s Gebr. Wansiuk li IS HET TIJ! ïiaill© Sehoneveld Dansavond SMIT J. P. Nagelhout Afwezig PFÜFF WONNINK Duizenden wachten gespannen op Uw prettige aanbiedingen in blad dit lersnmode- artikelen SCHUPPERT Bejaardencentrum l©g@ Es" Nijverdal krijgt een zeer modern bejaardentehuis lef werkeer in de leep der eeuwen Zaterdag 7 september 1963 HOLTENS NIEUWSBLAD pagina 3 VIEKVRU xlr DOOR EN DOOR Alleenverkoop voor Holten: gj (VVWVWWAWMM A.s. zaterdag, 7 sepl.: in zaal te MARKELO met mede werking van „THE SWINGING STARS" van 6 tot en met 16 sep tember. Dokter Ypma neemt waar. Tijdens de spreekuren van 8.30-9.30 uur en van 1-2 uur aan Pastoriestraat 50. Verder te bereiken ten huize van dokter Rietdijk. VOOR EEN NIEUWE RADIO OF TV! Neemt U een goede raad aan en kijk vóór U iets koopt even in de H§ etalage van RADIO SCHONEVELD Wij hebben diverse GOEDKOPE aanbiedingen. Ook hebben wij nog enkele goede gebruikte TV's. O.a. drie stuks in één koop 300- DE ZAAK MET DE BEST DENKBARE SERVICE naaimachines Zig-Zag-macliines vanaf 448.- PFAFF Naaimachinehuis Te koop: drie dragende varkens ingeschreven in BB, a. d. telling tussen 12 en 27 sep tember, en een tcoiïizv.ara biggen, met gezondheids verklaring. H. Markvoort, Espelo 35. Eerst kijken bij De bouw van het Nijverdalse bejaardencentrum nadert thans met rasse schreden haar voltooiing. Het hoofdgebouw zal 24 september worden opgeleverd. Daarna worden de.24 bejaardenwoningen, die eveneens op dit terrein zullen worden gebouwd, afgewerkt, voorzover deze nog niet geheel klaar zijn. Na gedurende lange jaren plannen maken en pl.m. 2 jaar nadat de voorberei dende werkzaamheden inzake de bouw zijn begonnen, zal, naar wij vernemen, in oktober a.s. het Protestants Chr. Bejaardencentrum „De Hoge Es", staande aan de Bonteweg te Nijverdal, officieel worden geopend. Het gebouw zal, voor een deel althans, dan reeds in gebruik zijn genomen. Hiermede heeft dan ook Nijverdal zich geschaard in de lange rij van Neder landse plaatsen, welke daadwerkelijk iets doen aan het probleem van wonen en verzorgen van bejaarden. Nijverdal heeft dan tevens het grootste woongebouw, dat het ooit heeft gehad, naar een ontwerp van Ir. H. Lammers en C. C. Lammers-Koeleman te Arnhem. Het werd gebouwd in opdracht van de Landelijke Hervormde Bouwstichting voor Bejaarden door de Firma Roelofs en Haase te Rijssen. Dit gebouw zal vervolgens (in huur) worden overgedragen aan de stichting „De Hoge Es", waarin de Gereformeerde en Hervormde Kerk en de Vrije Evangelische Ge meente van Nijverdal en Hellendoorn eendrachtig samenwerken. De bouwkosten bedragen pl.m. f 750.000 en de inventaris f 250.000. Met het ge heel is dus ongeveer één miljoen gulden gemoeid. RUIM 90 BEDDEN Het hoofdgebouw zal 93 bedden lellen, waaronder een zestal voor zieken en 8 voor het personeel, dat een eigen vleu gel ter beschikking zal hebben, en dat tevens een conversatiekamer, woonruim te voor de directrice en adj. directrice bevat, alsmede een linnenkamer etc. Zelfs kan een gedeelte*van deze oost vleugel worden geïsoleerd, indien er on verhoopt een besmettelijke ziekte zou worden geconstateerd. Dit gebouw werd ons tijdens een kort bezoek getoond door de uitvoerder van genoemde firma, de heer Hollander, die ons ook de hypermoderne automatische verwarmingsinstallatie liet zien. De bouw van dit tehuis is natuurlijk zo opgezet, dat het bewoond zal worden door valide personen, en zal derhalve niet kunnen worden beschouwd als een verpleeghuis of als een speciale afdeling van een ziekenhuis. BAANBREKEND WERK VERRICHT Er is in Nederland in dit opzicht goed en baanbrekend werk verricht. Verschil lende deskundigen hebben in studie-com