Gezellig winkelen
feil yz 0
IVOROL
Uw koopcentrumen zo voordelig
herhaling
Is de
tier
reklame
ROBBER WERD DE DOOD
GEVEN EN NEMEN
INFLATIE EN SPAREN
Waar u in een gezellige sfeer kunt winkelen en slagen.
Waar u gevarieerde voorraden vindt en prettige prijzen.
Waar u persoonlijke service geniet en goed advies ontvangt.
Waar u tot de ontdekking komt dat kopen 'n prettige bezigheid is.
OVER PRIJSVERHOGINGEN GESPROKEN
kracht
Toeristische
minderwaardigheid 1
Zaterdag 15 juli 1967
HOLTEVS NIEUWSBLAD
Een eenvoudig pannetje stond er op
de potkachel van Charles Goodyear, een
Amerikaan, die voor zichzelf wat expe
rimenteerde met het vreemde goedje dat
Braziliaanse inboorlingen uit bomen
tapten. Hij had wat zwavelpoeder in het
latexsap gedaan, maar hij vergat het
mengseltje.
Toen zijn brouwsel overkookte en
in aanraking kwam met de gloeiende
kachel, ontdekte de chemicus plotseling
hoe uit die onhandelbare kleverige mas
sa een bruikbaar produkt gefabriceerd
kon worden. Goodyear werd de uitvin
der van de gevulcaniseerde rubber. Zijn
naam is onverbrekelijk verbonden aan
de autoband.
Maar Goodyear heeft niet veel plezier
van zijn uitvinding beleefd. En duizen
den stierven er om die rubber.
HANDELAARS
ZAAIDEN DOOD EN VERDERF
De tam-tam klonk in die dagen in de
dichte oerwouden van midden-Afrika.
De inboorlingen roerden hun trommels
met stokken van geheimzinnige samen
stelling. Belgen, die voor hun maat
schappijen in de Congo kwamen, koch
ten dat materiaal van die stokken op
in ruil voor glazen kralen en oude ko
peren munten. De negers tapten deze
stof uit de bomen, de blanken waren er
blij mee en vroegen steeds meer.
Maar gebruiken kon men het goedje
eigenlijk niet.
Columbus bracht destijds van zijn
ontdekkingsreizen al veerkrachtige bal
len mee uit Amerika, dat hij toen nog
voor India aanzag. Hij schonk enkele
van die „toverballen" aan koningin
Isabella, die ze als curiositeit beschouw
de. Meer niet
In 1770 ontdekte Joseph Priestly, een
Engelse dominee die meer voor schei
kunde voelde, dat deze stof potloodstre
pen kon wegvegen. Hij noemde het „In-
dia-rubber" „Indische wrijver".
Sindsdien spreekt de gehele wereld van
„rubber".
Maar gebruiken deed men het toen
nog niet.
VAN REGENJAS TOT AUTOBAND
U vindt het misschien heel gewoon,
dat tegenwoordig algemeen rubber ge
bruikt wordt voor regenkleding. In vroe
ger jaren bleek het. materiaal vrijwel
onbruikbaar voor dat doel. Mac Intosh,
een Schdt, probeerde om in terpetijn
opgeloste rubber te gebruiken als dren-
kingsmiddel voor allerlei weefsels. De
Engelsen kennen nu nóg het woord
Macintosh" voor regenjas, maar de
eerste mantels volgens dat procédé wer
den kleverig in de zomer en hard als
hout in de winter.
Nee, praktisch gebruiken kon men de
rubber niet. Nóg niet.
Allerlei uitvinders probeerden hun ge
luk met dat vreemde goedje. Zij meng
den het, kneedden het, kookten het.
Niets lukte. Tot Goodyear per ongeluk
zijn pannetje op de kachel liet staan en
het vergat.
De overgekookte latexmelk met zwa
vel vulcaniseerde op de gloeiende plaat.
Als in een vulkaan gemengd met zwavel
en blootgesteld aan vuur De onhandel
bare stof kreeg andere eigenschappen.
