Zomer onder nul De Duitse overgave op de Lüneburger Heide RECLAME Circuit Tubbergen BUITEN LUNDS OVERZICHT VOETBALSPORT. Uitslag seriewedstrijden N.-Heeten. De Holtense reserves hebben door hun 2l zege op Lettele 3 op 18 Juli de finale bereikt op de seriewedstrijden van de Voetbalver. Nièuw-Heeten. In de wedstrijd tegen Rohda 4 uit De venter ging het daarom Zondag j.l. om de le of 2e prijs. Hoewel de Holtenaren in het veld voortdurend in de meerderheid waren, wisten zij dit overwicht niet in doel punten uit te drukken. De Deventénaren wisten op een soms wat fortuinlijke wijze het doel beter te vinden. Zij slaagden er in twee goals te scoren. De Holtenaren maakten slechts één doelpunt, zodat zij zich met een overigens zeer verdiende 2e prijs^moes ten tevreden stellen. Naar Bathmen. Het le en 2e elftal van Holten neemt a.s. Zondag deel aan de seriewedstrijden van A.B.S. te Bathmen. Het 2e elftal speelt om 13.15 uur en het le om 14 uur MOTORSPORT. Braziliaanse kampioen naar de Motorraces te Tubbergen. Met select internationaal gezelschap. Wederom zullen dit jaar tientallen in ternationale motorrenners van naam naar de races in Tubbergen komen, wel ke op Zaterdag 7 Augustus zullen wor den verreden. Renners uit Engeland, Australië, Cey lon, Italië, Duitsland, Zwitserland en België, die dit jaar reeds op verschil lende Europese circuits opvallende suc cessen hebben geboekt en meer dan eens hebben gezorgd voor enerverende en boeiende races. Bovendien zal Tubbergen dit jaar nog een bijzondere primeur beleven. Voor de eerste maal in de motorsport geschiedenis zal namelijk 'n Braziliaan se kampioen in Nederland starten en dat zal 7 Augustus a.s. gebeuren in Tub bergen. Het is I. Basso en hij zal uitkomen in de thans reeds sterk bezette internatio nale 350 cc. klasse. Zijn concurrenten zijn n.l. renners, die vooral de laatste tijd in wedstrijden in Engeland, Frankrijk, Italië en Zwitser land bijzonder op de voorgrond zijn ge treden, zoals de snelle Ronald Dean uit Ceylon, die zijn Norton dit jaar al ver schillende malen als eerste over de eindstreep heeft gevoerd. Maar er komen nog meer van derge lijke cracks naar Tubbergen. We noemen slechts de semi-profs van de A.J.S.-fabrieken: Heath, Julian, Hay- nes en Peacock, de snelle en in Tubber gen bekende Duitser Thorn Prikker. Ook in de zware klasse alsmede in de 125 cc. en 250 cc. klasse internatio naal wordt een sterk veld van renners aan de start verwacht. Voor de 125 cc. klasse hebben bijvoor beeld bereids ingeschreven S. Tinker, de snelle Australiër, de Engelsman Cope en de Italiaan Marelli, die allen op M.V. zullen starten, alsmede de Duitser Mül- ler en de Zwitser Bianchi. Nog iedere dag melden zich renners voor de races in Tubbergen en de sport- commissie is bovendien nog met ver schillende cracks in onderhandeling, zo dat het reeds belangrijke aantal inter nationale renners ongetwijfeld nog zal worden uitgebreid. De heer J. Löhr, café-restaurant O AD, alhier, heeft zich belast met de voorver koop van de kaarten. Men zie de annon ce in dit nummer. JAARVERSLAGEN OVER 1953 N.V. NEDERL. SPOORWEGEN. In het boekjaar 1953 bereikten de to tale ontvangsten met f 373.9 millioen 'n nieuw hoogtepunt. De stijging van de ontvangsten met f20 millioen vloeide nagenoeg geheel voort uit de toeneming zowel van het reizigers- als van het goe derenvervoer. Tegenover de toeneming der ontvang sten stond een verdere stijging van de kosten. De exploitatiekosten namen met f 14.1 millioen toe tot f 304.8 millioen. Deze kostenverhoging was het gevolg van de grotere vervoersomvang, welke onder meer leidde tot een stijging der onderhoudsrekeningen. De afschrijvin gen vereisten f 57.4 millioen tegen f 54.0 millioen in 1952. De post interest daalde verder, namelijk van f 3.8 millioen tot f2.9 