Het huishoudboekje doorgelicht
De Voorlichtingsdienst van de Europese Ge
meenschappen meldt, dat een budgetonderzoek
in de Europese Gemeenschap heeft uitgewezen,
dat in gezinnen van Nederlandse arbeiders, em-
ployé's en ambtenaren een veel kleiner deel van
de uitgaven aan voedingsmiddelen, dranken en
tabak wordt besteed dan in de andere EEG-
landen. Daartegenover haalt men in geen land
de percentages, welke in Nederland worden ge
spendeerd aan woninginrichting of aan ontwik
keling en ontspanning.
Het onderzoek is gehouden bij 43.000 gezinnen
met het doel het uitgavenpatroon aan het licht
te brengen van de gezinnen van arbeiders, em
ploye's, ambtenaren en boeren. De gevonden
gegevens zijn verzameld in zes boekdelen (één
voor elk EEG-land) van elk 600 pagina's.
Men vindt daarin, dat de grootste gezinnen in
de EEG worden aangetroffen bij de landarbei
ders in Italië (gemiddelde gezinsgrootte 4,6) en
de kleinste bij de ambtenaren in Duitsland (3,4).
Het geringste eigen woningbezit vindt men in
Nederland, en wel bij de arbeidersgezinnen:
17%. Het rapport stelt het eigen woningbezit bij
de Franse arbeidersgezinnen op 19%, in Italië
op 31%, in Duitsland op 33%, België op 52%
en Luxemburg op 54.2%.
Overal zijn de boeren er wat dit betreft beter
aan toe: 75% van de Nederlandse boerengezin
nen woont in een eigen huis tegenover bijv. 74%
in België, 78% in Italië en 98% in Duitsland.
Hoe groot zijn onze huizen? Minder dan drie
vertrekken komen niet zoveel voor, behalve in
Frankrijk, waar nog 21% van de arbeiders, 15%
van de boeren en 12% van de ambtenaren in
zo'n klein huis woont en waar bovendien de
meeste arbeiders, ook in een huis met meer
kamers, geen w.c. in huis hebben. Wat dit laat
ste betreft zijn ook de Franse boeren en de amb
tenaren ver achter bij de boeren en de ambte
naren in de andere EEG-landen.
Het budgetonderzoek in de EEG is in 1963 en
1964 uitgevoerd. Overal is dezelfde methode ge
volgd: controle op het huishoudboekje en inter
views. Precieze richtlijnen kwamen van het
Bureau voor de Statistiek van de Europese Ge
meenschappen. De nationale Bureaus voor de
Statistiek voerden het onderzoek overal eender
uit.
De enquête heeft interessante gegevens opge
leverd over het bezit van auto, televisie, was
machine, koelkast en telefoon. De cijfers over
de gezinsuitgaven maken duidelijk, dat de Ne
derlandse arbeider, employé of ambtenaar een
veel kleiner deel van zijn uitgaven spendeert aan
voedingsmiddelen, dranken en tabak dan de ar
beiders, employé's of ambtenaren in de andere
landen. Bij de arbeiders is het bestedingspercen
tage in deze rubriek in Nederland 37, tegen 42,9
in Duitsland, 46 in Frankrijk en 50,4 in Italië en
40,7 in België. Voor de employé's en ambtenaren
is het Nederlandse percentage 28,1 tegen 34,4 in
Duitsland, 34,5 in Frankrijk, 40,1 in Italië en
31,1 in België.
Daartegenover haalt men in geen land de rond
11%, welke in Nederland wordt gespendeerd
aan woninginrichting. En nergens ook haalt men
de Nederlandse percentages, welke gaan naar
ontwikkeling en ontspanning. De Nederlandse
employé's en ambtenaren komen hiermede als
enigen in de EEG boven de 10% van hun ge
zinsuitgaven. Ook de Nederlandse arbeiders
staan met 8,6% bovenaan, vergeleken bij wat
de arbeidersgezinnen in de andere EEG-landen
aan ontwikkeling en ontspanning uitgeven.
Uit mededelingen K.R.L. 3-3-'67
8