De caoutchouc van toen werd échte rub
ber. Elastisch onder alle omstandighe
den. Taai en hard. Men kon er auto
banden van maken. Bruikbare regen-,
kleding, die niet kleefde en niet stijf
werd. Luchtballonnen. Isolatie-mate
riaal in allerlei vormen. Brandslangen
en stoomleidingen. Koppelingen voor
machines en treinen. Sluitringen op
plaatsen, die luchtdicht moeten worden
afgesloten. Gummi-artikelen.
Zonder de uitvinding van Goodyear
zou de auto een onbruikbaar monster
gebleven zijn. Zonder de machtige rub
berbanden zou geen gehoorlijk vliegtuig
meer kunnen landen. Zonder gummi
isolatie had de elektrotechniek niet zo'n
enorme vlucht kunnen nemen. Zonder
rubber waren b.v. de luchtdrukrem, de
stoommachine, de stratosfeerballon en
de lopende band onbekend gebleven.
Als alle uitvinders
In 1844 nam Goolyear patent op zijn
uitvinding. Helaas bleek hij zelf niet
meer in staat zijn kans te grijpen. Hij
had reeds te veel besteed aan zijn ex
perimenten. Hij raakte in de schulden,
werd gegijzeld en week uit naar Europa.
Daar ging hij opnieuw failliet, kwam in
de gevangenis en keerde gebroken naar
zijn geboorteland terug. Hij stierf als
een arm man in een uithoek van Ame
rika.
Toch staat op miljoenen autobanden
zijn naam.
De rubber was bruikbaar dank zij
hem.
Maar veel rubber bestond er toen nog
niet
Drie drama's
De tam-tam klonk nog in de oerwou
den van midden-Afrika. Blanke man
nen kwamen naar de Congo en vroegen
naar het materiaal voor de trommel
stokken. Zij gaven kralen en waardeloze
dingen in ruil. En de negers tapten.
Steeds meer blanke mannen kwamen
naar de donkere bossen der Congo.
Steeds meer tapten de negers. Steeds
meer bomen sneden zij aan. De hande
laars dreven de inboorlingen verder en
verder de oerwouden in, om nog meer
rubber te tappen. Zij gaven dan niet
eens kralen meer in ruil. Zij namen de
negers hun koopwaar af zonder beta
ling. Er kwam een leveringsplicht en
wee de dorpeling, die het waagde zich
te vertonen zonder rubber.
De tam-tam klaagde door de Congo:
botofé bo le iwa. De trommel verbreidde
de roep door de bossen: rubber is de
dood! Want vredige dorpen werden uit
gemoord of verbrand. Botofé bo le iwa
rubber is de dood!
De roofbouw putte de bomen uit; dui
zenden inboorlingen vonden de dood
omdat mensen van een andere kleur
handelden in rubber; twintig jaren lang
richtten onverantwoordelijke blanken
een ravage aan onder mens en plant.
Rubber is de dood!
Want de ruber bleek bruikbaar
De „groene Hel"
Wat een halve eeuw geleden in Afrika
gebeurde, herhaalde zich tijdens de eer
ste èn de tweede wereldoorlog in Brazi
lië. Och, de mens is zo goed. De Christen
predikt naastenliefde en zendt missio
narissen naar de negers. Maar als die
zelfde neger in het bezit is van rubber
of goud, dan vlucht de inboorling weg
van de beschaving, die hem vervolgt en
doodt.
Britten en Amerikanen zonden tegen
hoge beloningen duizenden en duizen
den kleurlingen naar de oerwouden van
zuid-Amerika. Zij gingen er heen om
rubber te planten en rubber te tappen.
Zij kregen 25 dollar handgeld, maar wat
koopt een mesties voor dollars in de
„Groene Hel" van Brazilië, waar hem
alleen vergiftige slangen, wilde dieren,
giftige pijlen, malaria, honger, onlesba
re dorst en koortsen omringen!
