Holland - E.E.G.-52 - slachthuis
Zaterdag 25 september 1965
HOLTENS NIEUWSBLAD
een reëele samenwerking, gaan wij KWSB
en U-vlees, samen van start.
De slachtaccommodatie, zoals die in Hol
ten hebben gebouwd biedt gelegenheid
tot het slachten aan nog vele andere ge
bruikers.
De heren Pagrach, welhaast sedert het
eerste begin trouwe gebruikers van ons
slachthuis, zullen naar ik hoop tesamen
met hun nieuwe compagnons Hogeslag
en ter Harmsel hun aantal slachtingen op
voeren.
Ik ben er van overtuigd, dat het vlees
afkomstig uit het slachthuis te Holten,
reeds alleen al hierdoor een goede intro
ductie bij de afnemers zal mede krijgen.
Het slachthuis in Holten wil en kan de
rol van streekslachthuis gaan vervullen.
PROGRAMMERING NOODZAAK
Ik ben er van overtuigd, dat men in
Nederland zal moeten komen tot een pro
grammering in de slachthuisbouw.
Wij kunnen ons in Nederland eenvou
dig de luxe niet veroorloven om kapitale
slachthuizen te bouwen, wanneer deze
niet voor de volle 100% van hun capaci
teit worden benut.
Ik zou er derhalve voor willen pleiten,
dat t.o.v. de Stichting voor modernisering
van slachthuizen een landelijke planning
worde gemaakt, opdat de investering,
welke deze bouw vraagt, het volle rende
ment hebbe.
Ik meen er daarbij op te mogen ver
trouwen, dat bij deze programmering het
slachthuis van Holten die plaats en bete
kenis verkrijgt, die het verdient en dat de
moed, welke de Raad van Holten toonde,
toen hij tot de bouw daarvan besloot,
wordt gehonoreerd.
Ik ben er overigens van overtuigd, dat
men bij het opstellen van een program
mering voor te bouwen slachthuizen, toch
ook, ook al was in Holten geen nieuw
slachthuis gebouwd, moeilijk aan deze
gemeente voorbij zou kunnen worden ge
gaan.
Geografisch toch is Holten ideaal ge
legen aan een kruispunt van belangrijke
verkeersverbindingen, gesitueerd voorts
in een veedicht gebied.
Ik ben er van overtuigd, dat het besluit
tot het bouwen van dit moderne slacht
huis, zeer gunstige perspectieven heeft
geopend voor de ontwikkeling onzer ge
meente en dat de Raad van Holten niet
anders had mogen en kunnen doen, dan
hij heeft gedaan, toen hij op 18 januari
1961 een crediet van 1 miljoen één hon
derd duizend gulden beschikbaar stelde
voor dit slachthuis project.
HULDE AAN DIRECTEUR EN
MEDEWERKERS
De directeur, de heer G. S. E. Vegter,
de man die bij het voorbereidende werk
de coördinerende figuur Was, wil ik op
deze dag graag in het bijzonder noemen.
Het moet U een opluchting zijn geweest
toen U in 1963 Uw dierenartsenpraktijk
kon neerleggen en Uw voilé tijd en aan
dacht op dit slachthuis-project, dat,zo zeer
Uw hart had, kon concentreren.
Toen U Uw vol ambtelijke functie aan
vaardde bleek.de aansporing van Vondel:
„Indien het gemeen U roept
besorgt het als Uw eigen"
door U ten volle begrepen te zijn.
Met hart en ziel was U de dierenartsen-
praktijk toegedaan, met evenveel toewij
ding en enthousiasme hebt U de stichting
van dit nieuwe bedrijf geleid en tot goed
einde gebracht.
Daardoor wil ik U vandaag gaarne mijn
hulde brengen en in U uw naaste mede
werkers de heren Goorman en Dijkstra,
als ook aan de heer P. Rijnsaardt, admini
strateur Keuringswaag- en Slachtbedrijf.