millioen. De opbrengsten laten een overschot van f 8.8 millioen boven de kosten. Van dit bedrag is f 4 millioen gereserveerd als bijdrage aan de totstandkoming van vrije kruisingen van de spoorweg met andere dan Rijkswegen, uit te voeren overeenkomstig een plan van de Minis ter van Verkeer en Waterstaat. Hoewel N.S. dus terugziet op een jaar met gunstiger bedrijfsresultaten dan in 1952, is de onderhavige bijdrage oorzaak van het teruglopen van de beschikbare winst tot f 4.768.182.69 (1952 bedroeg de winst f 5.475.430.19). Het Spoorwegpensioenfonds komt niet meer als crediteur in de balans voor. Bij de oprichting van de N.V. Nederl. Spoorwegen in 1937 werd van de be staande spoorwegmaatschappijen een schuld aan het Spoorwegpensioenfonds ad f 153.3 millioen overgenomen. Tenein de deze ongewenst geachte financiële verhouding met het pensioenfonds te be ëindigen is hierop sinds 1938 regelmatig afgelost. In het verslagjaar werd de per 1 Januari 1953 resterende schuld ad f 11.1 millioen gedelgd. De door de Ned. Spoorwegen ook in 't afgelopen jaar weer gemaakte winst geeft ons de moed om bij de directie nog eens aan te dringen op de vervol making van de voor Holten geldende dienstregelingen. Indien er in dit op zicht wensen bestaan, zullen wij daar over gaarne worden ingelicht. Het is een zomer van het jaar nul. Zeg maar: van het jaar onder nul. De zon is na haar gedeeltelijke verduistering nooit meer geheel op streek gekomen. Het is of zij een stomp op haar konink lijke oog heeft gehad. Het schijnt en straalt niet meer, dat oog. Het is dof en glansloos geworden. En gedurende het grootste gedeelte druppelt en traant het. Omdat het steeds maar gehinderd en gekwetst wordt door een tip van de grauwe sjaal van het wolkendek. De mensen zijn er humeurig van. En geen wonder. Echte winters en zomers bestaan niet meer. Wanneer mijn kinderen mistroos tig het weer bezien, dan vertellen mijn vrouw en ik hun dat het in onze jeugd anders was. Beiden schaatsten wij over de Zuiderzee naar het Pampus: voor een kind een tocht naar de Noordpool. En de zomers van onze jeugd vertellen wij elkaar waren zo warm en ge noeglijk als het hart van een hooiopper. Was het zo? Natuurlijk was het niet zo. De zeef der herinnering zeeft nu een maal alle narigheden zoveel mogelijk weg uit ons bestaan. Zodat het ideale overblijft. Hoe zou men anders verder kunnen leven, met naast de lasten van de dag ook nog de lasten van het ver leden. Als ik denk aan de zomers van mijn prille jeugd, toen ik niet ouder dan zes of zeven jaar was, dan voel ik mij plot seling verplaatst naar de zonovergoten Amsterdamse straat, waarin mijn ge boortehuis stond. Dan loop ik weer in eens op korte beentjes voort onder de gestreepte zonneschermen die neerge laten waren voor de winkels. Dat afwis selend gaan onder hard zonlicht en ge streepte zonneschermschaduw, dat af wisselend bad vfn heel hete lucht en minder hete lucht vergeet ik nooit. Het is voor mij mijn allereerste zomerbe- levenis op aarde gebleven en als ik er aan terugdenk is het net of ik steeds maar weer onder de prachtigste etheri sche zebra's doorwandel. In het bovenstaande zijn enkele brok- stukjes bespiegelingen te vinden, die Bertus Aafjes in „Elsevier" ten beste geeft niet over de barre winter van het jaar toen en toen, maar over de zomer van dit eigenste seizoen-1954. En tallozen zullen Aafjes gelijk geven, omdat zij welhaast door een zeer reëele moesson hun vacantie zij het dan niet in rook- hebben zien opgaan, toch wel in wateren nog eens water hebben zien ondergaan. Zij hebben pech gehad En het schijnt, dat de pechvogels dit jaar de vox populi bizonder „mee" heb ben. Want is er nu werkelijk wel zoiets als een zomerloos jaar gaande, of liggen de kaarten alleen maar een beetje anders dan andere jaren? Wat