Rubber is de dood. Rubber wérd de
dood. Van duizenden en duizenden, die
de „Groene Hel" binnentrokken om
„plantages" te stichten en door hun op
drachtgevers vergeten werden. Vergeten
in 1918. Vergeten in 1945.
Want het ging niet om hen, maar om
de rubber
Na de geluiden uit verschillende poli
tieke groeperingen over de bestrijding
van de recessie door met name de bouw
nijverheid te stimueren, heeft ook de So
ciaal-Economische Raad in haar half
jaarlijks rapport dit lied aangeheven. Wij
zouden haast zeggen dat in Nederland
de eensgezindheid nooit groter is ge-
.weest. Er is alleen nog verschil van me
ning over de wijze waarop een extra
bouwprogramma gefinancierd moet wor
den.
Er is al geroepen om hogere directe
belastingen. Men heeft al plannen ter
tafel gebracht voor extr i indirecte be
lastingen. De S.E.R. is van mening dat
het rijk zich zelf de financiële middelen
maar verschaffen moet door het open
draaien van de bankbiljettenpers. Dit
houdt dus in dat de waardedaling van
ons geld verder zal worden bevorderd.
Wie daaraan ontkomen wil moet zich
maar zien te redden. Dezelfde gedachte
heeft de regering trouwens al jaren ge
koesterd ten aanzien van degenen, die
niet aan de inflatie zijn ontkomen. Er is
altijd nog de bijstandswet
Met de bevordering van de inflatie
volgt de S.E.R. de gemakkelijkste weg.
Zij is politiek begaanbaar en zij hult zich
in een stofwolk van economische ver
krachting, waarvan de gevolgen helaas
pas zichtbaar worden als het proces ten
einde is. Het is ook de aanvaarding van
een anonieme weg, die de verantwoorde
lijkheid verschuift naar de toekomst.
Daarom is het halfjaarlijkse rapport een
stuk dat past in deze tijd. De verant
woordelijkheid wordt gemeden en men
uit een aantal zinloze kreten. Zoals de
bevordering van sparen bij toenemende
inflatie.
Het is duidelijk dat dit, althans vrij
willig, onmogelijk is. Niemand gaat een
gulden sparen wanneer hij zeker weet,
dat hij na verloop van tijd de helft aan
waarde terug vindt. Daarom is het rap
port van de S.E.R. een bewijs van de
politieke armoede waarin ons land ver
keert. En van het gebrek aan grote
staatslieden, die ons land leiding kunnen
geven. Want uit de koker van het S.E.R.-
rapport kan nooit een krachtig econo
misch beleid groeien, dat ons land uit de
depressie helpt. Nog minder helpt het
ons uit de droom van rijkdom, die uit
mondt in armoede voor velen. Een ar
moede die door inflatie verscherpt wordt.
KNOPEN MAKEN
Er is de laatste jaren in ons land veel
gesproken over de ingewikkeldheid van
ons belastingstelsel. Omdat bijna niemand
meer in staat is zelf zijn belastingaangifte
te doen, zingen wij allen mee in het koor
van de vereenvoudiging. Helaas komt
daar in de praktijk- niets van terrecht.
Wij zijn van mening dat de bestaande fis
cale regels een doolhof vormen van voet
angels en klemmen, die gewone stervelin
gen niet of moeilijk kunnen begrijpen.
De enige taal die wij op dit terrein duide
lijk verstaan is die van betalen.
Intussen heeft vorig jaar de afgetreden
staatssecr. Hoefnagels zich afgevraagd of
de structeur van de fiscale wetgeving niet
kon worden vereenvoudigd. Ook de nieu
we staatssecretaris van financiën moet
een groot voorstander zijn van vereenvou
diging. Terwijl de kreten en gedachten
daarover rondgonzen bereidt de regering
zich voor op een nieuw systeem van om
zetbelasting dat naar de toegevoegde
waarde zal worden berekend. Vanzelf
sprekend eenvoudiger zal men concluderen
Wie probeert zich er in te verdiepen
wordt afgeschrikt door een zodanig te
verwachten administratieve rompslomp
dat de regering nog niet weet hoe zij dit
in het najaar aan ons volk moet vekopen.