Ik heb er reeds van gewaagd, dat het
gemeentebestuur zich gelukkig heeft ge
prezen, dat het mocht steunen op zo voor
treffelijke adviseurs, die hebben helpen
mededenken, die gegevens verstrekten,
die houvast gaven. Wij hebben er vele ge
had, ik denk aan de vele slachthuis direc
teuren in den lande, die ons hun bedrijf
toonden en hun ervaringen vertelden. Ik
denk met name aan de heer L. J. Kas, die
wel in het bijzonder met ons heeft willen
mededenken en zich in onze problematiek
medë heeft verdiept.
Zoekend én tastend zijn wij tesamen
•onze weg gegaan, totdat wij vandaag
staan bij het einddoel, dit mooie slacht
huis.
In dit verband zij ook met ere en er
kentelijkheid de naam "van de inmiddels
overleden Veterinair Inspecteur in Over
ijssel, de heef E. de Nooij, genoemd. Hij
heeft zich intensief met dit project bezig
gehouden en zijn inbreng bij de tot
standkoming daarvan zeker gehad.
Dank wil ik brengen aan hen allen.
MEER DAN TEVREDEN
Als architect van dit gebouw zijt U,
mijnheer Van de Bovenkamp niet slechts
de man geweest, die de constructies had
te ontwerpen, die had te waken dat dit
gebouw goed doortimmerd werd en de
vormgeving voldeed aan redelijke eisen
van aesthetica.
Neen gij hebt U met ons verdiept in de
gehele problematiek, gij hebt U op een
bewonderenswaardige wijze ingewerkt in
de eisen, welke een goed rationeel wer
kend slachthuisbedrijf moet stellen.
Door U is in alle opzichten knap werk
verricht. Gij hebt in alle opzichten gewe
ten, wat U moest bouwen en waarvoor U
diende te bouwen.
Dit eerste slachthuis, dat U als bouw
meester had te bouwen is een succes gé
wordén en heeft Uw naam als deskundige
op het gebied van slachthuisbouw geves
tigd.
Ik wens U geluk met het bouwwerk dat
U heden aan ons hebt overgedragen. Wij
zijn er meer dan tevreden over.
Bij de bouw van een slachthuis, is met
name de koeltechniek een onderdeel, dat
meer dan normale aandacht verdient.
Wij u'jjrofr» vim oordeel, dat de ingewik
kelde aypatfaluuij die het" feilloos func
tioneren van kóél' en vrieshuizen moet
waarborgen onze bijzondere aandacht
verdiende.
Het is min of meer toeval geweest, dat
wij met. U mijnheer van Liempt als advi
seur in contact kwamen en wij prijzen
ons gelukkig, dat wij dit integrerend on
derdeel van ons slachthuis aan Uw des
kundig inzicht konden overlaten. Ik dacht
dat wij op Uw kompas veilig hebben ge
varen.
Ik wil U gaarne mijn dank brengen
voor de wijze, waarop U zich aan de tot
standkoming van ons slachthuis hebt ge-
geven.
GOED STUK WERK
I De aanbesteding van het bouwwerk was
i zonder meer een vertrouwenszaak, omdat
j met een open begroting werd gewerkt.
Ons vertrouwen in U, mijnheer Obdeyn,
i is niet beschaamd geworden. U hebt een
goed stuk werk opgeleverd. De samen
werking met U heeft beantwoord aan de
i verwachtingen, welke wij koesterden.
De samenwerking met de onder-aan
nemers en de toeleverende bedrijven geeft
al evenzeer aanleiding tot voldoening.
DANK AAN ALLEN
Ik wil allen, die gearbeid hebben aan
de bouw van dit slachthuis mijn dank
brengen, zij mogen zelf de rijkste voldoe-
ning vinden in het feit, dat zij hun aan-
I deel hebben mogen leveren in het tot-
standkomen van dit voor Holten en wijde
I omgeving zo belangrijke bouwwerk.