missies zich beraden op de eisen van deze tijd ten aanzien van de bejaarden-huis vestingen. Een viertal organisaties zijn reeds jaren bezig om de ouderen een goed onderkomen aan te bieden. Het zijn: De landelijke Herv. Bouwstichting voor bejaarden, de Gereformeerde Bouw corporatie voor bejaarden, de landelijke Katholieke Bouwcorporatie voor bejaar den en de Nederlandse Centrale voor Huisvesting voor bejaarden, die op veel ervaringen met diverse problemen op dit gebied kunnen bogen. NOODZAAK De noodzaak van al deze activiteiten blijkt wel uit het feit, dat alleen in ons land reeds meer dan een miljoen be jaarde mensen wonen, evenals in België. In Duitsland wonen bijna 5.5 miljoen ofwel 10 van de totale bevolking en in Amerika zelfs 15 van de totale be volking. Daarom bestaat er ook een grote vraag naar woonruimte in bejaardencentra's. Een verklaring hiervoor is wel te vin den, doordat tussen 1940 en 1962 het aantal gezinnen verhoudingsgewijs veel sterker is toegenomen dan het aantal wo ningen of woonruimte. Bovendien is de gemiddelde leeftijdsgrens ook aanmer kelijk hoger geworden. GEMIDDELDE LEEFTIJD HOGER Aan het begin van deze eeuw was de gemiddelde leeftijd zeven en veertig jaar, momenteel bedraagt deze pl.m. zeventig jaar, dat is dus aanzienlijk hoger dan in vroeger jaren. Deze opmerkelijke verandering en ver betering is wel in het bijzonder te dan ken aan de grote vooruitgang in de ge neeskunde. Niet alleen dat vele ernstige ziekten thans doeltreffender kunnen wor den bestreden en behandeld, maar ook de algehele medische verzorging en vor deringen der wetenschap en techniek hebben hier wel een bijzondere bijdrage geleverd bij het terugdringen van het sterftecijfer. Ook komt daarbij dat een groot deel van de plattelandsbevolking verhuisde naar de steden, waardoor de gewoonte van samenwoning, soms van drie generaties, kwam te vervallen. Want in de moderne flats is geen plaats voor grootvader of grootmoeder, evenmin als in de meeste nieuwe wonin gen. Van de bestaande woningen zijn de meeste ongeschikt voor de bejaarden, óf omdat deze te groot zijn of op een andere wijze niet zijn aangepast aan de moderne behoeften en de noodzakelijke veiligheid en gezondheid. Op deze wijze komt een modern in gericht bejaardentehuis, waar de zelf standigheid van de bewoners zoveel mo gelijk wordt gegarandeerd, in vele ge-, vallen aantrekkelijk voor. ZORG VOOR BEJAARDEN Er dient dan ook in grote mate reke ning te worden gehouden met de wil en wensen van de a.s. bewoners, met hun activiteiten en hun thuis als zodanig. De bejaarde bewoner moet n.l. ook zoveel mogelijk zijn eigen sociaal milieu en ge meenschapsleven kunnen behouden. In het Bejaardentehuis moet hij een grote mate van zelfstandigheid kunnen leiden, doch ook gelegenheid om te kunnen om gaan met de overige bewoners, bezoek ontvangen, zich vrij kunnen bewegen, in gaan en uitgaan. De vier genoemde organisaties zullen ongetwijfeld zoveel mogelijk rekening houden met de wensen van de a.s. be woners, doch om het voor allen geheel naar wens te maken, zal niet mogelijk zijn. ANDERE VERHOUDINGEN DAN VROEGER In het verleden losten de bejaarden met hun naaste verwanten-familieleden hun problemen zelf op. Het aantal was door het hoger sterftecijfer aanzienlijk minder, en in doorsnee waren zij ook jonger dan thans. De verzorging in eigen kring regelen is thans niet meer zo ge makkelijk; o.a. minder woonruimte, de afstand in leeftijd wordt groter en de familieband tussen ouders, kinderen en kleinkinderen wordt geheel anders be leefd dan 3035 jaar geleden of zelfs nog vlak voor de laatste oorlog'. Toch hebben wij ons laten vertellen dat pl.m. 75 