Met name de kleine zakenman zal het zo
moeilijk kunnen begrijpen, meent men dat
er argumenten mee gevonden worden om
opnieuw de doelmatigheid en waarde van
het kleinbedrijf discutabel te stellen. Dit
is nodig, zo horen wij, om de E.E.G. tot
een succes te maken. Het moge misschien
zo zijn dat de ons omringende landen een
zo eenvoudig systeem van directe belas
tingen kennen dat zij de rompslomp van
de indirecte belastingen op de koop toe
nemen.
Als wij naast de onontwarbare knoop
van de directe belastingen nog een nieu
we knoop maken voor de omzetbelasting,
is het einde zoek. De E.E.G. begint zoveel
aanpassingsvermogen van ons te vragen,
dat wij er beter er helemaal voor kunnen
passen. En onze regering blijft intussen
maar aan het vereenvoudigen. Het wordt
een „lachertje", zo dunkt ons. De regering
maakt steeds nieuwe fiscale knopen. Het
zou ons liever zijn als zij de financiële
eindjes aan elkaar wisten vast te knopen.
Tanden blank-Adem f fis
Onbetwist de beste tandpasta
Binnen enkele weken hebben de olie
maatschappijen de benzineprijs met drie
cent en de overige brandstoffen en oliën
naar gelang mogen verhogen. Dit in
verband met het gesloten zijn van het
Suezkanaal en de daardoor veroorzaakte
hogere vervoersprijzen van de olie uit
het nabije oosten. Die kostenverhogen
de factoren zullen ongetwijfeld juist
zijn.
Toch hebben deze maatregelen bij ve
len onbehagen gewekt. De Nederlandse
ondernemer gaat namelijk zeggen: wan
neer bij ons de lonen en andere kosten
stijgen, dan mogen we de prijzen voor
de consument niet verhogen, dan moe
ten we dat maar op zien te vangen door
een efficiënter bedrijfsvoering of het
anders maar ten koste laten komen van
de eigen winst. Zodra echter de mach-
ZAND ER OVER
In enkele delen van ons land heerst er
werkloosheid. Het is vanzelfsprekend, dat
er allerlei middelen worden beraamd om
deze mensen aan de slag te helpen. Voor
al bij de jeugd is leegloop funest. De jon
ge werklozen moeten daarom zo spoedig
mogelijk aan het werk.
Is het dan verwonderlijk dat prachtige
opleidingsmogelijkheden bij de landmacht
ook als een uitweg uit de moeilijkheden
onder de aandacht worden gebracht, als
zich werkzoekenden melden bij een ar
beidsbureau? Voor verscheidene mooie
beroepen liggen daar kansen en de vrij
willigers die zich daarvoor aanmelden,
behoeven in die functies niet te schieten
en kunnen na het dienstverband als waar
devolle specialisten terrugkeren in goed
betaalde baantjes in de burgermaat
schappij.
Daarom begrijpen wij dat protest niet
van de P.S.P. Deze partij zoekt nog naar
reeds lang afgeplatte en weggespoelde
spijkers op laag water, terwijl onze vaders
daar al lang en breed zand over "gestrooid
hebben.
AMBASSADEUR GEZOCHT
Langs allerlei wegen poogt de Neder
landse regering in contact te komen met
de ministerraad van Guinee, die tientallen
landgenoten van ons in gijzeling houdt.
Maar de Guinese gezant woont in Duits
land en wil niet naar Den Haag komen,
de Ned. ambassadeur in Monrovia (Libe
ria) die onze belangen in Guinee moet
behartigen, kan niet naar dat land reizen
omdat hij ziek is. En diens plaatsvervan
ger kan niet naar Guinee toe, omdat hij
niet de rang van ambassadeur heeft
Het wel en wee van zoveel Nedrlanders
moet onze regering toch wel zóveel aan
het hart gaan, dat er andere wegen moe
ten worden gevonden. Niet alleen door
het laten overbrengen van diplomatieke
boodschappen door buitenlandse diploma
ten, wie deze zaak niet zo ter harte zal
gaan. Misschien is er aanleiding voor zo.n
belangrijke taak een belangrijker man in
te schakelen of een speciale afgezant,
bijvoorbeeld een oud-minister, als ambas
sadeur naar Guinee te zenden.