Met dit woord, waarin ik gepoogd heb
recht te doen wedervaren aan al diege
nen, die bij het tot stand komen van dit
slachthuis hun inbreng hebben gehad,
meende ik U, mijnheer Van den Born, te
moeten en te mogen inleiden.
Ik heb getracht U een inzicht te geven
in al wat is voorafgegaan aan de bouw
van dit slachthuis.
Ik heb eveneens gepoogd de verdienste
te schetsen van al diegenen, die hun
schouders hebben gezet onder de uitvoe
ring onzer bouwplannen.
Wij zijn er echter niet als wij die slacht
huizen, waarvoor het, gezien de finan
ciële offers die moeten worden gebracht
of waarvoor het om andere redenen niet
verantwoord wordt geacht ze op E.E.G.-
niveau te brengen, zonder meer zouden
afschrijven.
Het laten doorwerken van niet-erkende
slachthuizen voor de nationale productie
levert nü al grote moeilijkheden op,
waaraan de gecompliceerde vleeshandel
in ons land debet is. Eén van de moeilijk
heden is b.v. dat men later onderdelen
van slachtdieren, die niet in een toege
laten slachthuis werden geslacht, toch
weer in het E.E.G.-verkeer wil brengen.
De moeilijkheden worden onoverkome
lijk als de volgende richtlijn op het gebied
van de vleeshandel; h.l. die voor vleeswa
ren, tot stand komt. Op goede gronden
kan worden aangenomen, dat vóórop in
de richtlijn vleeswaren zal staan, dat bij
de fabricage slechts vlees gebruikt zal
mogen worden, dat voldoet aan de E.E.G.-
richtlijn vers vlees. Zouden er dan nog
slachthuizen bestaan, die niet aan de EEG-
eisen voldoen, dari -komt de vlees- en
vleeswarenindustrie in een uitermate
moeilijke positie te -verkeren. Het enige
alternatief is dan ook, dat alle Nederland
se slachthuizen geheel op EEG-niveau ge
bracht worden, hetgeen automatisch ten
gevolge zal hebben, dat er dan alleen
slachthuizen, die door de EEG erkend
kunnen worden, in bedrijf zullen blijven.
Van de korte adempauze, die er nog is,
zal zo goed mogelijk gebruik dienen te
worden gemaakt.
De inventarisatie van de slachthuizen
heeft nogal wat stof doen opwaaien, waar
van ik achteraf kan zeggen, dat dit niet
onwelkom is gewees^. Het heeft n.l. aan
leiding gegeven tot een nadere bezinning
op de toekomstige positie van liet slacht
huis in alle kringen, die bij de vee- en
vleeshandel betrokken zijn.
Het zal een ieder duidelijk zijn, dat alle
geïnteresseerde instanties hun bijdrage
moeten leveren tot de studie van dit pro
bleem, omdat alleen op deze wijze een
eerd in een belangrijk produktiegebied,
dit laatste geheel in overeenstemming
met de planning, welke in een ander EEG-
land en met name Frankrijk reeds wordt
uitgevoerd.
!Neemt men daarbij in acht dat de re
cente ervaring met ingevoerde buiten
landse varkens leert, dat het Nederlandse
varken kwalitatief beter geschikt is als
grondstof voor de vleeswarenindustrie
dan de produkten uit Denemarken, de
Verenigde Staten, Polen en andere pro
ducerende landen, dan liggen hier, naar
mijn mening, voor de Nederlandse var
kenshouderij en be- en verwerking nog
grote kansen. Dit zal zeker zo zijn, als
wij erin slagen, mede dank zij belangrijke
lopende proefnemingen van de industrie
zelve, deze voorsprong te behouden.
Wanneer U, mijnheer de burgemeester,
zorgen zóudt hebben over de rentabiliteit
van dit slachthuis in de toekomst, dan
meen ik U met enige vrijmoedigheid toch
een hart onder de riem te mogen steken.