hebben we een vreeslijk droog voorjaar gehad. De boeren hadden geen voedsel meer voor het vee. Is het niet voorgekomen, dat de koeien door de kantonrechter „uit de ouderlijke macht ontzet" werden, omdat de dieren bescherming zich het lot van de beesten had aangetrokken; de arme dieren, die in de weide liepen te verkommeren? En daarna is het water in milde stro men begonnen te gieten. Althans die eerste waterstromen, die hebben we nog „mild" genoemd. Totdat we er genoeg van hadden en toen was Leiden in last. Het is ook „erg" geweest. Veler vacantie is letterlijk in het water gevallen en dat is heel jammer. Anderen hebben hun vacantie ontijdig afgebroken. Er was geen aardigheid aan. Als maar binnen blijven regen en nog eens regen. Maar nu schijnt er toch een weinig licht te gloren. Zou er nog kans zijn, dat het seizoen zijn eigen schade weer inhaalt? Dan hebben we nog volop zonneschijn en mooi weer tegoed. En is daar geen redelijke kans op? Wanneer aan het einde des jaars de balans opgemaakt wordt dan kan het al voorkomen, dat we een aantal uren zonneschijn minder hebben gehad dan normaal en wat meer neerslag dan te doen gebruikelijk is. Maar er zal ook uit blijken, dat het gemiddelde niet zover overschreden is, noch naar de ene, 'noch naar de andere kant. Waarmee maar gezegd wil zijn: Beste vacantiegangers, U hebt werkelijk ge wanboft en dat vinden we heel jammer, maar Uw kans komt nog. Tenminste zo is het altijd nog geweest! Het ont loopt elkaar niet zoveel en wie nu nog aan beurt komt, zal het allicht wat beter treffen. Pierre Mendès-Franee, de Franse pre mier en minister van buitenlandse za ken, heeft na zijn terugkeer uit Genève aan de Nationale Vergadering verslag uitgebracht over de resultaten, die hij daar heeft weten te boeken inzake de Indochinese affaire. Hij toonde zich er van bewust geen overwinning te hebben behaald en dat het verkrijgen van de vrede daar niet zonder Franse concessies is gegaan. Maar wat wilde men anders verwachten? Toen Mendès aan het be wind kwam, was hij geschokt door de wanhopige militaire toestand, waarin zich het expeditieleger bevond. De der tig dagen, die hij als termijn had gesteld, waren noodzakelijk om te komen tot een hergroepering van de beschikbare krach ten en de wapenstilstandsovereenkomst heeft weinig anders gedaan dan deze wrede feiten registreren. Maar dan nog heeft Frankrijk betrekkelijk gunstige voorwaarden weten te bedingen, als men bedenkt, dat de vijand eerst de demar catielijn langs de 13e breedtegraad had willen leggen, maar tenslotte genoegen nam met de 17e. Bovendien hebben Laos en Cambodja hun onafhankelijkheid we ten te behouden. Er mogen troepen van de Franse Unie gestationneerd blijven en, als concessie van de communisten op het uiterste ogenblik, beide landen mo gen, wanneer zij zich bedreigd voelen, bases ter beschikking stellen aan vreem de mogendheden. Dit is dus niet de neu tralisatie, die men gevreesd had en waar oud-minister Bidault bij het debat de pre mier over aangevallen had, maar die hem een koude woordendouche heeft be zorgd, die leidde tot een voortijdig einde van zijn rede. Men heeft zich afgevraagd waarom de Russen zich te Genève tot op zekere hoogte in schikkelijk hebben getoond, terwijl een geruïneerd Frankrijk toch veel beter zou passen in hun politiek van verzwakking van de vijand en de ontwikkeling van nu alleen maar hun Chinese bondgenoten veel plezier kan verschaffen. Het ant woord hierop lijkt nu wel gekomen. De Russen schijnen kans te hebben gezien door de goodwill, die zij bij velen ge kweekt hebben, door de mogelijkheid, die zij geopend hebben op zakelijke ba ses met communisten tot overeenstem ming te komen, de geesten weer rijp te maken voor overleg over Duitsland. Hun opzet is en blijft de vorming van het Europese leger