van de bejaarden nog zelfstandig woont, terwijl pl.m. 16 van de bejaarden nog bij familie of kinderen inwoont. Na de bevrijding zijn er ongeveer 250 bejaardentehuizen in ons land gebouwd, waar de overigen een plaats hebben ge vonden, en tevens natuurlijk nog in een groot aantal reeds bestaande tehuizen. Een groot aantal van deze sterk ver ouderde tehuizen voldoen al lang niet meer aan de eisen, die hieraan gesteld mogen worden. Gezien het zeer groot aantal bejaarden dat ons land telt en die een goede ver zorging nodig hebben is het een behoefte van de eerste orde om hieraan de grootst mogelijke aandacht te besteden. FINANCIëN Ongetwijfeld spelen bij de keuze van een bejaardentehuis ook de financiën een rol. Met alleen wat de A.O.W. uitkeert, heeft men niet voldoende, en deze zal voor vele bejaarden een extra zorg zijn. Het is derhalve dan ook geen wonder dat velen zo lang mogelijk op hun „zelf" willen blijven. Natuurlijk zal iedereen eerst zelf moe ten bepalen in hoeverre hij de pen- sionprijs of welk gedeelte hij kan beta len. Door samenwerking met kerkelijke of burgerlijke overheid moet het moge lijk zijn om het doel „een tehuis voor hen, die dit nodig hebben", te bereiken. VOOR WIE IS HET TEHUIS BESTEMD? In de eerste plaats is het bejaarden centrum „De Hoge Es" bestemd voor de leden van de deelnemende kerken, die dit nodig hebben. Dit betekent, en wordt uitdrukkelijk vermeld, dat het niet zo is dat het alleen bestemd is voor hen. die over voldoende geldmiddelen beschikken. Dit is het beslist niet! Door het stichtingsbestuur en de dia- konieën van de kerken wordt dit gezien als een diakonale taak, en de kerkelijke en burgerlijke gemeenschap heeft tot taak te zorgen dat de benodigde middelen er komen wanneer op advies van arts, maatschappelijk werkster, predikant of naar het oordeel der diakenen iemand moet worden opgenomen, dit ondanks en ongeacht zijn inkomen. Uit een gesprek dat wij met de secre taris, de heer A. Maatman, over dit on derwerp mochten hebben, en van wie wij diverse gegevens mochten ontvangen, bleek dat dit tehuis speciaal was gesticht om de inwoners van Hellendoorn en Nij verdal gelegenheid te geven in hun eigen omgeving te blijven, in een rustige om geving met personen van gelijke leeftijd en waarmede men ook kan praten over de dagelijkse gebeurtenissen en van vroe ger. Bovendien zal er op deze wijze worden meegewerkt aan de oplossing van het huisvestingsprobleem. Er" zijn bejaarden, die een hele woning zullen ontruimen, terwijl er ook zijn die nu inwonend zijn, en een kamer vrij zullen maken, die door het jongere gezin kan worden gebruikt, waardoor dit geen grotere woning be hoeft aan te vragen. Op deze wijze wor den èn de bejaarden èn de jongeren ge holpen. DE GANG VAN ZAKEN Ook over de gang van zaken in dit be jaardentehuis werd van gedachten ge wisseld en hieruit bleek o.m. het vol gende: De dagelijkse leiding berust bij de di rectrice, Mej. W. Fokkert, die als zo danig werd benoemd. Verder is er een adj. directrice, een hoofd van de huishou ding en zijn er bejaardenverzorgsters en bejaardenhelpsters. Op elk redelijk uur van de dag mogen de bejaarden bezoek ontvangen of eventueel zelf uitgaan. Voor het bezoek kan men óf in eigen ka mer óf in de conversatiezaal terecht, die overigens ook als eetzaal wordt gebruikt. Ook zijn er straks aardige zitjes in de gangen of in de hal. De maaltijden vin den op vaste uren plaats, zodat men wel tijdig terug moet zijn, al is het natuurlijk mogelijk, na overleg, dat men later thuis kan komen. Men voorkomt dan dat men teveel eten kookt en dat men zich onge rust maakt over het te lang uitblijven. Ontvangt men bezoek, kokend