Veroorlooft U mij nog even terug te
komen op de EEG-voorschriften.
Het is duidelijk dat deze sanitaire voor
schriften slechts minimum-eisen inhou
den, waar men niet ónder doch wel bóven
mag gaan. Voor zover het Nederland be
treft, acht ik het mijn plicht ervoor te
zorgen, dat Nederland als' grootste export
land in dit opzicht op de eerste plaats
staat. Het zal U na het bovenstaande dui
delijk zijn waarom.
Tot mijn genoegen heb ik kunnen con
stateren dat het nieuwe slachthuis te Hol
ten aan de EEG-eisen in ruime mate vol
doet. Het is dan ook om deze reden dat
ik niet heb geaarzeld de Minister van
Landbouw en Visserij, die krachtens de
Veewet verantwoordelijk is voor de uit
voerkeuring van vee en vlees, te advise
ren het openbaar slachthuis te Holten
een onvoorwaardelijke erkenning als
exportslachthuis te versterken.
Op grond van dit advies is aan Uw
slachthuis het EEG-stempelmerk no. 52
uitgereikt.
Met de wens, dat de slachtcapaciteit
Hier is het slachthuis van Holten, dat
een rol wil en moet spelen in deze streek.
Ik dacht, dat het voor deze taak is
voorbereid. Ik vertrouw, dat het vee, dat
hier geslacht is, zijn weg zal vinden tot
over onze grenzen, dat het hongerige ma-
j gen zal voeden in Duitsland, in het bek-
ken van Parijs, ja zelfs in Italië.
Wij zijn gereed en gaarne bereid in het
kader van de Europese Economische Ge
meenschap deze rol te spelen.
Aangeboden diensten zijn zelden aan
genaam. Ik vertrouw, dat ons aanbod van
diensten een uitzondering op de regel zal
betekenen en dat van het slachthuis van
Holten een gretig gebruik zal worden ge
maakt door al diegenen, die op Franse,
Duitse en Italiaanse tafels vleesgerechten
van Nederlandse oorsprong willen bren
gen.
Ik wil U, mijnheer de Veterinair Hoofd
inspecteur der Volksgezondheid thans
gaarne de gelegenheid geven dit slacht
huis in gebruik te stellen en een geleide
mede te geven.
REDE DRS. J. M. VAN DEN BORN
Nadat drs. Van den Born had verklaard
met bijzonder veel genoegen naar I-Iolten
te zijn gekomen om het nieuwe slachthuis
te openen, stond hij uitvoerig stil bij de
historische ontwikkeling van het slacht
huis en de vleeskeuring, ook al omdat de
functie, die het slachthuis thans vervult
en in de naaste toekomst te vervullen zal
hebben, slechts met deze historische ont
wikkeling voor ogen begrepen kan wor
den.
Ook de vleeskeuring heeft vanaf 1922
een evolutie doogemaakt. Doordat het
wetenschappelijk inzicht zich verdiepte,
ging de techniek van de keuring sterk
vooruit en leek de wering van vlees en
vleeswaren, die voor de volksgezondheid
schadelijk zijn, dicht benaderd.
Was aanvankelijk de vleeskeuringswet
geving een zuiver nationale aangelegen
heid, met de inwerkingtreding op 30 juni
1965 van de Richtlijn van de Raad van de
EEG inzake gezondheidsvraagstukken op
het gebied van het intercommunitaire
handelsverkeer in vers vlees, diende de
nationale wetgeving aangepast te worden.
INVENTARISATIE
De richtlijn had als logisch gevolg, dat
er een inventarisatie van alle Nederlandse
slachterijen werd gemaakt, waarbij zoals
te verwachten was uit de bus kwam, dat
er een aantal slachthuizen zonder meer
voldeed, maar dat er ook in vele gevallen
-zekere aanpassingen nodig zouden zijn,
waaraan min of meer grote investeringen
verbonden zouden zijn.
goed 'uitgewogen harmonisch resultaat
van de studie van deze zeer gecompliceer
de problematiek kan worden verkregen.
