakt problemen,
Ir erger nog is het in lande-
gebieden waar tot dusver
lig of niets is gedaan. De
Hdgezondheidsorganisatie
D schat dat in 1975 77 pro-
van de 580 miljoen „stede-
?n" in de ontwikkelingslan-
(China niet meegerekend)
lot van een redelijk vol-
ide watervoorziening, maar
Islechts 22 procent der 1420
Pen op het platteland ook zo
kkig waren. Dan is er de
rbehoefte van de landbouw
niet overal door de regen
fls voldoende wordt bevre-
Dan is irrigatie nodig en
kost geweldige hoeveelheden
Ir. Voor eén hectare tarwe is
jddeld zevenduizend kubieke
ir water vereist elk jaar en
een hectare rijst vijftiendui-
I kubieke meter. Het jaar-
hiik voor irrigatie wordt
is geschat op rond tweedui-
I kubieke kilometer, waarvan
|veer dertig procent weer te-
leert in de rivieren of bij het
jdwater, de rest verdampt
in de grond. Verliezen door
lamping zijn nog groter als
stuwmeren en dergelijke
egt, een achtste van het wa-
Üat de NiJl opslaat achter de
fendam, verdampt voor het
luikt kan worden. En wat
lekt uit de irrigatie-
laltjes kan oplopenm tot wel
tig procent. Bij de irrigatie
i dus nogal wat water verlo-
Maar als de wereld geen
{er wil lijden zal landbouw-
d moeten worden bevloeid,
alljk op nog grotere schaal
heden gebeurt De voedsel-
landbouworganisatie FAO
nodig dat de ontwikke
lingslanden (zonder China) die
nu 92 miljoen hectare bevloeien
dit areaal in 1990 uitgebreid
moeten hebben tot 114 miljoen
hectare.
Landbouw geremd.
Hoe groot dit probleem is blijkt
misschien niet voor iedereen uit
zulke cijfers. In India is op het
ogenblik ongeveer 38 miljoen
hectare land vruchtdragend
dankzij irrigatie- het land ver
bruikt jaarlijks zoiets van
370 kubieke kilometer water,
waarvan 95% voor bevloeiing
wordt gebruikt. India zou meer
dan honderdmiljoen hectare on
der irrigatie kunnen brengen,
maar het heeft er onder de hui
dige technische omstandigheden
het water niet voor In Israel
waar alle beschikbare water
vrijwel totaal wordt uitgebuit, is
het deel van de irrigatie (plm.
75%) verminderd omdat meer
nodig, was voor huishoudelijk en
industrieel gebruik. De vermin
dering werd gecompenseerd door
efficiëntere bevloeiing en zuive
ring van afvalwater.
Het industrieel gebruik van wa
ter neemt snel toe. In de indus
triestaten van Noord-Europa,
waar geen water voor irrigatie
nodig is, gaat wel tachtig pro
cent naar de fabrieken, hetzij
voor koeling, hetzij voor produk-
tief werk, hetzij om in ketels te
worden gebruikt voor het maken
van stoom. In industriestaten
waar wel irrigatie in de land
bouw wordt toegepast, komt het
industrie-aandeel toch snel tot
veertig, vijftig procent. In de
ontwikkelingslanden is het per
centage te verwaarlozen. Het in
dustrieel verbruik valt te ver
minderen door hergebruik en
technische verbeteringen. Een
speciaal probleem is dat indus
triewater nogal eens vervuiling
teweeg kan brengen in rivieren
De voorraden.
De hoeveelheid water op de
planeet Aarde is enorm. Echter:
37.5% is zout, de zeeën en ocea
nen. Slechts 2.5% is zoet water,
maar zeven tiende hiervan is als
ijs aan de polen en in gletsjers
opgeslagen, in totaal 24 miljoen
kubieke kilometer. En van de
rest is het meeste grondwater.
Op een kleine hoeveelheid na
die als „fossiel" water uit zeer
diepe grondlagen wordt gehaald,
moet al het zoete water komen
uit de kringloop van verdam
ping, wolken, regen en sneeuw,
rivieren tot het water weer in
zee komt waar het weer kan
verdampen enzovoort. De kring
loop werkt uitstekend maar wel
met grote variaties in tijd en
plaats: de Amazone bevat zeer
veel water maar daarmee kan
men niet de Sahara bevloeien,
noch de droge streken van Bra
zilië. Zelfs met dammen is bij
een rivier niet gemakkelijk een
situatie te scheppen dat er altijd
water is wanneer en waar men
het nodig heeft. In dit opzicht is
het gebruik van grondwater het
meest bevredigend. Frankrijk
bijvoorbeeld haalt thans zestig
procent van het water uit de
grond, veertig procent uit rivie
ren.