te verhinderen en daar mede de inschakeling van West-Duits- land in de Westelijke verdediging. Het voornaamste instrument, waar zij dit mee willen bereiken, is Frankrijk, waar het parlement maar niet tot een uitspraak kan komen over de E.D.G. Misschien zou er een keline meerderheid voor te vinden zijn, maar deze bestaat in de Senaat zelfs niet. De voorgaande regeringen hebben de zaak voortdurend proberen te rekken, maar Mendès- Franee, die op alle gebied oplossingen wil, heeft zich gebonden aan een indie ning van het voorstel tot instelling van de E.D.G. voordat de Kamer half Augus tus met vacantie gaat. Een bevredigend compromis tussen voor- en tegenstanders schijnt niet ge vonden te zijn, zodat de weifelaars on der invloed van Mendès' persoonlijkheid en populariteit en uit vrees bij zijn val v/eer in het oude gesukkel terug te val len, wellicht tot voorstemmen gebracht zouden kunnen worden. Realist als Men- dèsè is, heeft hij nadrukkelijk verklaard de noodzaak van een Duitse bijdrage tot de verdediging van Europa in te zien. Zijn programma dreigt nu verstoord te worden door de Russen, die 'n nieuwe conferentie hebben voorgesteld over 't vriendschaps- en bijstandspact tussen Europese staten (in tegenstelling tot het Atlantische pact wordt Amerika hier buiten gehouden), dat op de Conferen tie van Berlijn, in het begin van dit jaar, zonder enig succes al te berde was ge bracht. Genève heeft men tot een goed einde kunnen brengen, doordat men de feite lijke toestand als basis kon nemen. Maar wat moet er in Duitsland aan de werkelijkheid aangepast worden? Wil men daar iets bereiken, dan zullen beide partijen concessies moeten doen, die hun hele politiek op losse schroeven stellen. Dit neemt evenwel niet weg, dat het voorstel bij de tegenstanders van het Europese leger en bij de neutralis ten, die het liefst de Amerikaanse in vloed van het vasteland van Europa ge bannen zagen, maar ook wel buiten deze kringen, de hoop heeft doen ontstaan, dat men het toch nog eens moet pro beren om met de Russen tot overeen stemming te komen, ten koste van alles wat men aan inzicht in de Europese politiek van de vRussen de laatste jaren gewonnen heeft. Overigens is het Europese leger en 't antwoord op de Russische nota niet de eerste zorg van Mendès-Franee. Hij is een methodisch man en wenst, nu hij een wapenstilstand in Indo-China be dongen heeft, het land eerst de maat regelen op te leggen, die het economisch herstel moeten bewerken. Hitiers generaals en admiraals salueerden onder de Britse vlag. Montgomery over een historisch openblik. Op 2 Mei bereikte de Britse legergroep onder commando van Montgomery de Oostzee. De Russische Noordelijke leger groep bewoog zich snel in Westelijke richting, ten Noorden van Berlijn, de Duitsers voor zich uit drijvende. Het was duidelijk, dat de Geallieerden de oorlog gewonnen hadden. Dönitz, benoemd tot Hitiers opvolger, was bereid vrede te sluiten, maar weigerde zich aan de Rus sen over te geven. Het volgend verslag van Veldmaar schalk Montgomery doet het toneel her leven, dat zich in zijn hoofdkwartier op de Luneburger heide heeft afgespeeld. Het is de eerste maal, dat dit verhaal uit de mond van de voornaamste oogge tuige opgetekend kon worden. „WIE ZIJN DEZE MANNEN EN WAT WILLEN ZE?" In de ochtend van de derde Mei arri veerde een delegatie van vijf Duitse officieren in het hoofdkwartier. Zij wa ren met een wapenstilstandsvlag door de Britse linies gekomen en bereikten het hoofdkwartier om elf uur. De delegatie bestond uit generaal-admiraal Von Frie- deburg, opperbevelhebber van de Duitse vloot, generaal Keitel, stafchef van veld maarschalk Busch, die het bevel voerde over de Noordelijke Duitse legers, vice- admiraal Wagner, stafchef van groot admiraal Dönitz, kolonel Poleck, ver bonden aan