Daarom is het toe te juichen dat in ver
schillende kringen van belanghebbenden
de discussies over deze vraagstukken
gaande zijn of op gang zullen komen.
U zult begrijpen dat ik niet vooruit kan
lopen op dit overleg. Wel kan ik enkele
punten noemen, welke in het rapport
worden aangestipt, b.v.:
1) het vraagstuk vafi de efficiëntie
van de huidige vleeskeuringsdiensten;
2) het vraagstuk van de uitvoering
van de Vleeskeuringswet door gemeenten;
3) het vraagstuk van de uniforme
keurlonen
4) het vraagstuk van de nadere keu
ring ingevolge art. 8 van de Vleeskeu
ringswet, de z.g. invoerkeuring;
5) het vraagstuk yan de sluitende be
groting van de diensten enz. enz.
Wat er uiteindelijk ook het resultaat
zal zijn van het overleg, steeds zal men
voor ogen moeten hóuden dat als uitein
delijk doel een krachtige bevordering van
de hygiëne en een optimale gezondheids
bescherming van de bevolking voorop
dienen te staan.
Is dit streven op zichzelf al gerechtvaar
digd en geboden ter wille van de volks
gezondheid, dan komt daar gelukkig nog
bij dat de economie van een bedrijf èn de
economie van het land daarmede ten zeer
ste worden gediend.
Het dient met ere te worden gezegd,
dat de bonafide slager, de bonafide gros
sier en de bonafide vleeswarenfabrikant
en dat zijn gelukkig de meesten van
af het in werking treden van de Vleeskeu
ringswet dit voor hun bedrijf ter dege
hebben ingezien en dan ook steeds de
volle medewerking hebben gegeven als,
vaak ten koste van offers, in dit opzicht
naar nieuwe inzichten, met de tijd moest
worden meegegaan.
En nationaal gezien is een optimale
volksgezondheid van doorslaggevende be
tekenis voor de export-positie van ons
land.
Ik kan u verzekeren, dat zeg ik met
trots, dat wij internationaal een goede
naam hebben en dat op de eerste plaats
onze internationale handel hiervan de
vruchten plukt.
GEHEEL IN OVEREENSTEMMING
MET PLANNING
Wanneer ik thans terug kom op het
openbaar slachthuis Holten, dan ma,':
ik constateren, tiat dit aan alle geWcn&te
eisen voldoet, dat flit een aestetisch zeer
verantwoord uiterlijk heeft, dat dit voor
treffelijk is ingericht en dat dit is gesitu-
Een kijkje in één der moderne afdelingen
van dit mooie moderne slachthuis zo vol
ledig mogelijk benut zal worden en dat de
slachthuisleiding, personeel en gebruikers
er een prettige werkkring mogen vinden,
verklaar ik het Openbaar Slachthuis te
Holten voor geopend.
OVERDRACHT
SLACHTHUIS
Nadat burgemeester mr. W. H. Enklaar
een wooi'd van dank had gesproken tot de
heer v. d. Born voor de verrichte opening
en voor de doeltreffende hulp die werd
verleend bij het verkrijgen van de rijks
goedkeuring werd het slachthuis overge
dragen aan de directeur de heer G. S. E.
Vegter bij welke overdracht mr. Enklaar
sprak als volgt:
Mijnheer de directeur,
Het is voor ons, maar vooral voor U
een grote dag. Sedert 1946 hebben wij de
noodzaak onder ogen gezien om te gera
ken tot een nieuw slachthuis. In 1946 zijn
wij van een geheel ander uitgangspunt bij
onze plannenmakerij uitgegaan. In 1946
hebben wij niet bevroed dat het tot 1965
moest duren voordat een nieuw slacht
huis kon worden betrokken.