Hier vraag,
daar aanbod
Dit korte overzicht van de hoe
veelheden zoet water van rede
lijke kwaliteit waarover de we
reld kan beschikken, zou kun
nen leiden tot de conclusie dat
er zoet water genoeg is voor de
huidige en toekomstige behoef
ten. Dat is wel zo, maar de
vraag is geconcentreerd in een
aantel betrekkelijk kleine maar
dichtbevolkte gebieden die over
het algemeen niet dichtbij de
voornaamste aanvoer liggen, dat
zijn rivieren in de tropen en in
sommige poolgebieden Zo ligt
de potentiële hoeveelheid per
persoon per jaar waarop men in
Europa en Azië kan rekenen
omstreeks tweeduizend kubieke
meter en is dit in Zuid-Ainerika
meer dan tien keer zoveel.
Uiteraard brengt dit de gedach
ten op mogelijkheden om met
ongebruikelijke middelen meer
water ter beschikking te krijgen
of de kwaliteit te verbeteren.
Tot dit laatste behoort het zoet
water maken uit zout of brak
water, iets wat voor geïsoleerde
eilandjes. toeristenoorden en
sommige industrieën de hoge
prijs waard kan zyn, maar
waarvan de kosten voorlopig te
hoog zijn om er op grote schaal
gebruik van te maken. Het ge
bruik van grondwater bereikt
ook grenzen doordat de kosten
van boren en pompen gauw zeer
hoog worden. Het transport over
lange afstanden eventueel ge-'
volgd door opslag onder de
grond, wordt eveneens beperkt
door overwegingen van kosten
Het naar Californië slepen van
ijsbergen is voorhands ook
slechts het terrein van de futu
rologie. Met waterstaatkundige
maatregelen is overal voorlopig
tegen redelijker kosten meer te
bereiken. Het waterprobleem
van de wereld is uiteindelijk dus
een kwestie van het in even
wicht brengen van vraag en
aanbod waarbij het knelpunt
niet ligt in het voorhanden zijn
van het water maar bij de eco
nomische consequenties. Hoe
men het ook bekijkt, er zal ge
weldig moeten worden geïnves
teerd om alle wereldburgers van
voldoende bruikbaar water te
voorzien. Dat gaat lopen in de
miljarden dollars per jaar voor
het bouwen van reservoirs en ir
rigatiekanalen, afvalwaterreim-
ging, tegengaan van vervuiling,
ontzouting en andere maatrege
len. Het zou ridicuul zijn in het
wilde weg op zo grote schaal te
gaan investeren, temeer daar
over verscheidene aspecten van
bijvoorbeeld het voorkomen van
grondwater alle vragen nog lang
niet met voldoende zekerheid
kunnen worden beantwoord. Dat
is wat gebeurt in het Interna
tionaal Hydrologisch Program
ma, een samenwerkingsverband
voor het bestuderen van juist
dit soort vraagstukken. Sinds
1975 onderzoeken wetenschap
pers uit tal van landen samen
hoe voor nu en de toekomst in
de waterbehoeften van de
mensheid voorzien kan worden,
waarbij ze zich bewust zijn dat
die mensheid ook zal moeten af
leren al te milieu-onverschillig
om te springen met het in meer
dan één opzicht kostbare water.
In een extra bespreking met de minister van Land
bouw heeft het Landbouwschap de melkheffing, die
op 16 september a.s. in de EG wordt ingevoerd, aan
de orde gesteld. Uitvoerig is gesproken over het EG-
zuivelbeleid, de daarmee samenhangende financiële
medeverantwoordelijkheid van de melkveehouders en
de cautieregeling.
Melkheffing
Het Landbouwschap heeft zijn
standpunt ten aanzien van de
melkheffing nogmaals herhaald
en nader toegelicht. Het consta
teert, dat aan enkele voorwaar
den voor de invoering van de
heffing niet is voldaan. De prijs
verhoging waartoe de EG in
april jl. heeft besloten, is bij
lange na niet voldoende om de
kostenstijging op te vangen. De
inkomstenssituatie in de Neder
landse melkveehouderij is slecht.
Het Landbouwschap betwijfelt of
de melkheffing op 16 september
gelijktijdig in alle lidstaten van
de EG wordt toegepast. Het
heeft de minister gevraagd of de
invoering van de heffing in EG-
verband alsnog uitgesteld kan
worden dan wel of deze op nul
vastgesteld kan worden.
Kunstkring „De Waag" te Al
melo houdt van zaterdag,
17 september tot en met 19 ok
tober een tentoonstelling van
Nederlandse grafiek van de laat
ste 100 jaar in het expositiecen
trum van die naam. Het is een
keuze uit een particuliere collec
te. De openingstijden zijn dage-
lijks, ook op zondag, van 12.30 -
17.00 uur en de toegang is gra
tis. De opening vindt plaats op
zaterdag 17 september om 16.00
uur met medewerking van de
gitaristen Bert Baarslag en
Hans Sullerki. Koffiepraatje op
zondag 25 september door Henk
Blokhuis.