de staf van veldmaarschalk Keitel, hoofd van de weermacht en ma joor Friedel, die aide-de-camp was ge weest van Hitier. „Toen ik hoorde, dat zij waren gearriveerd", aldus Montgomery, „gaf ik bevel ze op een rij te zetten onder de Union Jack (Engelse vlag), welke trots van een hoge mast bui ten mijn kamp wapperde. Toen ver liet ik mijn kampwagen en liep op ze toe. Zij waren toevertrouwd aan kolonel Ewart, een lid van mijn staf, die Duits sprak. Zij groetten mij, toen ik hen naderde. Het was een groots ogenblik: Duitsers salu erende onder de Union Jack!. TE LAAT BEDACHT. De Duitsers waren gekomen om zich over te geven. Ik bezit een foto van de scène, welke ik als een dierbare schat bewaar. Ik zei tot kolonel Ewart: „Wie zijn deze mannen?" Hij vertelde het me. Toen zei ik: „Wat willen ze?" Von Friedeburg las daarop een brief van Keitel, waarin hij mededeelde, dat de Duitsers zich zouden overgeven, als zij de voorwaarden konden accepteren. Ik zei, dat er geen voorwaarden zouden zijn. Het moest een onvoorwaardelijke capitulatie zijn of de oorlog zou worden voortgezet. Admiraal Von Friedeburg vroeg mij toen of ik de onvoorwaarde lijke overgave wilde accepteren van alle Duitse legers. Ik zei: „Zeker niet. Zij moeten zich aan de Russen overgeven". Von Friedeburg zei, dat zij allen door de Russen zouden worden gedood en dit zou geen erg humane manier van doen zijn. Ik antwoordde, dat dé Duitsers aan al deze dingen behoorden te hebben ge dacht voor ze de oorlog begonnen. Ver der zei ik, dat Duitse soldaten, die naar mijn front kwamen, ongewapend en met de handen omhoog, op de gebruikelijke manier, krijgsgevangen zouden worden gemaakt. Daarna toonde ik hun de wer kelijke positie van de troepen op de kaart. Toen de Duitsers de kaart zagen, beseften zij, dat de toestand hopeloos v/as. Aan hun gelaatsuitdrukking was het te merken. STILLE MAALTIJD Ik achtte het ogenblik gekomen voor groot spel. Plotseling vroeg ik Von Friedeburg zonder enige inleiding: „Wilt ge alle Duitse strijdkrachten, te land, ter zee en in de lucht, in Neder land, Noord-West-Duitsland, Denemar ken en Noorwegen overgeven? Indien ge dit ogenblikkelijk wilt doen zal ik deze capitulatie te velde accepteren en u per vliegtuig naar generaal Eisen hower brengen om te praten over de algehele Duitse capitulatie." Deze eis kwam onverwacht en alle vijf begonnen opgewonden met elkaar te praten. Het scheen mij toe, dat zij dit wel degelijk mogelijk achtten. Ik zei, dat zij beter konden weggaan en gaan lunchen en dat ik hen om twee uur weer zou zien. Ik zond ze naar een officiers mess. Zij waren zeer stil gedurende de maaltijd. Von Friedeburg zat alleen. Tranen stroomden langs zijn gezicht. Na een korte lunch kwamen zij bijeen tussen de bomen buiten de mess en voer den een langdurig gesprek. Om twee uur liet ik hen bij mij ko men. Von Friedeburg zei, dat er zekere moeilijkheden waren. Ik zei, dat ik niet bereid was te argumenteren. Als zij mijn aanbod afsloegen, zou ik de slag voort zetten en ik zou het graag doen ook. Hij zag, dat het niet hielp en gaf toe. Hij zei, dat hij zelf geen bevoegdheid had toe te stemmen, maar hij zou in elk geval naar Dönitz in Flensburg gaan en zou aanvaarding van mijn eis bepleiten. Hij vroeg alleen om Noorwegen uit te sluiten van deze capitulatie, omdat dit tot een ander commando behoorde. Het zou veel vertraging veroorzaken en zij moesten snel handelen. Ik vond 't goed, om Noorwegen er buiten te houden, wel wetende dat het land binnen een paar dagen van het Duitse juk zou worden bevrijd. Ik zei, dat hij gaan kon, maar dat hij de volgende dag, 4 Mei, om vijf uur namiddag, terug moest zijn. Von Friedeburg vertrok dadelijk per auto naar Flensburg. Hij liet in mijn kamp generaal Kinzei en kolonel Poleck ach ter. Hij was de volgende dag