Er zijn toch wel oud-ministers genoeg
in ons land!
ZIEKENFONDSPREMIE
De wetgeving voor ziekenfondsen en de
zware geneeskundige risico's staat op de
helling. Dit brengt mede, dat verscheidene
oude regelingen nu opnieuw worden be
zien.
In dit kader kan men zich afvragen,
of er wel zoveel verschillen in behande
ling bij de ziekenfondsen moeten blijven
bestaan. Er zijn vrijwillig verzekerden die
meer moeten betalen dan verplicht ver
zekerden,omdat zij niet onder de normale
wetgeving valen en boven de welstands-
grens leven. Er is een grote groep bejaar
den, die nog minder kan betalen dan de
verplicht verzekerden, maar juist niet in
deze groep mag vallen omdat zij niets
verdienen en daarom wel moeten betalen.
De ziekenhuisverpleging en -behandeling
moeten volledig in denieuwe wet op de
zware geneeskundige risico's worden op
genomen, stelt een studiecommisie van de
Centr. Bond van onderl. beheerde zieken
fondsen. Voor de lichtere risico's kan er
dan één ziekenfondsverzekering komen.
We zouden het toejuichen, indien er dan
eindelijk eenheid komt in de nu vaak on
rechtvaardige tarievenpolitiek. Als er
verschil in heffing moet zijn, kunnen de
hoge inkomens meer betalen dan de lage.
Dat is beter dan dat iemand zonder in
komen meer betaald dan iemand met een
goed inkomen.
tige oliemaatschappijen bij de minister
van economische zaken aan de bel trek
ken om een prijsverhoging voor hun
produkten te vragen, dan heeft de mi
nister daartegen geen bezwaar en staat
de verhoging toe.
Het is wat verwonderlijk dat tegen de
verhoging van de olie- en benzineprij
zen door belanghebbenden en organisa
ties geen officieel protest is ingediend.
Dat zal wel komen omdat men, ondanks
de immer belangrijke winsten der olie
maatschappijen, toch begrip heeft voor
de argumenten der huidige prijsverho
ging. Dat doet echter niets af aan het
feit, dat de minister feitelijk met twee
maten meet. Talrijke voorbeelden wer
den ons genoemd van verhoogde grond-
stofprijzen en stijging van andere las
ten en lonen, zonder dat er echter toe
stemming verkregen werd om dit in de
consumentenprijzen door te berekenen.
Wel werd en wordt er door de onder
nemer dan vaak een methode toegepast
om toch een hogtere prijs te maken,
maar er zijn ook bedrijven waar dit niet
zo maar gaat. In ieder geval constateert
menige ondernemer en detaillist, dat
wat grote maatschappijen blijkbaar
moeiteloos toegestaan wordt, aan de
branches met meest kleine ondernemin
gen wordt onthouden of pas na lang
durige onderhandelingen en nauwgezet
te onderzoeken een beetje wordt toege
geven.
Iedereen in den lande vraagt zich nu
af of de benzineprijs, na heropenstelling
van het Suezkanaal weer met drie cent
zal zakken. Het officiële argument voor
de verhoging is nu immers alleen die
afsluiting van het kanaal, de grotere
weg die de tankers, moeten nemen. Als
de minister, zoals zijn plicht is, op de
bres staat voor de behartiging van
ieders belangen, dan zou hij dus de ver
hoging van drie cent onmiddellijk on
gedaan moeten maken wanneer de vaart
door het Suezkanaal weer mogelijk is.
Wij zijn daar niet helemaal gerust op.