Maar in 1946 hebben wij evenmin ge
droomd dat een slachthuis als dit het re
sultaat zou zijn van onze plannenmakerij.
U met name hebt geloofd in de toekomst
van een nieuw slachthuis. U hebt in de
jaren die sedert dien vergleden zijn, tel
kens weer van uw geloof getuigt en aan
gedrongen op -realisering van de bouw
plannen.
Vandaag wordt weer bewaarheid dat zij
die geloven, niet haasten. Het is mij een
vreugde vandaag dit nieuwe slachthuis
onder uw directie te stellen en dit in be
heer aan U over te dragen.
Moge het U gegeven zijn dit slachthuis
zodanig te leiden, dat het gaat beantwoor
den aan de verwachtingen, die wij daar
van koesteren.
Uw enthousiasme, toewijding en kunde
zullen u bij het vervullen van deze taak
zeker vergezellen en tot steun zijn.
Ik beveel hierbij dit fraaie slachthuis
in uw bijzonder deskundige zorgen aan.
Groots is Uw toewijding en heilig Uw
taak.
DIRECTEUR VEGTER IN ZIJN
TOESPRAAK NA DE OVERDRACHT
Mijnheer de voorzitter,
Dames en heren,
Nu dit gebouw, nu dit bedrijf zojuist
door d.e burgemeester als vertegenwoor
diger» van het Bestuur van deze gemeente
aan mijn zorgen werd toevertrouwd, is
het goed zich rekenschap te geven van
de juiste gestalte van deze overdracht en
de inhoud er van te overzien.
En dan word ik mij bewust een ge
schenk te hebben ontvangen van een
grootte, die niet te meten is, van een
betekenis, die niet te begroten is, vervuld
van een innerlijke waarde, waaraan een
medewerking ten grondslag ligt, die zijn
weerklank kan vinden bij de gehele be-
volkig van deze gemeente.
Dan ondervind ik, mede door de woor
den en gedachten, waartoe de voorgeschie
denis en de verrezen realiteit van dit ge
bouw aanleiding zijn geweest, de geest
van voldoening, die levend is bij het be
stuur van de gemeente, en ik ondervind
de vreugde, die dit bestuur vervult bij de
voltooiing van dit bedrijf, dat in volledige
personeelsbezetting het proefstadium gaat
afsluiten om tot de realiteit van de regel
maat der dagen over te gaan.
Dan resoneert in deze werkzaamheden
van een nabij verleden en van de tegen
woordige tijd de sonore klank van de
steeds dóerdringende activiteit van de
burgemeester. In de administratieve voor
bereiding, in het overleg met mogelijke
toekomstige gebruikers, in de voorzienin
gen van de kapitalen, in het beleid ter
bepaling van de contouren van. het te
verrijzen beeld en in het consolideren of
opnieuw uitwerken van hetgeen was ge
projecteerd.
De erkenning van deze welbewuste en
positieve gerichtheid ten dienste van dit
bedrijf wordt in de kern van dit gebouw
uitgedragen en in ere gehouden door een
groene steen, aan ieder, die het weten
wil, meldend de opdracht: „aan Willem
Henric Enklaar, burgemeester, meester
in alle rechten, door wiens toedoen als
leidsman dit gebouw van het slachthuis
werd gesticht", daaronder het jaar van
de bouwkundige ontplooiing: „in het jaar
Onzes Heren 1Ö64."
Inderdaad, de bemoeiingen van de bur
gemeester en van het gemeentebestuur
zijn intensief geweest. Intensief ten aan
zien van een stuwende activiteit ter be
paling van de grote lijnen en van het
perpectief. Ten opzichte van het technisch
gebruik, van de outillering, van de orga
nisatie van het bedrijf werd gaarne ge
hoor gegeven aan de deskundige inzichten
en adviezen. Vele vrijheden werden, na
eenmaal verstrekte voorlichting, in de
beslissingen aan de dagelijkse leiding over.
gelaten. Gaarne wil ik hier mijn grote
erkentelijkheid uitspreken voor deze op
vatting omtrent de samenwerking van
het gemeentebestuur en de leiding van
een openbaar bedrijf.