om vijf uur terug en de delegatie stond opnieuw onder de Union Jack in de houding. Ik vroeg Von Friedeburg om alleen in mijn kampwagen te komen. Toen ik naar zijn antwoord informeerde, zei hij, dat hij de overgave, zoals door mij geëist, zou ondertekenen. Ik had het document reeds klaar. Hij was terneergeslagen en ik verzocht hem zich buiten bij de ande ren te voegen. Daarop gaf ik order voor de ceremonie, welke om zes uur die avond in een tent, welke ik voor dit doel had laten opzetten, zou plaats vinden. Er waren soldaten, oorlogscorresponden ten, fotografen en anderen, allen erg op gewonden, toen zij de Duitse delegatie de tent zagen betreden. De scène in de tent was heel simpel. Een tafel bedekt met een legerdeken, een inktpot en een gewone penhouder, die men voor een dubbeltje in een win kel kan l^open. Er waren twee BBC- microfoons op de tafel en verder niets. Wij allen zaten rond de tafel. Een van de Duitsers haalde een sigaret te voor schijn. Hij wilde roken om zijn zenuwen te kalmeren. Ik keek hem aan en hij borg de sigaret op. Ik las 't capitulatie document in het Engels voor. Geen van de Duitsers kon Engels spreken en zij verstonden er geen woord van. Maar zij hadden de Duitse vertaling gezien. Ik liet vervolgens ieder van hen om beur ten opstaan en bij mij komen om mijn exemplaar en het Duitse te tekenen en daarna weer teruggaan naar zijn stoel. Ik tekende tot slot namens generaal Eisenhower en voegde er tijd en datum aan toe18.30 uur, 4 Mei 1945. Ik maak te een fout en schreef 5 Mei en moest het uitleggen en de verandering para feren Er werden copieën van de Engelse tekst gemaakt, welke naar het centrale hoofdkwartier werden gezonden. En ik telefoneerde Eisenhower dadelijk en vertelde hem alles. Mij werd gevraagd naar het origineel. Ik weigerde het af te staan en zal het 'nooit doen. Ik heb het veilig opgeborgen bij mijn particuliere papieren. Het is een historisch document van grote waarde. Ik weet niet wat er met de penhouder gebeurd is. Ik gaf de Duitse copie aan Von Friedeburg. Samenwerken aan de vrede. Toen de capitulatie was getekend, was er veel te doen. Ik had order gegeven alle offensieve actie op 3 Mei, toen de Duitsers voor het eerst bij mij kwamen, te staken. Ik wist, dat dit het einde was en wilde geen slachtoffers meer onder de aan mij toevertrouwde troepen. Wij hadden het einde van de weg bereikt. Ik ging in mijn kampwagen en zat daar enige tijd alleen. Mijn gedachten gingen terug naar Duinkerken, naar Alamein, naar de woestijnoorlog, Sicilië, Italië en de stranden van Normandië. Ik stelde een dagorder op. De laatste zin luidde: „Wij hebben de oorlog tegen Duitsland, gewonnen. Laat ons nu de vrede win nen." Ik denk vaak terug aan die twee da gen op de Luneburger heide en aan de voortreffelijke soldaten, die ik comman deerde van Alamein tot in het hart van Duitsland. Wij moeten er voor zorgen, zo besloot Montgomery zijn radiotoespraak, dat zij die vielen het offer niet vergeefs brach ten en wij moeten samenwerken voor een rechtvaardige en duurzame vrede. dient „begeleid" te worden door actueel nieuws uit Uw voorzieningsrayon. Alleen in dat geval bezit ze de nodige „prikkel" tot actie en overleg en voert ze aldus tot groter omzet. Bedenk eens hoeveel aan goede reclame vastzit. Haak in op de goodwill die het algemeen verspreide nieuwsblad voor U gekweekt heeft ook als Uw zaak eens in de nieuwskolommen wordt be licht, wanneer daarvoor een speciale reden is. Officiële publicaties ZITTING WOONRUIMTECOMMISSIE. De voorzitter van de Woonruimtecom missie maakt bekend, dat de maande lijkse zitting dier commissie niet plaats zal hebben op Dinsdag 3 Augustus a.s., maar op Maandag 16 Augustus d.a.v. De voorzitter voornoemd, J. KROON.

Erfgoed Rijssen-Holten

Holtens Nieuwsblad | 1954 | | pagina 3