water is er op elke verdieping in de theekeuken verkrijgbaar, zodat men zelf koffie of thee kan zetten. In verband met brand gevaar mag niet in de kamers gekookt worden. Bovendien is de verzorging vol ledig, wat normaal nodig is, terwijl de kamers worden voorzien van vloerbedek king, vitrage, overgordijnen, ledikant met matras, dekens en linnengoed, terwijl..men een gedeelte van het meubilair, na keu ring, mag meebrengen. De kamers worden regelmatig schoon- gehouden, terwijl er gelegenheid is om een eigen radio- of televisietoestel aan te sluiten, waarvoor"een centrale radio-tele- visiemast wordt geplaatst. Abonnemen ten-zegels en contributie voor radio of televisie zijn echter voor eigen rekening. Wat de kerkdiensten betreft werd mede gedeeld, dat in het tehuis diensten zul len worden gehouden, doch dat degenen, die de kerkdiensten te Nijverdal willen bijwonen, dit ook mogen doen. Dit waren zo in het kort de leefre gels, die werden vastgesteld. Er zijn nog verschillende wensen, die op een vervulling wachten, want terwille van verschillende kosten heeft men zich geen aparte luxe kunnen veroorloven. Er leven nog wel wensen, o.a. een te levisietoestel voor de conversatiezaal en andere dingen, die het leven kunnen veraangenamen. Er bestaat straks bij de officiële ope ning gelegenheid om iets aan te bieden, tenminste dat mogen wij veronderstel- stellen. Kunnen jeugdverenigingen, mannen- en vrouwenverenigingen e.d. geen acties ontketenen of op de een of andere wijze iets „versieren" om het een of ander aan te bieden? Wij heb ben nog niet gehoord dat een derge lijke actie op touw werd gezet en daarom geven wij gaarne een tip. Het zou jammer zijn, dat bij deze gelegen heid de bejaarden zouden worden „ver geten". Vaak reeds hoorden zij bij de vergeten groepen. Terwijl wij dit schrijven, wordt de laatste hand gelegd aan het hoofdgebouw, dat binnenkort zal worden opgeleverd. Men mag zeggen, dat het een riant ge bouw is geworden zonder overdadige luxe en versieringen, doch evenwel een sieraad voor het dorp. Moge het een centrum worden, waar men, indien het nodig is, gaarne mag verblijven. i ii. Bejaardencentrum „De Hoge Es" te Nijverdal, vanaf de ivestzijde gezien, met de entree. Professor Sizoo schrijft in zijn boek „De antieke wereld" dat in de tijden van de apostelen de verschillende delen van het Romeinse wereldrijk met elkaar verbon den waren en dat het wereldverkeer toen zeker niet geringer was dan het verkeer in de vorige eeuw, vóór de uitvinding van, de spoortrein. „Natuurlijk waren de wegen niet zo mooi en breed als de onze, maar ze boden de reizigers het voordeel, dat ze zoveel mogelijk lijnrecht getrokken waren!" Misschien denken wij wel eens dat de oudheid geen verkeersproblemen kende. Het tegendeel is volgens prof. Sizoo het geval. De wereldstad Rome had haar dagelijk se verkeersongevallen en deze leidden er toe, dat er slechts 's avonds en 's nachts voertuigen in de straten mochten rijden. Uitzonderingen waren gemaakt voor wa gens, die puin en'dergelijke vervoerden of nieuw materiaal voor openbare gebouwen en tempels. Als echter de „hoftrein" van Nero door Rome trok was het gevaarlijk in de stra ten. Nero en zijn gevolg reden dan in niet minder dan duizend karossen! En dan niet te vergeten de stoet van vijfhonderd ezelinnen, die de voorname Poppea niet meende te kunnen missen als ze een „om metje" ging maken Minder hooggeplaatste dames lieten zich in die tijd in draagstoelen vervoeren en overdag was zo'n draagstoel in Rome vrij wel het enige vervoermiddel. Sterke sla ven sjouwden hun meesteressen op deze wijze door Rome's straten en ze konden zich slechts met behulp van hun