Zo zal ik gaan aanvaarden datgene,
waaraan ik heb mogen bouwen in het
zoeken van een goede vorm voor het be
drijf, naar een doelmatige outillering. Al
le steun mocht ik daarbij ondervinden
van de beide keurmeesters Goorman en
Dijkstra, die destijds reeds in functie
waren en vele onderwerpen van gesprek
uit een pi'actische hoek belichtten.
Van de zijde van de gemeentesecretaris,
de heer G. J. Langenbarg en van de ad
ministratieve van de bedrijven werd aan
alle inwissebare verlangens tegemoet ge
komen, de leiding van de afdeling ge
meentewerken en van het' gemeentelijk
elektrisch bedrijf droegen op hun eigen
wijze bij in hgt tot stand komen van het
geheel, een medewerking die zeer op prijs
wordt gesteld.
Zo werd de rang tot verwezenlijking
van de plannen gedragen en mede bevor
derd door de activiteit en het medeleven
van gemeentebestuur en takken van
dienst, die ressorteren onder de werk-
heid van de gemeente.
Het ligt in de lijnen der dingen, dat
een intensief overleg met de architect, de
heer L. C. van de Bovenkamp aan de con
structie van het bedrijf is vooraf gegaan,
dat dit overleg met hem en met zijn naas
te medewerkers is voortgezetgedurende
de hele bouwperiode en dat het door
dat alle facetten van de bouw nog niet
hun beëdiging hebben gevonden nog
zal voortduren tot na deze officiële inge-
bruik stelling. De wijze, waarop de pro
jecten gezamenlijk zijn bekeken, waarop
de problemen zijn gesteld, de ernst, waar
mee men zich telkens weer in de proble
men heeft verdiept en met vereende
krachten tot een oplossing heeft gebracht,
de sfeer, waarin dit jaren verbruikende
overleg steeds heeft plaatsgevonden, het
heeft aan aller inzicht alle recht doen
wedervaren, en het is met grote voldoe
ning en erkentelijkheid, waarmee ik op
deze goede en prettige gezamenlijke werk
zaamheid, zowel met de architect in zijn
energieke en zorgvuldige persoonlijkheid,
als met zijn accurate en ontvankelijke
naaste medewerkers, kan terugzien.
Van iets jongere datum is het overleg
met onze adviseur, de heer Van Liempt.
Toch is zijn visie op de koeltechnische
installatie, zijn inzichten over water- en
stroomvoorzieningen, de constructie van
het leidingnet, evenals de electro techni
sche verzorging van het bedrijf, snel ge
volgd op de allereerste stadia.
Het overleg en zijn adviezen bevatten
een getuigenis van een helder en wel
doordacht inzicht. Zij werden met over
tuiging en praetische zin- gegeven. De
even économische als praetische installa
ties hebben wij aan hem te danken. Er is
echter meer: het persoonlijk contact met
deze, in zijn aard bescheiden, figuur is
uitgegroeid tot een verhouding, die aan
ons beider leven winst heeft geschonken.
De dank, die ik zo gaarne en van harte
uitspreek, heeft mede daardoor een meer
zijdige betekenis en een diepere klank.
Bij de constructie van een bedrijf als
dit kan alleen de werkzaamheid van velen
tot een goede beëindiging voeren. Onder
deze velen bekleedt de figuur van de
hoofdaannemer toch wel een bijzondere
positie. Bijzonder op organisatorisch ter
rein tor coördinatie van veler activiteit,
bijzonder in constructieve sin, omdat de
omvang van zijn taak op dip gebied ver
der strekt dan die van enig ander. Er is
Vervolg,- zie pag. 4.