We hebben in een dagblad in de toe
lichting op de verhoging immers ook al
gelezen, dat door deze verhogingen de
prijs van de benzine in Nederland nu
tenminste opgetrokken is naar het
Westeuropese niveau, zodat het thans
weinig verschil meer uitmaakt of men
in het ene land of in het andere zijn
tank laat volgooien, hetgeen kennelijk
met enige voldoening werd geconsta
teerd. Er is weinig verbeeldingskracht
voor nodig om aan te nemen, dat dit
„commentaar" van de zijde van de olie
maatschappijen of het ministerie van
economische zaken werd aangegeven.
Wordt de plaats gehad hebbende verho
ging in dat licht bezien, een meer gelijk
trekken van de benzineprijzen in de on
derscheiden landen van west-Europa,
dan kunnen we weinig hoop koesteren
dat de benzineprijs weer ineens met drie
cent omlaag gaat na heropening van
het Suezkanaal.
In west-Duitsland o.a. is de verhoging
minder rigoreus geweest dan hier. Ligt
dat aan de politiek van de oliemaat
schappijen of aan de Duitse minister
van economische zaken? Nu is de prijs
in Nederland hoger dan die in west-
Duitsland!
De verhoogde olie- en benzineprijs zal
ongetwijfeld ook doorwerken in de prij
zen bij andere bedrijfstakken. Als die
dattenminste nu wel mogen doorbere
kenen Dat zal voor deze takken ver
moedelijk niet zo snel gelukken als voor
de oliemaatschappijen. Gelijke kappen
voor gelijke monnikken is hier bepaald
geen wet van Meden en Perzen.
Met de komst van de zomer duiken ook
de theorieën over de kwaliteit van onze
„touristenindustrie" weer op. Wanneer
een aantal pensions leeg blijft of het aan
tal bezette hotelbedden valt tegen, dan is
dat de schuld weer van verschillende deel
hebbers aan het tourisme. MJen vindt dan
dat er in Nederland niet voldoende hotels
gebouwd zijn. Men wijst er dan op dat een
aantal brutale Duitsers in het verleden
tezeer is afgeblaft. Men verwijt dan de
V.V.V.-directies een gebrek aan initiatief
en een tekort aan wetenschap voor „pu
blic relations". Voorts zouden onze prijzen
zo hoog geworden zijn dat ze de buiten
landers zouden afschrikken.
Als wij nu als tourist op pad gaan dan
ontdekken wij het volgende. Er zijn in
Nederland een aantal goede hotels, die
soms over gebrek aan klandizie klagen
omdat men nu eenmaal op een koopje uit
is. In dure en eenvoudige gelegenheden
slooft men zich uit om de vreemdeling
het naar de zin te maken, ongeacht of dat
Duitsers, Engelsen of Nederlanders zijn.
Bij het grootste aantal V.V.V.-kantoren
wordt men uitstekend voorgelicht. In het
buitenland prijst men de gastvrijheid van
de Nederlanders. Onze prijzen zijn mis
schien niet de laagste van Europa, maar
toch ook niet uitzonderlijk hoog. In dit
teken viert Nederland zijn vakantiesei
zoen.
Laten wij ophouden onszelf een touris-
tisch minderwaardigheidscomplex aan te
meten. Het tourisme is economisch voor
al hierdoor getekend dat het conjunctuur
gevoelig is. En het is duidelijk, dat de
conjunctuur in Europa terug loopt. Bo
vendien is het tourisme bijzonder gevoe
lig voor politieke spanningen in de we
reld. Ook die zijn in ruime mate voorhan
den. Wanneer ons tourisme geen topjaar
beleeft, dan ligt de oorzaak allereerst in
een dalende welvaart of geremde wel
vaart. Die komt overal in ons werelddeel
bovendrijven. Geen wonder dat dit de va
kantie-industrie ook gevoeld wordt. Op
de dienstverlening van het touristisch be
drijfsleven is heus niet zoveel aan te mer
ken. Wij hebben er alle lof voor!