ellebo gen een weg banen. „Normaal wandelen" was in Rome niet zonder gevaar vanwege het gedrang. Uit opgravingen te Pompeji is gebleken aldus de auteur dat in de Oudheid de drukste straten en pleinen, door het opwerpen van stenen versperringen, ge heel ontoegankelijk voor het verkeer wer den gemaakt. Het afsluiten van een binnenstad voor het verkeer is dus beslist geen uitvinding van onze dagen! Omstreeks het jaar 500, na het einde van hef Westromeinse Rijk, werd het in de stad en op de wegen een stuk rustiger. Het verjeeer volgde toen in hoofdzaak de wa terlopen en de voertuigen met hun wielen zonder spaken nog gering in aantal hadden geen behoefte aan verkeersbepa- lingen. Het is immers bekend dat in de middel eeuwen de varkens gewoon op straat ge houden werden. Zelfs in de steden liepen ze overal, een bel om hun nek, langs de huizen hun kostje op te scharrelen. Dat zou als er van intensief verkeer sprake was geweest natuurlijk beslist onmoge lijk zijn geweest. In het vlpt geschreven, zeer interessante boekje „Verkeersregels" van J. Kruizinga (A.O.-reeks) wordt vermeld dat het na de kruistochten wel drukker werd op de we gen, maar dat er toch geen problemen ontstonden. Eerst in 1518 kreeg Amsterdam zijn eerste verkeers-keur, welke inhield, dat sleden en wagens hun weg niet over hou ten bruggen mochten nemen. Het brugdek was daarop niet berekend. Ongeveer een eeuw later er is niets nieuws onder de zon! verordineerden „Mijne Heeren van den Geregte" 'n plaat selijk éénrichtingsverkeer, overmits „da- gelyx groot ongeregeltheyt gepleecht wordt bij den wagenluyden". Kruizinga vertelt verder dat er binnen de Amstelstad parkeerterreinen werden uit gespaard (1608), waar de grote karren stonden, die boer en burger naar buiten voerden. Voor elk van de vijf grote poor ten was eèn parkeerterrein te vinden en een „comissaris" hild er een oogje in het zeil. Een en ander nam niet weg dat er toch nog veel klachten kwamen van voetgan gers, die „over de benen werden gereden". F,n in 1634 werd het rijden door de stad op boete van vijftig gulden (een enorm be drag in die tijd!) verboden. Hoewel in later jaren het verbod wat werd verzacht, werd in 1663 nadat weer enige ongelukken waren gebeurd be paald dat alleen zij, die van buiten kwa men, naar huis of logement mochten rij den; overtreders kregen niet minder dan honderd gulden boete. Overigens blijkt uit de historie dat een stad als Amsterdam en het zal elders wel niet beter geweest zijn niet bere kend was op de toename van het verkeer. Niet alleen nu, ook driehonderd jaar ge leden was dat al zo! In 1663, toen men de stad dus alleen binnen mocht rijden, maar niet rijdend mocht verlaten, werd een en ander gemo tiveerd met de woorden- „mits de straten en stegen vanwege haer engte onbequaem waren om bereden te worden met karos sen en kalessen." Het aanwenden van zogenaamde „toe sleden" werd door het verbod in de hand gewerkt. (Dat waren koetssleden zonder wielen dus waarmee het nooit „zo'n vaart kon lopen!"). De voerlieden bedien den zich van een smeerlap met vet of olie gedrenkt om het geval wat soepe ler te laten glijden. In 1897 verscheen in Amsterdam de eerste auto voor de poorten der „benaeuw- den vesten", aangestaard door duizenden der „arme burggerij". Het paard van Troje was binnengehaald! Niet lang daarna was Nijverdal aan de beurt. De oude heer Salomonson, direkteur van de KSW, schafte zich ook een modern voertuig aan „een waag'n zónder peerd", zoals de mensen in die dagen zeiden. Ze bleven tot diep in de nacht voor aan de straat staan toen de auto van ver werd binnengehaald.

Erfgoed Rijssen-Holten

Holtens Nieuwsblad | 1963 | | pagina 3