Cm-
ïïf tft
Minister van der Stee ziet geen
mogeüjkheden om de invoering
van de melkheffing uit te stel
len. Er zijn volgens hem geen
nieuwe feiten, die pleiten voor
een herziening van het besluit
van de EG-raad van landbouw
ministers. De minister heeft uit
voerig het Europees zuivelbeleid
en de Brusselse besluitvorming
toegelicht. Het besluit van de
EG-ministerraad om een melk
heffing van 1,5% per 16 septem
ber in te voeren, vormt een on
derdeel van een totaal pakket
van maatregelen, waartoe de
EG-raad bij de prijsbeslissingen
het afgelopen voorjaar heeft be
sloten. Volgens de bewindsman
steekt de toen voor de zuivels
ector genomen beslissing, te we
ten een prijsverhoging van 4,4%
per 1 mei 1977 en een melkhef
fing van 1,5% per 16 september
1977, gunstig af bij het oor
spronkelijke voorstel van de Eu
ropese Commissie. Dit voorstel
hield in een verhoging van de
richtprijs voor melk van 3% pas
vanaf 16 september, een melk
heffing van 2,5% en een vermin
dering van het monetair com
penserend grensbedrag met 0.4
beiden eveneens per 16 septem
ber a.s.
Wat betreft het op 16 september
gelijktijdig invoeren van de
melkheffing in alle lidstaten van
de EG, ziet de minister geen
aanwijzingen dat de inning van
de melkheffing in enige lidstaat
op praktische moeilijkheden zal
stuiten.
De heer Van der Stee wijst erop,
dat door het aanvaarden van de
melkheffing toch een bescheiden
prijsverhoging voor de melk is
verkregen. Zonder het heffings-
besluit zou dit niet mogelijk zijn
geweest. De minister is destijds
met grote aarzeling in Brussel
akkoord gegaan met de melkhef
fing. Een van de achtergronden
is het grote belang van de Ne
derlandse zuivelsector bij een
gemeenschappelijk zuivelbeleid.
De zuivelsector in Nederland
ontvangt volgens de bewinds
man dit kalanderjaar uit de af
deling garantie van het Euro
pees Oriëntatie- en Garantie
fonds een bedrag van 2,2 mil
jard, hetgeen neerkomt- op 20
cent per kg. melk. Het is voor
de Nederlandse zuivelsector, die
meer dan 50% van de produktie
uitvoert, vanzelfsprekend dat
Dubbelportret Albert Verweij
en Stefan George - droge naald
1896 door Jan Th. Toorop
(1858-1928).
een goede export - ondersteund
door een evenwichtig restitutie-
beleid - belangrijk is voor het
veehoudersinkomen, aldus mi
nister Van der Stee. Hij illus
treert dit met het verloop van
de gemiddelde zuivelwaarden
(netto-opbrengst van de melk
voor dé melkveehouders) gedu
rende de eerste drie maanden
van het lopende melkprijsjaar.
De zuivelwaarden zijn ten op
zichte van de overeenkomstige
perioden in 1976 gestegen met
7,5 a 8%. De minister verwacht
bovendien dat de prijsdaling van
rundveevoeders een gunstige in
vloed heeft op de rentabiliteit
van de melkveehouderij.
Het Landbouwschap heeft de
minister gevraagd of het
minimum-tarief voor de melkhef
fing van 1,5% op nul te brengen.
De bewindsman zegt dat hier
voor een wijziging van de EG-
verordening nodig is. Hij wijst er
echter op, dat de onevenwich
tigheid van de Europese zuivel-
markt een structueel karakter
heeft.
Het Landbouwschap constateert,
dat de zienswijze van de minis
ter ten aanzien van de melkhef
fing niet overeenstemt met het
standpunt van het georgani
seerde bedrijfsleven. Het zal zich
op korte termijn beraden over
maatregelen die gewenst zijn,
indien de melkheffing toch op
16 september ingevoerd wordt.
Het heeft al eerder bij de minis
ter aangedrongen op de voort
zetting van de toegezegde las
tenverlichting in de melkveeh
ouderij.
Cautieregeling
Het Landbouwschap heeft met
de minister gesproken over de
cautieregeling (een regeling voor
bijmenging van mager melkpoe
der in veevoeders), die door het
EG-Hof van Justitie veroordeeld
is als strijdig met het Europees
Verdrag.
Aan de minister is ge
vraagd naar de mogelykheden
om veehouders, die schade gele
den hebben door een hogere
voerprijs, alsnog tegemoet te
komen.
Minister van der Stee wijst erop,
dat het Hof de regeling strijdig-
met het EG-Verdrag heeft be
vonden, maar nog niet beslist
neeft over een eventuele scha
devergoeding. De bewindsman
aril enige terughoudendheid in
icht nemen zolang het Europese
rlof en ook de Europese Com-
•nissie deze zaak nog in behan
deling hebben